Literaire begrippen
Wat literatuur is, staat nooit vast. Dit is punt van discussie.
- Scholen
- Uitgeverijen (pr+redacteuren)
- Jury’s
- Criti (recensenten)
- Schrijver (naam)
- Boekhandelaren
Kenmerken literatuur
- Geen clichés
- Unieke personages
- Intertekstualiteit
114 Compositie
- Fabel: Verhaal in logische en chronologische volgorde
- Sujet: de manier waarop het verhaal weergegeven is/wordt verteld
- Pulp fiction (sujet): begin overval, huurmoordenaars in de auto, bokswedstrijd,
huurmoordenaars op huisbezoek, slot overval
- Fabel: huisbezoek, auto, bokswedstrijd, overval
- Fabel en sujet kan hetzelfde zijn!
- Definitie van een roman/verhaal; Een prozatekst is waarin personages voorkomen
die handelingen verrichten; deze handelingen nemen een bepaalde tijdsduur in
beslag en staan in een bepaalde tijdsvolgorde.
- Afgespeeld in een ruimte en een historische tijd.
- Meegedeeld vanuit een perspectief.
115 Handelingen
- Handelingen (plot, intrige): alle gebeurtenissen in een boek.
- Hoofdhandelingen: belangrijkste handelingen (komen uitgebreid in samenvatting)
- Bijhandelingen: minder belangrijk (liefdesrelaties van James Bond)
- Thema: korte samenvatting in een of enkele zinnen. de moeder van drugsverslaafde
zoon realiseert dat ze hem niet kan helpen. (Thema kan ook verwijzen naar een
idee/didactische les van de schrijver, denk aan karel ende Elegast, maar niet ieder
verhaal is met zo’n thema geschreven, soms ook zo maar.)
- Onderwerp: in een of enkele woorden het verhaal samengevat (drugsverslaving)
- Romangenres: zoals oorlogsroman, liefdesroman, misdaadroman, spionageroman.
- Dubbelroman: twee verhaallijnen die bij elkaar komen. Holes
- Ingelast verhaal: wanneer tweede roman slechts een kort verhaal is binnen de
roman. Van 2 kanten bekijken.
- Kader- of raamvertelling: bestaat uit bijna alleen maar ingelaste verhalen: de roman
dient dan alleen om de verhalen bij elkaar te houden, 1001 nacht.
- Spanning: je wil weten hoe het afloopt:
Wat literatuur is, staat nooit vast. Dit is punt van discussie.
- Scholen
- Uitgeverijen (pr+redacteuren)
- Jury’s
- Criti (recensenten)
- Schrijver (naam)
- Boekhandelaren
Kenmerken literatuur
- Geen clichés
- Unieke personages
- Intertekstualiteit
114 Compositie
- Fabel: Verhaal in logische en chronologische volgorde
- Sujet: de manier waarop het verhaal weergegeven is/wordt verteld
- Pulp fiction (sujet): begin overval, huurmoordenaars in de auto, bokswedstrijd,
huurmoordenaars op huisbezoek, slot overval
- Fabel: huisbezoek, auto, bokswedstrijd, overval
- Fabel en sujet kan hetzelfde zijn!
- Definitie van een roman/verhaal; Een prozatekst is waarin personages voorkomen
die handelingen verrichten; deze handelingen nemen een bepaalde tijdsduur in
beslag en staan in een bepaalde tijdsvolgorde.
- Afgespeeld in een ruimte en een historische tijd.
- Meegedeeld vanuit een perspectief.
115 Handelingen
- Handelingen (plot, intrige): alle gebeurtenissen in een boek.
- Hoofdhandelingen: belangrijkste handelingen (komen uitgebreid in samenvatting)
- Bijhandelingen: minder belangrijk (liefdesrelaties van James Bond)
- Thema: korte samenvatting in een of enkele zinnen. de moeder van drugsverslaafde
zoon realiseert dat ze hem niet kan helpen. (Thema kan ook verwijzen naar een
idee/didactische les van de schrijver, denk aan karel ende Elegast, maar niet ieder
verhaal is met zo’n thema geschreven, soms ook zo maar.)
- Onderwerp: in een of enkele woorden het verhaal samengevat (drugsverslaving)
- Romangenres: zoals oorlogsroman, liefdesroman, misdaadroman, spionageroman.
- Dubbelroman: twee verhaallijnen die bij elkaar komen. Holes
- Ingelast verhaal: wanneer tweede roman slechts een kort verhaal is binnen de
roman. Van 2 kanten bekijken.
- Kader- of raamvertelling: bestaat uit bijna alleen maar ingelaste verhalen: de roman
dient dan alleen om de verhalen bij elkaar te houden, 1001 nacht.
- Spanning: je wil weten hoe het afloopt: