100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Exam (elaborations)

testtheorie oefenvragen

Rating
3.3
(3)
Sold
16
Pages
4
Uploaded on
10-10-2015
Written in
2014/2015

testtheorie oefenvragen

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
October 10, 2015
Number of pages
4
Written in
2014/2015
Type
Exam (elaborations)
Contains
Only questions

Content preview

1. Een
diagnosticus
doet
op
grond
van
twee
testafnames
de
uitspraak
dat
het
gedrag
van
een

leerling
veranderd
is.
Welk
schaaltype
is
dan
tenminste
aan
de
orde?

a. Nominaal

b. Ordinaal

c. Interval

d. Ratio



2. In
de
klassieke
testtheorie
wordt
elke
losse
testscore
opgesplitst
in
een
systematisch
en
een

niet-­‐systematisch
deel.
Met
het
niet-­‐systematische
deel
van
een
score
bedoelen
we:

a. de
gemiddelde
geobserveerde
score
van
persoon
i
behaald
over
q
replicaties

b. het
deel
van
de
geobserveerde
score
minus
de
betrouwbare
score


c. de
gemiddelde
meetfout
in
een
populatie
van
n
personen

d. de
standaardmeetfout
van
de
betrouwbare
score



3. In
de
klassieke
testtheorie
wordt
betrouwbaarheid
gedefinieerd
als
verhouding
tussen:


a. betrouwbare
variantie
en
errorvariantie

b. errorvariantie
en
geobserveerde
variantie

c. geobserveerde
variantie
en
de
som
van
betrouwbare
en
errorvariantie

d. betrouwbare
variantie
en
geobserveerde
variantie



4. Als
twee
testscores
X
en
Y
0.71
met
elkaar
correleren
en
je
weet
dat
de
betrouwbaarheid
van

zowel
test
X
als
test
Y
0.90
is,
dan
zal
de
correlatie
tussen
de
betrouwbare
scores
van


test
X
en
test
Y

a. Lager
dan
0.71
zijn

b. Gelijk
aan
0.71
zijn

c. Hoger
dan
0.71
zijn

d. Zonder
meer
gegevens
is
hier
geen
uitspraak
over
te
doen



5. In
de
handleiding
van
een
prestatietest
vinden
we
dat
respectievelijk


de
betrouwbaarheid,
het
gemiddelde
en
de
standaarddeviatie
0.91,
50
en
10
zijn.


De
standaardmeetfout
van
de
test
is
dan
gelijk
aan:

a. 0.09

b. 0.9

c. 2.0

d. 3.0



6. Gegeven
dat
een
test
bestaat
uit
drie
items
en
dat
alle
items
een
variantie
van
10
hebben.
De

covarianties
tussen
de
drie
items
blijken
allen
5
te
zijn.
Wat
is
dan
de
waarde
van
alfa
van

deze
test?

a. 0.75

b. 0.80

c. 0.85

d. 0.90






, 7. De
correlatie
tussen
twee
parallelle
helften
van
een
test
is
.60?
Hoe
groot
zal
de

betrouwbaarheid
van
de
hele
test
zijn?


a. kleiner
dan
0.60

b. 0.60

c. groter
dan
0.60

d. met
alleen
deze
gegevens
niet
te
bepalen



8. I.
Bij
een
heterogene
test
bepalen
we
de
ondergrens
van
de
betrouwbaarheid
met
behulp

van
een
gestratificeerde
alfa.

II.
Bij
een
heterogene
test
zullen
alle
items
sterk
met
elkaar
correleren.

a. Stelling
I
is
juist

b. Stelling
II
is
juist

c. Stelling
I
en
II
zijn
beiden
juist

d. Stelling
I
en
II
zijn
beiden
onjuist



9. Als
bij
een
test
met
dichotome
items
de
waarde
van
alfa
op
0.80
uitkomt,
zal
de
waarde
van

de
KR20
uitkomen
op
een
getal

a. Lager
dan
0.80

b. Gelijk
aan
0.80

c. Hoger
dan
0.80

d. Niet
te
bepalen
zonder
meer
gegevens



10. I.
Als
twee
testen
parallel
zijn
zullen
personen
daar
dezelfde
meetfout
op
hebben.

II.
Als
twee
testen
parallel
zijn
zullen
personen
daar
dezelfde
betrouwbare
score
op
hebben.

a. Stelling
I
is
juist

b. Stelling
II
is
juist

c. Stelling
I
en
II
zijn
beiden
juist

d. Stelling
I
en
II
zijn
beiden
onjuist



11. Als
meetfouten
normaal
verdeeld
zijn
met
een
gemiddelde
van
nul
en
een
standaarddeviatie

van
5

a. Zal
ongeveer
2,5

%
van
de
personen
een
meetfout
extremer
dan
-­‐5
of
5
hebben

b. Zal
ongeveer
2,5

%
van
de
personen
een
meetfout
extremer
dan
-­‐10
of
10
hebben

c. Zal
ongeveer
5

%
van
de
personen
een
meetfout
extremer
dan
-­‐5
of
5
hebben

d. Zal
ongeveer
5

%
van
de
personen
een
meetfout
extremer
dan
-­‐10
of
10
hebben




12. Waarom
is
de
standaarddeviatie
van
de
testscore:
S(X)

groter
dan
de
standaarddeviatie
van

de
true
score:
S(T)
?

a. omdat
de
gemiddelde
fout
nul
is

b. omdat
de
true
score
positief
correleert
met
de
errorscore

c. omdat
de
standaardschattingsfout
groter
is
dan
de
standaardmeetfout

d. omdat
de
foutenvariantie
deel
uitmaakt
van
de
variantie
van
de
testscore
$3.61
Get access to the full document:
Purchased by 16 students

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Reviews from verified buyers

Showing all 3 reviews
1 year ago

4 year ago

8 year ago

3.3

3 reviews

5
1
4
1
3
0
2
0
1
1
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
valerierosenboom Rijksuniversiteit Groningen
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
79
Member since
10 year
Number of followers
48
Documents
53
Last sold
6 months ago

3.0

13 reviews

5
2
4
4
3
2
2
2
1
3

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions