Stofw II week 1 | vragen
Kennisclip | Indeling van diabetes
1. Onder welke categorie valt LADA (late auto-immune diabetes in adults)?
a. DM I
b. DM II
c. Secundaire diabetes
2. Onder welke categorie valt zwangerschapsdiabetes?
a. DM I
b. DM II
c. Secundaire diabetes
3. Onder welke categorie valt MODY (maturity-onset diabetes in the young)?
a. DM I
b. DM II
c. Secundaire diabetes
4. Wat is of zijn oorzaken van DM II?
Insulineresistentie
Insulinedeficiëntie
5. Wat staat op de voorgrond bij DM I?
a. Insulineresistentie
b. Insulinedeficiëntie
6. Bij welk type DM is sprake van een relatieve insulinedeficiëntie?
a. DM I
b. DM II
7. Antipsychotica leiden tot insulineresistentie en insulinedeficiëntie.
a. Juist
b. Onjuist
8. Welke stelling(en) over MODY is of zijn juist?
Alle mutaties zijn β-celgerelateerd
Exogene invloeden spelen geen rol
Het beeld lijkt op DM I
Het is autosomaal-dominant
Stofw II | week 1 | 1
, Kennisclip | Hyperglycemische ontregeling
9. Waarvoor is keto-acidose kenmerkend?
a. DM I
b. DM II
10. Een keto-acidose kan uitgelokt worden door een infectie.
a. Juist
b. Onjuist
11. Wat laat een patiënt met een keto-acidose zien?
a. Hyperventilatie
b. Hypoventilatie
12. Bij een keto-acidose is het plasma kalium altijd sterk verlaagd.
a. Juist
b. Onjuist
Keto-acidotische coma
ontremming lipolyse met ketogenese keto-acidose
hyperglycemie, absoluut
insulinetekort (DM I)
glucosurie, polyurie, verlies elektrolyten,
lactaat-acidose
dehydratie, pre-renale functiestoornis
Therapie:
Bestrijden hyperglycemie Aanvullen vochtverlies, bewaken circulatie Toedienen bicarbonaat
Bestrijden uitlokkende factor Elektrolymanagement
13. De honeymoonfase van DM I berust op een tijdelijke afbraak van β-cellen.
a. Juist
b. Onjuist
Non keto-acidotische coma/Hyperglycemisch hyperosmolaire ontregeling
geen ontremming lipolyse, net voldoende
geen keto-acidose
insuline, geen ketogenese
hyperglycemie, insulinetekort
(DM II)
glucosurie, polyurie, verlies elektrolyten,
beperkt lactaat-acidose
dehydratie, pre-renale functiestoornis
Therapie:
Bestrijden hyperglycemie Aanvullen vochtverlies, bewaken circulatie Toedienen bicarbonaat
Bestrijden uitlokkende factor Elektrolymanagement
Stofw II | week 1 | 2
Kennisclip | Indeling van diabetes
1. Onder welke categorie valt LADA (late auto-immune diabetes in adults)?
a. DM I
b. DM II
c. Secundaire diabetes
2. Onder welke categorie valt zwangerschapsdiabetes?
a. DM I
b. DM II
c. Secundaire diabetes
3. Onder welke categorie valt MODY (maturity-onset diabetes in the young)?
a. DM I
b. DM II
c. Secundaire diabetes
4. Wat is of zijn oorzaken van DM II?
Insulineresistentie
Insulinedeficiëntie
5. Wat staat op de voorgrond bij DM I?
a. Insulineresistentie
b. Insulinedeficiëntie
6. Bij welk type DM is sprake van een relatieve insulinedeficiëntie?
a. DM I
b. DM II
7. Antipsychotica leiden tot insulineresistentie en insulinedeficiëntie.
a. Juist
b. Onjuist
8. Welke stelling(en) over MODY is of zijn juist?
Alle mutaties zijn β-celgerelateerd
Exogene invloeden spelen geen rol
Het beeld lijkt op DM I
Het is autosomaal-dominant
Stofw II | week 1 | 1
, Kennisclip | Hyperglycemische ontregeling
9. Waarvoor is keto-acidose kenmerkend?
a. DM I
b. DM II
10. Een keto-acidose kan uitgelokt worden door een infectie.
a. Juist
b. Onjuist
11. Wat laat een patiënt met een keto-acidose zien?
a. Hyperventilatie
b. Hypoventilatie
12. Bij een keto-acidose is het plasma kalium altijd sterk verlaagd.
a. Juist
b. Onjuist
Keto-acidotische coma
ontremming lipolyse met ketogenese keto-acidose
hyperglycemie, absoluut
insulinetekort (DM I)
glucosurie, polyurie, verlies elektrolyten,
lactaat-acidose
dehydratie, pre-renale functiestoornis
Therapie:
Bestrijden hyperglycemie Aanvullen vochtverlies, bewaken circulatie Toedienen bicarbonaat
Bestrijden uitlokkende factor Elektrolymanagement
13. De honeymoonfase van DM I berust op een tijdelijke afbraak van β-cellen.
a. Juist
b. Onjuist
Non keto-acidotische coma/Hyperglycemisch hyperosmolaire ontregeling
geen ontremming lipolyse, net voldoende
geen keto-acidose
insuline, geen ketogenese
hyperglycemie, insulinetekort
(DM II)
glucosurie, polyurie, verlies elektrolyten,
beperkt lactaat-acidose
dehydratie, pre-renale functiestoornis
Therapie:
Bestrijden hyperglycemie Aanvullen vochtverlies, bewaken circulatie Toedienen bicarbonaat
Bestrijden uitlokkende factor Elektrolymanagement
Stofw II | week 1 | 2
