deel1: persoon, familie & recht
Inhoudsopgave
hoofdstuk 1: statuut, ouders & kinderen...................................................................................................................... 2
1. het minderjarige kind............................................................................................................................................ 2
1.1 handelingsonbekwaamheid.......................................................................................................................... 2
1.2 ouderlijke rechten en plichten........................................................................................................................ 6
1.2.1 Ouderlijk gezag.......................................................................................................................................... 6
1.2.1.1 ouderlijk gezag mbt persoon............................................................................................................. 7
1.2.1.2 titularissen............................................................................................................................................. 7
1.2.1.3 uitoefening........................................................................................................................................... 8
1.2.1.4 verblijfsregeling.................................................................................................................................... 9
1.2.1.5 procedurele aspecten..................................................................................................................... 11
1.2.2 ouderlijke verplichtingen........................................................................................................................ 14
1.2.2.1 verplichting tot levensonderhoud en opvoeding.........................................................................14
1.2.2.2 plicht tot respect............................................................................................................................... 17
1.3 voogdij............................................................................................................................................................ 17
1.4 recht op persoonlijk contact........................................................................................................................ 18
hoofdstuk 2: tweerelaties: huwelijke & samenwoning............................................................................................ 19
2.1huwelijk................................................................................................................................................................ 20
2.1.1 aangaan van een huwelijk........................................................................................................................ 20
2.1.2 gevolgen van een huwelijk: primaire huwelijksstelsel..............................................................................22
2.1.3 echtscheiding.............................................................................................................................................. 24
2.1.3.1 echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting huwelijk (EOO).....................................25
2.1.3.2 echtscheiding door onderlinge toestemming (EOT)........................................................................27
2.2 wettelijke samenwoning (WS).......................................................................................................................... 27
2.2.1 aangaan...................................................................................................................................................... 28
2.2.2 gevolgen...................................................................................................................................................... 28
2.2.3 beëindiging.................................................................................................................................................. 29
2.3 feitelijke samenwoning(FS)............................................................................................................................... 29
samenvattend......................................................................................................................................................... 30
1
,HOOFDSTUK 1: STATUUT, OUDERS & KINDEREN
1. HET MINDERJARIGE KIND
P7-40 in reader
Minderjarige = persoon die de volle leeftijd v 18j nog niet bereikt heeft (art. 388 oud BW)
- Alle regels v familierecht zijn opgenomen in oud BW (niet per se oude regels, maar in België nog
bezig om deze over te nemen in nieuw BW (oudste uit 1804, Napoleon)
- Handelingsonbekwaamheid
o Bescherming bij optreden in rechtsverkeer (procedures kunnen starten, rechtszaak kunnen
starten…)
o Vertegenwoordiging
- Gezag over minderjarige
o Persoon en vermogen
o Ouders/voogd
1.1 HANDELINGSONBEKWAAMHEID
Minderjarige zelf: rekeningen openen, abonnement afsluiten, patiëntenrechten uitoefenen, overeenkomst
verzekering na ongeval …
2 vormen:
- Handelings(on)bekwaamheid = juridische (on)bekwaamheid
o Wat MAG een persoon wel of niet zelf doen
o Onbekwaam: niet zelf en zelfstandig optreden in rechtsverkeer (wel zo bij bekwaam)
- Wils(on)bekwaamheid = feitelijke (on)bekwaamheid
o Wat KAN een person wel of niet doen
o Redelijke beoordeling v diens eigen belangen? Als niet onbekwaam
- Verband tss 2: meerderjarigen wet gaat ervan uit dat je wilsbekwaam bent (op beredeneerde
manier beslissingen nemen die jouw belangen behartigen) + handelingsbekwaam
o Mentale beperking, dementie… ?
Kan beschermingsregime uitgewerkt worden door vredesrechter die hen
onbekwaam verklaard uitzondering op de regel
o Tegenovergestelde voor minderjarigen
Minderjarige mag rechten en plichten NIET zelf en zelfstandig uitoefenen
- Utz: minderjarige wel handelingsbekwaam voor bep rechtshandelingen
o Wilsbekwaamheid neemt toe naarmate kind ouder wordt
o Wordt deels rekening mee gehouden door wetgever Kinderrechtenverdrag: zegt dat hier
rekening mee gehouden moet worden
- Vertegenwoordiging door ouders of voogd
o Uitz: minderjarige stelt handelingen wel zelf, maar niet zelfstandig = beperkte
handelingsonbekwaamheid (ouders verlenen bijstand)
2
,3
, Uitzonderlijke handelingsbekwaamheid
Geen bep leeftijd Vanaf bep leeftijd
Dagdagelijkse handelingen: geen lijst wat Ad hoc grenzen, geval per geval
hieronder valt, verschilt ook per leeftijd Vaak vanaf 12j
Beperkte financiële invloed pragmatische
oplossing (bv ticket bus kopen, nieuwe trui…)
Verzet tegen wegnemen organen na overlijden Vanaf 12j: optreden in procedures inzake jeugd-
Openen ve spaarrekening beschermingsmaatregelen tav minderjarige
Erkennen v kind (Jeugdbeschermingswet) + instemmen
Patiëntenrechten naamsverandering (oa art. 335 §4, 370/4 §1 oud
Dagdagelijkse handelingen BW)
Uitoefening persoonlijkheids- en grondrechten Vanaf 13j: account sociale media (art. 7 wet 30 juli
2018 verwerking persoonsgegevens)
Vanaf 16j: testament helft goederen (art. 4.138 §2
BW)
Wet patiëntenrechten: Art. 12 § 2: “De patiënt wordt betrokken bij de uitoefening v zijn rechten rekening
houdend met zijn leeftijd en maturiteit. De in deze wet opgesomde rechten kunnen door de minderjarige
patiënten die tot een redelijke beoordeling v zijn belangen in staat kan worden geacht, zelfstandig worden
uitgeoefend”.
- Bv info krijgen over gezondheid, confidentieel medisch advies, toestemming of weigering
behandeling…
- Minderjarige patiënten:
o Paragraaf 1: bevestigd (on)bekwaamheid vertegenwoordiging door ouders/voogd
o Paragraaf 2 (hierboven): nuanceert en maakt uitzondering
Patiënt moet betrokken worden
Uitz: patiënt mag zelf en zelfstandig deze rechten uitvoeren graduele ontwikkeling
v minderjarigen
- 3 fases:
o Onmondig, bv baby
o Mondig, maar nog niet wilsbekwaam: al besef, maar nog niet matuur ouders maken
beslissing, maar kind wel betrokken (uitleg geven op hun niveau) = shared decision making
(kind, ouder, arts)
o Wilsbekwaam: arts beoordeeld dat patiënt matuur genoeg is om zelf beslissingen te nemen
(kan ingaan tegen die vd ouders) nog zoveel mogelijk streven naar shared decision
making, maar nog steeds luisteren naar kind zelf
Wie vertegenwoordigt het kind = gezag over minderjarige (art. 376 oud BW)
- Ouderlijk gezag = wettelijke vertegenwoordiger v kind (kunnen voor kind optreden in bv rechtbank,
in naam v kind bv brommer kopen…)
- Opties:
o 2 juridische ouders: samen vertegenwordiger
o 1 ouders: deze alleen als vertegenwoordiger
o Geen ouders (meer): voogdij voogd vertegenwoordigt dan het kind
4
Inhoudsopgave
hoofdstuk 1: statuut, ouders & kinderen...................................................................................................................... 2
1. het minderjarige kind............................................................................................................................................ 2
1.1 handelingsonbekwaamheid.......................................................................................................................... 2
1.2 ouderlijke rechten en plichten........................................................................................................................ 6
1.2.1 Ouderlijk gezag.......................................................................................................................................... 6
1.2.1.1 ouderlijk gezag mbt persoon............................................................................................................. 7
1.2.1.2 titularissen............................................................................................................................................. 7
1.2.1.3 uitoefening........................................................................................................................................... 8
1.2.1.4 verblijfsregeling.................................................................................................................................... 9
1.2.1.5 procedurele aspecten..................................................................................................................... 11
1.2.2 ouderlijke verplichtingen........................................................................................................................ 14
1.2.2.1 verplichting tot levensonderhoud en opvoeding.........................................................................14
1.2.2.2 plicht tot respect............................................................................................................................... 17
1.3 voogdij............................................................................................................................................................ 17
1.4 recht op persoonlijk contact........................................................................................................................ 18
hoofdstuk 2: tweerelaties: huwelijke & samenwoning............................................................................................ 19
2.1huwelijk................................................................................................................................................................ 20
2.1.1 aangaan van een huwelijk........................................................................................................................ 20
2.1.2 gevolgen van een huwelijk: primaire huwelijksstelsel..............................................................................22
2.1.3 echtscheiding.............................................................................................................................................. 24
2.1.3.1 echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting huwelijk (EOO).....................................25
2.1.3.2 echtscheiding door onderlinge toestemming (EOT)........................................................................27
2.2 wettelijke samenwoning (WS).......................................................................................................................... 27
2.2.1 aangaan...................................................................................................................................................... 28
2.2.2 gevolgen...................................................................................................................................................... 28
2.2.3 beëindiging.................................................................................................................................................. 29
2.3 feitelijke samenwoning(FS)............................................................................................................................... 29
samenvattend......................................................................................................................................................... 30
1
,HOOFDSTUK 1: STATUUT, OUDERS & KINDEREN
1. HET MINDERJARIGE KIND
P7-40 in reader
Minderjarige = persoon die de volle leeftijd v 18j nog niet bereikt heeft (art. 388 oud BW)
- Alle regels v familierecht zijn opgenomen in oud BW (niet per se oude regels, maar in België nog
bezig om deze over te nemen in nieuw BW (oudste uit 1804, Napoleon)
- Handelingsonbekwaamheid
o Bescherming bij optreden in rechtsverkeer (procedures kunnen starten, rechtszaak kunnen
starten…)
o Vertegenwoordiging
- Gezag over minderjarige
o Persoon en vermogen
o Ouders/voogd
1.1 HANDELINGSONBEKWAAMHEID
Minderjarige zelf: rekeningen openen, abonnement afsluiten, patiëntenrechten uitoefenen, overeenkomst
verzekering na ongeval …
2 vormen:
- Handelings(on)bekwaamheid = juridische (on)bekwaamheid
o Wat MAG een persoon wel of niet zelf doen
o Onbekwaam: niet zelf en zelfstandig optreden in rechtsverkeer (wel zo bij bekwaam)
- Wils(on)bekwaamheid = feitelijke (on)bekwaamheid
o Wat KAN een person wel of niet doen
o Redelijke beoordeling v diens eigen belangen? Als niet onbekwaam
- Verband tss 2: meerderjarigen wet gaat ervan uit dat je wilsbekwaam bent (op beredeneerde
manier beslissingen nemen die jouw belangen behartigen) + handelingsbekwaam
o Mentale beperking, dementie… ?
Kan beschermingsregime uitgewerkt worden door vredesrechter die hen
onbekwaam verklaard uitzondering op de regel
o Tegenovergestelde voor minderjarigen
Minderjarige mag rechten en plichten NIET zelf en zelfstandig uitoefenen
- Utz: minderjarige wel handelingsbekwaam voor bep rechtshandelingen
o Wilsbekwaamheid neemt toe naarmate kind ouder wordt
o Wordt deels rekening mee gehouden door wetgever Kinderrechtenverdrag: zegt dat hier
rekening mee gehouden moet worden
- Vertegenwoordiging door ouders of voogd
o Uitz: minderjarige stelt handelingen wel zelf, maar niet zelfstandig = beperkte
handelingsonbekwaamheid (ouders verlenen bijstand)
2
,3
, Uitzonderlijke handelingsbekwaamheid
Geen bep leeftijd Vanaf bep leeftijd
Dagdagelijkse handelingen: geen lijst wat Ad hoc grenzen, geval per geval
hieronder valt, verschilt ook per leeftijd Vaak vanaf 12j
Beperkte financiële invloed pragmatische
oplossing (bv ticket bus kopen, nieuwe trui…)
Verzet tegen wegnemen organen na overlijden Vanaf 12j: optreden in procedures inzake jeugd-
Openen ve spaarrekening beschermingsmaatregelen tav minderjarige
Erkennen v kind (Jeugdbeschermingswet) + instemmen
Patiëntenrechten naamsverandering (oa art. 335 §4, 370/4 §1 oud
Dagdagelijkse handelingen BW)
Uitoefening persoonlijkheids- en grondrechten Vanaf 13j: account sociale media (art. 7 wet 30 juli
2018 verwerking persoonsgegevens)
Vanaf 16j: testament helft goederen (art. 4.138 §2
BW)
Wet patiëntenrechten: Art. 12 § 2: “De patiënt wordt betrokken bij de uitoefening v zijn rechten rekening
houdend met zijn leeftijd en maturiteit. De in deze wet opgesomde rechten kunnen door de minderjarige
patiënten die tot een redelijke beoordeling v zijn belangen in staat kan worden geacht, zelfstandig worden
uitgeoefend”.
- Bv info krijgen over gezondheid, confidentieel medisch advies, toestemming of weigering
behandeling…
- Minderjarige patiënten:
o Paragraaf 1: bevestigd (on)bekwaamheid vertegenwoordiging door ouders/voogd
o Paragraaf 2 (hierboven): nuanceert en maakt uitzondering
Patiënt moet betrokken worden
Uitz: patiënt mag zelf en zelfstandig deze rechten uitvoeren graduele ontwikkeling
v minderjarigen
- 3 fases:
o Onmondig, bv baby
o Mondig, maar nog niet wilsbekwaam: al besef, maar nog niet matuur ouders maken
beslissing, maar kind wel betrokken (uitleg geven op hun niveau) = shared decision making
(kind, ouder, arts)
o Wilsbekwaam: arts beoordeeld dat patiënt matuur genoeg is om zelf beslissingen te nemen
(kan ingaan tegen die vd ouders) nog zoveel mogelijk streven naar shared decision
making, maar nog steeds luisteren naar kind zelf
Wie vertegenwoordigt het kind = gezag over minderjarige (art. 376 oud BW)
- Ouderlijk gezag = wettelijke vertegenwoordiger v kind (kunnen voor kind optreden in bv rechtbank,
in naam v kind bv brommer kopen…)
- Opties:
o 2 juridische ouders: samen vertegenwordiger
o 1 ouders: deze alleen als vertegenwoordiger
o Geen ouders (meer): voogdij voogd vertegenwoordigt dan het kind
4