Werkstuk CV1 Agogiek 2019 – 2020
Inhoudelijke uitwerking /8
Schriftelijke taal /1
Hoofdstuk 1: Communicatiemodel /1
OPDRACHT 1
Bedenk een situatie uit je eigen leven waarop je de verschillende elementen van het
communicatiemodel kan toepassen. Omschrijf de situatie kort en bepaal vervolgens zender,
ontvanger, boodschap, code, medium, kanaal en eventuele ruis in deze gekozen situatie.
Situatie: Ik ben aan het bellen met mijn mama over mijn examenpunten en ondertussen passeert er
een trein. Ik hoor haar niet meer en zij mij ook niet.
Zender: ik Ontvanger: mama
Code: Nederlandse taal Medium: stem
Boodschap: examenpunten Kanaal: auditieve
Ruis: trein
, OPDRACHT 2
Omschrijf 3 communicatieniveaus die je herkent in onderstaande cartoon. Motiveer jouw antwoord
a.d.h.v. de cursus.
Communicatieniveau 1: inhoudsniveau
De leerkracht schrijft zijn boodschap op het bord. Zijn boodschap gaat over de manier waarop hij de
kinderen gaat behandelen. Hij wisselt informatie uit via zijn bord, waardoor het heel erg opvalt.
Communicatieniveau 2:relatieniveau
De leerkracht is zeer gestresst en is bang van de leerlingen. Op de cartoon is dit te zien aan de
zweetdruppels en zijn ogen. De leerlingen daarentegen lachen hem uit en praten met elkaar. De
leerlingen vinden het vanuit hun positie normaal dat ze de leerkracht uitlachen en niet luisteren naar
hem.
Communicatieniveau 3: perceptieniveau
Inhoudelijke uitwerking /8
Schriftelijke taal /1
Hoofdstuk 1: Communicatiemodel /1
OPDRACHT 1
Bedenk een situatie uit je eigen leven waarop je de verschillende elementen van het
communicatiemodel kan toepassen. Omschrijf de situatie kort en bepaal vervolgens zender,
ontvanger, boodschap, code, medium, kanaal en eventuele ruis in deze gekozen situatie.
Situatie: Ik ben aan het bellen met mijn mama over mijn examenpunten en ondertussen passeert er
een trein. Ik hoor haar niet meer en zij mij ook niet.
Zender: ik Ontvanger: mama
Code: Nederlandse taal Medium: stem
Boodschap: examenpunten Kanaal: auditieve
Ruis: trein
, OPDRACHT 2
Omschrijf 3 communicatieniveaus die je herkent in onderstaande cartoon. Motiveer jouw antwoord
a.d.h.v. de cursus.
Communicatieniveau 1: inhoudsniveau
De leerkracht schrijft zijn boodschap op het bord. Zijn boodschap gaat over de manier waarop hij de
kinderen gaat behandelen. Hij wisselt informatie uit via zijn bord, waardoor het heel erg opvalt.
Communicatieniveau 2:relatieniveau
De leerkracht is zeer gestresst en is bang van de leerlingen. Op de cartoon is dit te zien aan de
zweetdruppels en zijn ogen. De leerlingen daarentegen lachen hem uit en praten met elkaar. De
leerlingen vinden het vanuit hun positie normaal dat ze de leerkracht uitlachen en niet luisteren naar
hem.
Communicatieniveau 3: perceptieniveau