Verhoudingen,
procenten,
breuken en
kommagetalle
n.
Pabo
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1................................................................................................................................................... 2
Hoofdstuk 2................................................................................................................................................... 4
Hoofdstuk 3................................................................................................................................................... 7
Hoofdstuk 4................................................................................................................................................... 9
Hoofdstuk 5................................................................................................................................................. 11
Hoofdstuk 6................................................................................................................................................. 14
Hoofdstuk 7................................................................................................................................................. 18
1
, Van Zanten, M., van den Bergh, J., van den Brom-Snijders, P. &
Hutten, O. (2014) Verhoudingen, procenten, breuken en
kommagetallen. Amersfoort: Thieme Meulenhoff
Hoofdstuk 1
1.1 Verhoudingen zijn de basis.
Verhoudingen, gebroken getallen en procenten hebben veel met elkaar te
maken. Ook al zien ze er verschillend uit, je kunt er hetzelfde mee.
Een breuk geeft een verhouding aan tussen een deel en een geheel. De
domeinen kennen allemaal hun eigen gebruik en hun eigen verschijningsvormen.
Als we geld bedragen gaan opschrijven wordt er gebruik gemaakt van
kommagetallen en niet van breuken. Ook worden ze gebruikt om getalsmatige
informatie weer te geven in bijvoorbeeld een krant.
Absolute gegevens: getallen die naar daadwerkelijke aantallen verwijzen.
(Bijvoorbeeld: er zitten 500 studenten op de pabo)
Relatieve gegevens: verhoudingsmatige gegevens waarbij je niet direct het
daadwerkelijke getal kan aflezen. (Bijvoorbeeld: 1 op de 4 studenten is vrouw).
Voor het ontwikkelen van de gecijferdheid is het weten wat absolute en relatieve
gegevens betekenen van groot belang. Om dit verschil goed te laten zien kan je
gebruik maken van het strookmodel. Zie blz. 15 uit het boek voor een voorbeeld.
Op de stroken zijn de absolute gegevens te zien en de relatieve gegevens.
Als je wil voorkomen dat de kinderen getallen en percentages door elkaar halen,
is het verstandig om de getallen benoemd te noteren. Bijv.: zoveel keer raak. Dit
kan de kinderen helpen om onderscheid te maken tussen absolute en relatieve
gegevens.
1.2 Onderlinge relaties.
Om goed te kunnen redeneren en rekenen moeten de kinderen greep krijgen op
de onderlinge relaties. In de loop van groep 7 en 8 leren de kinderen domeinen
door elkaar te gebruiken. Dit kan voor sommige kinderen erg lastig zijn. Met
name als de gebroken getallen (verhoudingen en procenten) nog onvoldoende
betekenis hebben. Als leerkracht moet je hier dus veel aandacht aan besteden.
Methodes besteden veel aandacht aan verschillende verschijningsvormen van
verhoudingen, procenten en gebroken getallen. Als kinderen de samenhang
moeten doorzien, is het nodig dat de kinderen leren dat de domeinen in de
realiteit door elkaar voorkomen. Ook leren kinderen de betekenis van
bewerkingen met verhoudingen en breuken te doorzien.
Hierdoor kunnen kinderen dus de onderlinge relaties beredeneren. Ook als
kinderen al goed inzicht hebben in betekenissen en verschijningsvormen moet je
ze blijven helpen om onderlinge relaties te visualiseren.
Er bestaan overeenkomsten en verschillen tussen breuken en kommagetallen. In
de betekenis komen ze overeen: het zijn allebei gebroken getallen.
Rationale getallen: hele getallen, kommagetallen en breuken.
2
procenten,
breuken en
kommagetalle
n.
Pabo
,Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1................................................................................................................................................... 2
Hoofdstuk 2................................................................................................................................................... 4
Hoofdstuk 3................................................................................................................................................... 7
Hoofdstuk 4................................................................................................................................................... 9
Hoofdstuk 5................................................................................................................................................. 11
Hoofdstuk 6................................................................................................................................................. 14
Hoofdstuk 7................................................................................................................................................. 18
1
, Van Zanten, M., van den Bergh, J., van den Brom-Snijders, P. &
Hutten, O. (2014) Verhoudingen, procenten, breuken en
kommagetallen. Amersfoort: Thieme Meulenhoff
Hoofdstuk 1
1.1 Verhoudingen zijn de basis.
Verhoudingen, gebroken getallen en procenten hebben veel met elkaar te
maken. Ook al zien ze er verschillend uit, je kunt er hetzelfde mee.
Een breuk geeft een verhouding aan tussen een deel en een geheel. De
domeinen kennen allemaal hun eigen gebruik en hun eigen verschijningsvormen.
Als we geld bedragen gaan opschrijven wordt er gebruik gemaakt van
kommagetallen en niet van breuken. Ook worden ze gebruikt om getalsmatige
informatie weer te geven in bijvoorbeeld een krant.
Absolute gegevens: getallen die naar daadwerkelijke aantallen verwijzen.
(Bijvoorbeeld: er zitten 500 studenten op de pabo)
Relatieve gegevens: verhoudingsmatige gegevens waarbij je niet direct het
daadwerkelijke getal kan aflezen. (Bijvoorbeeld: 1 op de 4 studenten is vrouw).
Voor het ontwikkelen van de gecijferdheid is het weten wat absolute en relatieve
gegevens betekenen van groot belang. Om dit verschil goed te laten zien kan je
gebruik maken van het strookmodel. Zie blz. 15 uit het boek voor een voorbeeld.
Op de stroken zijn de absolute gegevens te zien en de relatieve gegevens.
Als je wil voorkomen dat de kinderen getallen en percentages door elkaar halen,
is het verstandig om de getallen benoemd te noteren. Bijv.: zoveel keer raak. Dit
kan de kinderen helpen om onderscheid te maken tussen absolute en relatieve
gegevens.
1.2 Onderlinge relaties.
Om goed te kunnen redeneren en rekenen moeten de kinderen greep krijgen op
de onderlinge relaties. In de loop van groep 7 en 8 leren de kinderen domeinen
door elkaar te gebruiken. Dit kan voor sommige kinderen erg lastig zijn. Met
name als de gebroken getallen (verhoudingen en procenten) nog onvoldoende
betekenis hebben. Als leerkracht moet je hier dus veel aandacht aan besteden.
Methodes besteden veel aandacht aan verschillende verschijningsvormen van
verhoudingen, procenten en gebroken getallen. Als kinderen de samenhang
moeten doorzien, is het nodig dat de kinderen leren dat de domeinen in de
realiteit door elkaar voorkomen. Ook leren kinderen de betekenis van
bewerkingen met verhoudingen en breuken te doorzien.
Hierdoor kunnen kinderen dus de onderlinge relaties beredeneren. Ook als
kinderen al goed inzicht hebben in betekenissen en verschijningsvormen moet je
ze blijven helpen om onderlinge relaties te visualiseren.
Er bestaan overeenkomsten en verschillen tussen breuken en kommagetallen. In
de betekenis komen ze overeen: het zijn allebei gebroken getallen.
Rationale getallen: hele getallen, kommagetallen en breuken.
2