Plan of action CLD – CELL DAMAGE
Zorgt 25% of 50% chloor voor cel schade
om apoptose te induceren in levercellen
van de rat?
B07CLD 1920 | WERKPLAN V2
,B07CLD 1920 | Werkplan v2 26/02/2020
Inhoudsopgave
1 Inleiding...............................................................................................................................................2
1.1 Onderzoeksvraag..........................................................................................................................2
1.2 Hypothese.....................................................................................................................................2
1.3 Proefopzet....................................................................................................................................3
1.3.1 Onderzoek.............................................................................................................................3
1.3.2 Kleuringen..............................................................................................................................3
1.3.3 Morfologische beoordeling....................................................................................................3
2 Planning...............................................................................................................................................4
3 Materiaal en Methode.........................................................................................................................5
3.1 Praktijk 1 – Oplossingen maken....................................................................................................5
3.2 Praktijk 2 - Afname weefsels.........................................................................................................9
3.2.1 Materiaal:..............................................................................................................................9
3.2.2 Methode:...............................................................................................................................9
3.3 Praktijk 3 - Inbedden weefsel.....................................................................................................10
3.3.1 Materiaal:............................................................................................................................10
3.3.2 Methode:.............................................................................................................................10
3.4 Praktijk 4 - Coupes snijden van de weefsel.................................................................................11
3.4.1 Materiaal:............................................................................................................................11
3.4.2 Methode:.............................................................................................................................11
3.5 Praktijk 5 - Kleuringen van de leverweefsels uitvoeren..............................................................12
3.5.1 Materiaal:............................................................................................................................12
3.5.2 Methode HE-Kleuring:.........................................................................................................12
3.5.3 Methode PAS-Kleuring:........................................................................................................12
3.5.4 Methode Reticuline-kleuring..............................................................................................13
3.6 Praktijk 6 - Analyse van de preparaten en beoordelen...............................................................14
4 Bijlage................................................................................................................................................16
4.1 Principes kleuring: Haematoxyline en Eosine (HE) kleuring........................................................16
4.2 Principe kleuring: Periodic Acid Schiff (PAS) kleuring..................................................................18
4.3 Principe kleuring: Reticuline kleuring volgens Gordon and Sweet’s...........................................20
5 Risicoanalyse.....................................................................................................................................23
6 Referenties........................................................................................................................................26
Pagina 1 van 27
, B07CLD 1920 | Werkplan v2 26/02/2020
1 INLEIDING
De lever is een zeer belangrijk orgaan voor het lichaam want het voert redelijk wat belangrijke
functies uit. Namelijk het metabolisme, immuniteit, spijsvertering, ontgifting en het vitamineopslag
ondersteunen. En als belangrijkste functie heeft de lever de taak om het bloed uit het
spijsverteringskanaal te filteren voordat het wordt doorgegeven aan de rest van het lichaam.
Daarnaast is de lever ook nog is uniek want het heeft een dubbele bloedtoevoer van de portale ader
en de leverslagader. Verder is het wel gevoelig voor verschillende pathologieën want het is namelijk
bijna met elk orgaansysteem in het lichaam verbonden. Het is ook een opslagplek want het slaat ijzer
en koper op en het zorgt ook voor de aanmaak van cholesterol en maakt 95% van alle bloedeiwitten
aan. 2,3,4 Verder zit er onder de lever nog de galblaas, alvleesklier en de darmen die samenwerken met
de lever om voedsel te verteren, absorberen en te verwerken.
Er zijn vier verschillende manieren op hoe celschade kan optreden; autolyse (post-mortem celdood)
heterolyse (geïnduceerd immuunsysteem), apoptose (geprogrammeerde celdood) en necrose (niet-
geprogrammeerde celdood. Bij dit onderzoek zullen we celschade veroorzaken in levercellen en
bekijken we het proces van celschade hiervan. Hierbij zullen we gebruik maken van chloor voor als
schade en om de resultaten in beeld te brengen gebruiken we HE-kleuring, PAS-kleuring en Reticulin-
staing Gordon and Sweet’s.
Het proces van apoptose is algemeen bekend, het is een geprogrammeerde celdood dat voorkomt in
meercellige organismen. Het komt voor in vele weefsels en zorgt er voor dat beschadigde, oude,
gevaarlijke of disfunctionele cellen via celdood vervangen worden door nieuwe cellen. Apoptose is
een zeer geordend proces van celdood waarbij het DNA in stukjes wordt geknipt en uiteindelijk
restjes worden verpakt in blaasjes en die worden weer geconsumeerd door nabijgelegen fagocyten.
Daarnaast heb je nog necrose en dit is een abrupte vorm van celdood. 5 Bij dit onderzoek is het van
belang om de levercellen te meten op verschillende concentraties toegevoegde chloride. Hierbij
wordt er gekeken of deze cellen beschadigd zijn en wanner. De concentraties die worden gebruikt
zijn 25% chloor en 50% chloor. Een gezonde lever heeft de kans met genoeg levercellen chloor te
neutraliseren maar bij een beschadigde lever zal die veel moeilijker zijn. Aangezien 85% van chloor
terug te vinden is in ons lichaamsvocht en het overige deel terug te vinden is in de cellen zal naar
verwachting chloor niet of niet veel schade doen op de lever. We verwachten bij een hogere
concentratie chloor minder levercellen te zien en meer levercellen in apoptose te zien. 6
1.1 ONDERZOEKSVRAAG
Zorgt 25% of 50% chloor voor cel schade om apoptose te induceren in levercellen van de rat?
1.2 HYPOTHESE
De verwachting is dat er in de samples die behandeld zijn met chloor minder cellen aanwezig zullen
zijn vergeleken met de onbehandelde cellen. Dit wordt verwacht omdat chloor in dit geval als zout
voorkomt namelijk NaCl. Zout zorgt voor een verhoogde osmotische waarde buiten de cellen en dus
een hypertone omgeving creëert ten opzichte van de cel wat ervoor zorgt dat vloeistoffen de cytosol
verlaten9. Wanneer dat gebruikt kan er dus necrose of apoptose ontstaan omdat de cel
verschrompelt. De verwachting is dat 50% chloor meer schade zal aanbrengen omdat het een hogere
concentratie chloor bevat en dus zorgt voor meer aantrekking van vloeistoffen uit de cellen.
Pagina 2 van 27
Zorgt 25% of 50% chloor voor cel schade
om apoptose te induceren in levercellen
van de rat?
B07CLD 1920 | WERKPLAN V2
,B07CLD 1920 | Werkplan v2 26/02/2020
Inhoudsopgave
1 Inleiding...............................................................................................................................................2
1.1 Onderzoeksvraag..........................................................................................................................2
1.2 Hypothese.....................................................................................................................................2
1.3 Proefopzet....................................................................................................................................3
1.3.1 Onderzoek.............................................................................................................................3
1.3.2 Kleuringen..............................................................................................................................3
1.3.3 Morfologische beoordeling....................................................................................................3
2 Planning...............................................................................................................................................4
3 Materiaal en Methode.........................................................................................................................5
3.1 Praktijk 1 – Oplossingen maken....................................................................................................5
3.2 Praktijk 2 - Afname weefsels.........................................................................................................9
3.2.1 Materiaal:..............................................................................................................................9
3.2.2 Methode:...............................................................................................................................9
3.3 Praktijk 3 - Inbedden weefsel.....................................................................................................10
3.3.1 Materiaal:............................................................................................................................10
3.3.2 Methode:.............................................................................................................................10
3.4 Praktijk 4 - Coupes snijden van de weefsel.................................................................................11
3.4.1 Materiaal:............................................................................................................................11
3.4.2 Methode:.............................................................................................................................11
3.5 Praktijk 5 - Kleuringen van de leverweefsels uitvoeren..............................................................12
3.5.1 Materiaal:............................................................................................................................12
3.5.2 Methode HE-Kleuring:.........................................................................................................12
3.5.3 Methode PAS-Kleuring:........................................................................................................12
3.5.4 Methode Reticuline-kleuring..............................................................................................13
3.6 Praktijk 6 - Analyse van de preparaten en beoordelen...............................................................14
4 Bijlage................................................................................................................................................16
4.1 Principes kleuring: Haematoxyline en Eosine (HE) kleuring........................................................16
4.2 Principe kleuring: Periodic Acid Schiff (PAS) kleuring..................................................................18
4.3 Principe kleuring: Reticuline kleuring volgens Gordon and Sweet’s...........................................20
5 Risicoanalyse.....................................................................................................................................23
6 Referenties........................................................................................................................................26
Pagina 1 van 27
, B07CLD 1920 | Werkplan v2 26/02/2020
1 INLEIDING
De lever is een zeer belangrijk orgaan voor het lichaam want het voert redelijk wat belangrijke
functies uit. Namelijk het metabolisme, immuniteit, spijsvertering, ontgifting en het vitamineopslag
ondersteunen. En als belangrijkste functie heeft de lever de taak om het bloed uit het
spijsverteringskanaal te filteren voordat het wordt doorgegeven aan de rest van het lichaam.
Daarnaast is de lever ook nog is uniek want het heeft een dubbele bloedtoevoer van de portale ader
en de leverslagader. Verder is het wel gevoelig voor verschillende pathologieën want het is namelijk
bijna met elk orgaansysteem in het lichaam verbonden. Het is ook een opslagplek want het slaat ijzer
en koper op en het zorgt ook voor de aanmaak van cholesterol en maakt 95% van alle bloedeiwitten
aan. 2,3,4 Verder zit er onder de lever nog de galblaas, alvleesklier en de darmen die samenwerken met
de lever om voedsel te verteren, absorberen en te verwerken.
Er zijn vier verschillende manieren op hoe celschade kan optreden; autolyse (post-mortem celdood)
heterolyse (geïnduceerd immuunsysteem), apoptose (geprogrammeerde celdood) en necrose (niet-
geprogrammeerde celdood. Bij dit onderzoek zullen we celschade veroorzaken in levercellen en
bekijken we het proces van celschade hiervan. Hierbij zullen we gebruik maken van chloor voor als
schade en om de resultaten in beeld te brengen gebruiken we HE-kleuring, PAS-kleuring en Reticulin-
staing Gordon and Sweet’s.
Het proces van apoptose is algemeen bekend, het is een geprogrammeerde celdood dat voorkomt in
meercellige organismen. Het komt voor in vele weefsels en zorgt er voor dat beschadigde, oude,
gevaarlijke of disfunctionele cellen via celdood vervangen worden door nieuwe cellen. Apoptose is
een zeer geordend proces van celdood waarbij het DNA in stukjes wordt geknipt en uiteindelijk
restjes worden verpakt in blaasjes en die worden weer geconsumeerd door nabijgelegen fagocyten.
Daarnaast heb je nog necrose en dit is een abrupte vorm van celdood. 5 Bij dit onderzoek is het van
belang om de levercellen te meten op verschillende concentraties toegevoegde chloride. Hierbij
wordt er gekeken of deze cellen beschadigd zijn en wanner. De concentraties die worden gebruikt
zijn 25% chloor en 50% chloor. Een gezonde lever heeft de kans met genoeg levercellen chloor te
neutraliseren maar bij een beschadigde lever zal die veel moeilijker zijn. Aangezien 85% van chloor
terug te vinden is in ons lichaamsvocht en het overige deel terug te vinden is in de cellen zal naar
verwachting chloor niet of niet veel schade doen op de lever. We verwachten bij een hogere
concentratie chloor minder levercellen te zien en meer levercellen in apoptose te zien. 6
1.1 ONDERZOEKSVRAAG
Zorgt 25% of 50% chloor voor cel schade om apoptose te induceren in levercellen van de rat?
1.2 HYPOTHESE
De verwachting is dat er in de samples die behandeld zijn met chloor minder cellen aanwezig zullen
zijn vergeleken met de onbehandelde cellen. Dit wordt verwacht omdat chloor in dit geval als zout
voorkomt namelijk NaCl. Zout zorgt voor een verhoogde osmotische waarde buiten de cellen en dus
een hypertone omgeving creëert ten opzichte van de cel wat ervoor zorgt dat vloeistoffen de cytosol
verlaten9. Wanneer dat gebruikt kan er dus necrose of apoptose ontstaan omdat de cel
verschrompelt. De verwachting is dat 50% chloor meer schade zal aanbrengen omdat het een hogere
concentratie chloor bevat en dus zorgt voor meer aantrekking van vloeistoffen uit de cellen.
Pagina 2 van 27