Pathologie hoorcolleges
Er zijn 4 typen weefsels:
Epitheel
Bind-en steunweefsel
Spierweefsel
Zenuwweefsel
Epitheelweefsel: aaneengesloten cellen die in- of uitwendige
lichaamsoppervlaktes bedekken. Functies:
Bescherming
Regulatie
Excretie
Absorptie
Soorten epitheel:
Plaveiselepitheel (squamous) longen
Kubisch epitheel (cuboidal) huid
Cylindrisch epitheel (columnar) luchtpijp
Naast de soorten bestaan er ook nog verschillende subtypen
epitheel, zo heb je eenlagig (pseudostratified) of meerlagig
(stratified) epitheel.
Eenlagig plaveiselepitheel:
Endotheel (bloedvaten)
Mesotheel (borst/buikholte)
Pericard (hartzakje)
Bekleding long alveoli (longblaasjes)
Longepitheel = eenlagig plaveisel
Niertubuli/klieren = eenlagig kubisch epitheel
Maag-darmkanaal = eenlagig cylindrisch epitheel
Bijzondere vorm eenlagig epitheel = meerrijig epitheel:
Een laag kernen
Cilia/ trilharen
Trilhaarepitheel
Bijvoorbeeld in de trachea van een konijn
Meerlagig plaveiselepitheel:
, Verhoornend: huid (hoornlaag- epitheelcellen- bindweefsel)
Niet verhoornend: oesophagus (slokdarm)
De diepste cellaag is kubisch/ cylindrisch, de bovenste laag is plaveisel
Bijzondere vorm meerlagig epitheel = overgangsepitheel:
Urinewegen en blaas
Overgangsepitheelcellen zijn vervormbaar en onderling
verschuifbaar
Bevat paraplucellen
Lege blaas = grote ronde cellen
Volle blaas = plattere cellen
Klierepitheel:
Klieren maken een product
2 hoofdtypen:
o Endocriene klier:
Hormonen
Afgifte aan het bloed/ lymfevloeistof
o Exocriene klier:
Maakt o.a. enzymen, zweet, speeksel, gal en melk
Eencellig (goblet-cel), multicellulair
Bindweefsel, functies:
Verbinding
Bescherming
Transport
Opslag
Typen bindweefsel:
Losmazig bindweefsel
Dicht bindweefsel
Kraakbeen
Bot
Reticulair bindweefsel
Vet
Bloed
Extracellulaire matrix:
Grondsubstantie: ondersteuning, verbinding
, Vezels: geproduceerd door bindweefselcellen, 3 typen:
o Collageen: pezen, banden, kraakbeen
o Elastine: bloedvaten
o Reticulair: lymfatisch weefsel
Losmazig bindweefsel: Dicht bindweefsel: pezen (bot-spier), banden
Kraakbeen:
Slecht doorbloed
Bevat collageenvezels
3 typen kraakbeen:
o Hyalien:
Gewrichtsuiteinden
Versteviging van de luchtpijp
Voeding via diffusie
o Elastisch:
Oorschelp, neus
o Vezelig:
Meniscus, tussenwervelschijven
Bot:
Osteoblasten/osteoclasten
Matrix bevat veel collageen
Er zijn 4 typen weefsels:
Epitheel
Bind-en steunweefsel
Spierweefsel
Zenuwweefsel
Epitheelweefsel: aaneengesloten cellen die in- of uitwendige
lichaamsoppervlaktes bedekken. Functies:
Bescherming
Regulatie
Excretie
Absorptie
Soorten epitheel:
Plaveiselepitheel (squamous) longen
Kubisch epitheel (cuboidal) huid
Cylindrisch epitheel (columnar) luchtpijp
Naast de soorten bestaan er ook nog verschillende subtypen
epitheel, zo heb je eenlagig (pseudostratified) of meerlagig
(stratified) epitheel.
Eenlagig plaveiselepitheel:
Endotheel (bloedvaten)
Mesotheel (borst/buikholte)
Pericard (hartzakje)
Bekleding long alveoli (longblaasjes)
Longepitheel = eenlagig plaveisel
Niertubuli/klieren = eenlagig kubisch epitheel
Maag-darmkanaal = eenlagig cylindrisch epitheel
Bijzondere vorm eenlagig epitheel = meerrijig epitheel:
Een laag kernen
Cilia/ trilharen
Trilhaarepitheel
Bijvoorbeeld in de trachea van een konijn
Meerlagig plaveiselepitheel:
, Verhoornend: huid (hoornlaag- epitheelcellen- bindweefsel)
Niet verhoornend: oesophagus (slokdarm)
De diepste cellaag is kubisch/ cylindrisch, de bovenste laag is plaveisel
Bijzondere vorm meerlagig epitheel = overgangsepitheel:
Urinewegen en blaas
Overgangsepitheelcellen zijn vervormbaar en onderling
verschuifbaar
Bevat paraplucellen
Lege blaas = grote ronde cellen
Volle blaas = plattere cellen
Klierepitheel:
Klieren maken een product
2 hoofdtypen:
o Endocriene klier:
Hormonen
Afgifte aan het bloed/ lymfevloeistof
o Exocriene klier:
Maakt o.a. enzymen, zweet, speeksel, gal en melk
Eencellig (goblet-cel), multicellulair
Bindweefsel, functies:
Verbinding
Bescherming
Transport
Opslag
Typen bindweefsel:
Losmazig bindweefsel
Dicht bindweefsel
Kraakbeen
Bot
Reticulair bindweefsel
Vet
Bloed
Extracellulaire matrix:
Grondsubstantie: ondersteuning, verbinding
, Vezels: geproduceerd door bindweefselcellen, 3 typen:
o Collageen: pezen, banden, kraakbeen
o Elastine: bloedvaten
o Reticulair: lymfatisch weefsel
Losmazig bindweefsel: Dicht bindweefsel: pezen (bot-spier), banden
Kraakbeen:
Slecht doorbloed
Bevat collageenvezels
3 typen kraakbeen:
o Hyalien:
Gewrichtsuiteinden
Versteviging van de luchtpijp
Voeding via diffusie
o Elastisch:
Oorschelp, neus
o Vezelig:
Meniscus, tussenwervelschijven
Bot:
Osteoblasten/osteoclasten
Matrix bevat veel collageen