PC fysieke revalidatie
PC1 - 12/02/2020
Grijpen = een activiteit (ICF)
Functies die je nodig hebt om te grijpen
● Kracht
● Spieruithoudingsvermogen
● Mobiliteit van gewrichten
Participatie grijpen:
● Wassen
● Boterhammen eten
● Pen vastnemen om te noteren
Grijpen en hanteren van voorwerpen in het dagelijks leven
Manipuleren van de hand: BV: ronddraaien van pen in de hand.
Loslaten is onder grijpen even belangrijk.
OEFENING
DEF + activiteit vanuit het dagelijks leven + een oefening waar de therapeut zeker 10 min.
zich hiermee kan oefenen.
Digitale grepen
Bi- digitaal (met twee vingers)
Pincetgreep DEF: Greep door terminale oppositie. De
duim staat in volledige oppositie tegenover
de wijsvinger(of middenvinger doch minder
voorkomend) waarbij de nagels elkaar
raken.
Deze grijpfunctie wordt gebruikt om kleine
voorwerpen vast te houden of op te nemen.
Activiteit: Haar van de trui halen, naald
oprapen
Oef: Parelen
,Vingertopgreep DEF: Greep door sub-terminale oppositie.
De duim en wijsvinger (of een andere vinger)
komen met de volaire zijde van hun kussen
met elkaar in contact. Deze grijpfunctie wordt
gebruikt om iets grotere voorwerpen vast te
nemen tussen twee vingers. Dit is een veel
voorkomende greep.
Oefening: Pen oprapen, wenkbrauwen
epileren
OEF: Was ophangen (wasknijper), kaarten
Sleutelgreep DEF: Greep door sub-terminale en radiale
oppositie. De palmaire zijde van het
duimkussen drukt op de radiale zijde van de
basisfalanx van de wijsvinger.
Deze grijpfunctie wordt gebruikt
om kleinere voorwerpen vast te
nemen waarbij reeds behoorlijk
wat kracht moet(kan) gebruikt
worden bij de manipulatie van
het voorwerp
Activiteit: Centjes in de
automaat, bankbillejetten
afgeven
Oefening: centjes in een
spaarpot
Interdigitale of Een minder krachtige grijpfunctie tussen de
latero-laterale wijsvinger en de middenvinger (of andere
greep combinatie). De grijpfunctie wordt vooral
gebruikt voor het vasthouden van smalle
voorwerpen waarbij de duim vrij blijft.
BV: Het hanteren van een sigaret
,Tri-digitaal
Drie Voornamelijk tussen duim, wijsvinger en
Vingertop middenvinger:
Greep ● Met de volaire kanten van de vingers
(balletje vasthouden)
● Met de volaire zijde van de duim en de
wijsvinger en het voorwerp steunt
verder op de radiale zijde van de
middenvinger (gestabiliseerd
vasthouden van een pen om te
schrijven)
Dit is een veelgebruikte greep bij kleine
voorwerpen.
Tetra-digitaal
Subtermino-tetradigitale Het voorwerp wordt gegrepen
greep tussen duim en wijsvinger,
middenvinger en ringvinger
waarbij de stand van de vingers
wordt bepaald door de vorm van
het voorwerp.
Deze greep wordt gebruikt
indien er:
● Meer kracht op het
voorwerp moet worden
uitgevoerd
● Bij precieze manipulaties
Subtermino-radio- Het contact wordt gemaakt door
tetradigitale greep de ganse binnenkant van de
duim en de middelste falangen
van de wijsvinger middenvinger
en ringvinger.
BV
Het losdraaien van een deksel,
het vasthouden van een plat-
niet al te groot- rechthoekig
voorwerp.(eventueel in
combinatie met de pink)
, Penta-digitaal
Dit zijn de grepen waarbij alle vingers worden gebruikt in
meer of mindere oppositie tegenover de duim. Afhankelijk
van de grootte van het voorwerp zijn de falangen geheel of
gedeeltelijk in contact met het voorwerp. Het zijn sferische
grepen hoewel het voorwerp niet altijd strikt bolvormig is.
VB een tennisbal, een soepkom zijwaarts of onderaan
vastnemen. (LET OP/ NOG GEEN PALMAIR CONTACT.)
De palmaire grepen (palm)
Cilindergreep of Het voorwerp ligt in de handpalm en
krachtgreep wordt door de duim en de vingers geheel
of gedeeltelijk omsloten (afhankelijk van
de grootte van het voorwerp). De as van
het voorwerp valt samen met de
palmaire goot en de kracht die kan
worden uitgevoerd is afhankelijk van de
diameter van het voorwerp.
De kracht is het grootst als de duim en
de vingers elkaar net niet raken.
BV Voor het vasthouden van zware
voorwerpen (pot verf)
bij voorwerpen waarbij kracht
uitgeoefend moet worden (houten
hamer)
Digito-palmaire Dit is een greep waarbij de duim niet
greep gebruikt wordt. Deze greep is slechts
krachtig in één richting. De as van het
voorwerp ligt loodrecht op de as van de
voorarm.
VB een hendel hanteren
PC1 - 12/02/2020
Grijpen = een activiteit (ICF)
Functies die je nodig hebt om te grijpen
● Kracht
● Spieruithoudingsvermogen
● Mobiliteit van gewrichten
Participatie grijpen:
● Wassen
● Boterhammen eten
● Pen vastnemen om te noteren
Grijpen en hanteren van voorwerpen in het dagelijks leven
Manipuleren van de hand: BV: ronddraaien van pen in de hand.
Loslaten is onder grijpen even belangrijk.
OEFENING
DEF + activiteit vanuit het dagelijks leven + een oefening waar de therapeut zeker 10 min.
zich hiermee kan oefenen.
Digitale grepen
Bi- digitaal (met twee vingers)
Pincetgreep DEF: Greep door terminale oppositie. De
duim staat in volledige oppositie tegenover
de wijsvinger(of middenvinger doch minder
voorkomend) waarbij de nagels elkaar
raken.
Deze grijpfunctie wordt gebruikt om kleine
voorwerpen vast te houden of op te nemen.
Activiteit: Haar van de trui halen, naald
oprapen
Oef: Parelen
,Vingertopgreep DEF: Greep door sub-terminale oppositie.
De duim en wijsvinger (of een andere vinger)
komen met de volaire zijde van hun kussen
met elkaar in contact. Deze grijpfunctie wordt
gebruikt om iets grotere voorwerpen vast te
nemen tussen twee vingers. Dit is een veel
voorkomende greep.
Oefening: Pen oprapen, wenkbrauwen
epileren
OEF: Was ophangen (wasknijper), kaarten
Sleutelgreep DEF: Greep door sub-terminale en radiale
oppositie. De palmaire zijde van het
duimkussen drukt op de radiale zijde van de
basisfalanx van de wijsvinger.
Deze grijpfunctie wordt gebruikt
om kleinere voorwerpen vast te
nemen waarbij reeds behoorlijk
wat kracht moet(kan) gebruikt
worden bij de manipulatie van
het voorwerp
Activiteit: Centjes in de
automaat, bankbillejetten
afgeven
Oefening: centjes in een
spaarpot
Interdigitale of Een minder krachtige grijpfunctie tussen de
latero-laterale wijsvinger en de middenvinger (of andere
greep combinatie). De grijpfunctie wordt vooral
gebruikt voor het vasthouden van smalle
voorwerpen waarbij de duim vrij blijft.
BV: Het hanteren van een sigaret
,Tri-digitaal
Drie Voornamelijk tussen duim, wijsvinger en
Vingertop middenvinger:
Greep ● Met de volaire kanten van de vingers
(balletje vasthouden)
● Met de volaire zijde van de duim en de
wijsvinger en het voorwerp steunt
verder op de radiale zijde van de
middenvinger (gestabiliseerd
vasthouden van een pen om te
schrijven)
Dit is een veelgebruikte greep bij kleine
voorwerpen.
Tetra-digitaal
Subtermino-tetradigitale Het voorwerp wordt gegrepen
greep tussen duim en wijsvinger,
middenvinger en ringvinger
waarbij de stand van de vingers
wordt bepaald door de vorm van
het voorwerp.
Deze greep wordt gebruikt
indien er:
● Meer kracht op het
voorwerp moet worden
uitgevoerd
● Bij precieze manipulaties
Subtermino-radio- Het contact wordt gemaakt door
tetradigitale greep de ganse binnenkant van de
duim en de middelste falangen
van de wijsvinger middenvinger
en ringvinger.
BV
Het losdraaien van een deksel,
het vasthouden van een plat-
niet al te groot- rechthoekig
voorwerp.(eventueel in
combinatie met de pink)
, Penta-digitaal
Dit zijn de grepen waarbij alle vingers worden gebruikt in
meer of mindere oppositie tegenover de duim. Afhankelijk
van de grootte van het voorwerp zijn de falangen geheel of
gedeeltelijk in contact met het voorwerp. Het zijn sferische
grepen hoewel het voorwerp niet altijd strikt bolvormig is.
VB een tennisbal, een soepkom zijwaarts of onderaan
vastnemen. (LET OP/ NOG GEEN PALMAIR CONTACT.)
De palmaire grepen (palm)
Cilindergreep of Het voorwerp ligt in de handpalm en
krachtgreep wordt door de duim en de vingers geheel
of gedeeltelijk omsloten (afhankelijk van
de grootte van het voorwerp). De as van
het voorwerp valt samen met de
palmaire goot en de kracht die kan
worden uitgevoerd is afhankelijk van de
diameter van het voorwerp.
De kracht is het grootst als de duim en
de vingers elkaar net niet raken.
BV Voor het vasthouden van zware
voorwerpen (pot verf)
bij voorwerpen waarbij kracht
uitgeoefend moet worden (houten
hamer)
Digito-palmaire Dit is een greep waarbij de duim niet
greep gebruikt wordt. Deze greep is slechts
krachtig in één richting. De as van het
voorwerp ligt loodrecht op de as van de
voorarm.
VB een hendel hanteren
