Samenvatting Fysiotherapeutisch Handelen periode 3

Fysiotherapeutisch handelen periode 3
Diagnostiek en behandeling lage rugpijn en nekpijn

Lage rugpijn  niet specifiek
- Kan niet aangeven wat de oorzaak van de klacht is  kan niet worden achterhaald
Specifiek  kan worden achterhaald

Stroomdiagram:




Screening:
- Uitsluiten van ernstige onderliggende pathologie
 GO – NO GO  rode vlaggen
- Pluis, niet pluis  9 vragen

Specifieke lage rugpijn
- Rugpijn met mogelijke ernstige onderliggende
specifieke aandoeningen
- Lumbosacraal radicualair syndroom  pijn
 SLR (laségue)
 vinger voet test

Profielen:
- Profiel 1
 aspecifieke lage rugpijn met een normaal beloop
- Profiel 2
 aspecifieke lage rugpijn met een afwijkend beloop zonder dominante
aanwezigheid van psychosociale herstel belemmerende factoren  abnormaal
beloop

, - Profiel 3
 aspecifieke lage rugpijn met een afwijkend beloop met dominante aanwezigheid
psychosociale herstel belemmerende factoren




Diagnostiek:
- Bepaal de andere relavante regio’s:
 TWK, LWK, SI, HEUP

Behandeling:




Nek stroomdiagram:
Klinimetrie:
- Nummerieke pijn rating schaal(NPRS)
- Patiënt specifieke klachten (PSK)
- Neck disability index (NDI)
- Fear avoidance beliefs
questionnaire (FABQ)

Bepaal relevante regio’s :
- CWK, CTO, schouder



Profielen:

Graad 3  hernia

,Graad 4 ernstige pathologie  van afblijven

Behandeling:




Cox- en gonartrose deel 1

Introductie:
- Artrose leidt tot een verlies van kraakbeen
- Prevalentie neemt toe met de leeftijd
- Artrose is een van de belangrijkste veroorzakers van lichamelijke beperkingen bij
ouderen
- Artrose is verantwoordelijk voor een extreem hoge economische belasting  verlies
werk

Diagnosticeren van artrose – pathologisch:
- Gewrichtskraakbeen  houdt het gewricht vloeiend  neemt af
- Subchondrale bot  het onderste bot krijgt scheurtjes
- Botwoekering (osteofyten aan gewrichtsranden)  extra botgroei op de randen van
het bot  osteofyten

, - Synoviaal membraan  verdikt  er wordt minder synovia gevormd  gewricht
wordt minder soepel

Diagnosticeren van artrose – radiologisch
- Alleen extra botgroei te zien op X-ray
- 4 graden
- Gewricht staat anders  te zien op X-ray




I  lichte osteofyte vorming, twijfelachtige verandering
II  duidelijke osteofyte vorming, normale gewrichtsruimte
III  gewrichtsruimte afnamen
IV  gewrichtsruimte groot en deels afgenomen,
scheurtjes in het bot

Diagnosticeren van artrose – klinisch




Fysiotherapeutische diagnostiek:
- Screening  rode vlaggen, beloop

- Anamnese
 ICF gerelateerde vragen (functie, activiteit en participatie)  informatie
verzamelen
 co-morbiditeiten 
klachten die erbij komen
 klinimetrie (vragenlijsten)
VAS, NPRS, PSK
HOOS, KOOS, WOMAC
 is gericht op activiteit
en participatie
- Inspectie
 houding,
gewoontehouding ,
spieratrofie