100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting H7 (Het huwelijksvermogensrecht), Familierecht

Rating
-
Sold
-
Pages
11
Uploaded on
11-12-2020
Written in
2020/2021

Uitgebreide samenvatting van hoofdstuk 7, Familierecht: een introductie (Schrama)

Institution
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Summarized whole book?
No
Which chapters are summarized?
Hoofdstuk 7
Uploaded on
December 11, 2020
Number of pages
11
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

Hoofdstuk 7 Het huwelijksvermogensrecht
7.1 Inleiding
7.1 Inleiding
Het huwelijksvermogensrecht regelt de vermogensrechtelijke verhouding van de
echtgenoten ontstaan door het aangaan van het huwelijk. Is neergelegd in titels 6, 7 en 8
Boek 1. Is van overeenkomstige toepassing op een geregistreerd part.nerschap (art.. 1:80b).

7.2 Kenmerken en beginselen
In beginsel is het algemene vermogensrecht van toepassing. Deze regels zijn echter niet van
toepassing indien de regels van het huwelijksvermogensrecht daarvan afwijken. Dat
betekent dat de titels 6,7 en 8 van boek 1 hun werking hebben naast de algemene regels van
het vermogensrecht. Het huwelijksvermogensrecht is te beschouwen als een lex specialis.

7.3 Belangrijke ontwikkelingen
In 2018 heeft een belangrijke aanpassing plaatsgevonden  van het stelsel van algehele
gemeenschap naar een stelsel van een beperkte gemeenschap. NL heeft daarmee wel als
stelsel de gemeenschap van goederen behouden, maar de omvang en samenstelling ervan is
beperkt. Op grond van het overgangsrecht geldt deze beperking echter uitsluitend voor
echtgenoten die na inwerkingtreding van de wet met elkaar in gemeenschap van goederen
huwen. De nieuwe regels zijn een vervolg op de in 2012 in werking getreden Wet
aanpassingen wettelijke gemeenschap van goederen.

7.4 Verhouding tot andere rechtsgebieden
Het huwelijksvermogensrecht heeft een breder bereik dan het huwelijk, doordat ook het
geregistreerd part.nerschap hieronder valt (art.. 1:80b). Bij een echtscheiding is zowel het
alimentatierecht als het huwelijksvermogensrecht van belang. Buiten Boek 1 hebben
huwelijk en echtscheiding fiscale gevolgen.

7.5 Internationaal recht
Internationaal gewaarborgde mensenrechten spelen op het terrein van het
huwelijksvermogensrecht geen grote rol. Wel van belang zijn de CEFL, maar deze beginselen
zijn niet bindend.

7.6 De rechten en verplichtingen van echtgenoten

7.6.1 Inleiding
Art. 1:81 regelt dat echtgenoten elkaar getrouwheid, hulp en bijstand verschuldigd zijn. Zij
hebben een onderhoudsverplichting tegenover elkaar. Deze verplichting wordt nader
uitgewerkt in art. 1:84 lid 1 en 2 en in het kader van de postrelationele lotsverbondenheid
door de regeling van de onderhoudsverplichting na beëindiging van het huwelijk in art..
1:157. Art. 1:82 regelt de verplichtingen van de echtgenoten jegens elkaar met betrekking
tot het gezin behorende minderjarige kinderen. Zie verder art.. 1:83.

, 7.6.2 Kosten van de huishouding
Dit is geregeld in art.. 1:84, en geeft antwoord op de vraag ten laste van welk vermogen van
de echtgenoten deze kosten dienen te komen. Wat hier precies onder valt is niet door de
wet vastgelegd. De wet geeft wel aan dat daaronder begrepen zijn de kosten van verzorging
en opvoeding van de kinderen. Wat verder bepalend is, is de levensstandaard van de
echtgenoten zoals die zich door de leefgewoonten tijdens het huwelijk heeft ontwikkeld.
Art.. 1:84 lid 1 bepaalt in welke volgorde deze kosten van de huishouding ten laste van het
inkomen en vermogen van de echtgenoten moet worden gebracht. Fourneerverplichting: de
echtgenoten zijn verplicht om overeenkomstig deze draagplicht ook daadwerkelijk bij te
dragen in de kosten van de huishouding (art.. 1:84 lid 2). Art.. 1:84 lid 2 bepaalt niet dat deze
bijdrageverplichting alleen bestaan indien de echtgenoten een gezamenlijke huishouding
voeren.
Lid 3 van art. 1:84 biedt de mogelijkheid om van de leden 1 en 2 af te wijken. Hierbij kunnen
zij ook een rechter inschakelen, art. 1:84 lid 4. Niet ondenkbaar is dat een van de
echtgenoten meer bijdraagt in deze kosten van huishouding dan de ander. Hiermee ontstaat
een vergoedingsvordering op de andere echtgenoot ter verrekening van deze te veel
betaalde kosten. De afrekening dient in beginsel plaats te vinden na elk kalenderjaar (Ter
Kuile/Kofman). In ieder geval dient niet gewacht te worden tot het eind van het huwelijk.

7.6.3 De kosten ten behoeve van de gewone gang van de huishouding
Art.. 1:85  beide echtgenoten zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de door een van hen
aangegane schulden betreffende de kosten van de gewone gang van de huishouding.
Hiermee vormt art. 1:85 een uitzondering op de hoofdregel van het algemene
vermogensrecht: alleen de partij die de verbintenis is aangegaan, kan door zijn wederpartij
aansprakelijk gesteld worden. Art. 1:86 biedt een echtgenoot de mogelijkheid de rechtbank
te verzoeken van deze hoofdelijke aansprakelijkheid ontheven te worden. Er moet sprake
zijn van gegronde redenen. Van belang is dat een opheffing van de aansprakelijkheid
tegenover derden die daarvan niet weten slechts werkt indien de beschikking is
ingeschreven n het huwelijksgoederenregister als bedoeld in art. 1:116 BW.

7.7 Gezinsbeschermende bepalingen: toestemmingsvereisten voor
bepaalde rechtshandelingen
Art. 1:88 regelt een verplichte betrokkenheid van beide echtgenoten bij het verrichten van
een aantal bijzondere rechtshandelingen. Het artikel is van dwingend recht en ziet op
bepaalde overeenkomsten die van groot belang kunnen zijn voor de positie va de andere
echtgenoot. De rechtshandelingen mogen niet verricht worden zonder de toestemming van
de andere echtgenoot, ondanks zijn/haar handelingsbevoegdheid. Ontbreekt de
toestemming dan kan op grond van art. 1:89 de nietigheid van de desbetreffende
rechtshandeling worden ingeroepen.

7.7.1 Overeenkomsten betreffende de echtelijke woning (art. 1:88 lid 1
sub a BW)

Het begrip woning in art. 1:88 lid 1 sub a dient ruim te worden uitgelegd. De toestemming is
noodzakelijk voor het aangaan van de verkoopovereenkomst of de overeenkomst tot
vestiging van een hypotheekrecht en niet bij de levering of de hypotheekverlening zelf. Het
aankopen van een woning en het aangaan van een huurovereenkomst valt niet onder art.
$3.63
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
hannameeder Universiteit Utrecht
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
44
Member since
5 year
Number of followers
33
Documents
22
Last sold
1 year ago

4.5

4 reviews

5
2
4
2
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions