Biotechnologie en
gezondheid
BMO, LEERJAAR 1, PERIODE 4
CHEYENNE VAN KRAAIJ
,Inhoud
Les 1 – Peason Biology chapter 11 .......................................................................................................... 2
Genetic engineering ............................................................................................................................ 2
Les 2 – Technieken biotechnologie ......................................................................................................... 9
Chapter 11 – De producten van genetisch gemodificeerde micro-organisme ................................. 10
Les 4 – Het afweersysteem.................................................................................................................... 15
Gezondheid – Een goed functionerend afweersysteem ................................................................... 15
Les 5 – Het adaptive immuunsysteem .................................................................................................. 21
De cell-mediated immune response ................................................................................................. 22
Humoral Immune response ............................................................................................................... 23
Les 6 – Actieve- en passieve immuniteit ............................................................................................... 27
1
, Les 1 – Peason Biology chapter 11
Genetic engineering
Er zijn verschillende methodes belangrijk voor het manipuleren van DNA (Deel 1);
• Restrictie-enzymen en Nucleic Acid separation (11.1)
• Nucleic acid hybridization (11.2)
• PCR – polymerase chain reaction (11.3)
• Essentials of Molecular cloning (11.4)
• Molecular methods of mutagenesis (11.5)
• Gene fusions and reporter genes (11.6)
Genetic engineering, ofwel het manipuleren van het DNA bestaat uit vitro technieken die uitgevoerd
worden in het laboratorium om het DNA aan te passen. Een aantal van deze technieken maakt
gebruik van;
• Restrictie-enzymen
• Gelelektroforese
• Nucleic acid hybridisatie
• Necleic acid probes (dit zijn kleine stukjes DNA die andere stukken DNA herkennen en hierop
gaan hechten, deze kunnen dan bijv. fluoriseren)
• Molecular cloning (terugplakken van een specifiek stukje DNA in een vector)
• Cloning vectors (deze verlenen zich weer perfect voor de moleculare cloning)
11.1 Het gebruik van restrictie-enzymen
Dit is een belangrijke stap voor het kloneren van stukken DNA. Het zijn enzymen die specifieke
stukjes DNA herkennen en die hierin een knip maken. Ze komen heel veel voor in prokaryote en
minder in eukaryote. Het functioneert als een soort immuunsysteem in de prokaryote. Restrictie-
enzymen worden bijv. door bacteriën gebruikt om DNA wat niet wordt herkend in stukjes te knippen.
Voor het kloneren zijn restrictie-enzymen essentieel, zodat er kan worden geknipt en vervolgens het
weer ergens in kan plakken.
Er zijn drie verschillende classes restrictie-enzymen, die worden uitgedrukt in typen;
1. Type l: Deze binden vooral aan DNA bij de herkenningssequentie, maar knippen wel ver
buiten deze herkenningssequentie.
2. Type ll: Deze knippen in de herkenningssequentie en zijn hierdoor heel bruikbaar voor DNA
manipulatie
3. Type lll: Deze binden vooral aan DNA bij de herkenningssequentie, maar knippen wel ver
buiten deze herkenningssequentie
Restrictie-enzymen herkennen palidromes. Dit
zijn stukjes van 4 tot 8 baseparen lang waarbij
de inverted repeat sequentie identiek is. EcoR1
is bijv. een belangrijk en bekend restrictie-
enzym die een bepaalde 6 baseparen sequentie
kan herkennen. Deze restrictie-enzymen zijn
een soort van afweersysteem tegen foreign
DNA die het dus vernietigd.
Een restrictie-enzym bevat sticky ends en blunt
ends.
2