100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Mycologie en Parasitologie

Rating
2.0
(1)
Sold
3
Pages
96
Uploaded on
07-12-2021
Written in
2021/2022

Voor deze samenvatting is zowel de syllabus, de slides en mijn eigen nota's gebruikt.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
December 7, 2021
Number of pages
96
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

SAMENVATTING PARASITOLOGIE EN
MYCOLOGIE
1. INLEIDING

1.1 DEFINITIES


1.1.2 WAT IS EEN PARASIET

1.1.2.1 DEFINITIE 1
Een parasiet is een dierlijk of plantaardig organisme dat zich voedt ten koste van een ander organisme (=
de gastheer) en waarop het een schadelijke werking uitoefent. Enkele parasieten die bij de mens
voorkomen zijn de Protozoa, de ingewandswormen en de arthropoda. Ook pathogene bacteriën,
pathogene fungi en pathogene virussen als parasieten beschouwen. De algen zijn parasieten die
plantaardige organismen aantasten.

1.1.2.2 DEFINITIE 2
Parasitisme is een associatie tussen 2 ≠ organismen, een parasiet en een gastheer. De parasiet is
metabolisch afhankelijk van zijn gastheer en dit brengt met zich mee dat er een onderlinge uitwisseling
is van substanties. De afhankelijkheid van de parasiet tot zijn gastheer is het gevolg van een verlies van
genetische informatie aan de zijde van de parasiet.

1.1.2.3 DEFINITIE 3
Een parasiet is een organisme dat voor het volbrengen van zijn natuurlijke levenscyclus tijdelijk of
permanent moet leven in of op een ander levend organisme (gastheer), waaraan het voedsel onttrekt.

1.1.2.4 AFMETINGEN
Afmetingen van enkele micrometer tot meters.




1.2 TAXONOMIE




Protozoa

1

,- Rhizopoda, amoeben : verplaatsing gebeurt met psueodopodiën
- Flagellata : verplaatsing gebeurt met flagellen, niet steeds aanwezig in alle stadia
- Ciliaten : verplaatsing en vangst door trilhaartjes, bedekken heel het lichaam
- Sporozoa : geen manier van voortbewegen meestal intra-cellulair

1.3 BELANG

Parasieten veroorzaken infectieziekten vooral in tropische landen met nadelige gevolgen voor de
volksgezondheid en economische ontwikkeling. Voornamelijk malaria, amoebendysenterie en
worminfecties.
inheemse parasieten zijn Toxoplasma (kattenziekte), Giardia (diarree), Trichomonas (urogenitale),
Enterobius (aarsmade) en Pediculis (hoofdluis).

Parasieten komen voor in verschillende stadia (ei, larve, juveniel stadium, volwassen stadium,
vegetatieve vorm of cyste) -> gesloten cyclus. De kennis van deze cyclus geeft inzicht in transmissie,
helpt bij diagnose en behandeling.

1.4 PARASITOLOGISCHE BEGRIPPEN

Begrip Uitleg
Reservoirgastheer gastheer die voortdurend geparasiteerd is en
daardoor een constante besmettingsbron is voor
andere diersoorten of mens. Vb. Toxoplasma,
een parasiet ontvankelijk voor de mens bevindt
zich in knaagdieren
Prevalentie het percentage van de bevolking dat geïnfecteerd
is
Transmissie overdracht van de parasiet
Endemische infectie infectie optredend in een welbepaald gebied
Importinfectie infectie uit een andere streek
Levenscyclus parasieten gaan tijdens hun bestaan door
verschillende ontwikkelingsstadia die een
gesloten kringloop of ontwikkelingscyclus
vormen Het is de hele cyclus van
vermenigvuldiging en (a)sexuele voortplanting
van de parasiet in de verschillende gastheren en
de transmissie tussen deze gastheren
Gastheerwisseling wanneer een parasiet meerdere gastheren heeft
tijdens zijn levensloop
Tussengastheer gastheer waar de ongeslachtelijke voortplanting
plaatsgrijpt
Eindgastheer gastheer waar de geslachtelijke
vermenigvuldiging plaats vindt Vb. Anopheles
mug bij Plasmodium (malaria)
Accidenteel parasitisme parasiet die zijn normale route niet volgt en
terecht komt bij een gastheer, waar hij zelden
wordt aangetroffen, alhoewel er goede
overlevingskansen zijn. Meestal komt dat
doordat de ontmoetingskansen tussen parasiet
en desbetreffende gastheer gering zijn
Homoxene parasiet heeft geen tussengastheer


2

, Heteroxene parasiet heeft wel een tussengastheer
Monoxene parasiet dit stadium wordt slechts in één gastheersoort
aangetroffen. Vb. geslachtelijke cyclus van
Toxoplasma gondii in de ka
Polyxene parasiet dit stadium kan in verschillende gastheersoorten
worden aangetroffen. Vb. ongeslachtelijke cyclus
van Toxoplasma gondii
Vector insect dat een parasiet overbrengt van de ene
mens naar de andere mens
Prevalentie het aantal besmette personen op een gegeven
moment
Incidentie het aantal nieuwe gevallen van een ziekte per
tijdseenheid, per aantal van de bevolking.
Meestal wordt de incidentie per duizend
personen per jaar opgegeven en soms per
honderdduizend per jaar

1.5 TRANSMISSIE EN PATHOGENESE


1.5.1 TRANSMISSIE
Parasieten infecteren hun gastheer. De kans op het bereiken van een nieuwe gastheer stijgt:

❖ Productie talrijk nageslacht
➢ Bezit strek ontwikkeld geslachtsorgaan (Ascaris lumbricoides legt 200 000 eieren per dag)
➢ Zeer lange levensduur (Schistosoma mansoni leeft 25 jaar)
➢ Hulp van vector

Overdracht parasiet van ene gastheer naar andere kan op verschillende manieren, afhankelijk van
soort.

1.5.1.1 PARASIET VERLAAT 1 STE GASTHEER
❖ faeces
❖ urine
❖ sputum
❖ doorheen de huid
❖ bloed
❖ verorbering (bijvoorbeeld een geïnfecteerde muis die wordt opgegeten)

1.5.1.2 OVERDRACHT NAAR 2 DE GASTHEER
❖ direct contact (faeco-oraal)
❖ voeding
❖ water
❖ bodem/aarde
❖ biologische vectoren of tussengastheren
❖ sexueel contact

1.5.1.3 2 DE GASTHEER BINNENDRINGEN (INGANG)
❖ Direct contact met dier, persoon, kleding, beddengoed, aarde…
❖ Via gastro-intestinale tractus: besmet voedsel


3

, ❖ Doorheen de huid (wonde, insect)
❖ Bloed


1.5.2 PATHOGENESE (ONTSTAAN, ONTWIKKELEN EN EVOLUEREN VAN
INFECTIEZIEKTE)
Mechanische barrière en immuunsysteem zijn basis van de afweer tegen parasieten. Eens de parasiet
binnen is overleeft deze makkelijk, omdat deze complex is. Ze hebben verschillende antigenen die ook
kunnen wijzigen door expressie van andere genen. Daardoor zijn ze moeilijk te bestrijden. Er zijn ook
parasieten die gastheerantigenen absorberen, zo worden ze niet herkend als vreemd materiaal.
De parasiet gaat schadelijke effecten uitoefenen op de gastheer: spoliatieve actie, een toxische actie,
een traumatische actie, een mechanische actie, irritatie en inflammatoire actie of secondaire effecten.
Personen met verminderde afweer hebben een hoger risico op infectie, ze geven dan ernstigere en
langdurigere problemen. Latente parasieten komen onder deze omstandigheden ook tot ziekte, dit zijn
opportunistische infecties.
Sommige gastheren zijn immuun, premunitie. Verschijnsel waarbij aanwezigheid van aantal parasieten
essentieel blijft op partiële afweer op peil te houden. Absolute immuniteit daarentegen is een blijvende
immuniteit, na een vaccinatie. Er bestaan nagenoeg geen efficiënte vaccins tegen parasieten.

2. LABORATORIUMDIAGNOSTIEK VAN PARASITAIRE INFECTIES

Klinische symptomen veroorzaakt door parasieten zijn vaak niet karakteristiek voor een specifieke
parasitaire infectie. Wanneer een diagnose van een parasitaire infectie wordt gemist, wordt dit meestal
veroorzaakt doordat men niet aan de mogelijkheid van een parasitaire infectie heeft gedacht.
Belangrijke informatie hierbij kan het 'reisverleden' van de patiënt zijn. Ook wanneer een verblijf in de
(sub)tropen maanden of zelfs jaren geleden plaatsvond, kan men een parasitaire infectie opgelopen
hebben, die op het moment van onderzoek een rol speelt in het ziektebeeld. Voor sommige infecties zijn
ook minder verre reisdoelen van belang. De geografische anamnese is heel belangrijk bij het
diagnosticeren van een parasitaire infectie.
Een indicatie voor een worminfectie is een hoge eosinofilie. Dit zijn WBC betrokken bij allergische
reacties of afweer tegen extracellulaire parasieten, ze zijn aanwezig in het weefstel en de bloedbaan
(minder). Ontbreken van eosinofilie sluit worminfectie niet uit. Vaak aan te tonen in bloed, faeces of
beenmerg.

2.1 MICROSCOPISCH ONDERZOEK


2.1.1 FAECES ONDERZOEK
Coprologisch onderzoek. Parasieten die langs de darm het lichaam verlaten, zoeken naar vegetatieve
stadia (trofozoïeten), cysten, wormen en wormeieren.

2.1.1.1 STAALAFNAME




4
$15.31
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
FBTHogent
2.0
(1)

Also available in package deal

Reviews from verified buyers

Showing all reviews
3 year ago

2.0

1 reviews

5
0
4
0
3
0
2
1
1
0
Trustworthy reviews on Stuvia

All reviews are made by real Stuvia users after verified purchases.

Get to know the seller

Seller avatar
FBTHogent Hogeschool Gent
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
9
Member since
4 year
Number of followers
4
Documents
5
Last sold
11 months ago

2.0

1 reviews

5
0
4
0
3
0
2
1
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions