Samenvatting
Analytische stratificatiesociologie:
Oude stratificatiesociologie Nieuwe stratificatiesociologie (analytisch)
Klassenstratificatie en Klassenstratificatie en statusstratificatie
statusstratificatie op een hoop gescheiden
Zoekend naar generaliseringen Verklarend door middel van mechanismen
Waarom willen we een mediërend model opstellen (interventiemodel waarbij Z als mechanisme
fungeert en verklaring voor X => Y of andersom: X > Y | Z |)?
Wetenschappelijke redenen Maatschappelijke redenen
1) Echt begrijpen hoe ongelijkheid 1) Begrijpen hoe we ongelijkheid kunnen
ontstaat reduceren
2) De grand theory* is niet nuttig
*Grand theory = theorie die alles kan verklaren > we gebruiken nu in de analytische
stratificatiesociologie middle-range-theory ( gaat uit van een mediërend effect = mechanisme met
verklaring in plaats van een alles verklarende theorie)
Klasse kan men op de volgende manier conceptualiseren:
Economisch (neomarxistisch) Cultureel
Goldthorpe (EGP- Bourdiaans
schema)
(neoweberiaans)
De sociologie bestaat uit twee takken (…)
Professionele sociologie Kritische sociologie
Bepaalde wetenschappelijke afstand > de Kritisch op de professionele sociologie, & op de
maatschappij beter begrijpen samenleving
(wetenschappelijke houding)
,Vóórkom conformationbias:
v
ic
z
o
th
e
s
mrT
lnE
p
d
/
Michael Young: Meritocratie is een samenleving op basis van verdiensten en wat hij/zij bereikt.
Young bedoelde meritocratie origineel gezien nooit positief
Meritocratie wordt nu gezien als iets goed
Meritocratie is een belangrijke aandrijver van hedendaagse ongelijkheid meritocratie
ligt ten grondslag in West-Europese samenleving > vandaar ongelijkheid sociale
mobiliteit (verticaal) kan verkregen worden met werken
- In een meritocratie zijn het belangrijkst (…)
1) Economisch kapitaal
2) Cultureel kapitaal
3) Sociaal kapitaal (normen en waarden)
(…) deze drie kapitaalvormen maken of je zal slagen of falen
Let op! Vóór meritocratische samenleving had je al ongelijkheid (man-vrouw, klassen/posities,
etnisch/raciaal)
Sociale ongelijkheid = ongelijkheid tussen groepen
a. Enerzijds moreel ‘’het is niet eerlijk’’
b. Anderzijds beschrijvende interpretatie ‘’er is een vorm van ongelijkheid’’
,Modellen:
1) Mediatiemodel/ mediërend:
2) Causaal model:
, Definitie van klasse:
Karl Marx Max Weber
Economisch determinist Bouwt voor op Marx (symbolisch-interactionisme)
(conflictsociologie) machtsdimensies (KSM-dimensies)
Drie klassen (LFA-klassen): (1) Klasse (2) Status (3) Macht
1) Landeigenaren,
2) Fabriekseigenaren,
3) (Land)arbeiders
Economisch Sociaal Legaal (politiek)
Gevolg van verdeling Levensstijl Macht de
eigendommen (KPA); verdeling van kans waarop
1. Kapitaal, prestige en iemand zijn
2. Productiemiddelen, sociale eer eigen wil kan
3. Arbeidsmarkt binnen een krijgen
groep
Aanzien/ Bevoegdheid om
waardering/ bevelen te
respect geven
Wanneer niet Dominante
aan waarden minderheid,
wordt subjectieve
gehouden > meerderheid
kans op (bureaucratische
uitsluiting opbouw)
Statusorders Volgens Weber
(IAB): heb je meerdere
Inkomen, actoren nodig
Aanzien, die samen over
beroep (lijkt een bepaalde
op EGP- positie
schema van beschikken
Goldthorpe) (zoals politiek,
banken)
Genderstratificatie:
Genderrollen = traditionele rollen die van mannen en vrouwen verwacht worden:
Masculiniteit Hogere waarden, competitief
Feminien Lagere waarden, zorgzaam
Double burden = de vrouw moet naast kinderen verzorgen ook werken (na
industrialisatie ontstaan)
- Gender = sociaal construct
- Sekse = biologisch gegeven
Glass ceiling = glazenplafond voor vrouwen in promotie (ze kunnen maar tot een max)
Glass elevator = sky is not the limit > mannen kunnen maximaal promotie maken
Analytische stratificatiesociologie:
Oude stratificatiesociologie Nieuwe stratificatiesociologie (analytisch)
Klassenstratificatie en Klassenstratificatie en statusstratificatie
statusstratificatie op een hoop gescheiden
Zoekend naar generaliseringen Verklarend door middel van mechanismen
Waarom willen we een mediërend model opstellen (interventiemodel waarbij Z als mechanisme
fungeert en verklaring voor X => Y of andersom: X > Y | Z |)?
Wetenschappelijke redenen Maatschappelijke redenen
1) Echt begrijpen hoe ongelijkheid 1) Begrijpen hoe we ongelijkheid kunnen
ontstaat reduceren
2) De grand theory* is niet nuttig
*Grand theory = theorie die alles kan verklaren > we gebruiken nu in de analytische
stratificatiesociologie middle-range-theory ( gaat uit van een mediërend effect = mechanisme met
verklaring in plaats van een alles verklarende theorie)
Klasse kan men op de volgende manier conceptualiseren:
Economisch (neomarxistisch) Cultureel
Goldthorpe (EGP- Bourdiaans
schema)
(neoweberiaans)
De sociologie bestaat uit twee takken (…)
Professionele sociologie Kritische sociologie
Bepaalde wetenschappelijke afstand > de Kritisch op de professionele sociologie, & op de
maatschappij beter begrijpen samenleving
(wetenschappelijke houding)
,Vóórkom conformationbias:
v
ic
z
o
th
e
s
mrT
lnE
p
d
/
Michael Young: Meritocratie is een samenleving op basis van verdiensten en wat hij/zij bereikt.
Young bedoelde meritocratie origineel gezien nooit positief
Meritocratie wordt nu gezien als iets goed
Meritocratie is een belangrijke aandrijver van hedendaagse ongelijkheid meritocratie
ligt ten grondslag in West-Europese samenleving > vandaar ongelijkheid sociale
mobiliteit (verticaal) kan verkregen worden met werken
- In een meritocratie zijn het belangrijkst (…)
1) Economisch kapitaal
2) Cultureel kapitaal
3) Sociaal kapitaal (normen en waarden)
(…) deze drie kapitaalvormen maken of je zal slagen of falen
Let op! Vóór meritocratische samenleving had je al ongelijkheid (man-vrouw, klassen/posities,
etnisch/raciaal)
Sociale ongelijkheid = ongelijkheid tussen groepen
a. Enerzijds moreel ‘’het is niet eerlijk’’
b. Anderzijds beschrijvende interpretatie ‘’er is een vorm van ongelijkheid’’
,Modellen:
1) Mediatiemodel/ mediërend:
2) Causaal model:
, Definitie van klasse:
Karl Marx Max Weber
Economisch determinist Bouwt voor op Marx (symbolisch-interactionisme)
(conflictsociologie) machtsdimensies (KSM-dimensies)
Drie klassen (LFA-klassen): (1) Klasse (2) Status (3) Macht
1) Landeigenaren,
2) Fabriekseigenaren,
3) (Land)arbeiders
Economisch Sociaal Legaal (politiek)
Gevolg van verdeling Levensstijl Macht de
eigendommen (KPA); verdeling van kans waarop
1. Kapitaal, prestige en iemand zijn
2. Productiemiddelen, sociale eer eigen wil kan
3. Arbeidsmarkt binnen een krijgen
groep
Aanzien/ Bevoegdheid om
waardering/ bevelen te
respect geven
Wanneer niet Dominante
aan waarden minderheid,
wordt subjectieve
gehouden > meerderheid
kans op (bureaucratische
uitsluiting opbouw)
Statusorders Volgens Weber
(IAB): heb je meerdere
Inkomen, actoren nodig
Aanzien, die samen over
beroep (lijkt een bepaalde
op EGP- positie
schema van beschikken
Goldthorpe) (zoals politiek,
banken)
Genderstratificatie:
Genderrollen = traditionele rollen die van mannen en vrouwen verwacht worden:
Masculiniteit Hogere waarden, competitief
Feminien Lagere waarden, zorgzaam
Double burden = de vrouw moet naast kinderen verzorgen ook werken (na
industrialisatie ontstaan)
- Gender = sociaal construct
- Sekse = biologisch gegeven
Glass ceiling = glazenplafond voor vrouwen in promotie (ze kunnen maar tot een max)
Glass elevator = sky is not the limit > mannen kunnen maximaal promotie maken