Een medische term is opgebouwd uit woorddelen (in het
studieprogramma gescheiden door breukstrepen).
Enkele woorddelen zijn:
♦ Woordstammen
♦ Combinerende vormen
♦ Voorvoegsels
♦ Achtervoegsels
Een voorbeeld: acro/megal/ie
♦ Acro is een combinerende vorm --> heeft betrekking op top,
uitsteeksel. In de MT heeft ‘acro’ betrekking op lichaamsuiteinden
en lichaamsuitsteeksels.
♦ Megal is de woordstam
♦ Ie is het achtervoegsel
abdomin/ Stam voor buik
Abdominaal De buik betreffende
Abdomino/ Combinerende vorm voor buik
Abdominaal geen afwijkingen, Geen afwijkingen aan de buik
abdomen normaal
Thorax (Grieks) Harnas, pantser, borstkas
Thoraco/ Combinerende vorm voor
borstkas
Thoracoabdominaal Betreffende de borstkas en de
buik, gebied tussen borstkas
en buik
Thoracoabdominale pijn Pijn tussen de borstkas en de
buik
Thoracaal Betreffende de borstkas
Thoracotomie Insnijding, chirurgische
opening van de thorax
Pector/ (Latijns) Borstkas
Pectoraal Betreffende de borstkas
Pectorale spieren Spieren van de borstkas
Pectoris (Latijns) Van de borstkas