GEHANDICAPTENZORG
Definitieve versie
De invloed van wonen en werken binnen [BEDRIJF] op sociale
participatie
Naam: [Eigen naam]
Student nummer: [Eigen naam]
LOI-hogeschool
Docent: [Eigen naam]
,Inhoudsopgave
1. Samenvatting............................................................................................................................................. 1
2. Beschrijving organisatie............................................................................................................................. 4
2.1 De missie en visie van de organisatie.............................................................................................................5
2.2 Hoofdvraag.....................................................................................................................................................5
2.3 Deelvragen.....................................................................................................................................................5
3. Onderzoeksopzet....................................................................................................................................... 6
3.2 Beschrijving van het onderwerp.....................................................................................................................6
3.3 Begripsafbakening en operationalisatie........................................................................................................7
3.4 Deelnemers focusgroep..................................................................................................................................7
3.4 Focusgroep: topics en vragen.........................................................................................................................8
3.5 Werkwijze focusgroep....................................................................................................................................9
3.5 Data- en informatieverzamelingsmethode....................................................................................................9
............................................................................................................................................................................10
3.6 Betrouwbaarheid van het onderzoek...........................................................................................................11
3.7 Validiteit van het onderzoek........................................................................................................................11
4. Resultaten onderzoek.............................................................................................................................. 12
4.1 Praktijkonderzoek focusgroep......................................................................................................................12
4.2 Theoretisch kader.........................................................................................................................................14
5. Conclusie................................................................................................................................................. 17
5.3 Advies...........................................................................................................................................................19
Bibliografie.................................................................................................................................................. 21
Bijlage 1: uitgewerkte interviews focusgroep............................................................................................... 23
Deelnemer 1: Huisgenoot K................................................................................................................................23
Deelnemer 2: Huisgenoot D...............................................................................................................................24
Deelnemer 3: Huisgenoot V................................................................................................................................25
Deelnemer 4: Begeleider T.................................................................................................................................26
Deelnemer 5: Coördinator begeleider A.............................................................................................................27
1. Samenvatti ng
Dit onderzoek richt zich op sociale participatie en netwerkvorming onder de huisgenoten van
[BEDRIJF], met als doel inzicht te krijgen in hoe sociale contacten buiten [BEDRIJF] kunnen
worden bevorderd. De centrale vraag luidt: "Hoe kan sociale participatie van huisgenoten
, binnen en buiten [BEDRIJF]worden vergroot?" Om deze vraag te beantwoorden, is
gebruikgemaakt van een combinatie van een focusgroep en literatuuronderzoek.
De focusgroep bestond uit huisgenoten, begeleiders en een coördinator, waardoor
verschillende perspectieven zijn meegenomen. Daarnaast is een gestructureerd
literatuuronderzoek uitgevoerd.
Belangrijkste resultaten per deelvraag:
1. Invloed van wonen en werken binnen[BEDRIJF]op sociale participatie: huisgenoten
voelen zich veilig binnen [BEDRIJF] en hebben onderlinge sociale interacties, maar
contacten buiten de organisatie blijven beperkt. De beschermde woonomgeving biedt
structuur, maar kan ook onbedoeld sociale isolatie veroorzaken.
2. Maatregelen voor een breder sociaal netwerk: initiatieven zoals maatjesprogramma’s,
inclusieve sport- en cultuuractiviteiten en buurtprojecten zijn effectief. Begeleiding is een
essentiële voorwaarde om deelname te bevorderen.
3. Ervaringen met sociale contacten binnen [BEDRIJF]: sociale contacten binnen [BEDRIJF]
worden als positief ervaren, maar blijven vaak oppervlakkig. Huisgenoten hebben
behoefte aan diepere vriendschappen en bredere interacties.
4. Contact met mensen buiten [BEDRIJF]: de meeste huisgenoten hebben weinig externe
sociale contacten. Onzekerheid, angst voor afwijzing en een gebrek aan mogelijkheden
spelen hierin een grote rol.
5. Belemmeringen bij het aangaan van sociale relaties: huisgenoten ervaren moeilijkheden
bij het starten van gesprekken, sociale onzekerheid en beperkte mobiliteit. Begeleiding is
noodzakelijk om deze drempels te overwinnen. Veiligheid blijft een belangrijk
aandachtspunt.
6. Bestaande initiatieven en methodieken: ervaringsdeskundigheid, digitale hulpmiddelen
en buurtgerichte initiatieven zijn bewezen effectieve methodieken om sociale
participatie te bevorderen. Een combinatie van fysieke en digitale ontmoetingen
vergroot de kansen op duurzame netwerkvorming.
Conclusie en aanbevelingen:
De resultaten laten zien dat sociale participatie onder huisgenoten van [BEDRIJF]
voornamelijk beperkt blijft tot interne contacten. Belemmeringen zoals onzekerheid, angst
voor afwijzing en gebrek aan zelfstandige mogelijkheden spelen hierin een rol. Actieve