Regie van het primaire proces
Hoofdstuk 1: complexiteit van de verpleegsituatie
1.1 Het begrip ‘complexiteit’
Complexiteit:
Is afhankelijk van de persoon die ermee te maken heeft;
Met behulp van kennis kun je de complexiteit verlagen;
Andere factoren kunnen ook van invloed zijn op hoe complex je de situatie ervaart.
1.2 De gezondheidszorg: complexe besluitvorming
Bij besluitvorming zijn veel deelnemers betrokken: vakbonden, zorgverzekeraars, politici,
wetenschappers, juristen, vertegenwoordigers van patiëntenorganisaties, en verenigingen
voor specialisten en ethici.
Demografische, technologische en politieke ontwikkelingen kunnen het zorgbeleid
beïnvloeden.
Kennis (gezondheidsrecht- en beleid, organisatie, financiering, kwaliteitszorg, beroeps- en
arbeidsontwikkelingen) is voorwaarde voor leveren van bijdrage aan ontwikkeling van
beroep, kunnen innemen van standpunten over handelswijzen binnen gezondheidszorg en
ontwikkelen van voorstellen voor verbetering van kwaliteit van gezondheidszorg.
1.3 Gezondheidsinstellingen: complexe organisaties
2 vormen van structurering:
Ruimtelijke structurering: patiënten worden gegroepeerd in patiëntencategorieën. In
ziekenhuis ingedeeld naar medisch specialisme, kan ook op kort- of langdurend
verblijf.
Adequaat zorgaanbod: zorgaanbod dat aansluit bij de zorgbehoefte van patiënt en
middelen (geld, instrumenten, personeel) doeltreffend en doelmatig inzet.
Structurering van de communicatie: gezondheidsprobleem moet worden verwoord in
een taal die voor iedere discipline herkenbaar en eenduidig is, zodat er een
interdisciplinaire afstemming van het zorgaanbod komt.
1.4 De verpleegsituatie
In verpleegsituatie moeten patiënt en verpleegkundige komen tot afstemming tussen
zorgvraag en zorgaanbod. Zorgaanbod komt tot stand door toepassen van kennis en
vaardigheden van de verpleegkundige. Verpleegsituatie wordt complexer naarmate het
moeilijker is te werken met bepaalde diagnosen of interventies, omdat deze een groter
beroep doen op cognitieve, psychomotorische, interactieve en reactieve vaardigheden van
een verpleegkundige. Dingen die complexiteit kunnen vergroten:
Ernst van stoornis
Snelheid van wisselingen in gezondheidstoestand
Voorspelbaarheid van wisselingen in gezondheidstoestand
Aanwezigheid van verschillende stoornissen
Inzicht dat zorgvrager heeft in eigen gezondheidstoestand
Beschikbaarheid van mantelzorg
Psychische belasting van mantelzorg
Motivatie van mantelzorg om mee te werken aan herstel van zorgvrager
Mate waarin woonomgeving voor zorgvrager betrouwbaar, veilig of acceptabel is
Aantal disciplines waarvan zorgvrager deel uitmaakt
Hoofdstuk 1: complexiteit van de verpleegsituatie
1.1 Het begrip ‘complexiteit’
Complexiteit:
Is afhankelijk van de persoon die ermee te maken heeft;
Met behulp van kennis kun je de complexiteit verlagen;
Andere factoren kunnen ook van invloed zijn op hoe complex je de situatie ervaart.
1.2 De gezondheidszorg: complexe besluitvorming
Bij besluitvorming zijn veel deelnemers betrokken: vakbonden, zorgverzekeraars, politici,
wetenschappers, juristen, vertegenwoordigers van patiëntenorganisaties, en verenigingen
voor specialisten en ethici.
Demografische, technologische en politieke ontwikkelingen kunnen het zorgbeleid
beïnvloeden.
Kennis (gezondheidsrecht- en beleid, organisatie, financiering, kwaliteitszorg, beroeps- en
arbeidsontwikkelingen) is voorwaarde voor leveren van bijdrage aan ontwikkeling van
beroep, kunnen innemen van standpunten over handelswijzen binnen gezondheidszorg en
ontwikkelen van voorstellen voor verbetering van kwaliteit van gezondheidszorg.
1.3 Gezondheidsinstellingen: complexe organisaties
2 vormen van structurering:
Ruimtelijke structurering: patiënten worden gegroepeerd in patiëntencategorieën. In
ziekenhuis ingedeeld naar medisch specialisme, kan ook op kort- of langdurend
verblijf.
Adequaat zorgaanbod: zorgaanbod dat aansluit bij de zorgbehoefte van patiënt en
middelen (geld, instrumenten, personeel) doeltreffend en doelmatig inzet.
Structurering van de communicatie: gezondheidsprobleem moet worden verwoord in
een taal die voor iedere discipline herkenbaar en eenduidig is, zodat er een
interdisciplinaire afstemming van het zorgaanbod komt.
1.4 De verpleegsituatie
In verpleegsituatie moeten patiënt en verpleegkundige komen tot afstemming tussen
zorgvraag en zorgaanbod. Zorgaanbod komt tot stand door toepassen van kennis en
vaardigheden van de verpleegkundige. Verpleegsituatie wordt complexer naarmate het
moeilijker is te werken met bepaalde diagnosen of interventies, omdat deze een groter
beroep doen op cognitieve, psychomotorische, interactieve en reactieve vaardigheden van
een verpleegkundige. Dingen die complexiteit kunnen vergroten:
Ernst van stoornis
Snelheid van wisselingen in gezondheidstoestand
Voorspelbaarheid van wisselingen in gezondheidstoestand
Aanwezigheid van verschillende stoornissen
Inzicht dat zorgvrager heeft in eigen gezondheidstoestand
Beschikbaarheid van mantelzorg
Psychische belasting van mantelzorg
Motivatie van mantelzorg om mee te werken aan herstel van zorgvrager
Mate waarin woonomgeving voor zorgvrager betrouwbaar, veilig of acceptabel is
Aantal disciplines waarvan zorgvrager deel uitmaakt