100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Other

Samenvatting Stofwisseling 2

Rating
-
Sold
1
Pages
51
Uploaded on
15-01-2015
Written in
2012/2013

Samenvatting Stofwisseling 2

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
January 15, 2015
Number of pages
51
Written in
2012/2013
Type
Other
Person
Unknown

Content preview

Samenvatting Stofwisseling II


Endocrinologie
Basisprincipes

 Groeihormoon en ACTH worden gemaakt van peptiden.
Cortisol en vitamine D (=1,25 OHD3) worden gemaakt van cholesterol.
Adrenaline wordt gemaakt van een gemodificeerd aminozuur.
 Hydrofiele hormonen zijn vaak grote, polaire moleculen zoals eiwitten. Ze worden gemaakt
in het ER en golgi. Vaak zijn het eerst hele grote moleculen die dan in kleine stukjes worden
geknipt, en zo’n klein stukje is dan het daadwerkelijke hormoon. Soms kunnen uit 1 groot
eiwit een aantal hormonen worden geknipt. Zij gaan de cel uit door exocytose, want ze
kunnen niet door het celmembraan. Ze komen vooral niet-gebonden in het bloed voor en ze
hechten op het celmembraan aan een receptor.
Lipofiele hormonen worden gesynthetiseerd in het cytosol van de cel. Omdat ze lipofiel zijn
kunnen ze door het celmembraan heen diffunderen naar buiten. Ze worden voor het
grootste deel gebonden aan andere stoffen (voornamelijk eiwitten) in het bloed en zijn dan
inactief, alleen het kleine deel dat vrij voorkomt oefent daadwerkelijk z’n functie uit. Omdat
ze lipofiel zijn kunnen ze ook door het celmembraan van de doelwitcel heen en vaak doen ze
hun werk in het DNA in de kern.
 De hormonen groeihormoon (GH) en prolactine hebben circadiaan ritmes.




1

,De hypofyse (HF)




Ligging van de hypofyse

De HF is gelegen in de veneuze sinus cavernosus en dat ligt tussen
de sinus sphenoïdalis (da’s die neusbijholte achter-boven je neus)
en de hersenen. In de sinus cavernosus liggen ook diverse
hersenzenuwen en vlakbij ligt ook het chiasma opticum. De HF
bestaat uit 2 kwabben die elk heel verschillend zijn, ze hebben ook
een andere embryologische oorsprong. De voorkwab ontstaat uit
het zakje van Rathke, een uitstulping van de mondholte. Hij
beslaat maarliefst 80% van de HF en bevat endocriene cellen die
hormonen maken en die afgeven aan het bloed. De achterkwab
(=neurohypofyse) is een uitstulping van de bodem van de 3e
ventrikel en bevat uitlopers van zenuwen waarvan het cellichaam
in de hypothalamus ligt. De cellen in de neurohypofyse zijn dan
ook gemodificeerde gliacellen die er wit uitzien. Ze maken
hormonen, zgn. neurhormonen, die ter plaatse aan het bloed
worden afgegeven. De voorkwab maakt een aantal hormonen,
namelijk prolactine, TSH, ACTH, LH, FSH en groeihormoon. De
neurohypofyse maakt oxytocine en ADH. Elk hormoon heeft z’n
eigen specifieke plek in de HF waar ie vooral wordt geproduceerd.

Ziekten van de hypofyse

Hypofyse-adenomen: 10% van de intra-craniële tumoren zijn HF-
adenomen. De incidentie is 1-15 : 100.000 per jaar. De piekincidentie
ligt bij 30-60 jaar. Ze komen 2x vaker voor bij vrouwen dan bij
mannen. Tumoren in de HF zijn vrijwel altijd benigne. Er wordt
onderscheid gemaakt in het micro-adenoom (kleiner dan 1 cm) en
het macro-adenoom (groter dan 1 cm). Klachten ontstaan door het
ruimte-innemend effect (hoofdpijn en omliggende structuren zoals
de hersenzenuwen en het chiasma opticum worden weggedrukt,
leidend tot neurologische uitval en bitemporale hemi-anopsie) en er
kan over- en/of juist onderproductie van één of meerdere hormonen
ontstaan. De wél hormoonproducerende adenomen worden


2

, functionerende hypofyse-adenomen genoemd, de niet producerende adenomen worden klinisch-
niet-functionerende adenomen genoemd. De klinisch niet-functionerende worden meestal pas laat
ontdekt. Het meest voorkomende HF-adenoom is het prolactinoom (40%). Op de 2e plaats komt het
klinisch-niet functionerende adenoom (30%), gevolgd door het GH-producerende adenoom (20%).
Ook ACTH-producerende tumoren komen wel eens voor (10%). Therapie bestaat meestal uit
adenomectomie, die via de neus wordt uitgevoerd, de chirurg hoeft dan niet via de hersenen. Soms
wordt er aanvullend radiotherapie gegeven.

Hypopituitarisme: dit is een tekort aan één of meerdere HF-hormonen. Als alle HF-hormonen
deficiënt zijn dan heet dat panhypopituitarisme. Oorzaken zijn tumoren, ontsteking, trauma, infarct,
bloedingen, hypothalamusproblemen waardoor de stimulatie wegvalt en iatrogeen (na operatie of
bestraling). Een bijzondere vorm is de ziekte van
Sheehan. Dit gebeurt als bij de bevalling een vrouw
veel bloed verliest waardoor een lage bloeddruk
ontstaat. Omdat tijdens de zwangerschap de
hypofyse opzwelt heeft die veel bloed nodig en de
lage bloeddruk leidt dan tot een infarct met necrose
van de HF.

De symptomen zijn die van het wegvallen van
bepaalde hormonen. Bij hypopituïtarisme van de
neuroHF ontstaat alleen diabetes insipidus (zie
onder). Welke symptomen er precies zijn hangt af
van de deficiënte hormonen. Zie tabel.

Diagnostiek bestaat uit lab-bepalingen: er is tekort
aan zowel HF-hormonen als eind-hormonen.

Therapie bestaat uit suppletie van de eind-
hormonen. Dus niet de hypofysehormonen worden
vervangen, maar de hormonen die zij moeten
stimuleren (dus er wordt geen TSH gegeven maar geen thyroxine, etc).

Hyperpituitarisme: overactiviteit van de HF. Dit kan komen door: adenoom, hyperplasie, maligniteit
en ziekte van de hypothalamus.

Diabetes insipidus: er zijn 2 vormen. Bij renale diabetes insipidus is er verminderde gevoeligheid van
de nier voor ADH. Bij centrale diabetes insipidus is er te weinig productie van ADH. Oorzaken van de
centrale vorm zijn hetzelfde als die van hypo-pituitarisme. Omdat er te weinig ADH is zullen de nieren
te weinig water terugresorberen, waardoor je alles uitplast  polyurie en polydipsie. Omdat je al je
vocht uitplast zal de osmolariteit van je lichaam hoog zijn en van je urine laag. Je serum natrium zal
hoog zijn en de natriumconcentratie in je urine laag. Om zeker te weten dat er geen sprake is van
polydipsie zal er een dorstproef worden gedaan. Bij centrale diabetes insipidus zal er zelfs na lang
dorsten nog veel geplast worden. Tijdens de dorstproef wordt na een tijdje dorsten ADH toegediend
om te kijken of het dan wel beter gaat. Bij centrale D.I. is dat wel zo, bij de renale vorm niet. Therapie
bij de centrale vorm bestaat uit ADH-suppletie.


3

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
Wasedig Universiteit Utrecht
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
74
Member since
10 year
Number of followers
50
Documents
23
Last sold
4 year ago

Ik ben een zesdejaars geneeskundestudent en bied graag mijn samenvattingen aan op dit platform. Deze samenvattingen vormden voor mij een onmisbare ondersteuning bij het behalen van de studiepunten. Door het delen van deze documenten wil ik ervoor zorgen dat jullie het maximale uit jullie zelf kunnen gaan halen en er ook tijd overblijft voor leuke dingen. Ik sta open voor feedback zodat ik mijn werk verder kan verbeteren. Veel succes met het studeren voor de tentamens!

Read more Read less
3.4

15 reviews

5
1
4
7
3
5
2
1
1
1

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions