Hfst 3: Hoe is onze rechtsstaat
gestructureerd?
1. De vindplaats van de rechtsregels
– Belgisch Staatsblad (http://www.just.fgov.be)
bv. Wet euthanasie 28.05.2002
– Gecoördineerde wetten (www.juridat.be – Belgische wetgeving)
bv. Wetswijziging 28.02.2014
– Uitvoeringsbesluiten
bv. Art. 4 § 1 in fine Wet euthanasie 28.05.2002
– Voorbereidende werken (www.dekamer.be en www.vlaamsparlement.be)
2. België is een federale staat
– Samengesteld uit gewesten en gemeenschappen
– Elk gewest heeft eigen bevoegdheden
– Federale overheid: algemene belang van alle Belgen
– Gewesten: domeinen die met hun regio of gebied in de ruime zin van het woord te
maken hebben
– Gemeenschappen: ‘taal’ en wat ‘aan de persoon gebonden is’
Vb Cultuur? Ziekte – en invaliditeitsverzekering? Onderwijs?
3. De scheiding der machten
- Federaal:
- Gewesten en gemeenschappen:
4. Totstandkoming van de wet
4.1 Initiatief
– Door de wetgevende macht:
,Beroepsgerelateerde wetgeving en organisaties
o wetsvoorstel/tekstvoorstel
– Door de uitvoerende macht:
o wetsontwerp/ontwerp van decreet
4.2 Behandeling en stemming in het parlement
– Commissies amendementen (= wijzigingen voorgesteld)
– Plenaire (=voltallige) vergadering amendementen
– Federaal niveau 3 mogelijkheden:
o Alleen voor Kamer parlementaire werk gedaan
o Voor Kamer en Senaat stemmen, en bespreking
o Alleen Senaat Senaat mag bespreken maar Kamer beslist
4.3 Bekrachtigen en afkondiging
– Door Koning (wet)
– Vlaamse Regering (decreet)
4.4 Bekendmaking
– In B.S. (Belgisch Staatsblad)
– Inwerkingtreding (bindend vanaf de 10 de dag)
5. Het uitvoeren van de wetten
- Wetten concretiseren in uitvoeringsbesluiten
o Concreet maken
o Ook kunnen toepassen op situatie
- Wettigheidsbeginsel + controle Raad van State
,Beroepsgerelateerde wetgeving en organisaties
Hfst 4: Wat behoort tot de
verpleegkunde?
1. Het beroep verpleegkunde is beschermd door de
wet
- De wetgever bepaalt welke bevoegdheden toebehoren aan een verpleegkundige
- Twee belangrijke wetten
o De gecoördineerde wet betreffende de uitoefening van de
gezondheidszorgberoepen - wet 10 mei 2015
o Hoofdstuk 4. De uitoefening van de verpleegkunde
= Artikel 45 tot en met artikel 61
- Het KB (koninklijk besluit) van 18/06/1990 (al meerdere keren gewijzigd)
2. Drie categorieën verpleegkundige activiteiten
Artikel 46 wet 10 mei 2015 (p149)
- De globale verpleegkundige activiteiten
= A- handelingen
- Technisch-verpleegkundige verstrekkingen
= B1 (zonder medisch voorschrift) en
B2 (met medisch voorschrift) verstrekkingen
- Toevertrouwde geneeskundige handelingen
= C-handelingen (met medisch voorschrift)
5.1 Globale verpleegkundige activiteiten (A)
- Autonome bevoegdheid van de verpleegkundige
- Zonder voorschrift en onder eigen verantwoordelijkheid
- Sanctie mits onbevoegd en financieel voordeel (art. 124 1° W 10/5/2015)
- Vormen de rode draad doorheen de verpleegkundige beroepsuitoefening, want het
gaat over het continu (art. 46§1 W 10/05/2015) :
o observeren, herkennen, vastleggen van de gezondheidsstatus van de patiënt
o omschrijven van verpleegproblemen
o het bijdragen aan de medische diagnose en uitvoer van de voorgeschreven
behandeling
o informeren en adviseren van patiënt en familie
o bijstaan, uitvoeren en helpen uitvoeren van handelingen i.f.v. behoud,
verbetering en herstel van de gezondheid van personen en groepen
o verlenen van stervensbegeleiding en begeleiding bij de verwerking van het
rouwproces
, Beroepsgerelateerde wetgeving en organisaties
o het zelfstandig kunnen treffen van urgente levensreddende maatregelen en
het kunnen handelen in crisis- en rampensituaties;
o het analyseren van de kwaliteit van de zorg met als doelstelling de eigen
beroepsuitoefening als verpleegkundige te verbeteren.
- In verpleegkundig dossier optekenen (art. 46§2 W 10/05/2015)
5.2 Technische- verpleegkundige vertrekkingen (B1 en B2)
- KB 18/06/1990 lijst deze verstrekkingen op en bepaalt de voorwaarden waaronder de
verpleegkundigen deze verstrekkingen mogen uitvoeren
= uitvoering aan artikel 46 wet 10 mei 2015
- Zijn gelinkt aan (art. 46§1 W 10/05/2015):
o diagnosestelling door de arts (bv. meting van de bloeddruk, urinestaal
afname
o de uitvoering van een door de arts voorgeschreven behandeling (bv. het
toedienen van een geneesmiddel via een inspuiting, het verwijderen van een
hechting,….)
o preventieve maatregelen (bv. maatregelen ter preventie van infecties, ter
preventie van decubitus,….)
- Hebben betrekking tot (cfr. Lijst KB 18/06/1990):
o Behandelingen (i.v.m. de orgaanstelsels, medicamenteuze toedieningen en
bijzondere technieken)
o Voedsel- en vochttoediening
o Mobiliteit
o Hygiëne
o Fysieke beveiliging
o Activiteiten i.v.m. diagnosestelling door arts
o Assistentie bij medische handelingen (direct en visueel contact tussen arts en
verpleegkundige)
- Worden uitgevoerd aan de hand van standaardverpleegplannen en/of procedures (art. 7ter
KB 18/06/1990)
o Standaardverpleegplan: laat toe om een patiënt met een bepaalde
gezondheidsproblematiek systematisch te benaderen en te verplegen (reeks
van procedures)
o Procedure: beschrijving van de uitvoeringswijze van een bepaalde technische
verpleegkundige verstrekking (stappenplan)
- Wie mag deze verstrekkingen uitvoeren?
o Juiste kwalificatie (art. 2 KB 18/06/1990)
o Competentie, opleiding en/of ervaring om correct en veilig te handelen (art.
4bis KB 18/06/1990)
o Sanctie mits onbevoegd en gewoonlijk (art. 124 1° W 10/5/2015
o Onderscheid tussen B1 en B2 verstrekkingen
o B1: uitvoer zonder medisch voorschrift
o B2: uitvoer met medisch voorschrift (cfr. slide)
- In verpleegkundig dossier optekenen (art. 46§2 W 10/05/2015)