Samenvatting hoofdstuk 7: Tunicata

CHORADATA/ CHORDADIEREN
 Fylogenie

- Morfologisch vs. Moleculair
- Zustergroep van Echinodermata




 Algemene info

- Grootste en succesvolste deuterostomen.
- 50.000 soorten
 Invertebrate chordaten: 2180 soorten
o Cephalochordata/ Lancetvisjes/ Schedellozen: 30 soorten

, o Tunicata/ Urochordata/ Manteldieren: 2150 soorten
 Vertebrate chordaten: 47.820 soorten

- Hebben allemaal een chorda dorsalis.
- Hebben NIET allemaal een wervelkolom (verbotte chorda dorsalis)!

 Fylogenetische opdeling

- 2 grote subgroepen op basis van aanwezigheid wervelkolom.
 Invertebrate chordaten: Geen wervelkolom
2 subfyla op basis van aanwezigheid chorda in adult stadium.
o Cephalochordata/ Lancetvisjes/ Schedellozen: Chorda zowel larvaal
als adult.
o Tunicata/ Urochordata/ Manteldieren: Chorda enkel larvaal.
 Vertebrate chordaten: Wel wervelkolom

 Anatomie

- Lancetvisje (cephalochordaat) wordt gebruikt als basale algemene
anatomie
- Belangrijkste chordate larvale kenmerken
 Notochord
 Dorsale zenuwstreng
 Postanale staart
 Faryngeale spleten (kieuwspleten)
 Myomeren
 Dorsale en ventrale bloedvaten


 Ontwikkeling

- Lancetvisje (cephalochordaat) wordt gebruikt als basale algemene
anatomie

1. Invertebrate chordaten

 Algemene info

- Marien

1.1Cephalochordata/ Lancetvisjes/ Schedellozen

 Anatomie

- Lancetvisje wordt gebruikt als algemene anatomie.
- Reden: Bevat larvaal en adult veel anatomische kenmerken van de larvale
fasen van alle subgroepen van de Chordata.