Moleculen
Organische chemie
Inhoudsopgave
Hoorcollege 1 & 2 Organische chemie.................................................................................................................2
Hoorcollege 3 & 4 Stereochemie.........................................................................................................................4
Hoorcollege 5 & 6 Reactiemechanismen.............................................................................................................5
Hoorcollege 7 & 8 koolhydraten..........................................................................................................................7
Hoorcollege 9 & 10 lipiden...................................................................................................................................9
, Hoorcollege 1 & 2 Organische chemie
1. Atoom en molecuulbouw
2. Stereochemie
3. Reactiemechanismen
4. Koolhydraten
5. Lipiden
Wat is organische chemie? Afkomstig van levende wezens, verbindingen die koolstof
bevatten. Wat maakt koolstof zo handig voor levende dingen? Het is het atoom wat het
meeste verbindingen kan maken (4).
Atoomnummer = aantal protonen in de kern
Massa-getal (aantal protonen + neutronen)
Elektronenverdeling zie je rechtsboven
Isotopen (zelfde atoomnummer maar andere massa) stabiele isotopen kunnen overleven
in de natuur. Radioisotopen kunnen dit niet en vervallen (= radioactief)
Elektronen zitten in een vaste baan. Dit is het golfkarakter. Hij gaat er dus niet als een rondje
omheen want dan verliest hij energie.
Eerste schil – 2, tweede schil – 8, derde schil – 8
Een volle schil is energetisch het gunstigst. Daarom is er de octet regel. Hoe kan je die octet
regel bereiken? Elektronen krijgen of afstaan. Hierdoor ontstaan ionbindingen. Er is namelijk
een aantrekkingskracht tussen ionen met een tegengestelde lading. Elektro-negativiteit is de
mate hoe graag een atoom een elektron wil afstaan (laag getal) of opnemen (hoog getal).
Het verschil tussen de 2 atomen bepaald of het een ionbinding is of een covalente binding.
Bij een verschil van meer dan 1,6 is het een ionbinding. Een covalente binding wordt
gevormd door het delen van elektronen. Je hebt niet-polaire/apolaire covalente bindingen
en polaire bindingen. Bij een apolaire binding is de elektronegativiteit gelijk en bij een
polaire binding is er een verschil in elektronegativiteit.
De valentie-elektronen geef je weer als stippen of lijnen. Ze kunnen tussen atomen of los
zitten. Lewis structuur. Je moet dan wel de formele lading aangeven. De elektronen
tussen de atomen tellen maar voor 1 mee met de lading maar voor 2 met de octetregel.
Regels voor opstellen Lewis
- Bepaal som van valentie elektronen
- Zet minst elektronegatieve in het midden
- Teken bindings elektronen (trek van de som af)
- Vul octet van buitenste atomen (trek van de som af)
- Vul octet van binnenste atoom met resterende elektronen
- Evt dubbele bindingen
C2H4 – etheen
12 valentie elektronen. Koolstof in het midden. 10 gebonden elektronen. Dubbele binding in
het midden.
Organische chemie
Inhoudsopgave
Hoorcollege 1 & 2 Organische chemie.................................................................................................................2
Hoorcollege 3 & 4 Stereochemie.........................................................................................................................4
Hoorcollege 5 & 6 Reactiemechanismen.............................................................................................................5
Hoorcollege 7 & 8 koolhydraten..........................................................................................................................7
Hoorcollege 9 & 10 lipiden...................................................................................................................................9
, Hoorcollege 1 & 2 Organische chemie
1. Atoom en molecuulbouw
2. Stereochemie
3. Reactiemechanismen
4. Koolhydraten
5. Lipiden
Wat is organische chemie? Afkomstig van levende wezens, verbindingen die koolstof
bevatten. Wat maakt koolstof zo handig voor levende dingen? Het is het atoom wat het
meeste verbindingen kan maken (4).
Atoomnummer = aantal protonen in de kern
Massa-getal (aantal protonen + neutronen)
Elektronenverdeling zie je rechtsboven
Isotopen (zelfde atoomnummer maar andere massa) stabiele isotopen kunnen overleven
in de natuur. Radioisotopen kunnen dit niet en vervallen (= radioactief)
Elektronen zitten in een vaste baan. Dit is het golfkarakter. Hij gaat er dus niet als een rondje
omheen want dan verliest hij energie.
Eerste schil – 2, tweede schil – 8, derde schil – 8
Een volle schil is energetisch het gunstigst. Daarom is er de octet regel. Hoe kan je die octet
regel bereiken? Elektronen krijgen of afstaan. Hierdoor ontstaan ionbindingen. Er is namelijk
een aantrekkingskracht tussen ionen met een tegengestelde lading. Elektro-negativiteit is de
mate hoe graag een atoom een elektron wil afstaan (laag getal) of opnemen (hoog getal).
Het verschil tussen de 2 atomen bepaald of het een ionbinding is of een covalente binding.
Bij een verschil van meer dan 1,6 is het een ionbinding. Een covalente binding wordt
gevormd door het delen van elektronen. Je hebt niet-polaire/apolaire covalente bindingen
en polaire bindingen. Bij een apolaire binding is de elektronegativiteit gelijk en bij een
polaire binding is er een verschil in elektronegativiteit.
De valentie-elektronen geef je weer als stippen of lijnen. Ze kunnen tussen atomen of los
zitten. Lewis structuur. Je moet dan wel de formele lading aangeven. De elektronen
tussen de atomen tellen maar voor 1 mee met de lading maar voor 2 met de octetregel.
Regels voor opstellen Lewis
- Bepaal som van valentie elektronen
- Zet minst elektronegatieve in het midden
- Teken bindings elektronen (trek van de som af)
- Vul octet van buitenste atomen (trek van de som af)
- Vul octet van binnenste atoom met resterende elektronen
- Evt dubbele bindingen
C2H4 – etheen
12 valentie elektronen. Koolstof in het midden. 10 gebonden elektronen. Dubbele binding in
het midden.