100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Class notes

Alle HC's Strafrecht!

Rating
-
Sold
-
Pages
34
Uploaded on
13-12-2021
Written in
2021/2022

Alle HC's compact in 1 document! Haal hierdoor met gemak jouw tentamen Beginselen Strafrecht

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
December 13, 2021
Number of pages
34
Written in
2021/2022
Type
Class notes
Professor(s)
Yvanka piekhaar
Contains
All classes

Subjects

Content preview

Vrije Universiteit 2021/2022


Beginselen Strafrecht Yvanka Piekhaar –


1. Wat is strafrecht?

Soort zaken? > verhouding burger vs. Overheid
Waarom het strafrecht?
Legaliteitsbeginsel: geen misdaad/straf zonder wet

2. Formeel strafrecht:
Hoofddoelstelling
Dilemma binnen het strafrecht

Soort zaken strafrecht?

In NL kan je een groep mensen niet beledigen, ook al is men politicus
- Geen straf, maar gaat om schuldigheid aan aanzette tot discriminatie
 Hof heeft veroordeeld voor groepsbelediging
 Cassatie onherroepelijk veroordeeld, zonder straf
- Straf = hoge beveiliging die nodig is

Art.12 SV- Belanghebbende kan richting Hof voor mogelijke vervolging

Waarom strafrecht?
Ultimum remedium: laatste redmiddel, als het niet anders kan.
1. Taakstraf
2. Geldboete
3. Gevangenis
- Voorwaardelijk: voordeel van de twijfel van de rechter
- Onvoorwaardelijk:

Proportioneel: afgestemd op de daad
Disproportioneel: als de straf niet overeenstemt met de daad

Doel straffen:
Vergelding: leedtoevoeging van de verdachte
 Vertrouwen burger tegenover de overheid & rechtssysteem
Preventie: voorkomen dat men strafbare feiten pleegt
A. Generale preventie: gericht op andere dan de gestrafte,
B. Speciale preventie: afhankelijk persoonlijke omstandigheden, doet men er goed aan
om een straf op te leggen/toekomstige herhaling tegen te gaan.




1

,Vrije Universiteit 2021/2022

1548 Willem van Oranje, aanhanger Katholisme
- Aanhanger Philip II,
- Weggestuurd door
 Vermoord Balthasar Gerards
- Ter dood veroordeeld door de rechter

Art.1 Sr
Legaliteitsbeginsel: geen feit is strafvaar dan uit de kracht van de wet een wettelijke
strafbepaling
Bij verandering van de wet, wordt er gekeken naar de gunstigheid voor de verdachte
- Democratische wetgever beslist wat strafbaar is = draagkracht van de samenleving
 Rechtszekerheid
 Voorkomt willekeur/machtsmisbruik

Een strafbepaling bestaat uit;
1. Delictsomschrijving
2. Kwalificatie: ‘als schuldig aan’
3. Strafbedreiging: de straf

Incidenten politiek: zodra er een incident plaatsvindt, gaat de politiek mee aan de slag.

Materiële strafrecht: welke gedraging onder welke omstandigheden strafbvaar zijn en welke
personen daarvoor verantwoordelijk = strafrechtelijk verantwoordelijk

Uitbreidingen strafbaarheid;
1. Poging (art.45 Sr)
2. Noodweer (art.41 lid 1 Sr)

Formeel strafrecht: verzekeren van dec juiste toepassing van het matriele strafrecht
- Schuldige bestraffen
- Voorkomen betraffen van onschuldige
 Achterhalen van matriele waarheid
Middelen om matriele waarheid te achterhalen;
1. Aanhouding verdachte (art.53 lid 1 Sv)
2. Hore verdachten (art.53 lid 2 Sv)
3. Huiszoeking (art.97 Sv)

Rechten verdachte
A. Zwijgrecht (art 29 lid 1 Sr)
B. Niet gefolterd mogen worden (art.3 EVRM)

Bewijsregel: meer dan 1 bewijsstuk (art.342 lid 2 Sv)

Dilemma van het strafrecht;
Respecteren rechten van verdachte vs. Bevoegdheid van de politie/ (over de schreef)
Hoofddoelstelling; Balans worden gezocht tussen het vervorderen van bestraffing schuldigen
en het voorkomen van bestraffing onschuldige

2

,Vrije Universiteit 2021/2022

Collegeclip – Het rechtelijke beslissingsmodel;

Voorwaarde strafbaar feit;
1. Menselijke gedraging
2. Wettelijke delictsomschrijving -> bestandsdelen: korte onderdelen (moet worden
bewezen verklaard door de rechter)
3. Wederrechtelijkheid -> elementen: onderliggende voorwaarde strafbaar feit (kan
worden weggehaald door rechtvaardigheidsgronden)
 Wederrechtelijkheid -> in DO -> bestandsdeel ipv element
4. Verwijtbaarheid -> elementen: onderliggende voorwaarde strafbaar feit (kan worden
weggehaald door schulduitsluitingsgronden)




Rechtvaardigheidsgronden + schulduitsluitingsgronden = strafuitsluitingsgronden

Formele vragen: art.348 Sv - de procesvragen
1. Dagvaarding?
2. Rechter bevoegd?
3. OVJ bevoegd?
4. Schorsing der vervolging?
 Bij een NEE op 1 van de 4 vragen -> Einduitspraak (Art.349 Sv )
 Bij ja, zie materiële vragen
Materiële vragen: art.350 Sv – het feit zelf
1. Ten laste gelegd bewezen?
2. Delictsomschrijving gekwalificeerd?
3. Wederrechtelijk: feit strafbaar?
4. Verwijtbaarheid: verdachte schuldig?
 Art.351 Sv – Einduitspraak

Formele vragen uitgebreid;
I. Dagvaarding
A. Interne eis: voldoet het aan de formele eisen = is correct omschreven (art.261
Sv)
B. Externe eis: correct uitgereikt aan de verdachte (art.585 Sv)
 Nee? -> nietigheid dagvaarding (art.349 Sv)
II. Rechter bevoegd?
A. Relatieve competentie: welke rechtbank geschikt?
B. Absolute competentie: welke rechter bevoegd?
 Incorrecte bevoegd? -> art.349 Sv




3

, Vrije Universiteit 2021/2022

III. OVJ ontvankelijk?
- OVJ = heeft vervolgingsmonopolie: enige bevoegd om strafbare feiten te vervolgen
 Vervolgingsbeletselen: functies om niet te mogen vervolgen
A. Verdachte is overleden (art.59 Sr)
B. Feit is verjaard (art.70 Sr)
C. Verdachte is onder de 12 jaar
 Bij een vervolgingsbeletsel -> ontvankelijkheid van de OVJ (art.349 Sv)

IV. Redenen tot schorsing (art.14-16 Sv)
1. Begrijpt niks, door een geestelijke stoornis (dementie) (art.16 Sv)
 Schorsing van zaak (art.349 Sv)

Art.349 Sv;
a. Nietigheid dagvaarding
b. Rechter onbevoegd
c. OVJ nietig verklaard
d. Schorsing der vervolging

Ne bis idem: verdachte mag niet tweemaal vervolgd worden voor hetzelfde feit.
Bij formele vragen = beginsel van ne bes idem niet geldig -> OVJ mag nogmaals de verdachte
dagvaardingen

Eisen materiële vragen;
I. Ten laste gelegd moet worden bewezen
1. Alle bestandsdelen van het strafbaar feit worden benoemd
2. Bestaat uit divers bewijs
3. Dubio pro reof: Rechter moet overtuigd zijn
 Als er 1 van de 3 criteria niet voldoet -> vrijspraak verdachte (art.352 lid 2 Sv)

JA -> VRAAG 2
II. Feit worden gekwalificeerd?
Staat het feit strafbaar gesteld in de wet?
 Nee? = Gedraging is niet wettelijk omschreven-> OVAR (art.352 lid 2 Sv)

JA? -> VRAAG 3
III. Wederrechtelijk?
Feit is strafbaar gesteld op basis van de wet
 Nee? = Bij rechtvaardigheidsgronden -> OVAR (Art.352 lid 2 Sv)

JA -> VRAAG 4
IV. Verwijtbaarheid?
Verdachte is schuldig aan het strafbaar feit
 Nee? = schulduitsluitingsgronden -> OVAR (art.352 lid 2 Sv)



Materiële vragen;

4
$13.06
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
imaansohail Vrije Universiteit Amsterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
29
Member since
5 year
Number of followers
23
Documents
34
Last sold
8 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions