samenvatting fysica miv wiskunde: condensatoren

Fysica miv wiskunde: Fysica - CONDENSATOREN



Condensatoren en diëlektrica
Capaciteit
Q
 Capaciteit van een geleider: C = (eenheid = F)
V
 Capaciteit = mogelijkheid om een lading op te slaan bij een gegeven spanning

Capaciteit van een condensator
 Condensator: twee geleiders, gescheiden door een isolator
Q
 C=
V
o Q = lading op de positieve geleider
o V = spanning tussen geleiders

Capaciteit van een vlakke condensator
 Twee geleidende platen op een kleine afstand van elkaar
εS
 C=
l

Condensator in parallel
Equivalente capaciteit van condensatoren in parallel
 Over elke condensator zit hetzeldfe potentiaalverschil
 Equivalente capaciteit = som van de capaciteiten
n
 C = ∑ Ci
i



Condensator in serie
 Lading op elke condensator moet hetzelde zijn
 Oorspronkelijk zit er op condensator geen lading, Qnetto = 0
Q
 ψ =∮⃗ E . d ⃗S =
S
ε0
n
1 1
 Equivalente capaciteit: =∑
C i=1 C1

Potentiële energie van condensator
Opladen van een condensator
 Overdracht van positieve lading van ene plaat naar de andere plaat
o Van laag potentiaal naar hoog potentiaal
 Hier is arbeid voor nodig
 Gaat exponentiël moeilijker: moeilijk om ladingen over te brengen ,als er al extra
ladingen op de plaat zitten
 q = C.v q = lading op condensator V = potentiaalverschil
 potentiële energie van het systeem: U = q.V



CONDENSATOREN 1