Samenvatting hoofdstuk 12 micro economie

Hoofdstuk 12: Prijzen en reclame
12.1 Wat is prijsdiscriminatie
 Price discrimination is the business practice of selling the same good (i.e. identical
products) at different prices to different customers, even though the costs for
producing for the two customers are the same
 Aim: capturing surplus, increase the monopolist’s profits  doel is dus extra winst
genereren !
 Examples of Price Discrimination
 Movie tickets (studentenprijs, 65+ prijs), airline prices, discount coupons,
quantity discounts  eigenlijk alle vormen van studentenprijs en 65+ prijzen, ook
mensen met bonnetje voor dat zelfde product zullen ze minder betalen, of bij
vliegtuigtickets als je al veel cookies hebt is dat duurder dat vliegticket, of 2+1
gratis vb. Een ander voorbeeld is ook nog vb nieuwe iphone komt op de markt en
kost 1200 euro en na 3 maanden nog maar 800, dit omdat de technerd graag nieuwe
spullen hebben en daar dus ook meer voor gaan willen betalen !



 Prijsdicriminatie = Not possible in a competitive market since there are many firms
all selling at the market price. In order to price discriminate, the firm must have
some market power.
 Whether price discrimination is feasible depends on the inability of buyers to
practice resale, als je het goed kan gaan resellen dan is vaak een prijsdiscriminatie
niet werkzaam, dat gaat nooit werken omdat de meeste mensen dan toch zullen
wachten tot ze het opnieuw kunnen kopen.



 Effecten van prijsdiscriminatie:
 It can increase the monopolist’s profits
 It can reduce deadweight loss.

Soorten prijsdiscrimintatie
First-degree price discrimination

 Aka Perfect price discrimination
 Refers to the situation when the monopolist knows exactly the willingness to pay
(=reservation price) of each customer and can charge each customer a different
price.  dus de monopolist zal perfect weten wat de betalingsbereidheid van ELKE
klant is en dus elke klant zijn betalingsbereidheid vragen !

Second-degree price discrimination = tweeledige tarieven

 Aka Nonlinear price discrimination
 Quantity discounts, two-part tariffs

Third-degree price discrimination = prijs per segment (student, 65+ en normale mens)

,  Aka group price discrimination
 Identify different groups or segments with different demand curves (or different
elasticities of demand)

Grafisch




Roze zone = winst monopolist en een uniforme prijs zou iedereen zelfde prijs zijn, dat is
punt A is de gevraagde prijs en indien geen monopolist zou het punt B zijn. En dan zou het
producentensurplus bij zuivere concurrentie dus KLN zijn.En welvaart voor de hele
maatschappij samen is EFGHKL met een monopolist en bij vrije markt ook nog JN erbij.
Maar bij prijsdiscriminatie gaat de monopolist proberen die hele oppervlakte te capteren !


12.2 Eerste graads prijsdiscriminatie
 A policy of first degree (or perfect) price discriminationprices each unit sold at the
consumer's maximum willingness to pay (of reservatieprijs). This willingness to
pay is directly observable by the monopolist.
 If the monopolist can observe the willingness to pay of each customer (based on,
for example, residence, education, "look", etc), then the monopolist can observe
demand perfectly and can "perfectly" price discriminate.  Vb. Arabische bazaar:
iemand die er duur uitziet die zal veel betalen en local zal veel minder moeten
betalen van die marktkramer, of internetveiling is ook zo een voorbeeld, persoon
met hoogste betalingsbereidheid krijgt het goed.
 Each consumer gets zero consumer surplus: all CS is transferred to bedrijf
 Preconditions
o Seller must have some market power, i.e. demand curve is downward sloping
o Seller must know individual willingness to pay
o Seller must prevent resale

, Grafisch




Dit is voor enkele klanten en je gaat maar met je prijs gaan tot je aan de maximale WTP
zit daaronder ga je niet meer verkopen aan die bepaalde klant.




Dit is grafisch in geval van heel veel klanten, dus niet meer die trapsgewijze vraagfunctie
maar een rechte berekeningen zie hieronder.