Ownership Structure
In het artikel wordt nagedacht over het effect dat de scheiding tussen leiding en eigendom over een
organisatie veroorzaakt op de waarde creatie. In het paper wordt veronderstelt dat managers
nalatig zijn. De auteurs gaan er derhalve vanuit dat manager het geld makkelijker uitgeven omdat
het niet hun geld is. Deze kosten betreffen agency costs voor de aandeelhouders.
Gebruikte theoriën
1. De onderneming
De auteurs definiëren de onderneming vanuit een economische perspectief als een “black box”
waarin de vraag en aanbod uit de markt samenkomt, waarbij de resultaten / waarde van de
onderneming worden gemaximaliseerd. Deze vullen ze aan met het feit dat de organisatie een
formele bundeling van contracten is.
2. Eigendomsrechten
De omschrijving van de individuele eigendomsrechten (in contracten) bepalen hoe kosten en
baten worden verdeeld over de participanten in de organisatie. De auteurs gaan er vanuit dat
het gedrag van individuen door deze contracten worden bepaald (focus in paper op de
contractrelatie tussen managers en eigenaren).
3. Agency theory
De auteurs omschrijven een agency relatie als een contract tussen twee of meer partijen (de
agent en principalen), waarbij de principaal een deel van diens taken en bevoegdheid delegeert
aan de agent. Echter, een agent is rationeel en zal niet altijd in het belang van de principaal
gaan handelen (resultaat en waarde maximalisatie), maar zijn eigen belang nastreven. Door
informatie-asymmetrie kan de principaal niet monitoren of de agent in diens belangen handelt.
Om de agent te stimuleren om in het belang van de principaal te gaan handelen, dient de
principaal beide belangen in lijn te brengen. Dit veroorzaakt dat de volgende agency kosten
ontstaan om deze belangen in lijn te brengen:
Monitoring costs (voor principaal): Kosten aan de extern accountant. Worden door de
principaal gemaakt om de agent te controleren.
Bonding costs (voor agent): Uitgaven van de manager (agent) in de interne beheersing en
interne controle van de organisatie. Deze worden gemaakt om de aandeelhouder
(principaal) ervan te overtuigen dat de manager in het belang van de aandeelhouder werkt.
Residual loss: Het verlies dat geleden wordt door de verkeerde beslissingen door de
manager ondanks bovenstaande maatregelen.
Aannames
De auteurs doen hierbij de aanname dat managers volledig rationeel handelen en hun nut
willen maximaliseren.
Individuen exact hoe de baten en lasten uit de organisatie verdeeld worden.
Er is geen sprake van belastingen
Alle externe aandeelhouders hebben geen stemrecht
Wanneer een manager een 100% belang heeft zullen zijn belangen vanuit privé hetzelfde zijn als die
van aandeelhouder, want het maakt niet uit of hij het resultaat wordt uitgekeerd als
dividenduitkering en hij er genotsmiddelen van koopt of hij het door de onderneming laat betalen
en daardoor minder dividend krijgt.
Wanneer er echter externe aandeelhouders in het spel komen naast de manager zullen er agency
kosten ontstaan in de vorm van monitoring costs. Dit komt omdat de aandeelhouders weten dat de
belangen van de manager (zichzelf verrijken met niet-geldelijke voordelen) afwijken van die van de
aandeelhouders (resultaat maximalisatie).
Naarmate het belang van de manager in de onderneming afneemt zal deze steeds meer belang bij
hebben om Niet geldelijke voordelen te verkrijgen uit de onderneming en zullen de aandeelhouders
de monitoring costs derhalve nog verder verhogen. Het effect hiervan is dat de aandeelhouders
deze verwachte monitoring costs in mindering zullen brengen op de waardering van de aandelen,
wat leidt tot een lagere marktwaarde van de onderneming. Naarmate de monitoring costs toenemen
zal de marktwaarde steeds verder dalen. De agency kosten leiden dus tot waarde vernietiging.
Formule 1: manager 100% aandeelhouder Formule 2: manager niet 100% aandeelhouder