100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Financial Feasibilty

Rating
-
Sold
-
Pages
11
Uploaded on
06-09-2021
Written in
2021/2022

Samenvatting Financial Feasibilty

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
September 6, 2021
Number of pages
11
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

Samenvatting Financial Feasibilty
Marktomvang, marktpotentieel en marktaandeel

Markt is het geheel van afnemers: consumenten, overheid en bedrijven.

Marktpotentieel: (totale) effectieve markt + potentiele vraag
Potentiele vraag: de nog niet manifeste vraag van afnemers die interesse hebben in een product
Marktomvang: (totale) effectieve markt: absolute vraag of primaire vraag

Potentiele vraag: marktpotentieel – marktomvang
Marge: percentage dat je bruto overhoudt

Berekenen financiële haalbaarheid
1. Bepaal de markt (marktomvang/marktpotentieel)
2. Bepaal je afzet aan de hand van je verwachte marktaandeel
3. Bepaal je prijs en marge
4. Bepaal je brutoresultaat (brutomarge-kosten)

Voorbeeld: Oakley is momenteel in Nederland actief op de zonnebrillenmarkt. In 2021 willen ze
uitbreiden op de Nederlandse brillenmarkt voor heren in de leeftijd van 20-40 jaar met een
marktaandeel van 5%. In Nederland zijn 17.000.000 mensen, waarvan 48% man is. 25% van deze
mannen heeft een leeftijd tussen de 20-40 jaar. 30% hiervan draagt een bril en 40% heeft een bril
nodig. De verkoopprijs is 200,00 en Oakley rekent een marge van 20%. Er wordt een bedrag van
1.000.000 uitgegeven aan marketingkosten.

Stap 1.
17.000.000 : 100 X 48 = 8.160.000 mannen
8.160.000 : 100 X 25 = 2.040.000 mannen tussen de 20-40 jaar
2.040.000 : 100 X 30 = 612 000 die een bril dragen (marktomvang)

Stap 2.
Jouw aandeel (afzet)
-------------------------------------- X 100% = marktaandeel
Totale markt (marktomvang)

?
----------- X 100% = 5%
612.000

612.000 : 100 X 5 = 30.600 (afzet)

Stap 3.
200 : 100 X 20 = 40,00 marge

Stap 4.
40 X 30.600 = 1.224.00
Marketingkosten = 1.000.000
Brutoresultaat van 224,00

, Prijselasticiteit

Prijselasticiteit van de vraag: de mate waarin de vraag naar een product reageert op een
prijsverandering van dat product (in %)

Prijsgevoeligheid afhankelijk van:
- Of er substituten zijn (meer prijsgevoelig)
- Termijn waarop je het bekijkt (korte of lange termijn)
- Soort goed (primaire, luxe en status goederen)

Primaire goederen: voornamelijk inelastische producten
Luxegoederen: als de prijs stijgt, daalt de vraag aanzienlijk (kleiner -1)
Status goederen: als de prijs stijgt, stijgt de vraag aanzienlijk (hoger 1)

Daalt de prijs, daalt de afzet: Elastisch, hoge prijsgevoeligheid (statusartikelen)
Daalt de prijs, stijgt afzet weinig: Inelastisch, lage prijsgevoeligheid
Elastische markt: prijsverhoging, lagere winst. Inelastische markt: prijsverhoging, hogere winst

Formule prijselasticiteit

∆q
E= -------
∆p
% verandering in de gevraagde hoeveelheid van een product
Prijselasticiteit van de vraag = ----------------------------------------------------------------------------------
% verandering in de prijs van een product

Nieuwe q – oude q : oude q 6
Prijselasticiteit van de vraag = -------------------------------------- 3 = ------
Nieuwe P – oude p : oude p 2

Uit de bovenstaande formule komt een getal. Is de uitkomst tussen 0 en -1, betekent het dat het
product inelastisch is. Prijsverandering heeft weinig invloed op de afname van het product. Is de
uitkomst van de formule kleiner dan -1, betekent het dat het product elastisch is. Er wordt
gereageerd op prijsveranderingen. Is het precies -1, dan is het ook elastisch.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------
∞ -1 0
Relatief elastische vraag relatief inelastische vraag volkomen inelastisch

Voorbeeld: de afzet van een jurkje bedraagt 300 stuks. Bij een korting van 10% verandert de afzet
naar 303 stuks. Bereken de prijselasticiteit.

303 – 300 : 300 = 0,01
------------------------------ = -0,1 (inelastisch)
10% = -0,10

Voorbeeld: in kwartaal 1 zijn er 3500 stuks met een daling van 10%. Stel in een scenario dat de
prijselasticiteit 4,00 is, wat is dan de afzet bij een daling van 10%?

-4,00 X -0,10 = 0,4 = 40%
3500 : 100 X 140 = 4900 afzet
$7.87
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
Evelynkniese

Get to know the seller

Seller avatar
Evelynkniese Hogeschool Rotterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
1
Member since
4 year
Number of followers
1
Documents
13
Last sold
2 year ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions