Latijnse benaming Enkelvoud/ Meervoud Nederlandse benaming
Sutura Suturae anatomische grenslijn(en)
Os Ossa Bot(ten)
Foramen Foramina Opening(en)
Canalis Kanaal
Ramus Tak van een bloedvat of zenuw
Sulcus Spleet
Processus uitsteeksel
Protuberantia Uitsteeksel in het midden van de
voorzijde van de onderkaak
Spina Spinea Puntige uitsteeksel
Alveole Alveoli Kleine holte(s)
Septum Septa Tussenschot(ten)
Fossa Fossae Groeve(n)
Plexus Vlechtwerk van zenuwen
Arcus Boog
Sinus Holte
Squama Schaal- of schubvormig beenstuk
Linea Lijn
Cavum Holte
Margo Margin Rand
Tuber Knobbel, zwelling
Angulus Angularis Hoek
Fissure Spleet
Calvaria Schedeldak bestaande uit os frontalis,
os parietale, os occipidale
Pars Deel, gedeelte
Lamina Plaat, schijf
Concha Conchae Schelp(en)
Condylus Condyli Gewrichtsuitsteeksel(s)
Dexter Rechts (zijdig)
Sinister Links (zijdig)
Superior Hoger, hoogste van de twee
Inferior Lager, laagste van de twee
Minor Kleiner(e)
Major Groter(e)
Latijnse benaming Nederlandse benaming
Lateraal Zijwaarts
Sagittaal Van voren naar achteren
Faciaal/ frontaal Vlak evenwijdig aan het voorhoofd
Dorsaal Aan de rug gelegen
Mediaal Naar het midden toe
Latijnse benaming Nederlandse benaming
Tuberculum Knobbeltje
Innervatie de voorziening van een lichaamsdeel met zenuwen die
de aan- en afvoer van prikkels in dat deel verzorgen.
Vascularisatie de ontwikkeling van bloedvaten in een lichaamsdeel
of in weefsel
1
, 1. Hieronder in figuur 1 staat de schedel afgebeeld in lateraal aanzicht. Het donkere deel is het
(hersenschedel), het lichtere deel het viscerocranium (aangezichtsschedel, of faciaal deel van
de schedel)
a. Benoem de 8 botten van het neurocranium.
b. Geef aan of de botten gepaard dan wel ongepaard zijn.
c. Wat is de functie van de schedel?
Figuur 1
a/b. 1. Os frontale (ongepaard) voorhoofdsbeen 5/6. Os temporale (gepaard) slaapbeen
2/3. Os parietale (gepaard) wandbeen 7. Os spehnoidale (ongepaard) wiggebeen
4. Os occipitale (ongepaard) achterhoofdsbeen 8. Os ethmoidale (ongepaard) zeefbeen
c. De voornaamste functie van de schedel is omvatten en beschermen van de hersenen. De nek -en
hoofdspieren hechten aan de schedel
2
Sutura Suturae anatomische grenslijn(en)
Os Ossa Bot(ten)
Foramen Foramina Opening(en)
Canalis Kanaal
Ramus Tak van een bloedvat of zenuw
Sulcus Spleet
Processus uitsteeksel
Protuberantia Uitsteeksel in het midden van de
voorzijde van de onderkaak
Spina Spinea Puntige uitsteeksel
Alveole Alveoli Kleine holte(s)
Septum Septa Tussenschot(ten)
Fossa Fossae Groeve(n)
Plexus Vlechtwerk van zenuwen
Arcus Boog
Sinus Holte
Squama Schaal- of schubvormig beenstuk
Linea Lijn
Cavum Holte
Margo Margin Rand
Tuber Knobbel, zwelling
Angulus Angularis Hoek
Fissure Spleet
Calvaria Schedeldak bestaande uit os frontalis,
os parietale, os occipidale
Pars Deel, gedeelte
Lamina Plaat, schijf
Concha Conchae Schelp(en)
Condylus Condyli Gewrichtsuitsteeksel(s)
Dexter Rechts (zijdig)
Sinister Links (zijdig)
Superior Hoger, hoogste van de twee
Inferior Lager, laagste van de twee
Minor Kleiner(e)
Major Groter(e)
Latijnse benaming Nederlandse benaming
Lateraal Zijwaarts
Sagittaal Van voren naar achteren
Faciaal/ frontaal Vlak evenwijdig aan het voorhoofd
Dorsaal Aan de rug gelegen
Mediaal Naar het midden toe
Latijnse benaming Nederlandse benaming
Tuberculum Knobbeltje
Innervatie de voorziening van een lichaamsdeel met zenuwen die
de aan- en afvoer van prikkels in dat deel verzorgen.
Vascularisatie de ontwikkeling van bloedvaten in een lichaamsdeel
of in weefsel
1
, 1. Hieronder in figuur 1 staat de schedel afgebeeld in lateraal aanzicht. Het donkere deel is het
(hersenschedel), het lichtere deel het viscerocranium (aangezichtsschedel, of faciaal deel van
de schedel)
a. Benoem de 8 botten van het neurocranium.
b. Geef aan of de botten gepaard dan wel ongepaard zijn.
c. Wat is de functie van de schedel?
Figuur 1
a/b. 1. Os frontale (ongepaard) voorhoofdsbeen 5/6. Os temporale (gepaard) slaapbeen
2/3. Os parietale (gepaard) wandbeen 7. Os spehnoidale (ongepaard) wiggebeen
4. Os occipitale (ongepaard) achterhoofdsbeen 8. Os ethmoidale (ongepaard) zeefbeen
c. De voornaamste functie van de schedel is omvatten en beschermen van de hersenen. De nek -en
hoofdspieren hechten aan de schedel
2