Hoofdstuk 10 Schenken en erven
10.1 Schenken civiel
o Schenken: een overeenkomst waarbij de schenker ten koste van zijn eigen
vermogen de ontvanger iets geeft.
Minder dan 180 dagen tussen schenking en overlijdensdatum
schenking wordt erfenis
o Schenking onder bewind: de schenker schenkt aan de ontvanger en de
bewindvoerder beheert de schenking.
Het moet altijd schriftelijk worden vastgelegd in de bewindakte (:
een overeenkomst waarin staat dat wat geschonken wordt onder
bewind zal staan en wanneer het bewind eindigt.)
o Schenking onder uitsluitingsclausule: sluit uit dat de schenking binnen een
eventuele huwelijksgemeenschap terechtkomt, met een insluitingsclausule
valt de schenking juist wel in de gemeenschap.
10.2 Schenken fiscaal
o Bij erven en schenken moet je als ontvanger meestal erf- en
schenkbelasting betalen. De tarieven en vrijstellingen worden jaarlijks door
de Belastingdienst gepubliceerd.
o Een ANBI is daarvan vrijgesteld, =een algemeen nut beogende instelling
en voldoet aan de voorwaarden:
- 90%-eis
-geen winstoogmerk
-beloning bestuurders beperkt tot onkostenvergoeding en openbaar maken
van gegevens op een website.
o Bij een periodieke gift heeft de schenker fiscale voordelen als aan de
volgende voorwaarden wordt voldaan: de voorwaarden van de gift zijn
vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst:
- de ANBI levert geen tegenprestatie voor de gift
- de minimale periode is vijf jaar
- bij een gewone gift die vrijwillig wordt gedaan aan een ANBI is deze
schriftelijk te bewijzen met een bankafschrift.
o SBBI: een sociaal belang behartigende instelling. Deze behartigt
individuele belangen van leden of een doelgroep, maar heeft ook een
maatschappelijke waarde. Een schenking aan een SBBI is niet fiscaal
aftrekbaar.
10.3 Erven civiel
De nalatenschap is het vermogen dat de overleden persoon nalaat, dit kunnen
bezittingen of schulden zijn. Als de erflater geen testament heeft, geldt
het versterfrecht. Binnen de erfgenamen bestaat een volgorde van groepen
erfgenamen. Bij vererving erven alleen personen in de eerste groep. Zijn er geen
erfgenamen in de eerste groep, dan erven de erfgenamen in de tweede groep
enz. Binnen een groep heeft iedere persoon recht op een gelijk deel van de
10.1 Schenken civiel
o Schenken: een overeenkomst waarbij de schenker ten koste van zijn eigen
vermogen de ontvanger iets geeft.
Minder dan 180 dagen tussen schenking en overlijdensdatum
schenking wordt erfenis
o Schenking onder bewind: de schenker schenkt aan de ontvanger en de
bewindvoerder beheert de schenking.
Het moet altijd schriftelijk worden vastgelegd in de bewindakte (:
een overeenkomst waarin staat dat wat geschonken wordt onder
bewind zal staan en wanneer het bewind eindigt.)
o Schenking onder uitsluitingsclausule: sluit uit dat de schenking binnen een
eventuele huwelijksgemeenschap terechtkomt, met een insluitingsclausule
valt de schenking juist wel in de gemeenschap.
10.2 Schenken fiscaal
o Bij erven en schenken moet je als ontvanger meestal erf- en
schenkbelasting betalen. De tarieven en vrijstellingen worden jaarlijks door
de Belastingdienst gepubliceerd.
o Een ANBI is daarvan vrijgesteld, =een algemeen nut beogende instelling
en voldoet aan de voorwaarden:
- 90%-eis
-geen winstoogmerk
-beloning bestuurders beperkt tot onkostenvergoeding en openbaar maken
van gegevens op een website.
o Bij een periodieke gift heeft de schenker fiscale voordelen als aan de
volgende voorwaarden wordt voldaan: de voorwaarden van de gift zijn
vastgelegd in een schriftelijke overeenkomst:
- de ANBI levert geen tegenprestatie voor de gift
- de minimale periode is vijf jaar
- bij een gewone gift die vrijwillig wordt gedaan aan een ANBI is deze
schriftelijk te bewijzen met een bankafschrift.
o SBBI: een sociaal belang behartigende instelling. Deze behartigt
individuele belangen van leden of een doelgroep, maar heeft ook een
maatschappelijke waarde. Een schenking aan een SBBI is niet fiscaal
aftrekbaar.
10.3 Erven civiel
De nalatenschap is het vermogen dat de overleden persoon nalaat, dit kunnen
bezittingen of schulden zijn. Als de erflater geen testament heeft, geldt
het versterfrecht. Binnen de erfgenamen bestaat een volgorde van groepen
erfgenamen. Bij vererving erven alleen personen in de eerste groep. Zijn er geen
erfgenamen in de eerste groep, dan erven de erfgenamen in de tweede groep
enz. Binnen een groep heeft iedere persoon recht op een gelijk deel van de