Internationale handel en betalingstechnieken
H4 – Douaneformaliteiten
1) Enkele nieuwe begrippen
Derde landen: landen die geen lid zijn van de EU (vreemde landen)
Invoer: goederen uit derde landen in de EU brengen.
Uitvoer: goederen uit de EU leveren aan landen buiten de EU.
Douanestatus van de goederen: een goed is ofwel een uniegoed (T2) ofwel een niet-
uniegoed (T1). Let wel! De douanestatus is niet hetzelfde als de oorsprong of de herkomst.
Uniegoederen = T2-goederen :
Goederen die zijn voortgebracht in een EU-lidstaat, ofwel ‘vrije’ goederen. Deze
mogen zonder formaliteiten circuleren in de EU.
Goederen voortgebracht in een land buiten de EU, die in de EU ‘in het vrije
verkeer’ zijn gebracht.
Niet-uniegoederen = T1-goederen:
Goederen die zijn geproduceerd in derde landen en die nog niet in het vrije verkeer
van de EU zijn gebracht.
Intracommunautaire handel: transport van T2-goederen tussen EU-lidstaten
ICL = intra-communautaire levering: levering van T2-goederen aan andere lidstaat.
ICV = intra-communautaire verwerving: ontvangen van T2 goederen van andere
lidstaat.
Uniedouanevervoer: vervoeren van niet-uniegoederen tussen twee plaatsen in de EU, of
doorheen de EU naar een bestemming buiten de EU (= doorvoer of transit)
2) Taken van de douane
Hoofdopdracht: bescherming samenleving + bevordering internationale handel
Doelen:
Veiligheid van burgers: controleren van gevaarlijke goederen, wapens, illegale
producten.
Financiële bescherming: correcte inning van invoerrechten, btw en accijnzen.
, Handel reguleren: illegale of oneerlijke handel tegengaan; legitieme economische
activiteiten stimuleren.
Efficiëntie en concurrentie: moderne elektronische systemen, zoals MASP, voor
snellere verwerking en minder administratieve lasten.
Accijnsdiensten staan voor inning en controle van:
Energieproducten, alcohol en alcoholhoudende dranken en tabaksfabricaten.
Koffie en alcholvrije dranken die in België aan accijns onderworpen zijn.
-Voor intracommunautaire handel moeten geen douaneformaliteiten meer vervuld worden.
-Aankoop goederen andere lidstaten: btw in die lidstaat betalen.
-Handel naar en vanuit derde landen blijft aan de douaneformaliteiten onderworpen.
Taken van de douane:
1) Fiscale opdrachten
Juiste bedragen van rechten en belastingen bepalen waaraan invoer onderworpen is.
(vb: invoerrechten, accijnzen, btw)
Die rechten en belastingen innen
Vrijstelling rechten en belastingen (als reglement het voorziet)
Uitvoer controleren (met juiste toepassingen van het btw- en accijnsreglement)
2) Niet-fiscale opdrachten
Economische reglementen (vb: control juist gebruik in- en uitvoervergunningen)
Gezondheidsreglementen (vb: controle gezondheidscertificaten voor dieren en
dierlijke producten)
Voorschriften inzake openbare veiligheid (vb: controle wapenhandel)
Verzamelen statistieken
3) Soorten belastingen m.b.t. de buitenlandse handel
Onderscheid tussen:
-rechten (invoerrechten)
H4 – Douaneformaliteiten
1) Enkele nieuwe begrippen
Derde landen: landen die geen lid zijn van de EU (vreemde landen)
Invoer: goederen uit derde landen in de EU brengen.
Uitvoer: goederen uit de EU leveren aan landen buiten de EU.
Douanestatus van de goederen: een goed is ofwel een uniegoed (T2) ofwel een niet-
uniegoed (T1). Let wel! De douanestatus is niet hetzelfde als de oorsprong of de herkomst.
Uniegoederen = T2-goederen :
Goederen die zijn voortgebracht in een EU-lidstaat, ofwel ‘vrije’ goederen. Deze
mogen zonder formaliteiten circuleren in de EU.
Goederen voortgebracht in een land buiten de EU, die in de EU ‘in het vrije
verkeer’ zijn gebracht.
Niet-uniegoederen = T1-goederen:
Goederen die zijn geproduceerd in derde landen en die nog niet in het vrije verkeer
van de EU zijn gebracht.
Intracommunautaire handel: transport van T2-goederen tussen EU-lidstaten
ICL = intra-communautaire levering: levering van T2-goederen aan andere lidstaat.
ICV = intra-communautaire verwerving: ontvangen van T2 goederen van andere
lidstaat.
Uniedouanevervoer: vervoeren van niet-uniegoederen tussen twee plaatsen in de EU, of
doorheen de EU naar een bestemming buiten de EU (= doorvoer of transit)
2) Taken van de douane
Hoofdopdracht: bescherming samenleving + bevordering internationale handel
Doelen:
Veiligheid van burgers: controleren van gevaarlijke goederen, wapens, illegale
producten.
Financiële bescherming: correcte inning van invoerrechten, btw en accijnzen.
, Handel reguleren: illegale of oneerlijke handel tegengaan; legitieme economische
activiteiten stimuleren.
Efficiëntie en concurrentie: moderne elektronische systemen, zoals MASP, voor
snellere verwerking en minder administratieve lasten.
Accijnsdiensten staan voor inning en controle van:
Energieproducten, alcohol en alcoholhoudende dranken en tabaksfabricaten.
Koffie en alcholvrije dranken die in België aan accijns onderworpen zijn.
-Voor intracommunautaire handel moeten geen douaneformaliteiten meer vervuld worden.
-Aankoop goederen andere lidstaten: btw in die lidstaat betalen.
-Handel naar en vanuit derde landen blijft aan de douaneformaliteiten onderworpen.
Taken van de douane:
1) Fiscale opdrachten
Juiste bedragen van rechten en belastingen bepalen waaraan invoer onderworpen is.
(vb: invoerrechten, accijnzen, btw)
Die rechten en belastingen innen
Vrijstelling rechten en belastingen (als reglement het voorziet)
Uitvoer controleren (met juiste toepassingen van het btw- en accijnsreglement)
2) Niet-fiscale opdrachten
Economische reglementen (vb: control juist gebruik in- en uitvoervergunningen)
Gezondheidsreglementen (vb: controle gezondheidscertificaten voor dieren en
dierlijke producten)
Voorschriften inzake openbare veiligheid (vb: controle wapenhandel)
Verzamelen statistieken
3) Soorten belastingen m.b.t. de buitenlandse handel
Onderscheid tussen:
-rechten (invoerrechten)