1. Oudheid
- Impact op wat we weten Architectuur:
- materialen oudheid: natuursteen/ marmer, hout, terracotta, glas…
Vergaan sneller
- redenen verwoesting: natuurrampen, oorlog, hergebruik materialen, slopen
- bronnen onderzoek: (mondeling), literatuur (=> weinig), ruïnes (=> enkel rijkelui gebouwen)
=> Vitruvius “De Architectura”: functie,
esthetisch, constructief
- zuilen ordes:
- Dorisch: eenvoudig kapiteel, versmalt naar boven toe, gecannuleerd, geen basis, grotere
zuilen
- Ionisch: voluut-vormig kapiteel, heeft een basis/ sokkel, gezien als vrouwelijker, slanke zuil
- Korinthisch: acanthusbladeren, hogere zuilbasis
=> Grieken vooral: Dorisch en ionisch
=> romeinen vooral: ionisch en Korinthisch
,- hoofdgestel portiek:
- uitsteeksel uit dak: akroterion
- 3 delen gevel:
- Fronton: timpaan + kroonlijst
- hoofdgestel: fries + architraaf
- zuilen: kapiteel+ zuil
=> materialen tempels: hout (structuur), steen
ANALYSE GEBOUWEN
- Parthenon (5e eeuw v.C.) -> basistype voor tempels
-> gevel: veel basisvormen, rationele architectuur, symmetrie
-> grondplan: - Schatkamer: bewaring
giften aan priesters
- cella: verering goden
,- variaties:
- Maison Carrée (1e eeuw):
-> ontbreekt schatkamer
-> halve zuilen
-> vestibule kleiner
- tempel van Vesta:
-> centraal bouw
-> cirkelvormig
TYPOLOGIE
- structuren:
- tongewelf: stevig, robuust -> basis niet stevig -> instort -> dus baksteen, cement
- combinatie bogen en bogenrijen: viaducten, Colosseum
=> Colosseum: romeins beton, kalk-, tuf- en baksteen -> bekleed met permanent in
travertijn door ijzer, ook veel in marmer
- kruisgewelf: 2 tongewelven loodrecht snijden
=> basilica: - rechthoekig grondplan-> schip en 2 lagere zijbeuken
- lichtbeuk: verhoogd middelste schip
Versteviging steunpunt
- functie: rechtspraak en handel
- koepel: Pantheon (1e eeuw)
- rechthoekige portico
- cirkelvorming hoofdgebouw -> op basis perfecte bol
- beperking gewicht koepel:
- cassettes (uitsparingen)
- oculus
- wand koepel dunner naar boven toe
- hoe hoger hoe lichter materiaal
- materialen:
- pumice (puinsteen)
- bak- en tufsteen
- structuur -> romeins beton, bekleed met travertijn
, STEDELIJKE CONTEXT
- 4 periodes verstedelijkingsproces Grieks-Romeinse wereld:
1. opkomst: (9e – 6e eeuw v.C.)
2. Groei en confirmatie stad: stad -> dominant cultureel fenomeen (6e – 3e eeuw v.C.)
3. Hoogtepunt: stad= sleutel beschaving (3e eeuw v.C. – 3e eeuw)
4. verval en adaptatie: Christianiseringsproces (3e – 7e eeuw)
- Ontstaan stad:
- Synoikisme: - organische groei
- urbanisatie: samengroeien dorpen
=> vb.: Rome, Athene
- Apoika: - kolonisatie en stadsstichting
- rationele ruimtelijke urbanisatie: afscheiden necropolen, ruimte -> publieke
functies, regelmaat
=> vb. Marzabotto
- monumentaliseringsproces: monumenten bouwen om stedelijke context weer te geven
- hiërarchie stratenpatroon (hoofdstraten -> publieksfuncties)
- scheiding stad platteland: intra- en extramuros
- densiteit straten
- creatie publieke ruimte: - publieke voorzieningen
- politiek: agora/ forum
- religieus: Acropolis/ Capitool
- Hoogstad (voor macht/ religie/ militair) en laagstad (burgers)
=> vb.: Athene:
-Acropolis: stedelijke sacrale ruimte
- Parthenon stadstempel
- theater (cultureel en politiek)
- Agora: openbare ruimte
- stoa’s (zuilengalerijen): publieke (markt en bestuur) en private functie, ook
onderwijs
- Bouleuterion (raadshuis): rechtbank, politieke debatten
-> rechthoekig, soms cirkelvormig