Week 1:
Stof:
De Kern, hoofdstuk 1, 2 en 8.7-8.9
M.G. Vrielink & M.A.M. van Steensel, ‘Wet bestuur en toezicht rechtspersonen’, Fiscaal Tijdschrift
Vermogen 2021/7 (te vinden op Universiteiten.Rechtsorde.nl)
Hoofdstuk 1
Het ondernemingsrecht is een onderdeel van het privaatrecht. In het ondernemingsrecht bevinden
zich de rechtsvormen waarmee ondernemingen gedreven kunnen worden. De rechtsvorm is in feite
een gereedschap om de onderneming goed te kunnen laten functioneren. Het eerste doel van het
ondernemingsrecht is dan ook facilitair. Dit betekent dat de juridische ondernemingsvormen sterk
beïnvloed worden door het functioneren van een onderneming. Een voorbeeld hiervan is de efficiency
van een onderneming.
Het ondernemingsrecht regelt drie onderwerpen:
1. Hoe wordt de interne structuur van een onderneming geregeld?
2. Wie zijn bevoegd om als vertegenwoordigers van de onderneming rechtshandelingen te
verrichten?
3. Hoe is de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid van bijvoorbeeld bestuurders
geregeld?
Wat is een besloten vennootschap?
In Nederland wordt veel gebruik gemaakt van de besloten vennootschap (BV). Op dit moment zijn er
ongeveer 900.000 BV’s. BV’s worden onder meer gebruikt voor het runnen van een onderneming,
zoals het drijven van een snackbar met vijf personeelsleden of zeer grote ondernemingen met
duizenden medewerkers. Er worden echter ruim 200.000 BV’s niet gebruikt voor het runnen van een
onderneming, maar wel voor bijvoorbeeld het fiscaal voordelig opbouwen van een pensioen.
In art. 2:175 BW staat de definitie van de BV. Een kenmerk van een BV is, dat de BV een
rechtspersoon is die een in één of meerdere overdraagbare aandelen verdeeld kapitaal heeft (art
2:175 lid 1 BW). Het is alleen mogelijk om deel te nemen in de BV wanneer men een of meerdere
aandelen bezit, daarom wordt de BV ook geschaard onder de kapitaalvennootschappen (ook wel
kapitaalassociaties genoemd).
Een vereiste dat in acht genomen moet worden is dat er minimaal één aandeel dient te worden
uitgegeven. Het nominale bedrag van de aandelen en het te storten bedrag hoeft niet hoog te liggen,
omdat er bij de BV geen vereist minimumkapitaal (meer) geldt. Bij een BV mogen de aandelen in
handen zijn van een enkele aandeelhouder in het Nederlandse recht.
Het aandeel vervult verschillende functies:
● Het is een middel om vermogen aan te trekken
● Winstverdeling (art. 2:216 BW). De winstuitkering op een aandeel wordt ook wel
dividend genoemd.
● Stemrecht (art. 2:228 BW)
● Voor de aandeelhouder is het aandeel een vermogensobject, omdat het vatbaar is voor
overdracht
Een BV is in beginsel besloten. Dit betekent dat de uitgegeven aandelen niet zomaar kunnen worden
overgedragen. Op grond van art. 2:195 lid 1 BW dient een aandeelhouder die zijn aandelen wil
,overdragen deze eerst aan te bieden aan de overige aandeelhouders. De statuten kunnen echter
bepalen dat de overdracht van aandelen kan plaatsvinden zonder aanbieding van de aandelen aan
de overige aandeelhouders. De in art. 2:195 lid 1 BW neergelegde regeling wordt ook wel een
blokkeringsregeling genoemd. Er moet nog bij worden vermeld dat de overdracht van aandelen alleen
bij notariële akte kan plaatsvinden. Volgens art. 2:194 BW moeten alle houders van aandelen in de
BV worden opgenomen in een door het bestuur bijgehouden register, zodat de BV weet wie haar
aandeelhouders zijn. De BV is in Nederland populair, omdat de aandeelhouders en bestuurders in
beginsel niet aansprakelijk zijn voor handelingen die zijn verricht door de BV. Voor de aandeelhouder
is dit uitgedrukt in art. 2:175 BW.
Per 1 oktober 2012 is het BV-recht flink herzien. De gedachte achter deze flinke herziening, is het
bevorderen van het ondernemerschap. De wetgever wilde door deze herziening de BV aantrekkelijker
maken voor startende ondernemers. Hiervoor zochten diverse Nederlandse ondernemers hun
toevlucht in buitenlandse rechtsvormen, zoals de Engelse limited company. Een van de opvallendste
veranderingen is de schrapping van het verplichte minimumkapitaal van €18.000. Verder zijn alle
blokkeringsregelingen niet langer meer verplicht.
Wat is een naamloze vennootschap?
In Nederland bestaan naar verluidt ongeveer 4000 naamloze vennootschappen (NV). Dit komt
voornamelijk omdat de NV vooral wordt gebruikt door grote ondernemingen. Een aantal NV’s is
genoteerd op een effectenbeurs, zoals Euronext Amsterdam. Volgens art. 2:67 lid 2 BW bedraagt het
minimumkapitaal van de NV € 45.000. De NV is daardoor minder aantrekkelijk dan de BV. Net als de
BV kent de NV volgens art. 2:64 BW een in aandelen verdeeld maatschappelijk kapitaal. De NV is
evenals de BV een kapitaalassociatie en het aandeel vervult dezelfde functies. Bij een NV hoeven de
aandelen niet op naam te luiden. Dit betekent dat een NV aandelen aan toonder kan uitgeven die
tevens vrij overdraagbaar zijn.
Wat is de vennootschap onder firma en de maatschap?
Een maatschap is een samenwerkingsovereenkomst tussen twee of meerdere personen van
obligatoire aard. In beginsel is het sluiten van een maatschapsovereenkomst vormvrij. Het doel van
de maatschap is door middel van samenwerking het behalen van vermogensrechtelijk voordeel dat
ten goede komt aan de vennoten. Er kan dus geconcludeerd worden dat de maatschap, net als de NV
en BV, streeft naar winst. Bij de maatschap is er sprake van samenwerking voor gemeenschappelijke
rekening ten behoeve van een gemeenschappelijk doel. De winst die de maatschap behaalt, worden
volgens een afgesproken verdeelsleutel verdeeld over de vennoten in de maatschap. Voordat er
überhaupt een maatschap kan worden gestart, moeten de vennoten iets inbrengen in de maatschap.
Deze inbreng kan bijvoorbeeld bestaan uit kapitaalgoederen of arbeid. De maatschap is geregeld in
Titel 9 van Boek 7A BW, artikelen 1655-1688.
Wanneer een maatschap onder gemeenschappelijke naam (firmanaam) een onderneming drijft of
voert, dan gelden naast de bepalingen van Boek 7A: 1655-1688 BW, ook art. 16-34 K. Deze
maatschap wordt dan de vennootschap onder firma (vof) genoemd. Het verschil tussen de vof en de
gewone maatschap is onder meer dat bij een vof de vennoten hoofdelijk aansprakelijk zijn op basis
van art. 18 K, terwijl bij de maatschap de vennoten voor gelijke delen aansprakelijk zijn op grond van
art. 7A:1680 BW.
Wat betreft de samenwerking bij een maatschap en de vof valt het volgende te zeggen: de vennoten
dienen op basis van gelijkheid samen te werken. Dit houdt in dat er geen sprake mag zijn van een
positie van ondergeschiktheid, want dit zou kunnen wijzen op een arbeidsovereenkomst. De vennoten
dienen gezamenlijk het beleid te bepalen van de maatschap of vof. Er wordt ook gezegd dat een
maatschap of vof intuitu personae wordt genoemd. Dit betekent dat de samenwerking
,hoogstpersoonlijk wordt aangegaan. De maatschap en de vof worden ook wel personenassociaties of
personenvennootschappen genoemd.
Een maatschap kan onder meer worden gebruikt voor het gezamenlijk uitoefenen van het beroep van
advocaat of plastisch chirurg. Diverse advocaten en chirurgen oefenen hun professie uit voor
gemeenschappelijke rekening. Dit houdt in, dat zij onderling hun winsten en verliezen verrekenen. De
inbreng bestaat meestal uit arbeid. De beroeps- of bedrijfsuitoefening kan bij een maatschap stil
plaatsvinden. Dit houdt in dat er naar buiten niets blijkt van een gezamenlijk beroeps- of
bedrijfsuitoefening. Stille maatschappen komen onder meer voor in de agrarische sector. De zoon van
de boerenfamilie oefent voor de buitenwereld het boerenbedrijf uit, maar intern heeft de zoon overleg
met zijn vader over de stukken land. Een openbare maatschap is het type maatschap dat op
duidelijke wijze naar buiten toe onder een gemeenschappelijke naam optreedt, dit gebeurt veelal in de
advocatuur.
Het onderscheid tussen beroeps- en bedrijfsuitvoering kan zeer gemakkelijk worden gemaakt. Bij
beroepsuitoefening is er sprake van persoonlijke dienstverlening. Dit houdt in, dat de persoonlijke
kwaliteiten van de dienstverlener voorop staan. Een beroepsuitoefenaar dient de belangen van zijn
cliënt te behartigen. Voorbeelden van beroepsuitoefenaars zijn advocaten, artsen en notarissen. Het
beroepsgeheim geldt voor beroepsuitoefenaars en is neergelegd in de beroepsregels. Bij
bedrijfsuitoefening staat het uitoefenen van het bedrijf centraal. Dit houdt in, dat persoonlijke
dienstverlening en vertrouwelijkheid minder prioriteit hebben. De bakker, slager en de
snackbarhouder zijn voorbeelden van beroepen die een bedrijf uitoefenen. Het verschil tussen bedrijf
en beroep is echter in rap tempo aan het vervagen. Dit komt onder meer doordat beroepsuitoefenaars
in toenemende mate gebruik maken van een BV-vorm. Vele grote Nederlandse advocatenkantoren
maken zelfs gebruik een NV-vorm. De NV was oorspronkelijk opgezet voor bedrijfsuitoefening. Het
verschil tussen beroep en bedrijf vervaagt steeds meer, omdat beroepsbeoefenaren steeds meer
gebruik maken van rechtsvormen die bestemd zijn voor bedrijfsuitoefening,
Er zijn twee verschillen te noemen tussen de vof en de maatschap.
● Het eerste verschil is te vinden in de vertegenwoordigingsbevoegdheid. Bij een vof heeft
op grond van art. 17 lid 1 K elke vennoot vertegenwoordigingsbevoegdheid. Dit houdt in
dat elke vennoot namens de vof mag handelen. Er is wel een optie mogelijk dat de
vertegenwoordigingsbevoegdheid wordt beperkt door middel van een
vennootschapsovereenkomst. Bij een maatschap mag op basis van art. 7A:1679 BW
een vennoot alleen vertegenwoordigen als de overige vennoten hem daarvoor een
volmacht hebben verleend. De maatschap is meer intern gericht dan de vof; dit verklaart
waarom de overige vennoten bij een maatschap een volmacht moeten verlenen voordat
een vennoot mag vertegenwoordigen. Er worden ook bij een maatschap minder
profijtelijke transacties afgesloten.
● Het tweede verschil heeft te maken met de aansprakelijkheid. Bij een vof zijn alle
vennoten volgens art. 18 K hoofdelijk aansprakelijk. Voor de maatschap is de
aansprakelijkheidsregeling wat soepeler, omdat art. 7A:1679 en 1680 BW aangeven dat
de vennoten bij een maatschap slechts voor gelijke delen aan te spreken zijn voor
vennootschapsschulden.
Ook op de maatschap en de vof is de Wet op de ondernemingsraden van toepassing (als er een
ondernemingsraad moet worden ingesteld). Verder is de Handelsregisterwet 2007 van toepassing op
de maatschap en de vof. In het bijzonder wijzen wij op art. 29 K. Dit strenge artikel is van toepassing
wanneer de inschrijving van de vof in het handelsregister niet heeft plaatsgevonden. Het gevolg
hiervan is dat de vof bij het achterwege laten van inschrijving in het handelsregister geacht wordt alle
handelingen te zijn aangegaan voor onbepaalde tijd. Een ander gevolg is dat dan de
vertegenwoordigingsbevoegdheid onbeperkt is. Dit betekent dat diegene die handelt namens de vof
, zijn medevennoten ook kan binden aan de transacties. Dit is zeer risicovol. Er kan een nuancering
worden aangebracht, want de vof en haar vennoten zijn niet gebonden wanneer de wederpartij van
de vof op de hoogte was van een beperking of uitsluiting van de vertegenwoordigingsbevoegdheid.
Wat zijn de verschillen tussen de maatschap en vof en de BV en NV?
Verschillen BV/NV /vof
Bij de NV en BV zijn de Voor de maatschap (art.
aandeelhouders in beginsel 7A:1679 en 1680 BW) geldt
niet aansprakelijk voor de aansprakelijkheid over gelijke
Aansprakelijkheid
dingen die namens de BV en delen en bij de vof (art. 18 K) is
NV zijn verricht (art. 2:64 en er zelfs sprake van hoofdelijke
art. 2:175 BW). aansprakelijkheid.
De NV en de BV moeten een
jaarrekening opmaken, Voor de maatschap en de vof is
vaststellen en openbaar maken het geen verplichting om een
Jaarrekening (titel 9 Boek 2 BW) De jaarrekening op te maken, vast
jaarrekening is een weergave te stellen en openbaar te
van het vermogen en het maken.
resultaat van de NV of de BV.
Een aandeelhouder kan de
kapitaalvennootschap niet
opzeggen. Een aandeelhouder
Een vennoot van een
kan alleen afkomen van zijn
personenvennootschap kan
Opzegging aandelen door deze over te
wel de personenvennootschap
dragen aan anderen die daar
opzeggen.
geïnteresseerd in zijn. Er zijn
echter niet altijd anderen die
geïnteresseerd in de aandelen.
De wetgever heeft
voorgeschreven dat een NV en
een BV twee organen moeten
hebben (duale
organisatiestructuur): de
Bij de maatschap en de vof is
aandeelhoudersvergadering en
het uitgangspunt wat anders,
het bestuur. Op basis van de
Organisatiestructuur aangezien de wetgever ervan
statuten kunnen ook een raad
uit gaat dat de vennoten ook
van commissarissen (art.
zelf besturen.
2:140/250 BW) of een
vergadering van een bijzondere
groep aandeelhouders (art.
2:78a/189a BW) worden
ingesteld.
Stof:
De Kern, hoofdstuk 1, 2 en 8.7-8.9
M.G. Vrielink & M.A.M. van Steensel, ‘Wet bestuur en toezicht rechtspersonen’, Fiscaal Tijdschrift
Vermogen 2021/7 (te vinden op Universiteiten.Rechtsorde.nl)
Hoofdstuk 1
Het ondernemingsrecht is een onderdeel van het privaatrecht. In het ondernemingsrecht bevinden
zich de rechtsvormen waarmee ondernemingen gedreven kunnen worden. De rechtsvorm is in feite
een gereedschap om de onderneming goed te kunnen laten functioneren. Het eerste doel van het
ondernemingsrecht is dan ook facilitair. Dit betekent dat de juridische ondernemingsvormen sterk
beïnvloed worden door het functioneren van een onderneming. Een voorbeeld hiervan is de efficiency
van een onderneming.
Het ondernemingsrecht regelt drie onderwerpen:
1. Hoe wordt de interne structuur van een onderneming geregeld?
2. Wie zijn bevoegd om als vertegenwoordigers van de onderneming rechtshandelingen te
verrichten?
3. Hoe is de aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid van bijvoorbeeld bestuurders
geregeld?
Wat is een besloten vennootschap?
In Nederland wordt veel gebruik gemaakt van de besloten vennootschap (BV). Op dit moment zijn er
ongeveer 900.000 BV’s. BV’s worden onder meer gebruikt voor het runnen van een onderneming,
zoals het drijven van een snackbar met vijf personeelsleden of zeer grote ondernemingen met
duizenden medewerkers. Er worden echter ruim 200.000 BV’s niet gebruikt voor het runnen van een
onderneming, maar wel voor bijvoorbeeld het fiscaal voordelig opbouwen van een pensioen.
In art. 2:175 BW staat de definitie van de BV. Een kenmerk van een BV is, dat de BV een
rechtspersoon is die een in één of meerdere overdraagbare aandelen verdeeld kapitaal heeft (art
2:175 lid 1 BW). Het is alleen mogelijk om deel te nemen in de BV wanneer men een of meerdere
aandelen bezit, daarom wordt de BV ook geschaard onder de kapitaalvennootschappen (ook wel
kapitaalassociaties genoemd).
Een vereiste dat in acht genomen moet worden is dat er minimaal één aandeel dient te worden
uitgegeven. Het nominale bedrag van de aandelen en het te storten bedrag hoeft niet hoog te liggen,
omdat er bij de BV geen vereist minimumkapitaal (meer) geldt. Bij een BV mogen de aandelen in
handen zijn van een enkele aandeelhouder in het Nederlandse recht.
Het aandeel vervult verschillende functies:
● Het is een middel om vermogen aan te trekken
● Winstverdeling (art. 2:216 BW). De winstuitkering op een aandeel wordt ook wel
dividend genoemd.
● Stemrecht (art. 2:228 BW)
● Voor de aandeelhouder is het aandeel een vermogensobject, omdat het vatbaar is voor
overdracht
Een BV is in beginsel besloten. Dit betekent dat de uitgegeven aandelen niet zomaar kunnen worden
overgedragen. Op grond van art. 2:195 lid 1 BW dient een aandeelhouder die zijn aandelen wil
,overdragen deze eerst aan te bieden aan de overige aandeelhouders. De statuten kunnen echter
bepalen dat de overdracht van aandelen kan plaatsvinden zonder aanbieding van de aandelen aan
de overige aandeelhouders. De in art. 2:195 lid 1 BW neergelegde regeling wordt ook wel een
blokkeringsregeling genoemd. Er moet nog bij worden vermeld dat de overdracht van aandelen alleen
bij notariële akte kan plaatsvinden. Volgens art. 2:194 BW moeten alle houders van aandelen in de
BV worden opgenomen in een door het bestuur bijgehouden register, zodat de BV weet wie haar
aandeelhouders zijn. De BV is in Nederland populair, omdat de aandeelhouders en bestuurders in
beginsel niet aansprakelijk zijn voor handelingen die zijn verricht door de BV. Voor de aandeelhouder
is dit uitgedrukt in art. 2:175 BW.
Per 1 oktober 2012 is het BV-recht flink herzien. De gedachte achter deze flinke herziening, is het
bevorderen van het ondernemerschap. De wetgever wilde door deze herziening de BV aantrekkelijker
maken voor startende ondernemers. Hiervoor zochten diverse Nederlandse ondernemers hun
toevlucht in buitenlandse rechtsvormen, zoals de Engelse limited company. Een van de opvallendste
veranderingen is de schrapping van het verplichte minimumkapitaal van €18.000. Verder zijn alle
blokkeringsregelingen niet langer meer verplicht.
Wat is een naamloze vennootschap?
In Nederland bestaan naar verluidt ongeveer 4000 naamloze vennootschappen (NV). Dit komt
voornamelijk omdat de NV vooral wordt gebruikt door grote ondernemingen. Een aantal NV’s is
genoteerd op een effectenbeurs, zoals Euronext Amsterdam. Volgens art. 2:67 lid 2 BW bedraagt het
minimumkapitaal van de NV € 45.000. De NV is daardoor minder aantrekkelijk dan de BV. Net als de
BV kent de NV volgens art. 2:64 BW een in aandelen verdeeld maatschappelijk kapitaal. De NV is
evenals de BV een kapitaalassociatie en het aandeel vervult dezelfde functies. Bij een NV hoeven de
aandelen niet op naam te luiden. Dit betekent dat een NV aandelen aan toonder kan uitgeven die
tevens vrij overdraagbaar zijn.
Wat is de vennootschap onder firma en de maatschap?
Een maatschap is een samenwerkingsovereenkomst tussen twee of meerdere personen van
obligatoire aard. In beginsel is het sluiten van een maatschapsovereenkomst vormvrij. Het doel van
de maatschap is door middel van samenwerking het behalen van vermogensrechtelijk voordeel dat
ten goede komt aan de vennoten. Er kan dus geconcludeerd worden dat de maatschap, net als de NV
en BV, streeft naar winst. Bij de maatschap is er sprake van samenwerking voor gemeenschappelijke
rekening ten behoeve van een gemeenschappelijk doel. De winst die de maatschap behaalt, worden
volgens een afgesproken verdeelsleutel verdeeld over de vennoten in de maatschap. Voordat er
überhaupt een maatschap kan worden gestart, moeten de vennoten iets inbrengen in de maatschap.
Deze inbreng kan bijvoorbeeld bestaan uit kapitaalgoederen of arbeid. De maatschap is geregeld in
Titel 9 van Boek 7A BW, artikelen 1655-1688.
Wanneer een maatschap onder gemeenschappelijke naam (firmanaam) een onderneming drijft of
voert, dan gelden naast de bepalingen van Boek 7A: 1655-1688 BW, ook art. 16-34 K. Deze
maatschap wordt dan de vennootschap onder firma (vof) genoemd. Het verschil tussen de vof en de
gewone maatschap is onder meer dat bij een vof de vennoten hoofdelijk aansprakelijk zijn op basis
van art. 18 K, terwijl bij de maatschap de vennoten voor gelijke delen aansprakelijk zijn op grond van
art. 7A:1680 BW.
Wat betreft de samenwerking bij een maatschap en de vof valt het volgende te zeggen: de vennoten
dienen op basis van gelijkheid samen te werken. Dit houdt in dat er geen sprake mag zijn van een
positie van ondergeschiktheid, want dit zou kunnen wijzen op een arbeidsovereenkomst. De vennoten
dienen gezamenlijk het beleid te bepalen van de maatschap of vof. Er wordt ook gezegd dat een
maatschap of vof intuitu personae wordt genoemd. Dit betekent dat de samenwerking
,hoogstpersoonlijk wordt aangegaan. De maatschap en de vof worden ook wel personenassociaties of
personenvennootschappen genoemd.
Een maatschap kan onder meer worden gebruikt voor het gezamenlijk uitoefenen van het beroep van
advocaat of plastisch chirurg. Diverse advocaten en chirurgen oefenen hun professie uit voor
gemeenschappelijke rekening. Dit houdt in, dat zij onderling hun winsten en verliezen verrekenen. De
inbreng bestaat meestal uit arbeid. De beroeps- of bedrijfsuitoefening kan bij een maatschap stil
plaatsvinden. Dit houdt in dat er naar buiten niets blijkt van een gezamenlijk beroeps- of
bedrijfsuitoefening. Stille maatschappen komen onder meer voor in de agrarische sector. De zoon van
de boerenfamilie oefent voor de buitenwereld het boerenbedrijf uit, maar intern heeft de zoon overleg
met zijn vader over de stukken land. Een openbare maatschap is het type maatschap dat op
duidelijke wijze naar buiten toe onder een gemeenschappelijke naam optreedt, dit gebeurt veelal in de
advocatuur.
Het onderscheid tussen beroeps- en bedrijfsuitvoering kan zeer gemakkelijk worden gemaakt. Bij
beroepsuitoefening is er sprake van persoonlijke dienstverlening. Dit houdt in, dat de persoonlijke
kwaliteiten van de dienstverlener voorop staan. Een beroepsuitoefenaar dient de belangen van zijn
cliënt te behartigen. Voorbeelden van beroepsuitoefenaars zijn advocaten, artsen en notarissen. Het
beroepsgeheim geldt voor beroepsuitoefenaars en is neergelegd in de beroepsregels. Bij
bedrijfsuitoefening staat het uitoefenen van het bedrijf centraal. Dit houdt in, dat persoonlijke
dienstverlening en vertrouwelijkheid minder prioriteit hebben. De bakker, slager en de
snackbarhouder zijn voorbeelden van beroepen die een bedrijf uitoefenen. Het verschil tussen bedrijf
en beroep is echter in rap tempo aan het vervagen. Dit komt onder meer doordat beroepsuitoefenaars
in toenemende mate gebruik maken van een BV-vorm. Vele grote Nederlandse advocatenkantoren
maken zelfs gebruik een NV-vorm. De NV was oorspronkelijk opgezet voor bedrijfsuitoefening. Het
verschil tussen beroep en bedrijf vervaagt steeds meer, omdat beroepsbeoefenaren steeds meer
gebruik maken van rechtsvormen die bestemd zijn voor bedrijfsuitoefening,
Er zijn twee verschillen te noemen tussen de vof en de maatschap.
● Het eerste verschil is te vinden in de vertegenwoordigingsbevoegdheid. Bij een vof heeft
op grond van art. 17 lid 1 K elke vennoot vertegenwoordigingsbevoegdheid. Dit houdt in
dat elke vennoot namens de vof mag handelen. Er is wel een optie mogelijk dat de
vertegenwoordigingsbevoegdheid wordt beperkt door middel van een
vennootschapsovereenkomst. Bij een maatschap mag op basis van art. 7A:1679 BW
een vennoot alleen vertegenwoordigen als de overige vennoten hem daarvoor een
volmacht hebben verleend. De maatschap is meer intern gericht dan de vof; dit verklaart
waarom de overige vennoten bij een maatschap een volmacht moeten verlenen voordat
een vennoot mag vertegenwoordigen. Er worden ook bij een maatschap minder
profijtelijke transacties afgesloten.
● Het tweede verschil heeft te maken met de aansprakelijkheid. Bij een vof zijn alle
vennoten volgens art. 18 K hoofdelijk aansprakelijk. Voor de maatschap is de
aansprakelijkheidsregeling wat soepeler, omdat art. 7A:1679 en 1680 BW aangeven dat
de vennoten bij een maatschap slechts voor gelijke delen aan te spreken zijn voor
vennootschapsschulden.
Ook op de maatschap en de vof is de Wet op de ondernemingsraden van toepassing (als er een
ondernemingsraad moet worden ingesteld). Verder is de Handelsregisterwet 2007 van toepassing op
de maatschap en de vof. In het bijzonder wijzen wij op art. 29 K. Dit strenge artikel is van toepassing
wanneer de inschrijving van de vof in het handelsregister niet heeft plaatsgevonden. Het gevolg
hiervan is dat de vof bij het achterwege laten van inschrijving in het handelsregister geacht wordt alle
handelingen te zijn aangegaan voor onbepaalde tijd. Een ander gevolg is dat dan de
vertegenwoordigingsbevoegdheid onbeperkt is. Dit betekent dat diegene die handelt namens de vof
, zijn medevennoten ook kan binden aan de transacties. Dit is zeer risicovol. Er kan een nuancering
worden aangebracht, want de vof en haar vennoten zijn niet gebonden wanneer de wederpartij van
de vof op de hoogte was van een beperking of uitsluiting van de vertegenwoordigingsbevoegdheid.
Wat zijn de verschillen tussen de maatschap en vof en de BV en NV?
Verschillen BV/NV /vof
Bij de NV en BV zijn de Voor de maatschap (art.
aandeelhouders in beginsel 7A:1679 en 1680 BW) geldt
niet aansprakelijk voor de aansprakelijkheid over gelijke
Aansprakelijkheid
dingen die namens de BV en delen en bij de vof (art. 18 K) is
NV zijn verricht (art. 2:64 en er zelfs sprake van hoofdelijke
art. 2:175 BW). aansprakelijkheid.
De NV en de BV moeten een
jaarrekening opmaken, Voor de maatschap en de vof is
vaststellen en openbaar maken het geen verplichting om een
Jaarrekening (titel 9 Boek 2 BW) De jaarrekening op te maken, vast
jaarrekening is een weergave te stellen en openbaar te
van het vermogen en het maken.
resultaat van de NV of de BV.
Een aandeelhouder kan de
kapitaalvennootschap niet
opzeggen. Een aandeelhouder
Een vennoot van een
kan alleen afkomen van zijn
personenvennootschap kan
Opzegging aandelen door deze over te
wel de personenvennootschap
dragen aan anderen die daar
opzeggen.
geïnteresseerd in zijn. Er zijn
echter niet altijd anderen die
geïnteresseerd in de aandelen.
De wetgever heeft
voorgeschreven dat een NV en
een BV twee organen moeten
hebben (duale
organisatiestructuur): de
Bij de maatschap en de vof is
aandeelhoudersvergadering en
het uitgangspunt wat anders,
het bestuur. Op basis van de
Organisatiestructuur aangezien de wetgever ervan
statuten kunnen ook een raad
uit gaat dat de vennoten ook
van commissarissen (art.
zelf besturen.
2:140/250 BW) of een
vergadering van een bijzondere
groep aandeelhouders (art.
2:78a/189a BW) worden
ingesteld.