DEEL IV: KENNISMAKING MET HET BURGERLIJK
PROCESRECHT
HOOFDSTUK 1: INLEIDING
AFDELING 2: RECHTERLIJKE MACHT
AFDELING 3: ALTERNATIEVE GESCHILLENBESLECHTING
1
,POGING TOT VERZOENING: KMS
achter gesloten deuren (in raadkamer) = vertrouwelijkheid garanderen
iedere rechter moet proberen verzoenen
altijd voorafgaande verzoeningspoging = gratis
Gerechtelijke vordering = voor rechter gaan om u geschil te laten beslechten.
Enkele manieren om zonder rechterlijke tussenkomst u geschil te beslechten
= Alternatieve geschillenbeslechting (ADR):
- Minnelijke oplossing = partijen proberen onderling overeen te komen zonder
tussenkomst van rechter
- —> indien het lukt, verzoenen ze zich
- Poging tot minnelijke schikking resulteert in een minnelijke schikking en
een verzoening
- (Gerechtelijk of buitengerechtelijke) Bemiddelingen = partijen beroepen op
onafhankelijke derde die hun gaat helpen tot zoeken van oplossing, die
bemiddelaar legt niet zelf een oplossing voor maar helpt te partijen te verzoenen
- Partijen moet vrijwillig ermee akkoord gaan om een bemiddelaar aan te
stellen die hen zal begeleiden in hun zoektocht naar een oplossing
- Gerechtelijke bemiddeling = rechter wijst partijen aan om naar
bemiddelaar te stappen, partijen moeten toestemmen
- Reeds een procedure aanhangig voor de rechtbank
- Rechter gaat niet zelf bemiddelen, wel verzoenen
- Rechter verwijst ambtshalve naar een erkende bemiddelaar
- Betekent niet dat er een akkoord MOET gesloten worden, minstens
de poging moet ondernomen worden
- Buitengerechtelijke bemiddeling = partijen kiezen zelf om naar
bemiddelaar te gaan zonder verzoek van rechter, nog geen dagvaarding en
partijen nog niet naar rechtbank gestapt
- Collaboratieve onderhandelingen = partijen + hun advocaten onderhandelen
met elkaar op zoek naar overeenkomst
2
, - Vrijwillige en vertrouwelijke procedure van geschillenoplossing door
onderhandeling waarbij conflicterende partijen en hun respectieve
advocaten betrokken zijn en optreden in het kader
- Verschil met gewone onderhandeling: collaboratief advocaat komt overeen
met cliënt dat hij enkel begeleid zal worden in het onderhandelingsproces
en stel dat het niet lukt, zal de advocaat zich terugtrekken maar zal hij ook
niet de klassieke rechtbankprocedure voor zijn cliënt doen (trekt zich terug
en andere advocaat komt in de plaats)
- Dezelfde advocaten mogen niet optreden in de klassieke
rechtbankprocedure als verdedigers, partijen moeten een nieuwe
advocaat aanstellen
- Aangezien de advocaten in een vertrouwelijke en vrijwillige
discussie hebben deelgenomen
- Bij minnelijke schikking mag wel dezelfde advocaat behouden
worden
- Een normale advocaat zal na poging tot minnelijke schikking nog steeds de
klassieke rechtbankprocedure bijstaan !!!
- Arbitrage = partijen laten geschil beslechten door privé rechter die tot oplossing
komt en die uitspraak is bindend voor de partijen (1676 Ger.W.)
- Ad hoc arbitrage = partijen kiezen regels onderling zelf
- Institutionele arbitrage = partijen volgen regels van het arbitrage-
instituut
- Kwijtschelding = SE scheldt SA kwijt, afstand doen v zijn of haar recht (5.250 lid
1)
- Dading = partijen stellen contract op waarbij ze de betwisting beëindigen door
wederzijdse toegeving
- Partijbeslissing = 1 vd partijen regelt onderlinge rechtsverhouding (5.49 lid 2)
- In kader van een contractuele relatie
- Deel van een overeenkomst laten beslissen door een derde
- Bindende derdenbeslissing = 1/1+ derden nemen beslissing die bindend is
voor partijen (bv MME = minnelijke medische expertise: verkeersongeval
mogelijkheid dat 2 verzekeraars bij elkaar zitten en ipv naar rechtbank gaan een
derde arts aanstellen als derdenbeslisser)
- Aan derden de macht geven om een beslissing te nemen over een aspect
van een verschil
Procesrecht = formeel recht gericht op handhaving, afdwingen en beschermen v subj
rechten - indeling:
- Burgerlijk procesrecht (dit vak)
- Strafprocesrecht
3
, - Publiekprocesrecht
Heel het procesrecht is van aanvullend recht! (Art. 2 Gw)
HOOFDSTUK 2. BRONNEN VAN HET BURGERLIJK PROCESRECHT
A. GRONDWET (ONTSTAANSGESCHIEDENIS KENNEN)
Verschillende grondwetsbepalingen zijn gewijd aan het burgerlijk procesrecht,
zoals
̶ de erkenning van de “rechterlijke macht” als derde macht in het staatsbestel (art.
40 Gw);
̶ de aan de hoven en rechtbanken toegekende rechtsmacht om kennis te nemen
van geschillen over burgerlijke en politieke rechten (art. 144-145 Gw);
̶ de rechterlijke organisatie (bv. art. 147 en 156 Gw);
̶ de openbaarheid van terechtzittingen (art. 148 Gw);
̶ transparantie naar de burger toe
̶ de motiveringsverplichting (art. 149 Gw).;
̶ inzicht bieden in de redenering en hoe het recht is toegepast, zodat
eventueel een hogere rechter dit zou kunnen nakijken en/of aanpassen
̶ de (functionele) onafhankelijkheid van de rechter in de uitoefening van zijn
rechterlijke bevoegdheden (cf. Spaghetti-arrest) (art. 151, § 1 Gw);
̶ sinds 1998 !!
̶ spaghetti-arrest: Dutroux affaire
̶ Witte mars (BXL, 1996 – 300 000 mensen naar BXL voor woede
kenbaar te maken na de beslissing om de onderzoeksrechter af te
zetten)
̶ Dutroux gevat en gearresteerd
̶ Na arrestatie was onderzoeksrechter aanwezig op een benefietfeest
ten aanzien van de slachtoffers, kreeg ook een klein cadeautje en at
een bord spaghetti
̶ Onderzoeksrechter werd gewraakt (partij beweerde dat de
specifieke rechter niet meer onafhankelijk kon handelen)
̶ Juridisch werd dit aanvaard, onderzoeksrechter werd afgezet van
die zaak
4
PROCESRECHT
HOOFDSTUK 1: INLEIDING
AFDELING 2: RECHTERLIJKE MACHT
AFDELING 3: ALTERNATIEVE GESCHILLENBESLECHTING
1
,POGING TOT VERZOENING: KMS
achter gesloten deuren (in raadkamer) = vertrouwelijkheid garanderen
iedere rechter moet proberen verzoenen
altijd voorafgaande verzoeningspoging = gratis
Gerechtelijke vordering = voor rechter gaan om u geschil te laten beslechten.
Enkele manieren om zonder rechterlijke tussenkomst u geschil te beslechten
= Alternatieve geschillenbeslechting (ADR):
- Minnelijke oplossing = partijen proberen onderling overeen te komen zonder
tussenkomst van rechter
- —> indien het lukt, verzoenen ze zich
- Poging tot minnelijke schikking resulteert in een minnelijke schikking en
een verzoening
- (Gerechtelijk of buitengerechtelijke) Bemiddelingen = partijen beroepen op
onafhankelijke derde die hun gaat helpen tot zoeken van oplossing, die
bemiddelaar legt niet zelf een oplossing voor maar helpt te partijen te verzoenen
- Partijen moet vrijwillig ermee akkoord gaan om een bemiddelaar aan te
stellen die hen zal begeleiden in hun zoektocht naar een oplossing
- Gerechtelijke bemiddeling = rechter wijst partijen aan om naar
bemiddelaar te stappen, partijen moeten toestemmen
- Reeds een procedure aanhangig voor de rechtbank
- Rechter gaat niet zelf bemiddelen, wel verzoenen
- Rechter verwijst ambtshalve naar een erkende bemiddelaar
- Betekent niet dat er een akkoord MOET gesloten worden, minstens
de poging moet ondernomen worden
- Buitengerechtelijke bemiddeling = partijen kiezen zelf om naar
bemiddelaar te gaan zonder verzoek van rechter, nog geen dagvaarding en
partijen nog niet naar rechtbank gestapt
- Collaboratieve onderhandelingen = partijen + hun advocaten onderhandelen
met elkaar op zoek naar overeenkomst
2
, - Vrijwillige en vertrouwelijke procedure van geschillenoplossing door
onderhandeling waarbij conflicterende partijen en hun respectieve
advocaten betrokken zijn en optreden in het kader
- Verschil met gewone onderhandeling: collaboratief advocaat komt overeen
met cliënt dat hij enkel begeleid zal worden in het onderhandelingsproces
en stel dat het niet lukt, zal de advocaat zich terugtrekken maar zal hij ook
niet de klassieke rechtbankprocedure voor zijn cliënt doen (trekt zich terug
en andere advocaat komt in de plaats)
- Dezelfde advocaten mogen niet optreden in de klassieke
rechtbankprocedure als verdedigers, partijen moeten een nieuwe
advocaat aanstellen
- Aangezien de advocaten in een vertrouwelijke en vrijwillige
discussie hebben deelgenomen
- Bij minnelijke schikking mag wel dezelfde advocaat behouden
worden
- Een normale advocaat zal na poging tot minnelijke schikking nog steeds de
klassieke rechtbankprocedure bijstaan !!!
- Arbitrage = partijen laten geschil beslechten door privé rechter die tot oplossing
komt en die uitspraak is bindend voor de partijen (1676 Ger.W.)
- Ad hoc arbitrage = partijen kiezen regels onderling zelf
- Institutionele arbitrage = partijen volgen regels van het arbitrage-
instituut
- Kwijtschelding = SE scheldt SA kwijt, afstand doen v zijn of haar recht (5.250 lid
1)
- Dading = partijen stellen contract op waarbij ze de betwisting beëindigen door
wederzijdse toegeving
- Partijbeslissing = 1 vd partijen regelt onderlinge rechtsverhouding (5.49 lid 2)
- In kader van een contractuele relatie
- Deel van een overeenkomst laten beslissen door een derde
- Bindende derdenbeslissing = 1/1+ derden nemen beslissing die bindend is
voor partijen (bv MME = minnelijke medische expertise: verkeersongeval
mogelijkheid dat 2 verzekeraars bij elkaar zitten en ipv naar rechtbank gaan een
derde arts aanstellen als derdenbeslisser)
- Aan derden de macht geven om een beslissing te nemen over een aspect
van een verschil
Procesrecht = formeel recht gericht op handhaving, afdwingen en beschermen v subj
rechten - indeling:
- Burgerlijk procesrecht (dit vak)
- Strafprocesrecht
3
, - Publiekprocesrecht
Heel het procesrecht is van aanvullend recht! (Art. 2 Gw)
HOOFDSTUK 2. BRONNEN VAN HET BURGERLIJK PROCESRECHT
A. GRONDWET (ONTSTAANSGESCHIEDENIS KENNEN)
Verschillende grondwetsbepalingen zijn gewijd aan het burgerlijk procesrecht,
zoals
̶ de erkenning van de “rechterlijke macht” als derde macht in het staatsbestel (art.
40 Gw);
̶ de aan de hoven en rechtbanken toegekende rechtsmacht om kennis te nemen
van geschillen over burgerlijke en politieke rechten (art. 144-145 Gw);
̶ de rechterlijke organisatie (bv. art. 147 en 156 Gw);
̶ de openbaarheid van terechtzittingen (art. 148 Gw);
̶ transparantie naar de burger toe
̶ de motiveringsverplichting (art. 149 Gw).;
̶ inzicht bieden in de redenering en hoe het recht is toegepast, zodat
eventueel een hogere rechter dit zou kunnen nakijken en/of aanpassen
̶ de (functionele) onafhankelijkheid van de rechter in de uitoefening van zijn
rechterlijke bevoegdheden (cf. Spaghetti-arrest) (art. 151, § 1 Gw);
̶ sinds 1998 !!
̶ spaghetti-arrest: Dutroux affaire
̶ Witte mars (BXL, 1996 – 300 000 mensen naar BXL voor woede
kenbaar te maken na de beslissing om de onderzoeksrechter af te
zetten)
̶ Dutroux gevat en gearresteerd
̶ Na arrestatie was onderzoeksrechter aanwezig op een benefietfeest
ten aanzien van de slachtoffers, kreeg ook een klein cadeautje en at
een bord spaghetti
̶ Onderzoeksrechter werd gewraakt (partij beweerde dat de
specifieke rechter niet meer onafhankelijk kon handelen)
̶ Juridisch werd dit aanvaard, onderzoeksrechter werd afgezet van
die zaak
4