Samenvatting Scheikunde H.2
Paragraaf 1
Een mengsel bestaat uit twee of meer stoffen.
Oplossing > een oplossing is een helder mengsel van een stof in een vloeistof.
Suspensie > een suspensie is een troebel mengsel van een vaste stof in een vloeistof.
Door een suspensie kun je niet heen kijken, de deeltjes in de vloeistof zijn te groot om het
licht door te laten.
Een suspensie is nooit kleurloos, maar altijd gekleurd of wit.
Emulgator > hulpstof om twee stoffen goed met elkaar te laten mengen.
Voorbeeld > vet mengt pas met water als je een hulpstof gebruikt.
Emulsie > Een troebel mengsel van twee vloeistoffen heet een emulsie.
Zonder emulgator zal een emulsie weer snel ontmengen. Door verschil in dichtheid zie je dan
de twee vloeistoffen boven elkaar, er vormt zich dan een tweelagensysteem.
Voorbeelden van suspensies:
- Rook: een mengsel van een vaste stof in een gas.
- Schuim: een mengsel van een gas in een vloeistof.
- Nevel: een mengsel van een vloeistof in een gas.
Gassen mengen altijd tot één gasfase, een mengsel van gassen is dus altijd doorzichtig.
Een mengsel van twee vaste fasen komt ook voor, denk bijvoorbeeld aan kiezels in beton.
Ook hier zijn de afzonderlijke stoffen nog te herkennen.
Aerogel > een mengsel van een vaste stof in een gas. Het houdt warme en kou goed tegen en
het wetenschappers hebben het inmiddels zo ver ontwikkeld dat het lichter is dan lucht.
Paragraaf 2
Scheiden > het uit elkaar halen van de stoffen in een mengsel.
De vier scheidingsmethoden:
- Bezinken > Een suspensie en een emulsie zijn troebele mengsels. Na verloop van tijd
scheiden deze mengsels vanzelf. In een suspensie en emulsie zakt de stof met de
grootse dichtheid op den duur naar de bodem.
- Centrifugeren > De scheidingsmethode bezinken rust op verschil in dichtheid.
Bezinken kan lang duren. Om het bezinken te versnellen kun je het mengsel
centrifugeren. Het mengsel draait daarbij met zeer hoge snelheid rond in een
centrifuge.
- Filtreren > bij filtreren blijft de vaste stof als residu achter op de filter. De vloeistof
die door het filter loopt is het filtraat.
- Extraheren > Om het zout uit het zand te halen maak je gebruik van de
scheidingsmethode extraheren. Bij extraheren voeg je aan het mengsel een
oplosmiddel toe, het extractiemiddel. Hierin lost één stof van het mengsel wel op en
de andere niet. Om het zout uit het zand te halen voeg je water aan het mengsel toe.
Het zout lost op en het zand niet.
Rendement = praktische opbrengst x 100%
Theoretische opbrengst
Scheiden gaat nooit volledig.
Paragraaf 1
Een mengsel bestaat uit twee of meer stoffen.
Oplossing > een oplossing is een helder mengsel van een stof in een vloeistof.
Suspensie > een suspensie is een troebel mengsel van een vaste stof in een vloeistof.
Door een suspensie kun je niet heen kijken, de deeltjes in de vloeistof zijn te groot om het
licht door te laten.
Een suspensie is nooit kleurloos, maar altijd gekleurd of wit.
Emulgator > hulpstof om twee stoffen goed met elkaar te laten mengen.
Voorbeeld > vet mengt pas met water als je een hulpstof gebruikt.
Emulsie > Een troebel mengsel van twee vloeistoffen heet een emulsie.
Zonder emulgator zal een emulsie weer snel ontmengen. Door verschil in dichtheid zie je dan
de twee vloeistoffen boven elkaar, er vormt zich dan een tweelagensysteem.
Voorbeelden van suspensies:
- Rook: een mengsel van een vaste stof in een gas.
- Schuim: een mengsel van een gas in een vloeistof.
- Nevel: een mengsel van een vloeistof in een gas.
Gassen mengen altijd tot één gasfase, een mengsel van gassen is dus altijd doorzichtig.
Een mengsel van twee vaste fasen komt ook voor, denk bijvoorbeeld aan kiezels in beton.
Ook hier zijn de afzonderlijke stoffen nog te herkennen.
Aerogel > een mengsel van een vaste stof in een gas. Het houdt warme en kou goed tegen en
het wetenschappers hebben het inmiddels zo ver ontwikkeld dat het lichter is dan lucht.
Paragraaf 2
Scheiden > het uit elkaar halen van de stoffen in een mengsel.
De vier scheidingsmethoden:
- Bezinken > Een suspensie en een emulsie zijn troebele mengsels. Na verloop van tijd
scheiden deze mengsels vanzelf. In een suspensie en emulsie zakt de stof met de
grootse dichtheid op den duur naar de bodem.
- Centrifugeren > De scheidingsmethode bezinken rust op verschil in dichtheid.
Bezinken kan lang duren. Om het bezinken te versnellen kun je het mengsel
centrifugeren. Het mengsel draait daarbij met zeer hoge snelheid rond in een
centrifuge.
- Filtreren > bij filtreren blijft de vaste stof als residu achter op de filter. De vloeistof
die door het filter loopt is het filtraat.
- Extraheren > Om het zout uit het zand te halen maak je gebruik van de
scheidingsmethode extraheren. Bij extraheren voeg je aan het mengsel een
oplosmiddel toe, het extractiemiddel. Hierin lost één stof van het mengsel wel op en
de andere niet. Om het zout uit het zand te halen voeg je water aan het mengsel toe.
Het zout lost op en het zand niet.
Rendement = praktische opbrengst x 100%
Theoretische opbrengst
Scheiden gaat nooit volledig.