ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN
HOOFDSTUK 1: INLEIDING
Wellbeing en vitaliteitsmanagement:
Op het snijpunt van verschillende onderzoek domeinen
- Gezondheids- en bewegingseigenschappen
- Economie- management
- Psychologie
WAAR KOMT KENNIS VANDAAN?
INDUCTIE EN DEDUCTIE
- Methodologie: logica
- Methode: regels, technieken, procedures
o Hoe literatuurstudie uitschrijven
o Hoe op goede manier onderzoeksobjecten selecteren?
o Hoe een goede vragenlijst opstellen?
o Welke conclusies trekken uit mijn onderzoek?
,HOOFDSTUK 2: ONDERZOEK IS OVERAL NODIG
Waarop baseer je je oordeel?
Welke kennisbronnen gebruik je?
Hoe kun je deze vraag wetenschappelijk onderzoeken?
Welke methoden zou je gebruiken?
Waarom?
- Meta- analyse = analyse van een groot aantal bestaande studies en bevindingen/ metingen tegelijk
om algemene trends te achterhalen
Meer betrouwbare bron van kennis dan 1 enkele studie of meting
Conclusie: nood aan onderzoekende houding als eerste stap
EEN ONDERZOEKENDE HOUDING
- Onderzoek is niet zo ver als het lijkt. Soms hebben we allemaal een onderzoekende houding
o In het dagelijkse leven onderzoeken we dingen en gebruiken we bronnen
o Vb. willen leren koken: ik ken iemand die…, kookboeken, online zoeken naar recepten, …
o Vb. bijsluiter van medicijn lezen om informatie te zoeken
GELIJKENISSEN EN VERSCHILLEN ONDERZOEKENDE HOUDING EN WETENSCHAPPELIJK DENKEN
DAGDAGELIJKS LEVEN WETENSCHAPPELIJK DENKEN
Vertrekt vanuit concrete ‘nood’ Meestal opdracht als vertrekpunt
(In schoolcontext en soms in opdracht van een
extern iemand)
Niet noodzakelijk professioneel Vertrekt vanuit een onderzoeksvraag
Meestal over het oplossen van een probleem of een
praktische noodzaak
Bronnen worden geselecteerd op basis van ‘horen Kritisch denken
zeggen’ of op basis van ‘eigen aanvoelen’ Nood aan screening van bronnen
Evidence- based= baseert zich enkel op gegevens die
door dergelijke vergelijkende studies werden
verkregen
,ONDERZOEKEN: INFORMATIE OPZOEKEN, SELECTEREN EN RAPPORTEREN
STAP 1
- Consulteer recente, relevante & kwaliteitsvolle informatiebronnen online & in de bibliotheek met
betrekking tot de methode.
STAP 2
- Wie is de grondlegger van de methode?
- Tegen welke achtergrond ontstond de methode?
- Wat is het theoretisch denkkader van de methode?
STAP 3
- Op welke cliënten mikt de methode?
STAP 4
- Bespreek de doelen of kenmerken van de methode.
- Wat wil de methode bereiken?
STAP 5
- Zijn er bovenop belangrijke accenten in de methode?
STAP 6
- Welke resultaten kunnen de cliënten verwachten bij toepassing van de methode?
STAP 7
- Maak op basis van bovenstaande vragen een nauwkeurig syllabus op.
- Schrijf deze syllabus foutloos en in begrijpbare taal uit.
- Zorg dat zelfs een buitenstaander de inhoud begrijpt.
- Hoe beter deze syllabus is opgemaakt, hoe gemakkelijker het wordt om een plooifolder/affiche te
creëren ter promotie van je workshop.
CONCREET
- Verzamel informatie via de bronnen
- Hou je bronnen bij (voor bronvermelding)
- Zorg voor verzorgde lay-out
, HOE GA JE CONCREET VAN START?
DE ONDERZOEKSCYCLUS
- Belangrijk om kritisch verstand te blijven
gebruiken, welke methodiek ook gebruikt
wordt
- Een kritische mindset staat aan het begin
van elke vorm van onderzoek
DE WETENSCHAPPELIJKE METHODE
- Belangrijk om kritisch verstand te blijven gebruiken, welke methodiek ook gebruikt wordt
- Een kritische mindset staat aan het begin van elke vorm van onderzoek
VERKENNEN EN ORIËNTEREN
- Wat vind je interessant?
Inhoudelijk
- Welke vragen heb je? Welke vragen leven er in de praktijk?
- Aan welk onderzoek is er nood?
- Waar zou je op dit moment onderzoek naar willen voeren?
- Hoeveel tijd heb je?
Formeel- Hoeveel literatuur dien je te lezen/gebruiken?
- Wat wordt de omvang van het onderzoek?
- Wat is de aard van het onderzoek? (vormaspecten, begeleiding, materiële en andere
mogelijkheden/benodigdheden)
ORIËNTEREN
- Je start het onderzoek met de kernactiviteit oriënteren.
- Je probeert in beeld te brengen welke praktijkproblemen en -vragen er zijn, voor wie deze belangrijk
zijn, wat erover bekend is, wat het belang van je onderzoek kan zijn voor de school of het werkveld.
- Je probeert het praktijkprobleem of de praktijkvraag (met behulp van theorie) van verschillende
kanten te bekijken zonder meteen al in te zoomen op een specifiek deel van het probleem.
HOOFDSTUK 1: INLEIDING
Wellbeing en vitaliteitsmanagement:
Op het snijpunt van verschillende onderzoek domeinen
- Gezondheids- en bewegingseigenschappen
- Economie- management
- Psychologie
WAAR KOMT KENNIS VANDAAN?
INDUCTIE EN DEDUCTIE
- Methodologie: logica
- Methode: regels, technieken, procedures
o Hoe literatuurstudie uitschrijven
o Hoe op goede manier onderzoeksobjecten selecteren?
o Hoe een goede vragenlijst opstellen?
o Welke conclusies trekken uit mijn onderzoek?
,HOOFDSTUK 2: ONDERZOEK IS OVERAL NODIG
Waarop baseer je je oordeel?
Welke kennisbronnen gebruik je?
Hoe kun je deze vraag wetenschappelijk onderzoeken?
Welke methoden zou je gebruiken?
Waarom?
- Meta- analyse = analyse van een groot aantal bestaande studies en bevindingen/ metingen tegelijk
om algemene trends te achterhalen
Meer betrouwbare bron van kennis dan 1 enkele studie of meting
Conclusie: nood aan onderzoekende houding als eerste stap
EEN ONDERZOEKENDE HOUDING
- Onderzoek is niet zo ver als het lijkt. Soms hebben we allemaal een onderzoekende houding
o In het dagelijkse leven onderzoeken we dingen en gebruiken we bronnen
o Vb. willen leren koken: ik ken iemand die…, kookboeken, online zoeken naar recepten, …
o Vb. bijsluiter van medicijn lezen om informatie te zoeken
GELIJKENISSEN EN VERSCHILLEN ONDERZOEKENDE HOUDING EN WETENSCHAPPELIJK DENKEN
DAGDAGELIJKS LEVEN WETENSCHAPPELIJK DENKEN
Vertrekt vanuit concrete ‘nood’ Meestal opdracht als vertrekpunt
(In schoolcontext en soms in opdracht van een
extern iemand)
Niet noodzakelijk professioneel Vertrekt vanuit een onderzoeksvraag
Meestal over het oplossen van een probleem of een
praktische noodzaak
Bronnen worden geselecteerd op basis van ‘horen Kritisch denken
zeggen’ of op basis van ‘eigen aanvoelen’ Nood aan screening van bronnen
Evidence- based= baseert zich enkel op gegevens die
door dergelijke vergelijkende studies werden
verkregen
,ONDERZOEKEN: INFORMATIE OPZOEKEN, SELECTEREN EN RAPPORTEREN
STAP 1
- Consulteer recente, relevante & kwaliteitsvolle informatiebronnen online & in de bibliotheek met
betrekking tot de methode.
STAP 2
- Wie is de grondlegger van de methode?
- Tegen welke achtergrond ontstond de methode?
- Wat is het theoretisch denkkader van de methode?
STAP 3
- Op welke cliënten mikt de methode?
STAP 4
- Bespreek de doelen of kenmerken van de methode.
- Wat wil de methode bereiken?
STAP 5
- Zijn er bovenop belangrijke accenten in de methode?
STAP 6
- Welke resultaten kunnen de cliënten verwachten bij toepassing van de methode?
STAP 7
- Maak op basis van bovenstaande vragen een nauwkeurig syllabus op.
- Schrijf deze syllabus foutloos en in begrijpbare taal uit.
- Zorg dat zelfs een buitenstaander de inhoud begrijpt.
- Hoe beter deze syllabus is opgemaakt, hoe gemakkelijker het wordt om een plooifolder/affiche te
creëren ter promotie van je workshop.
CONCREET
- Verzamel informatie via de bronnen
- Hou je bronnen bij (voor bronvermelding)
- Zorg voor verzorgde lay-out
, HOE GA JE CONCREET VAN START?
DE ONDERZOEKSCYCLUS
- Belangrijk om kritisch verstand te blijven
gebruiken, welke methodiek ook gebruikt
wordt
- Een kritische mindset staat aan het begin
van elke vorm van onderzoek
DE WETENSCHAPPELIJKE METHODE
- Belangrijk om kritisch verstand te blijven gebruiken, welke methodiek ook gebruikt wordt
- Een kritische mindset staat aan het begin van elke vorm van onderzoek
VERKENNEN EN ORIËNTEREN
- Wat vind je interessant?
Inhoudelijk
- Welke vragen heb je? Welke vragen leven er in de praktijk?
- Aan welk onderzoek is er nood?
- Waar zou je op dit moment onderzoek naar willen voeren?
- Hoeveel tijd heb je?
Formeel- Hoeveel literatuur dien je te lezen/gebruiken?
- Wat wordt de omvang van het onderzoek?
- Wat is de aard van het onderzoek? (vormaspecten, begeleiding, materiële en andere
mogelijkheden/benodigdheden)
ORIËNTEREN
- Je start het onderzoek met de kernactiviteit oriënteren.
- Je probeert in beeld te brengen welke praktijkproblemen en -vragen er zijn, voor wie deze belangrijk
zijn, wat erover bekend is, wat het belang van je onderzoek kan zijn voor de school of het werkveld.
- Je probeert het praktijkprobleem of de praktijkvraag (met behulp van theorie) van verschillende
kanten te bekijken zonder meteen al in te zoomen op een specifiek deel van het probleem.
