1. Intro tot psychologie in revalidatie
1.1 Wat is revalidatiepsychologie
• = specialisatie binnen psychologie gericht op helpen v individuen met beperkingen & chronische
gezondheidsproblemen
o Doel = om fysieke, mentale & emotionele welzijn v P te verbeteren
• Bevorderen v functioneel herstel → helpen bij aanpassen aan fysieke beperking + bevorderen
onafhankelijkheid
• Verbeteren v copingstrategieën → ondersteunen in ontwikkelen v effectieve manieren om om te gaan met
uitdagingen
• Versterken mentale & psychologische status → ↘ v depressie, angst +andere psychologische reacties
• Ondersteunen v QOL → ↗ algehele QOL ondanks hun beperkingen
• Waarom belangrijk in revalidatieproces → rol v psyche in revalidatie:
o Beïnvloeding v herstel door mentale factoren (stress, angst, depressie)
▪ P’en met lagere niveaus v psychische stress genezen sneller & efficiënter
▪ Mentale interventies gericht op ↘ stress & angst w in verband gebracht met verbeterde
revalidatieresultaten
o Motivatie & T-trouw (ook gebrek aan tijd & sociale steun hebben invloed op T-trouw)
▪ Meer gemotiveerd → blijven beter programma volgen → betere functionele resultaten
▪ Psychologische interventies die self-efficacy & motivatie ↗ = effectief bij ↗ T-trouw
o Gedragsverandering (voor P’en met cLRP is CGT + kine het meest effectief)
▪ Aanmoedigen v gezonder gedrag = essentieel voor herstel & voorkomen secundaire
aandoeningen ➔ CGT & MI!!!
o Copingstrategieën voor chronische aandoeningen & pijnmanagement
▪ Mindfulness, ontspanningstechnieken + op acceptatie gebaseerde benaderingen!! →
helpen om p te beheersen + emotionele impact te verminderen
1.2 Lichaam & geest: BPS model
• Holistische benadering → houdt rekening met biologische, psychologische & sociale factoren in gezondheid
& ziekte
o Fysieke (biologische) → spieren, G’en, fysieke aandoeningen
o Psychologische factoren: gedachten, emoties, coping
o Sociale → ondersteuning v familie, werkomgeving, sociaal netwerk
1.3 Framework: hoe beïnvloedt psyche de revalidatie
Overzicht Casus Mechanisme
Psychologische stressoren activeren fysiologische P met RC scheur die chronische stress ervaart Stressrespons,
veranderingen die herstel kunnen vertragen cortisolproductie,
immuunonderdrukking
Angst & kinesiofobie → bew-vermijding & langer P met knieoperatie die angst heeft om knie te Vermijdingsgedrag
durende fysieke beperkingen buigen
Psychologische factoren beïnvloeden pijnperceptie P met hernia die lijdt aan depressie kan meer p Catastroferen, verhoogde
→ p w als ernstiger ervaren + herstel w vertraagd ervaren & trager herstellen pijngevoeligheid
Motivatie & zelfeffectiviteit → cruciale P die herstel v spierblessure kan minder T-trouw, zelfeffectiviteit
psychologische factoren voor T-trouw & behalen geneigd zijn om aanbevolen oef’en thuis te
revalidatiedoelen doen
Sociale steun → belangrijke rol in psychologische P die herstel v knieoperatie & steun krijgt Buffereffect
stab + kan revalidatieproces pos beïnvloeden
,1.3.1 Psychologische invloed op fysiologische processen
• Stress kan immuunfunctie & ontsteking neg beïnvloeden → tragere genezing v weefselschade
• Stress & cortisol
o Chronische stress kan verlaging v immuunrespons veroorzaken → P meer vatbaar voor infecties
o Kan direct revalidatieproces beïnvloeden
o Cortisol heeft als doel om ons te helpen overleven → voorbereiden op fight or flight ➔ wnr
chronische stress constant aanwezig is, vertraagt het ons herstel
o Gele lijn is zoals het zou moeten → wakker = cortisol piek, daalt na halfuur + blijft geleidelijk aan
dalen doorheen de dag + maakt plaats voor melatonine
o Rode lijn → te hoge/lage cortisol bij wakker w + stijging doorheen dag + in avond blijft het te hoog
➔ interfereert met slaap & melatonine
• Psychologische stressoren kunnen leiden tot fysieke veranderingen via het AZS, hormonen &
immuunsysteem
o Stressrespons → symp ZS w geactiveerd → ↗ HF, BD & spierspanning ➔ herstelproces vertraagd
o Cortisolproductie → chronische stress ↗ cortisol → ontsteking, verzwakte immuunfunctie +
trager weefselherstel
o Immuunonderdrukking → angst & depressie = geassocieerd met immuundysfunctie ➔ tragere
wondgenezing + vatbaarder voor infecties
1.3.2 Angst & kinesiofobie
• Mensen met hoge niveaus v kinesiofobie herstellen trager & ontwikkelen vaker langdurige p
• 1 op 3 mensen met fysieke blessure ontwikkelen vorm v kinesiofobie → vaker bij sporters die gewend
waren aan constante bew
• Kinesiofobie kan soms ernstigere gevolgen hebben dan oorspronkelijke blessure → angst creëert vicieuze
cirkel v inactiviteit + toenemende p + bew-vermijding
o Bew-vermijding kan atrofie, verlies mob & langere revalidatie veroorzaken
o Mechanisme: angst activeert vaak vermijdingsgedrag → vicieuze cirkel v inact, toenemende p +
verminderde functionele capaciteiten
o Angst-vermijdingsmodel v p → deconditionering & chronische p
1.3.3 Psychologische invloed op pijnperceptie
• Angst & depressie kunnen perceptie v p versterken → hogere subjectieve p-ervaring + slechter herstel
• Mate v ervaren p kan voor 50% beïnvloedt w door mentale staat (angst, depressie)
• Pijnreceptoren in hersenen w beïnvloed door sociale interacties → sociale steun = vaak minder p
• Ervaring v p is niet alleen fysiek, maar ook sterk beïnvloedt door psychologische factoren
o Catastroferen over p → P die overmatig piekeren → neg emoties versterken pijnperceptie via
veranderingen in verwerking v pijnsignalen in hersenen
o Verhoogde pijngevoeligheid → angst & stress kunnen drempel voor pijnperceptie verlagen →
gevoeliger voor p (hyperalgesie)
,1.3.4 Psychologische invloed op T-trouw
• Motivatie & zelfeffectiviteit = sterke voorspellers v T-trouw & revalidatie-uitkomsten
• Mensen die geloven dat ze hun doelen gaan bereiken, herstellen vaker sneller = zelfeffectiviteit (1 v/d
sterkste voorspellers v succesvolle revalidatie)
• P’en die hun oef’en visualiseren → vergelijkbare neurologische voordelen als degene die oef’en fysiek
uitvoerden
o Bv THP → je mag niet steunen, maar je visualiseert je dat je het wel doet → snellere heling
• Psychologische factoren zoals motivatie, zelfeffectiviteit & T-trouw zijn cruciaal voor succesvolle revalidatie
o Mechanisme: P met lage lage motivatie/geen vertrouwen in eigen herstel kunnen T vermijden
o Interventies: MI & CGT (overtuigingen weghalen & beetje per beetje gedrag aanpassen)
1.3.5 Sociale steun
• P met goede steun → betere revalidatie + minder p + sneller functioneel herstel
• Sociale steun heeft niet alleen emotionele impact, maar beïnvloedt ook fysiologische reactie op p & stress
o Mechanisme: sociale steun kan dienen als buffer tegen stress, angst & depressie
o Psychologische invloed v eenzaamheid: kan leiden tot depressie
2. Stress: v gevoel naar aandoening
• Acute VS chronische stress
o Acute stress
▪ Kortdurende respons op een onmiddellijke bedreiging
▪ Activatie v symp ZS → fight or flight
▪ Fysiologische reacties → verhoogde HF, AH, BD
o Chronische stress
▪ Langdurige, aanhoudende stress zonder duidelijk einde
▪ Constant verhoogde cortisolniveau, activatie v/h symp ZS
▪ Gevolgen: immunosuppressie, verhoogde ontsteking, verminderde cognitieve functies
• Somatisch en AZS
o Somatisch → directe besturing
▪ Functie: stuurt skeletspieren aan & is verantwoordelijk voor vrijwillige bew’en
▪ Besturing: onder bewuste controle → bv wandelen, schrijven
o AZS → automatisch piloot
▪ Functie: reguleert onbewuste functie zoals HF, spijsvertering & AH
▪ Besturing: buiten bewuste controle
▪ Onderverdeling
• Sympathisch → ↗ HF, verwijdt pupillen
• Parasympatisch → rest & digest → ↘ HF, stimuleert spijsvertering
▪ Als sympathisch chronisch actief blijft, gaat dit de heling tegenwerken
2.1 Sympathisch ZS
• Verhoging v HF & AH → meer O2 & voedingsstoffen naar spieren
• Vrijmaken v E → afgifte v glucose in bloed verhogen
• Verhoging v alertheid → afgifte v A & NA
• Onderdrukken v niet-essentiële functies bv spijsvertering, immuunreacties → E sparen
• Bv na examens → w je vaak ziek → immuunsysteem schiet terug in gang
, 2.2 Parasympatisch ZS
• Verlaging HF & AH → lichaam te ontspannen & E besparen
• Stimuleren v spijsvertering & absorptie → bloedtoevoer naar maagdarmkanaal verhogen + afgifte
spijsverteringsenzymen te bevorderen
• Bevorderen v herstel & regeneratie → door cellulaire reparatie & immuunfunctie te ondersteunen
2.3 Relevantie AZS in revalidatie
• Belangrijk om balans tss de 2 systemen herstellen
o Overactief symp ZS kan herstelproces belemmeren door aanhoudende stressreacties
o Activering parasympatisch systeem helpt bij bevorderen herstel & regeneratie
• AH-oef’en, mindfulness & FA → optimaliseren v werking v AZS tijdens revalidatie
2.4 Definities v stress
• Stress als symptoom gaat interfereren met dagdagelijkse taken
• Stress als probleem → teveel symp act → maar kan ook heel acuut opkomen
2.4.1 Stress als gevoel
• Kleine hoeveelheid stress = eustress → kan juist goed zijn voor prestaties
o Helpt je lichaam voor te bereiden + kan hersenen stimuleren om sneller & efficiënter te werken
• Fight or flight mechanisme is overblijfsel v voorouders
2.4.2 V gevoel naar symptoom
• Fysieke symptomen
o HP, spierpijn, vermoeidheid
o Verstoorde slaap, spijsverteringsproblemen
o Verhoogde spierspanning & pijn
• Psychologische symptomen
o Angst, rusteloosheid, prikkelbaarheid
o Concentratieproblemen, licht geheugenverlies (je vergeet iets als je de kamer in loopt)
o Gebrek aan motivatie & productiviteit (P nood aan revalidatie + chron stress → niet T-trouw)
2.4.3 Stress als symptoom
• Chronische stress kan je hersenen veranderen → hippocampus (leren & geheugen) kan verkleinen →
geheugenproblemen & concentratieverlies
• Mensen met regelmatig stress hebben tot 60% meer kans op slapeloosheid & slaapstoornissen
1.1 Wat is revalidatiepsychologie
• = specialisatie binnen psychologie gericht op helpen v individuen met beperkingen & chronische
gezondheidsproblemen
o Doel = om fysieke, mentale & emotionele welzijn v P te verbeteren
• Bevorderen v functioneel herstel → helpen bij aanpassen aan fysieke beperking + bevorderen
onafhankelijkheid
• Verbeteren v copingstrategieën → ondersteunen in ontwikkelen v effectieve manieren om om te gaan met
uitdagingen
• Versterken mentale & psychologische status → ↘ v depressie, angst +andere psychologische reacties
• Ondersteunen v QOL → ↗ algehele QOL ondanks hun beperkingen
• Waarom belangrijk in revalidatieproces → rol v psyche in revalidatie:
o Beïnvloeding v herstel door mentale factoren (stress, angst, depressie)
▪ P’en met lagere niveaus v psychische stress genezen sneller & efficiënter
▪ Mentale interventies gericht op ↘ stress & angst w in verband gebracht met verbeterde
revalidatieresultaten
o Motivatie & T-trouw (ook gebrek aan tijd & sociale steun hebben invloed op T-trouw)
▪ Meer gemotiveerd → blijven beter programma volgen → betere functionele resultaten
▪ Psychologische interventies die self-efficacy & motivatie ↗ = effectief bij ↗ T-trouw
o Gedragsverandering (voor P’en met cLRP is CGT + kine het meest effectief)
▪ Aanmoedigen v gezonder gedrag = essentieel voor herstel & voorkomen secundaire
aandoeningen ➔ CGT & MI!!!
o Copingstrategieën voor chronische aandoeningen & pijnmanagement
▪ Mindfulness, ontspanningstechnieken + op acceptatie gebaseerde benaderingen!! →
helpen om p te beheersen + emotionele impact te verminderen
1.2 Lichaam & geest: BPS model
• Holistische benadering → houdt rekening met biologische, psychologische & sociale factoren in gezondheid
& ziekte
o Fysieke (biologische) → spieren, G’en, fysieke aandoeningen
o Psychologische factoren: gedachten, emoties, coping
o Sociale → ondersteuning v familie, werkomgeving, sociaal netwerk
1.3 Framework: hoe beïnvloedt psyche de revalidatie
Overzicht Casus Mechanisme
Psychologische stressoren activeren fysiologische P met RC scheur die chronische stress ervaart Stressrespons,
veranderingen die herstel kunnen vertragen cortisolproductie,
immuunonderdrukking
Angst & kinesiofobie → bew-vermijding & langer P met knieoperatie die angst heeft om knie te Vermijdingsgedrag
durende fysieke beperkingen buigen
Psychologische factoren beïnvloeden pijnperceptie P met hernia die lijdt aan depressie kan meer p Catastroferen, verhoogde
→ p w als ernstiger ervaren + herstel w vertraagd ervaren & trager herstellen pijngevoeligheid
Motivatie & zelfeffectiviteit → cruciale P die herstel v spierblessure kan minder T-trouw, zelfeffectiviteit
psychologische factoren voor T-trouw & behalen geneigd zijn om aanbevolen oef’en thuis te
revalidatiedoelen doen
Sociale steun → belangrijke rol in psychologische P die herstel v knieoperatie & steun krijgt Buffereffect
stab + kan revalidatieproces pos beïnvloeden
,1.3.1 Psychologische invloed op fysiologische processen
• Stress kan immuunfunctie & ontsteking neg beïnvloeden → tragere genezing v weefselschade
• Stress & cortisol
o Chronische stress kan verlaging v immuunrespons veroorzaken → P meer vatbaar voor infecties
o Kan direct revalidatieproces beïnvloeden
o Cortisol heeft als doel om ons te helpen overleven → voorbereiden op fight or flight ➔ wnr
chronische stress constant aanwezig is, vertraagt het ons herstel
o Gele lijn is zoals het zou moeten → wakker = cortisol piek, daalt na halfuur + blijft geleidelijk aan
dalen doorheen de dag + maakt plaats voor melatonine
o Rode lijn → te hoge/lage cortisol bij wakker w + stijging doorheen dag + in avond blijft het te hoog
➔ interfereert met slaap & melatonine
• Psychologische stressoren kunnen leiden tot fysieke veranderingen via het AZS, hormonen &
immuunsysteem
o Stressrespons → symp ZS w geactiveerd → ↗ HF, BD & spierspanning ➔ herstelproces vertraagd
o Cortisolproductie → chronische stress ↗ cortisol → ontsteking, verzwakte immuunfunctie +
trager weefselherstel
o Immuunonderdrukking → angst & depressie = geassocieerd met immuundysfunctie ➔ tragere
wondgenezing + vatbaarder voor infecties
1.3.2 Angst & kinesiofobie
• Mensen met hoge niveaus v kinesiofobie herstellen trager & ontwikkelen vaker langdurige p
• 1 op 3 mensen met fysieke blessure ontwikkelen vorm v kinesiofobie → vaker bij sporters die gewend
waren aan constante bew
• Kinesiofobie kan soms ernstigere gevolgen hebben dan oorspronkelijke blessure → angst creëert vicieuze
cirkel v inactiviteit + toenemende p + bew-vermijding
o Bew-vermijding kan atrofie, verlies mob & langere revalidatie veroorzaken
o Mechanisme: angst activeert vaak vermijdingsgedrag → vicieuze cirkel v inact, toenemende p +
verminderde functionele capaciteiten
o Angst-vermijdingsmodel v p → deconditionering & chronische p
1.3.3 Psychologische invloed op pijnperceptie
• Angst & depressie kunnen perceptie v p versterken → hogere subjectieve p-ervaring + slechter herstel
• Mate v ervaren p kan voor 50% beïnvloedt w door mentale staat (angst, depressie)
• Pijnreceptoren in hersenen w beïnvloed door sociale interacties → sociale steun = vaak minder p
• Ervaring v p is niet alleen fysiek, maar ook sterk beïnvloedt door psychologische factoren
o Catastroferen over p → P die overmatig piekeren → neg emoties versterken pijnperceptie via
veranderingen in verwerking v pijnsignalen in hersenen
o Verhoogde pijngevoeligheid → angst & stress kunnen drempel voor pijnperceptie verlagen →
gevoeliger voor p (hyperalgesie)
,1.3.4 Psychologische invloed op T-trouw
• Motivatie & zelfeffectiviteit = sterke voorspellers v T-trouw & revalidatie-uitkomsten
• Mensen die geloven dat ze hun doelen gaan bereiken, herstellen vaker sneller = zelfeffectiviteit (1 v/d
sterkste voorspellers v succesvolle revalidatie)
• P’en die hun oef’en visualiseren → vergelijkbare neurologische voordelen als degene die oef’en fysiek
uitvoerden
o Bv THP → je mag niet steunen, maar je visualiseert je dat je het wel doet → snellere heling
• Psychologische factoren zoals motivatie, zelfeffectiviteit & T-trouw zijn cruciaal voor succesvolle revalidatie
o Mechanisme: P met lage lage motivatie/geen vertrouwen in eigen herstel kunnen T vermijden
o Interventies: MI & CGT (overtuigingen weghalen & beetje per beetje gedrag aanpassen)
1.3.5 Sociale steun
• P met goede steun → betere revalidatie + minder p + sneller functioneel herstel
• Sociale steun heeft niet alleen emotionele impact, maar beïnvloedt ook fysiologische reactie op p & stress
o Mechanisme: sociale steun kan dienen als buffer tegen stress, angst & depressie
o Psychologische invloed v eenzaamheid: kan leiden tot depressie
2. Stress: v gevoel naar aandoening
• Acute VS chronische stress
o Acute stress
▪ Kortdurende respons op een onmiddellijke bedreiging
▪ Activatie v symp ZS → fight or flight
▪ Fysiologische reacties → verhoogde HF, AH, BD
o Chronische stress
▪ Langdurige, aanhoudende stress zonder duidelijk einde
▪ Constant verhoogde cortisolniveau, activatie v/h symp ZS
▪ Gevolgen: immunosuppressie, verhoogde ontsteking, verminderde cognitieve functies
• Somatisch en AZS
o Somatisch → directe besturing
▪ Functie: stuurt skeletspieren aan & is verantwoordelijk voor vrijwillige bew’en
▪ Besturing: onder bewuste controle → bv wandelen, schrijven
o AZS → automatisch piloot
▪ Functie: reguleert onbewuste functie zoals HF, spijsvertering & AH
▪ Besturing: buiten bewuste controle
▪ Onderverdeling
• Sympathisch → ↗ HF, verwijdt pupillen
• Parasympatisch → rest & digest → ↘ HF, stimuleert spijsvertering
▪ Als sympathisch chronisch actief blijft, gaat dit de heling tegenwerken
2.1 Sympathisch ZS
• Verhoging v HF & AH → meer O2 & voedingsstoffen naar spieren
• Vrijmaken v E → afgifte v glucose in bloed verhogen
• Verhoging v alertheid → afgifte v A & NA
• Onderdrukken v niet-essentiële functies bv spijsvertering, immuunreacties → E sparen
• Bv na examens → w je vaak ziek → immuunsysteem schiet terug in gang
, 2.2 Parasympatisch ZS
• Verlaging HF & AH → lichaam te ontspannen & E besparen
• Stimuleren v spijsvertering & absorptie → bloedtoevoer naar maagdarmkanaal verhogen + afgifte
spijsverteringsenzymen te bevorderen
• Bevorderen v herstel & regeneratie → door cellulaire reparatie & immuunfunctie te ondersteunen
2.3 Relevantie AZS in revalidatie
• Belangrijk om balans tss de 2 systemen herstellen
o Overactief symp ZS kan herstelproces belemmeren door aanhoudende stressreacties
o Activering parasympatisch systeem helpt bij bevorderen herstel & regeneratie
• AH-oef’en, mindfulness & FA → optimaliseren v werking v AZS tijdens revalidatie
2.4 Definities v stress
• Stress als symptoom gaat interfereren met dagdagelijkse taken
• Stress als probleem → teveel symp act → maar kan ook heel acuut opkomen
2.4.1 Stress als gevoel
• Kleine hoeveelheid stress = eustress → kan juist goed zijn voor prestaties
o Helpt je lichaam voor te bereiden + kan hersenen stimuleren om sneller & efficiënter te werken
• Fight or flight mechanisme is overblijfsel v voorouders
2.4.2 V gevoel naar symptoom
• Fysieke symptomen
o HP, spierpijn, vermoeidheid
o Verstoorde slaap, spijsverteringsproblemen
o Verhoogde spierspanning & pijn
• Psychologische symptomen
o Angst, rusteloosheid, prikkelbaarheid
o Concentratieproblemen, licht geheugenverlies (je vergeet iets als je de kamer in loopt)
o Gebrek aan motivatie & productiviteit (P nood aan revalidatie + chron stress → niet T-trouw)
2.4.3 Stress als symptoom
• Chronische stress kan je hersenen veranderen → hippocampus (leren & geheugen) kan verkleinen →
geheugenproblemen & concentratieverlies
• Mensen met regelmatig stress hebben tot 60% meer kans op slapeloosheid & slaapstoornissen