Pagina 1 van 62
Personenbelasting
Algemene situering
Belasting = een geldelijke bijdrage opgelegd door de overheid voor de
noodwendigheden van diensten van algemeen belang (bv. onderwijs,
gezondheidszorg …).
Frankrijk, Denemarken en België zijn de 3 landen met de hoogste belastingdruk.
Hoe meer taken een gemeenschap aan de staat opdraagt, hoe meer geld dat die
staat nodig heeft om haar verplichtingen t.o.v. de bevolking na te komen.
De financiële behoeften van de overheden worden gedekt met fiscale inkomsten.
De belastingontvangsten worden met niet-fiscale inkomsten aangevuld.
Fiscale inkomsten
Directe belastingen Indirecte belastingen
Belastingen die geheven worden op Belastingen die worden geheven op de
het beroepsinkomen: aankoop van goederen:
- Personenbelasting (inkomsten - BTW (o.b.v. de toegevoegde
van rijksinwoners) waarde)
- Vennootschapsbelasting - Douanerechten (invoer van
(winsten van binnenlandse goederen)
vennootschappen) - Accijnzen (bijkomende
- Rechtspersonenbelasting belasting)
(inkomsten van rechtspersonen) - Registratiebelastingen
- Belasting der niet inwoners (niet (vervullen van
rijksinwoners, buitenlandse registratieformaliteiten)
vennootschappen) - Erfbelasting (successierechten)
- Vermogensbelasting (laag) - Recht op geschriften (akten die
verplicht verzegeld moeten
worden door de notaris)
- Diverse rechten en taksen (op
verzekeringscontracten …)
- Sociale premies (RSZ)
Niet-fiscale inkomsten
Staan los van verplichte heffingen: geïnde boetes, verkopen van activa, rente op
beleggingen …
INKOMSTENJAAR (2020) 12 M AANSLAGJAAR (2021) 18 M
= belastbaar tijdperk
= annaliteitsprincipe (1J) 30/06/’21 31/06/’22
Inkomen en voorheffingen Belastingaangifte:
Aanslagbiljet
Belasting berekening
Voorschot uit belastingen: Online: Taks on web (mid juli)
- voorheffing
- BV op loon Via boekhouder (mid oktober)
- Roerende voorheffing - verminderingen
- Voorafbetalingen Na de aangifte gaat = SALDO (TTV of TB)
de overheid de
bedragen op de
aangifte controleren.
Na die controle
wordt het
,Pagina 2 van 62
, Pagina 3 van 62
Kenmerken van de personenbelasting
Annaliteit, belastbaar tijdperk en aanslagjaar
De belastingplichtige moet belastingen betalen op het jaarinkomen dat ze
verdient hebben tijdens het belastbaar tijdperk (2020). Die belastingen zal ze in
het aanslagjaar (2021) moeten betalen. Het belastbaar tijdperk is 1 kalenderjaar,
het aanslagjaar duurt 18 kalendermaanden.
Belastingplichtige
De personenbelasting treft iedere natuurlijke persoon die aan de kwalificatie
‘rijksinwoner’ voldoet op zijn wereldwijd inkomen.
Elke inwoner van een bepaald gewest (geen belang van nationaliteit, wel
fiscale woonplaats).
Fiscale woonplaats ≠ domicilie
De fiscale woonplaats is de plaats waar de belastingplichtige zijn sociaal netwerk
heeft uitgebouwd. De belastingplichtige kan slechts 1 fiscale woonplaats hebben,
die wordt vastgelegd op 1 januari van het aanslagjaar.
Domicilie: waar je officieel ingeschreven staat
deze 2 plaatsen kunnen van elkaar verschillen!
Voorbeeld: als je wegens verbouwingen aan je huis in Gent, enkele weken
bij je ouders in Brussel moet gaan wonen (20 december 2020 – 10 januari
2021), is je fiscale woonplaats voor AJ 2021 in Brussel.
De fiscale woonplaats van een gezin (man en vrouw zijn gehuwd/ wettelijk
samenwonend) ligt bij elkaar. De man kan geen andere fiscale woonplaats
hebben dan de vrouw.
Voorbeeld: de man werkt in Genève en heeft daar een appartement. Ieder
weekend komt hij naar zijn gezin in Gent. De fiscale woonplaats van de
man ligt in Gent, ongeacht het feit of hij in Genève een appartement heeft
en er werkt.
Overzicht belastbare inkomens
Onroerende inkomens: inkomsten uit onroerende goederen (huuropbrengsten,
kadastraal inkomen).
Roerende inkomens: inkomsten uit roerende goederen (beleggingen, dividenden,
huur roerende goederen).
Beroepsinkomens: inkomsten uit arbeidsprestaties, uit beroepswerkzaamheden
(loon, winst, pensioen, uitkeringen, extralegale voordelen, zwartwerk).
Diverse inkomens: overige belastbare inkomsten (alimentatiegeld, winst op
verkoop van een woning).
Belastende overheden
Federaal en gewesten
Federale belasting: progressief stijgende percentages (25-50%).
, Pagina 4 van 62
Gewestelijke opcentiemen: Bel staat (100%) - autonomiefactor (24,957%) =
gereduceerde bel (75.043%)
Gereduceerde bel (75.043%) * gewestelijk opcentiemen
(33.257%) = belasting
Personenbelasting
Algemene situering
Belasting = een geldelijke bijdrage opgelegd door de overheid voor de
noodwendigheden van diensten van algemeen belang (bv. onderwijs,
gezondheidszorg …).
Frankrijk, Denemarken en België zijn de 3 landen met de hoogste belastingdruk.
Hoe meer taken een gemeenschap aan de staat opdraagt, hoe meer geld dat die
staat nodig heeft om haar verplichtingen t.o.v. de bevolking na te komen.
De financiële behoeften van de overheden worden gedekt met fiscale inkomsten.
De belastingontvangsten worden met niet-fiscale inkomsten aangevuld.
Fiscale inkomsten
Directe belastingen Indirecte belastingen
Belastingen die geheven worden op Belastingen die worden geheven op de
het beroepsinkomen: aankoop van goederen:
- Personenbelasting (inkomsten - BTW (o.b.v. de toegevoegde
van rijksinwoners) waarde)
- Vennootschapsbelasting - Douanerechten (invoer van
(winsten van binnenlandse goederen)
vennootschappen) - Accijnzen (bijkomende
- Rechtspersonenbelasting belasting)
(inkomsten van rechtspersonen) - Registratiebelastingen
- Belasting der niet inwoners (niet (vervullen van
rijksinwoners, buitenlandse registratieformaliteiten)
vennootschappen) - Erfbelasting (successierechten)
- Vermogensbelasting (laag) - Recht op geschriften (akten die
verplicht verzegeld moeten
worden door de notaris)
- Diverse rechten en taksen (op
verzekeringscontracten …)
- Sociale premies (RSZ)
Niet-fiscale inkomsten
Staan los van verplichte heffingen: geïnde boetes, verkopen van activa, rente op
beleggingen …
INKOMSTENJAAR (2020) 12 M AANSLAGJAAR (2021) 18 M
= belastbaar tijdperk
= annaliteitsprincipe (1J) 30/06/’21 31/06/’22
Inkomen en voorheffingen Belastingaangifte:
Aanslagbiljet
Belasting berekening
Voorschot uit belastingen: Online: Taks on web (mid juli)
- voorheffing
- BV op loon Via boekhouder (mid oktober)
- Roerende voorheffing - verminderingen
- Voorafbetalingen Na de aangifte gaat = SALDO (TTV of TB)
de overheid de
bedragen op de
aangifte controleren.
Na die controle
wordt het
,Pagina 2 van 62
, Pagina 3 van 62
Kenmerken van de personenbelasting
Annaliteit, belastbaar tijdperk en aanslagjaar
De belastingplichtige moet belastingen betalen op het jaarinkomen dat ze
verdient hebben tijdens het belastbaar tijdperk (2020). Die belastingen zal ze in
het aanslagjaar (2021) moeten betalen. Het belastbaar tijdperk is 1 kalenderjaar,
het aanslagjaar duurt 18 kalendermaanden.
Belastingplichtige
De personenbelasting treft iedere natuurlijke persoon die aan de kwalificatie
‘rijksinwoner’ voldoet op zijn wereldwijd inkomen.
Elke inwoner van een bepaald gewest (geen belang van nationaliteit, wel
fiscale woonplaats).
Fiscale woonplaats ≠ domicilie
De fiscale woonplaats is de plaats waar de belastingplichtige zijn sociaal netwerk
heeft uitgebouwd. De belastingplichtige kan slechts 1 fiscale woonplaats hebben,
die wordt vastgelegd op 1 januari van het aanslagjaar.
Domicilie: waar je officieel ingeschreven staat
deze 2 plaatsen kunnen van elkaar verschillen!
Voorbeeld: als je wegens verbouwingen aan je huis in Gent, enkele weken
bij je ouders in Brussel moet gaan wonen (20 december 2020 – 10 januari
2021), is je fiscale woonplaats voor AJ 2021 in Brussel.
De fiscale woonplaats van een gezin (man en vrouw zijn gehuwd/ wettelijk
samenwonend) ligt bij elkaar. De man kan geen andere fiscale woonplaats
hebben dan de vrouw.
Voorbeeld: de man werkt in Genève en heeft daar een appartement. Ieder
weekend komt hij naar zijn gezin in Gent. De fiscale woonplaats van de
man ligt in Gent, ongeacht het feit of hij in Genève een appartement heeft
en er werkt.
Overzicht belastbare inkomens
Onroerende inkomens: inkomsten uit onroerende goederen (huuropbrengsten,
kadastraal inkomen).
Roerende inkomens: inkomsten uit roerende goederen (beleggingen, dividenden,
huur roerende goederen).
Beroepsinkomens: inkomsten uit arbeidsprestaties, uit beroepswerkzaamheden
(loon, winst, pensioen, uitkeringen, extralegale voordelen, zwartwerk).
Diverse inkomens: overige belastbare inkomsten (alimentatiegeld, winst op
verkoop van een woning).
Belastende overheden
Federaal en gewesten
Federale belasting: progressief stijgende percentages (25-50%).
, Pagina 4 van 62
Gewestelijke opcentiemen: Bel staat (100%) - autonomiefactor (24,957%) =
gereduceerde bel (75.043%)
Gereduceerde bel (75.043%) * gewestelijk opcentiemen
(33.257%) = belasting
