Samenvatting burgerlijk recht 3
Week 1A
Nr. 1 Afwentelingsmechanismen
Er zijn 4 mechanismen ontstaan waardoor benadeelden hun schade
geheel of gedeeltelijk op anderen kunnen afwentelen:
1. Sociale zekerheid
2. Particuliere verzekering
3. Fondsen
4. Aansprakelijkheidsrecht
Nr. 2 Kenmerken van onderlinge verhouding
Kenmerkend voor sociale zekerheid is dat zij een bepaald
bestaansminimum beoogt te garanderen. Doel is ervoor te zorgen dat
individu in zijn basisbehoeften kan voorzien.
Twee consequenties:
1. Het slachtoffer heeft ook aanspraak indien hij zelf het ongeval heeft
veroorzaakt.
2. Sociale zekerheid geeft geen compensatie voor emotioneel leed.
Door middel van particuliere verzekering kunnen mensen zich verzekeren
tegen onheil. Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen
schadeverzekeringen en sommenverzekering. Bij schadeverzekeringen
wordt het risico op bepaalde schadeposten voor zekere omvang
verzekerd. Bij sommenverzekeringen is er geen relatie tussen de uitkering
en de schade.
Soms wordt er een fonds opgericht om slachtoffers gedeeltelijk te
compenseren voor hun leed. Gaat om situaties waarin het
aansprakelijkheidsrecht geen soelaas kan bieden. Kritiek hierop kan zijn
dat het arbitrair is.
Het aansprakelijkheidsrecht stelt het slachtoffer in staat om, indien aan
bepaalde voorwaarden is voldaan, zijn schade af te wentelen op de
veroorzaker ervan. De schade wordt dan verplaatst van benadeelde naar
aansprakelijke.
Belangrijk kenmerk is dat het de doelstelling heeft om slachtoffer volledig
te compenseren (= terugbrengen naar positie voordat de schade
plaatsvond).
Benadeelde heeft vaak meerdere aanspraken. Afstemming hiervan is dus
noodzakelijk.
Voordeelstoerekening ex 6:100 BW: de benadeelde lijdt minder of geen
schade omdat de hem door derden uitgekeerde bedragen hem als
voordeel worden toegerekend.
Een onrechtmatig al uitgekeerd bedrag terugvorderen is mogelijk op grond
van 7:962 BW.
,Nr. 3 Bronnen van verbintenis en samenloop
Er zijn 5 bronnen van verbintenissen:
1. Zaakwaarneming, 6:198 BW
2. Onverschuldigde betaling, 6:203 BW
3. Ongerechtvaardigde verrijking, 6:212 BW
4. Overeenkomst, 6:74 BW
5. Onrechtmatige daad, titel 6.3 BW
Uitgangspunt is het beginsel van cumulatie; de ene grondslag is niet
subsidiair ten opzichte van de andere.
Nr. 4 Onrechtmatige daad: persoonlijke en kwalitatieve
aansprakelijkheid en vestigings- en omvangsfase
Begrippen:
- Persoonlijke aansprakelijkheid: in eigen persoon aansprakelijk zijn
omdat men het schadeverwekkende gebeuren heeft doen ontstaan.
Bijv. 6:162 en 6:166 BW gevallen.
- Kwalitatieve aansprakelijkheid: aansprakelijk zijn in bepaalde
hoedanigheid, omdat men heeft in te staan voor
o Personen tot wie men in een bepaalde betrekking staat
o Zaken waarvan men eigenaar, bezitter, beheerder, producent of
gebruiker is.
Kwalitatieve aansprakelijkheid kan er toe leiden dat iemand
aansprakelijk is voor iets, terwijl hij part noch deel had aan het
ontstaan ervan. Bijv. 6:170 BW.
- Vestigingsfase: de fase waarin wordt onderzocht of er een grondslag is
voor aansprakelijkheid.
- Omvangsfase: de fase waarom wordt vastgesteld in welke omvang de
schade vergoed dient te worden.
Nr. 5 Verbod en aansprakelijkheid voor rechtmatige daad
In geval van een dreigende onrechtmatige daad of herhaling daarvan kan
degene wiens belang dreigt te worden aangetast een verbod bij de rechter
vorderen, 3:296 BW.
Soms is een gedraging vanuit maatschappelijk oogpunt wenselijk, maar
brengt het schade toe aan een beperkte groep mensen. Dan zou je dit
kunnen oplossen door de benadeelden te compenseren. Onevenredige
schade dient dan vergoed te worden.
Grondslag van deze schadevergoeding; (vooral in verticale relaties)
1. Ondanks de weigering van het verbod, beschouwt men de gedraging
rechtmatig. De grondslag is dan 6;162 BW.
2. Omdat de gedraging moet worden geduld, ziet men haar als
rechtmatig. De grondslag voor schadevergoeding kan dan niet meer
worden gevonden in de onrechtmatige, maar in de rechtmatige
daad.
Beginsel van gelijkheid van openbare lasten
Nr. 6 Aansprakelijkheidsverzekering en verzekerbaarheid
,Met het oog op slachtofferbescherming heeft de regering in bepaalde
gevallen het afsluiten van een aansprakelijkheidsverzekering verplicht
gesteld.
Of iets verzekerbaar is, is afhankelijk van de kans dat het risico zich
verwezenlijkt en of de omvang van de potentiële schade in te schatten is.
Wat kan de verzekerbaarheid negatief beïnvloeden?
1. De toepassing van hedendaagse zorgvuldigheidsnormen uit het
verleden kan ervoor zorgen dat verzekeraars plotseling confronteren
met een uitkeringsplicht waarmee zij destijds geen rekening hadden
gehouden. Als de nieuwe aansprakelijkheid leidt tot een groot aantal
claims, dan dit verzekeraars in de problemen brengen.
a. Prospective overruling: de rechter kan voorkomen dat dit
gebeurt door de uitspraak alleen voor bepaalde gevallen te
laten gelden.
2. Het is lastig voor verzekeraars wanneer zij schade moeten
vergoeden die niet door hun verzekerde is veroorzaakt. Bijv. DES-
zaak.
a. Hangmat arrest: moet door concrete motivering voldoende
aannemelijk zijn gemaakt.
Nr. 7 Van schuld naar risico
Ook buiten gevallen van persoonlijke verwijtbaarheid aansprakelijkheid
wordt aangenomen. Is te zien in de objectivering van ‘schuld’ in 6:162 lid
3 BW. Tevens zichtbaar in de zogenaamde risicoaansprakelijkheden.
Risicoaansprakelijkheid heeft niet altijd betrekking op de risico’s van de
moderne samenleving, zie art 6:169 BW.
Ter rechtvaardiging van risicoaansprakelijkheden is met name gewicht
toegekend aan de volgende factoren:
1. Het gevaar dat van een zaak uitgaat
a. Wie gevaar vermeerdert, vermeerdert zijn aansprakelijkheid.
2. Het feit dat niemand profijt heeft van een bepaalde zaak of activiteit
a. Wie de lusten heeft, moet ook de lasten dragen.
3. Vermogen om de schade te dragen
a. Het is niet billijk om de door het gebrekkige product veroorzaakte
schade te laten bij degene die toevallig de benadeelde is. Schade kan
beter worden afgewenteld op de producent, ongeacht diens eventuele
schuld, omdat hij zich regen wettelijke aansprakelijkheid kan
verzekeren.
4. Verzekerbaarheid
Nr. 8 Functies van het aansprakelijkheidsrecht
1. Een evenwichtsoefening: de behoefte aan veiligheid enerzijds en die
aan vrijheid anderzijds. Op welke behoefte het accent ligt, verschilt
naar tijd en plaats.
2. Handhaving van rechten en belangen; defensieve functie: drie aspecten
van aansprakelijkheid dat dient ter handhaving van rechten en
belangen
, a. Welke rechten en belangen komen voor bescherming in
aanmerking;
b. In hoeverre behoren deze rechten en belangen te worden
beschermd;
c. Hoe moeten de geschonden belangen worden hersteld?
3. Offensieve (ventiel)functie: ?
Nr. 10.1 Europeanisering
Lijkt niet bijzonder relevant.
Nr. 11 Plan van behandeling; wat niet of minder uitvoerig
wordt behandeld
Lijkt ook niet heel belangrijk.
Nr. 12 Persoonlijke aansprakelijkheid; algemeen
Vereisten voor aansprakelijkheid uit art 6:162 BW:
- Onrechtmatigheid, lid 1
o Inbreuk op een recht
o Een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht
Relativiteitsvereiste behandelen!
o Een doen of nalaten in strijd met hetgeen volgens het
ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt.
Omstreden of enkele inbreuk op een recht voldoende is om
onrechtmatigheid aan te nemen of dat dit slechts het geval is
indien het gedrag bovendien onzorgvuldig is.
- Relativiteit, 6:163 BW
o Bij afwezigheid van voldoende relatie is niet sprake van
onrechtmatigheid.
o Twee functies:
Voorkomen dat schending van publiekrechtelijke regelgeving
automatisch civielrechtelijke onrechtmatigheid tot gevolg
heeft.
Voorkomen dat aansprakelijkheid te ver uitdijt.
o Alleen behandelen bij ‘wettelijke plicht’. Bij de andere twee
onrechtmatigheidscategorieën zit dit ingebakken.
- Toerekening
o Ziet op de persoon van de dader.
o Drie gronden:
Schuld
Ziet op verwijtbaarheid.
Wet
Bijv. art 6:165 BW.
Verkeersopvattingen.
- Causaal verband, art 6:98 BW
o Condicio sine qua non; ‘dientengevolge’.
- Schade
o Afd. 6.1.10 BW
HR Zwiepende tak:
Week 1A
Nr. 1 Afwentelingsmechanismen
Er zijn 4 mechanismen ontstaan waardoor benadeelden hun schade
geheel of gedeeltelijk op anderen kunnen afwentelen:
1. Sociale zekerheid
2. Particuliere verzekering
3. Fondsen
4. Aansprakelijkheidsrecht
Nr. 2 Kenmerken van onderlinge verhouding
Kenmerkend voor sociale zekerheid is dat zij een bepaald
bestaansminimum beoogt te garanderen. Doel is ervoor te zorgen dat
individu in zijn basisbehoeften kan voorzien.
Twee consequenties:
1. Het slachtoffer heeft ook aanspraak indien hij zelf het ongeval heeft
veroorzaakt.
2. Sociale zekerheid geeft geen compensatie voor emotioneel leed.
Door middel van particuliere verzekering kunnen mensen zich verzekeren
tegen onheil. Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen
schadeverzekeringen en sommenverzekering. Bij schadeverzekeringen
wordt het risico op bepaalde schadeposten voor zekere omvang
verzekerd. Bij sommenverzekeringen is er geen relatie tussen de uitkering
en de schade.
Soms wordt er een fonds opgericht om slachtoffers gedeeltelijk te
compenseren voor hun leed. Gaat om situaties waarin het
aansprakelijkheidsrecht geen soelaas kan bieden. Kritiek hierop kan zijn
dat het arbitrair is.
Het aansprakelijkheidsrecht stelt het slachtoffer in staat om, indien aan
bepaalde voorwaarden is voldaan, zijn schade af te wentelen op de
veroorzaker ervan. De schade wordt dan verplaatst van benadeelde naar
aansprakelijke.
Belangrijk kenmerk is dat het de doelstelling heeft om slachtoffer volledig
te compenseren (= terugbrengen naar positie voordat de schade
plaatsvond).
Benadeelde heeft vaak meerdere aanspraken. Afstemming hiervan is dus
noodzakelijk.
Voordeelstoerekening ex 6:100 BW: de benadeelde lijdt minder of geen
schade omdat de hem door derden uitgekeerde bedragen hem als
voordeel worden toegerekend.
Een onrechtmatig al uitgekeerd bedrag terugvorderen is mogelijk op grond
van 7:962 BW.
,Nr. 3 Bronnen van verbintenis en samenloop
Er zijn 5 bronnen van verbintenissen:
1. Zaakwaarneming, 6:198 BW
2. Onverschuldigde betaling, 6:203 BW
3. Ongerechtvaardigde verrijking, 6:212 BW
4. Overeenkomst, 6:74 BW
5. Onrechtmatige daad, titel 6.3 BW
Uitgangspunt is het beginsel van cumulatie; de ene grondslag is niet
subsidiair ten opzichte van de andere.
Nr. 4 Onrechtmatige daad: persoonlijke en kwalitatieve
aansprakelijkheid en vestigings- en omvangsfase
Begrippen:
- Persoonlijke aansprakelijkheid: in eigen persoon aansprakelijk zijn
omdat men het schadeverwekkende gebeuren heeft doen ontstaan.
Bijv. 6:162 en 6:166 BW gevallen.
- Kwalitatieve aansprakelijkheid: aansprakelijk zijn in bepaalde
hoedanigheid, omdat men heeft in te staan voor
o Personen tot wie men in een bepaalde betrekking staat
o Zaken waarvan men eigenaar, bezitter, beheerder, producent of
gebruiker is.
Kwalitatieve aansprakelijkheid kan er toe leiden dat iemand
aansprakelijk is voor iets, terwijl hij part noch deel had aan het
ontstaan ervan. Bijv. 6:170 BW.
- Vestigingsfase: de fase waarin wordt onderzocht of er een grondslag is
voor aansprakelijkheid.
- Omvangsfase: de fase waarom wordt vastgesteld in welke omvang de
schade vergoed dient te worden.
Nr. 5 Verbod en aansprakelijkheid voor rechtmatige daad
In geval van een dreigende onrechtmatige daad of herhaling daarvan kan
degene wiens belang dreigt te worden aangetast een verbod bij de rechter
vorderen, 3:296 BW.
Soms is een gedraging vanuit maatschappelijk oogpunt wenselijk, maar
brengt het schade toe aan een beperkte groep mensen. Dan zou je dit
kunnen oplossen door de benadeelden te compenseren. Onevenredige
schade dient dan vergoed te worden.
Grondslag van deze schadevergoeding; (vooral in verticale relaties)
1. Ondanks de weigering van het verbod, beschouwt men de gedraging
rechtmatig. De grondslag is dan 6;162 BW.
2. Omdat de gedraging moet worden geduld, ziet men haar als
rechtmatig. De grondslag voor schadevergoeding kan dan niet meer
worden gevonden in de onrechtmatige, maar in de rechtmatige
daad.
Beginsel van gelijkheid van openbare lasten
Nr. 6 Aansprakelijkheidsverzekering en verzekerbaarheid
,Met het oog op slachtofferbescherming heeft de regering in bepaalde
gevallen het afsluiten van een aansprakelijkheidsverzekering verplicht
gesteld.
Of iets verzekerbaar is, is afhankelijk van de kans dat het risico zich
verwezenlijkt en of de omvang van de potentiële schade in te schatten is.
Wat kan de verzekerbaarheid negatief beïnvloeden?
1. De toepassing van hedendaagse zorgvuldigheidsnormen uit het
verleden kan ervoor zorgen dat verzekeraars plotseling confronteren
met een uitkeringsplicht waarmee zij destijds geen rekening hadden
gehouden. Als de nieuwe aansprakelijkheid leidt tot een groot aantal
claims, dan dit verzekeraars in de problemen brengen.
a. Prospective overruling: de rechter kan voorkomen dat dit
gebeurt door de uitspraak alleen voor bepaalde gevallen te
laten gelden.
2. Het is lastig voor verzekeraars wanneer zij schade moeten
vergoeden die niet door hun verzekerde is veroorzaakt. Bijv. DES-
zaak.
a. Hangmat arrest: moet door concrete motivering voldoende
aannemelijk zijn gemaakt.
Nr. 7 Van schuld naar risico
Ook buiten gevallen van persoonlijke verwijtbaarheid aansprakelijkheid
wordt aangenomen. Is te zien in de objectivering van ‘schuld’ in 6:162 lid
3 BW. Tevens zichtbaar in de zogenaamde risicoaansprakelijkheden.
Risicoaansprakelijkheid heeft niet altijd betrekking op de risico’s van de
moderne samenleving, zie art 6:169 BW.
Ter rechtvaardiging van risicoaansprakelijkheden is met name gewicht
toegekend aan de volgende factoren:
1. Het gevaar dat van een zaak uitgaat
a. Wie gevaar vermeerdert, vermeerdert zijn aansprakelijkheid.
2. Het feit dat niemand profijt heeft van een bepaalde zaak of activiteit
a. Wie de lusten heeft, moet ook de lasten dragen.
3. Vermogen om de schade te dragen
a. Het is niet billijk om de door het gebrekkige product veroorzaakte
schade te laten bij degene die toevallig de benadeelde is. Schade kan
beter worden afgewenteld op de producent, ongeacht diens eventuele
schuld, omdat hij zich regen wettelijke aansprakelijkheid kan
verzekeren.
4. Verzekerbaarheid
Nr. 8 Functies van het aansprakelijkheidsrecht
1. Een evenwichtsoefening: de behoefte aan veiligheid enerzijds en die
aan vrijheid anderzijds. Op welke behoefte het accent ligt, verschilt
naar tijd en plaats.
2. Handhaving van rechten en belangen; defensieve functie: drie aspecten
van aansprakelijkheid dat dient ter handhaving van rechten en
belangen
, a. Welke rechten en belangen komen voor bescherming in
aanmerking;
b. In hoeverre behoren deze rechten en belangen te worden
beschermd;
c. Hoe moeten de geschonden belangen worden hersteld?
3. Offensieve (ventiel)functie: ?
Nr. 10.1 Europeanisering
Lijkt niet bijzonder relevant.
Nr. 11 Plan van behandeling; wat niet of minder uitvoerig
wordt behandeld
Lijkt ook niet heel belangrijk.
Nr. 12 Persoonlijke aansprakelijkheid; algemeen
Vereisten voor aansprakelijkheid uit art 6:162 BW:
- Onrechtmatigheid, lid 1
o Inbreuk op een recht
o Een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht
Relativiteitsvereiste behandelen!
o Een doen of nalaten in strijd met hetgeen volgens het
ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt.
Omstreden of enkele inbreuk op een recht voldoende is om
onrechtmatigheid aan te nemen of dat dit slechts het geval is
indien het gedrag bovendien onzorgvuldig is.
- Relativiteit, 6:163 BW
o Bij afwezigheid van voldoende relatie is niet sprake van
onrechtmatigheid.
o Twee functies:
Voorkomen dat schending van publiekrechtelijke regelgeving
automatisch civielrechtelijke onrechtmatigheid tot gevolg
heeft.
Voorkomen dat aansprakelijkheid te ver uitdijt.
o Alleen behandelen bij ‘wettelijke plicht’. Bij de andere twee
onrechtmatigheidscategorieën zit dit ingebakken.
- Toerekening
o Ziet op de persoon van de dader.
o Drie gronden:
Schuld
Ziet op verwijtbaarheid.
Wet
Bijv. art 6:165 BW.
Verkeersopvattingen.
- Causaal verband, art 6:98 BW
o Condicio sine qua non; ‘dientengevolge’.
- Schade
o Afd. 6.1.10 BW
HR Zwiepende tak: