SAMENVATTING EUROPEES RECHT
Hoorcollege 1 – Interne markt
De interne markt is er om eenduidige regels te creëren. Interne markt bestaat uit:
Vier fundamentele vrijheden zijn gericht aan lidstaten.
- Goederen
- Personen
- Diensten
- Kapitaal
Mededingingsrecht concurrentie op de markt stimuleren. Aan de hand van 4 terreinen zorgen dat
dit goed blijft
- Kartelverbod, art. 101 VWEU
- Misbruik van dominante positie, art. 102 VWEU
- Concentratietoezicht, Vo. 139/2004
- Staatssteun, art. 107 VWEU
Fundamentele vrijheden
Kernbegrippen
Is er sprake van een grensoverschrijdend element? Een goed moet de grens overgaan.
Nee? Nationaal recht
Ja? Europees recht
Is er sprake van harmonisatie? Als dit het geval is, is er specifieke regelgeving over 1 bepaald onderwerp
Richtlijn 2004/38 (burgerschapsrichtlijn)
Verordening 492/2011 (vrij verkeer van werknemers)
Richtlijn 2006/123 (dienstenrichtlijn)
Mededingingsrecht
Is ontstaan om politiek en het bedrijfsleven gescheiden te houden, doelen:
Bevorderen interne markt
Consumentenwelvaart concurreren zorgt voor goedkopere producten voor consumenten
Kernbegrippen
Het gaat om het effect op de tussenstaatse handel = een potentieel effect is voldoende
Voorvraag: is er sprake van een onderneming? HvJEU Höffner = iedere entiteit die een economische activiteit
uitoefent
Bijv. voor afnemen van paspoort door gemeente moet je betalen maar is typische overheidstaak dus gemeente
handelt niet als onderneming
Gedrag van lidstaten = lidstaat geeft onderneming een zak geld
- Staatssteunrecht, art. 107 VWEU
Gedrag van ondernemingen zelf
- Kartelverbod, art. 101 VWEU
- Misbruik dominante positie, art. 102 VWEU
- Concentratietoezicht
1
,Hoorcollege 2 – Vrij verkeer van goederen
Stappenplan vrij verkeer van goederen
1. Is er sprake van een grensoverschrijdend element?
2. Is er sprake van een goed? HvJEU Commissie/België = eenieder op geld waardeerbare zaak die voorwerp
kan zijn van een handelstransactie
3. Is er sprake van een geharmoniseerde maatregel? NEE, bij goederen geen bijzondere maatregelen
4. Is er sprake van een belemmering?
Tarifair = alle belemmeringen van financiële aard. Je moet iets betalen aan de overheid, bijv. belasting,
accijns.
- Art. 30 VWEU douanerechten en heffingen van gelijke werking
o In- en uitvoerrechten zijn verboden douanerechten zijn afgeschaft, omdat we een douane-
unie hebben. Om te voorkomen dat lidstaten gaan concurreren.
o Alle heffingen van gelijke werking zijn verboden heffingen die geen douanerechten zijn,
maar er wel op lijken. 4 voorwaarden om vast te stellen of heffing gelijke werking heeft,
HvJEU Commissie/Italië:
1. Geldelijke last hoogte van die last is irrelevant
2. Eenzijdig opgelegd je moet er niet om vragen
3. Heffing moet wegens grensoverschrijding worden geheven omdat het goed de grens
overgaat moet je betalen. Bijv. een heffing betalen op auto’s die naar NL komen
4. Geen douanerecht in eigenlijke zin zijn verboden
VOOR ART. 30 VWEU KUN JE NIET ART. 36 VWEU OF RULE OF REASON INROEPEN
Art. 30 VWEU is NIET van toepassing (uitzonderingen):
o Retributie = vergoeding voor een geleverde dienst
o Heffingen voor keuringen die door Unierecht zijn voorgeschreven. Bijv. koeien moeten op een
bepaalde manier gekeurd worden door veearts. Dan mag je de lidstaat vragen om een
vergoeding, maar enkel voor het bedrag dat je nodig hebt voor de veearts.
o Heffingen die onderdeel vormen van belastingstelsel, bijv. belasting betalen op dieren die
provincie overgaan.
- Art. 110 VWEU interne belastingstelsels (belastingen in het land zelf) = prijsverschillen tussen
producten uit land zelf en uit buitenland zijn verboden.
o Gelijksoortige producten (alinea 1) = hier moet je kijken naar de consumentenvoorkeuren,
HvJEU Commissie/Helleense Republiek factoren waaraan je gelijksoortige producten kan
beoordelen, r.o. 9
Zijn het gelijksoortige producten? Dan geen discriminatie = dus geen verschil in tarief
tussen binnenlandse en buitenlandse producten
o Concurrerende producten (alinea 2) = ziet de consument de producten als alternatieven van
elkaar.
Zijn het concurrerende producten? Dan geen protectionisme = dus je mag niet de
binnenlandse markt beschermen
Non-tarifair = alle belemmeringen die niet van financiële aard zijn.
- Art. 34 VWEU verbiedt:
o Kwantitatieve invoerbeperkingen
o Maatregelen van gelijke werking, HvJEU Dassonville = de maatregel kan de handel tussen
lidstaten belemmeren. Iedere maatregel is verboden:
Maatregelen met onderscheid = maatregel maakt onderscheid tussen binnenlandse en
buitenlandse producten
1. Producteisen (HvJEU Keck) zijn ALTIJD verboden, r.o. 15
2
, 2. Verkoopmodaliteiten (HvJEU Keck) bijv. waar je het product mag verkopen, aan
wie je het product mag verkopen. Zijn toegestaan als ze voldoen aan twee
voorwaarden, r.o. 16:
Moeten op alle marktdeelnemers van toepassing zijn
Niet rechtens (directe discriminatie) en niet feitelijk discrimineren (nadeliger voor
buitenlandse producten om op de markt te komen)
3. Overige belemmeringen (HvJEU Mickelsson) zijn ook verboden, r.o. 24-27
Maatregelen zonder onderscheid = alle andere maatregelen zelfde als hierboven
- Art. 35 VWEU BEHANDELEN WE NIET
3
Hoorcollege 1 – Interne markt
De interne markt is er om eenduidige regels te creëren. Interne markt bestaat uit:
Vier fundamentele vrijheden zijn gericht aan lidstaten.
- Goederen
- Personen
- Diensten
- Kapitaal
Mededingingsrecht concurrentie op de markt stimuleren. Aan de hand van 4 terreinen zorgen dat
dit goed blijft
- Kartelverbod, art. 101 VWEU
- Misbruik van dominante positie, art. 102 VWEU
- Concentratietoezicht, Vo. 139/2004
- Staatssteun, art. 107 VWEU
Fundamentele vrijheden
Kernbegrippen
Is er sprake van een grensoverschrijdend element? Een goed moet de grens overgaan.
Nee? Nationaal recht
Ja? Europees recht
Is er sprake van harmonisatie? Als dit het geval is, is er specifieke regelgeving over 1 bepaald onderwerp
Richtlijn 2004/38 (burgerschapsrichtlijn)
Verordening 492/2011 (vrij verkeer van werknemers)
Richtlijn 2006/123 (dienstenrichtlijn)
Mededingingsrecht
Is ontstaan om politiek en het bedrijfsleven gescheiden te houden, doelen:
Bevorderen interne markt
Consumentenwelvaart concurreren zorgt voor goedkopere producten voor consumenten
Kernbegrippen
Het gaat om het effect op de tussenstaatse handel = een potentieel effect is voldoende
Voorvraag: is er sprake van een onderneming? HvJEU Höffner = iedere entiteit die een economische activiteit
uitoefent
Bijv. voor afnemen van paspoort door gemeente moet je betalen maar is typische overheidstaak dus gemeente
handelt niet als onderneming
Gedrag van lidstaten = lidstaat geeft onderneming een zak geld
- Staatssteunrecht, art. 107 VWEU
Gedrag van ondernemingen zelf
- Kartelverbod, art. 101 VWEU
- Misbruik dominante positie, art. 102 VWEU
- Concentratietoezicht
1
,Hoorcollege 2 – Vrij verkeer van goederen
Stappenplan vrij verkeer van goederen
1. Is er sprake van een grensoverschrijdend element?
2. Is er sprake van een goed? HvJEU Commissie/België = eenieder op geld waardeerbare zaak die voorwerp
kan zijn van een handelstransactie
3. Is er sprake van een geharmoniseerde maatregel? NEE, bij goederen geen bijzondere maatregelen
4. Is er sprake van een belemmering?
Tarifair = alle belemmeringen van financiële aard. Je moet iets betalen aan de overheid, bijv. belasting,
accijns.
- Art. 30 VWEU douanerechten en heffingen van gelijke werking
o In- en uitvoerrechten zijn verboden douanerechten zijn afgeschaft, omdat we een douane-
unie hebben. Om te voorkomen dat lidstaten gaan concurreren.
o Alle heffingen van gelijke werking zijn verboden heffingen die geen douanerechten zijn,
maar er wel op lijken. 4 voorwaarden om vast te stellen of heffing gelijke werking heeft,
HvJEU Commissie/Italië:
1. Geldelijke last hoogte van die last is irrelevant
2. Eenzijdig opgelegd je moet er niet om vragen
3. Heffing moet wegens grensoverschrijding worden geheven omdat het goed de grens
overgaat moet je betalen. Bijv. een heffing betalen op auto’s die naar NL komen
4. Geen douanerecht in eigenlijke zin zijn verboden
VOOR ART. 30 VWEU KUN JE NIET ART. 36 VWEU OF RULE OF REASON INROEPEN
Art. 30 VWEU is NIET van toepassing (uitzonderingen):
o Retributie = vergoeding voor een geleverde dienst
o Heffingen voor keuringen die door Unierecht zijn voorgeschreven. Bijv. koeien moeten op een
bepaalde manier gekeurd worden door veearts. Dan mag je de lidstaat vragen om een
vergoeding, maar enkel voor het bedrag dat je nodig hebt voor de veearts.
o Heffingen die onderdeel vormen van belastingstelsel, bijv. belasting betalen op dieren die
provincie overgaan.
- Art. 110 VWEU interne belastingstelsels (belastingen in het land zelf) = prijsverschillen tussen
producten uit land zelf en uit buitenland zijn verboden.
o Gelijksoortige producten (alinea 1) = hier moet je kijken naar de consumentenvoorkeuren,
HvJEU Commissie/Helleense Republiek factoren waaraan je gelijksoortige producten kan
beoordelen, r.o. 9
Zijn het gelijksoortige producten? Dan geen discriminatie = dus geen verschil in tarief
tussen binnenlandse en buitenlandse producten
o Concurrerende producten (alinea 2) = ziet de consument de producten als alternatieven van
elkaar.
Zijn het concurrerende producten? Dan geen protectionisme = dus je mag niet de
binnenlandse markt beschermen
Non-tarifair = alle belemmeringen die niet van financiële aard zijn.
- Art. 34 VWEU verbiedt:
o Kwantitatieve invoerbeperkingen
o Maatregelen van gelijke werking, HvJEU Dassonville = de maatregel kan de handel tussen
lidstaten belemmeren. Iedere maatregel is verboden:
Maatregelen met onderscheid = maatregel maakt onderscheid tussen binnenlandse en
buitenlandse producten
1. Producteisen (HvJEU Keck) zijn ALTIJD verboden, r.o. 15
2
, 2. Verkoopmodaliteiten (HvJEU Keck) bijv. waar je het product mag verkopen, aan
wie je het product mag verkopen. Zijn toegestaan als ze voldoen aan twee
voorwaarden, r.o. 16:
Moeten op alle marktdeelnemers van toepassing zijn
Niet rechtens (directe discriminatie) en niet feitelijk discrimineren (nadeliger voor
buitenlandse producten om op de markt te komen)
3. Overige belemmeringen (HvJEU Mickelsson) zijn ook verboden, r.o. 24-27
Maatregelen zonder onderscheid = alle andere maatregelen zelfde als hierboven
- Art. 35 VWEU BEHANDELEN WE NIET
3