H6 Distributie
Omvat: distributiecentrum, transport, uitgaande & inkomende goederenstromen.
1) Distributiekanalen:
Commerciële distributie vs Fysieke distributie
Eerst de VRAAG (marketing) vanuit directie
=> Hoe willen we de klanten bereiken?
=> Het antwoord bepaalt het distributieproces (kanalen + goederenstroom)
Commerciële distributie
Directe distributie
Bv: Ikea, want ze produceren meubelen en stellen die alleen te koop in hun winkels. Ze hebben geen
enkele partners nodig om hun product aan de klant te verkopen. Klanten kopen in hun
winkel/wepshop.
Indirecte distributie
: Er komt een schakel tussen, die ze nodig hebben.
Bv: Producten die we dagelijks nodig hebben (FMCG) worden geproduceerd door bedrijven en die
stellen hun product dan te koop bij een retailer (distributiekanaal).
=> kunnen meer dan 1 tussenkomen.
- een agent die hersorteerd
- een groothandel
Enkelvoudige distributie
: 1 Distributiekanaal
=>Kan direct of indirect zijn
Multikanaal distributie
: Meerdere distributiekanalen
Bv: Ikea heeft ondertussen een webshop (2 de kanaal)
=> meer kanalen voor meer klanten te bedienen
, Fysieke distributie
Uittekenen goederenstroom= Uitgaande distributie (vertrekken van ergens) + inkomende
distributie (komen ergens toe) + retourstromen
5 functies:
I. Voorraadfunctie
=> Goederen worden in voorraad gehouden in afwachting van een bestelling.
II. Replenishment-functie
=> Goederen beschikbaar hebben om te voldoen aan een continue herbevoorrading.
III. Groepagefunctie
=> Goederen komen binnen in grote ladingen vanuit meerdere bronnen, dan worden
deze samengevoegd om ergens naartoe te gaan.
IV. Overslagfunctie
=> Er komt een grote partij goederen binnen en die die wordt dan in kleinere partijen
verdeeld.
V. Transportfunctie
2) Distributiecentra (=DC, Warehouse, magazijn)
= Als het over distributie gaat hebben we het over 2 belangrijke componenten
=> je kan geen distributie doen zonder een distributiecentrum & zonder transport.
Kenmerk:
- Los en laadkades waar de vrachtwagens staan.
2 basisdoelstellingen:
=> Je hebt voorraad nodig om klanten te bedien/service te leveren, maar voorraad kost geld.
1) Voorraadfunctie optimaliseren
2) Transportkosten verlagen combineren van goederenstromen (volle vrachtwagens)
Types:
Opslagmagazijn voor langdurige opslag (niet meer dan lossen & laden)
Satellietmagazijnen/replenishment/fullfilmentcentum (Zitten dicht bij de klant, om zo voor
snelle levering te zorgen)
Consolidatie of groupagemagazijn (bedoelt voor groupage)
Crossdock magazijn (goederen komen binnen en worden dan onmiddellijk terug op een kade
gezet om zo terug te vertrekken,worden niet opgeslagen).
Overslagplatform (goederen die wachten om vervoert te worden)
Public warehouse
Omvat: distributiecentrum, transport, uitgaande & inkomende goederenstromen.
1) Distributiekanalen:
Commerciële distributie vs Fysieke distributie
Eerst de VRAAG (marketing) vanuit directie
=> Hoe willen we de klanten bereiken?
=> Het antwoord bepaalt het distributieproces (kanalen + goederenstroom)
Commerciële distributie
Directe distributie
Bv: Ikea, want ze produceren meubelen en stellen die alleen te koop in hun winkels. Ze hebben geen
enkele partners nodig om hun product aan de klant te verkopen. Klanten kopen in hun
winkel/wepshop.
Indirecte distributie
: Er komt een schakel tussen, die ze nodig hebben.
Bv: Producten die we dagelijks nodig hebben (FMCG) worden geproduceerd door bedrijven en die
stellen hun product dan te koop bij een retailer (distributiekanaal).
=> kunnen meer dan 1 tussenkomen.
- een agent die hersorteerd
- een groothandel
Enkelvoudige distributie
: 1 Distributiekanaal
=>Kan direct of indirect zijn
Multikanaal distributie
: Meerdere distributiekanalen
Bv: Ikea heeft ondertussen een webshop (2 de kanaal)
=> meer kanalen voor meer klanten te bedienen
, Fysieke distributie
Uittekenen goederenstroom= Uitgaande distributie (vertrekken van ergens) + inkomende
distributie (komen ergens toe) + retourstromen
5 functies:
I. Voorraadfunctie
=> Goederen worden in voorraad gehouden in afwachting van een bestelling.
II. Replenishment-functie
=> Goederen beschikbaar hebben om te voldoen aan een continue herbevoorrading.
III. Groepagefunctie
=> Goederen komen binnen in grote ladingen vanuit meerdere bronnen, dan worden
deze samengevoegd om ergens naartoe te gaan.
IV. Overslagfunctie
=> Er komt een grote partij goederen binnen en die die wordt dan in kleinere partijen
verdeeld.
V. Transportfunctie
2) Distributiecentra (=DC, Warehouse, magazijn)
= Als het over distributie gaat hebben we het over 2 belangrijke componenten
=> je kan geen distributie doen zonder een distributiecentrum & zonder transport.
Kenmerk:
- Los en laadkades waar de vrachtwagens staan.
2 basisdoelstellingen:
=> Je hebt voorraad nodig om klanten te bedien/service te leveren, maar voorraad kost geld.
1) Voorraadfunctie optimaliseren
2) Transportkosten verlagen combineren van goederenstromen (volle vrachtwagens)
Types:
Opslagmagazijn voor langdurige opslag (niet meer dan lossen & laden)
Satellietmagazijnen/replenishment/fullfilmentcentum (Zitten dicht bij de klant, om zo voor
snelle levering te zorgen)
Consolidatie of groupagemagazijn (bedoelt voor groupage)
Crossdock magazijn (goederen komen binnen en worden dan onmiddellijk terug op een kade
gezet om zo terug te vertrekken,worden niet opgeslagen).
Overslagplatform (goederen die wachten om vervoert te worden)
Public warehouse