Problemen in de communicatie:
- Mensen praten langs elkaar heen
- Relaties lopen stuk omdat men niet kan praten
- Managers worden gek omdat hun medewerkers nooit iets begrijpen
- Medewerkers worden gek omdat hun nooit wat verteld wordt
- Presentaties mislukken
- Mensen hebben het beeld niet nodig te zijn bij vergaderingen
- Mensen vinden vergaderingen lang en onzinnig.
Hoofdstuk 1
Leren communiceren leidt tot:
- Gedragsverandering
- Persoonlijkheidsverandering
- Professionalisering
Elk leerproces bestaat uit de volgende stappen:
1. Onbewust – onbekwaam (je kan iets nog niet)
2. Bewust – onbekwaam (je weet dat je iets niet kan)
3. Bewust – bekwaam (je bent bezig iets te leren en toe te passen)
4. Onbewust – bekwaam (het gaat vanzelf)
in fase 4 kan je je eigen stijl ontwikkelen
Veel mensen denken dat de manier waarop iemand communiceert een direct afleiding is van
zijn persoonlijkheid. Dat is niet zo. Persoonlijkheid wordt tegenwoordig gezien als een
dynamisch en dus steeds veranderend groeiproces.
Mensen hanteren naast elkaar verschillende stijlen van communicatie in verschillende
situaties, zonder dat dit tot een identiteitscrisis leidt. Goed leren communiceren kan er
bijvoorbeeld toe leiden dat mensen zich in moeilijke situaties zekerder voelen en dat ook
uitstralen.
Peters’principe: in een organisatie zal iedereen promoveren tot het eigen incompetentie
niveau. Het komt er dus op neem dat iedereen binnen een organisatie net zo lang
promoveert, totdat hij niet meer optimaal functioneert. Dat maakt hij geen promotie meer.
In feite zit hij dus een functie te hoog.
Hoofdstuk 2
Communicatie= uitwisselen van informatie, kan via:
- Schriftelijk
- Verbaal (letterlijk + stemeigenschap)
- Non-verbaal (lichaamstaal)
- Vormen van gedrag
Moeten congruent zijn
om geloofwaardig over
1
te komen
,Congruent- signalen stemmen met elkaar overeen
Incongruent- signalen spreken elkaar tegen
Lichaamstaal heeft 5 keer zoveel overtuigingskracht als de letterlijke inhoud van een
boodschap. Verbaal liegen is veel gemakkelijker dan non verbaal liegen.
Communicatie is een zeer ruim begrip. Communiceren doen we niet alleen door het gebruik
van de taal, maar door alle vormen van gedrag.
Definitie Frank Oomkes: ‘Communicatie is de uitwisseling van symbolische informatie die
plaatsvindt tussen mensen die zich van elkaars onmiddellijke of gemedieerde aanwezigheid
bewust zijn. Deze informatie wordt deels bewust, deel onbewust gegeven, ontvangen en
geïnterpreteerd.’
Gemedieerd- bemiddeld
Mensen moeten zich van elkaars aanwezigheid bewust zijn, alvorens er spraken is van
communicatie. Van onmiddellijke communicatie spreken we als mensen in elkaars
aanwezigheid zijn, terwijl er bij gemedieerde communicatie sprake is van een medium; zoals
brieven, telefoon, kranten, televisie en radio
Mensen communiceren niet alleen onbewust non-verbaal, ze interpreteren ook het non-
verbale gedrag van anderen zonder zich daar direct bewust van te zijn. Ze nemen onbewust
het gedrag van een ander waar en interpreteren dit namens hun eigen norm. Dat maakt het
risico op misverstanden in de communicatie groot.
Observeren en interpreteren
Verschil:
Observeren= zo objectief mogelijk waarnemen registrerend
Interpreteren= betekenis toekennen aan wat je waarneemt , gekleurd door je eigen normen,
meningen en associaties
Communicatieruis
Bij communicatie is er altijd sprake van een boodschap die door de zender via een bepaald
communicatiekanaal (bijv. taal, aanraking of gelaatsuitdrukking) wordt verstuurd naar de
ontvanger.
Kanalen
Zender Zien Ontvanger
Codeert Horen decodeert
Aanraken
Ruiken
Proeven
2
, Misverstanden kunnen ontstaan, omdat de zender een boodschap heel anders bedoelde dan
de ontvanger die opvatte. Oorzaken kunnen bij de zender en/of ontvangen liggen interne
ruis. Maar de communicatie kan ook van buitenaf worden verstoord externe ruis.
Alles wat de communicatie van buitenaf verstoord noemen we externe ruis. Bijv. roddelen
verkeer
Als een zender de gedachten of gevoelens in zijn hoofd wil communiceren aan de ontvanger,
moet hij deze omzetten in woorden, lichaamstaal of beelden coderen van een boodschap
De ontvanger moet het tegenovergestelde doen. Hij decodeert of interpreteert de
boodschap.
Bij dit proces spelen associaties een rol die de zender en ontvanger bij de boodschap of
onderdelen daarvan hebben iemand referentiekader.
Associatie- de gedachte of voorstelling die het oproept
De informatie die iemand verstuurt of ontvangt wordt dus altijd gekleurd door het eigen
referentiekader (waarden, normen, vooroordelen, dit noemen we interne ruis
Kan op 2 manieren worden veroorzaakt:
- De situatie waarin de zender of ontvanger zicht bevindt of bevonden heeft
- Stabiele factoren binnen iemands persoonlijkheid (zaken als: cultuur, opvoeding,
onderwijs en ervaringen). Bepalen in belangrijke mate hoe iemand zijn gevoelens en
gedachten omzet in taal en lichaamstaal (coderen) en hoe hij interpreteert wat
anderen communiceren (decoderen).
Mensen zijn op basis van voorgaande ervaringen geneigd snel conclusies te trekken, die voor
henzelf zeer logisch lijken. Hoe we dingen waarnemen is dus subjectief, maar ook wat we
waarnemen.
Waarneming: concrete beschrijving over een ander
Interpretatie: zegt in de eerste instantie iets over jezelf
Drie menselijke waarnemingsfouten:
Onvolledig
We nemen onvolledig waar, je neemt altijd maar een stukje waar van wat er allemaal
waar te nemen valt
Verschillend
Naast het waarnemen van verschillende dingen, nemen we dezelfde dingen ook nog
eens verschillend waar
Onjuist
Soms nemen we dingen waar die er helemaal niet zijn
Het globaal categoriseren van objecten in de buitenwereld is nuttig en functioneel. . Als
mensen dit niet zouden doen, zou elk object dat ook maar enigszins afwijkt van objecten uit
voorgaande ervaringen opnieuw uitgebreid onderzocht moeten worden om te kijken wat
het is en waar het voor dient.
Bij weinig ervaring met een bepaalde categorie zal het prototype erg globaal zijn, dit leidt tot
overgeneralisatie: een te weinig doordachte categorie.
3