100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Recht Syntra Vastgoedmakelaar jaar 1: Vastgoedtransactie module juridische context

Rating
-
Sold
-
Pages
88
Uploaded on
22-08-2025
Written in
2024/2025

Dit is een uitgebreide samenvatting van het eerste deel van het vak Vastgoedtransactie module juridische context (recht) van het 1e jaar van de opleiding Vastgoedmakelaar bij Syntra AB, gegeven door Christophe Baekeland. Deze samenvatting bestaat uit de informatie uit de slides en (zo goed als) alle extra informatie (voorbeelden, etc.) uit de lessen.

Show more Read less
Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Course

Document information

Uploaded on
August 22, 2025
Number of pages
88
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

2 delen
- Christophe Baekeland: alles wat te maken heeft met eigendomsrecht
› 25 meerkeuzevragen ZONDER giscorrectie
- Wouter Van den Bosch: erfrecht, familierecht, etc.


Juridische context (deel Christophe Baekeland)
1. WAT IS ZAKENRECHT?
Onderscheid tussen zakelijke rechten en vorderingsrechten:
 2 grote groepen: patrimoniale rechten (3 groepen: zakelijke rechten,
vorderingsrechten en intellectuele rechten – pecuniaire waarde)  extra-
patrimoniale rechten (persoonlijkheidsrechten en familiale rechten – geen
pecuniaire waarde).
- Patrimoniale rechten (behandelen wij hier)
› Alles wat te maken heeft met geld
› 1) zakelijke rechten
 WAT centraal staat (= het voorwerp) is van belang
› 2) vorderingsrechten
 Alles wat te maken heeft met persoonlijke rechten
-  persoonlijkHEIDSrechten
 De PERSOON staat centraal
 Dat zijn overeenkomsten zoals koop en huur
 De belangrijkste vraag bij een vorderingsrecht is: wie is
schuldeiser en wie is schuldenaar?
- Het gaat dus altijd over de PERSOON
› 3) intellectuele eigendomsrechten (behandelen wij niet)
= IP-rechten
 Bv. auteursrecht: de vorm wordt beschermd, niet de
inhoud. D.w.z. dat als ik een boek schrijf en u wil mijn
ideeën voor 90% overnemen en 10% zelf wat aanvullen,
dan is dat geen enkel probleem, maar u mag het niet
klakkeloos overschrijven want dat is plagiaat
 Bv. merkrecht: merknamen, etc.
 Bv. octrooi: recht van uitvinding
 Er zijn er nog veel meer maar dat zijn varianten of
combinaties van de 3 bovenstaande
 Bv. softwarerecht: een combinatie van auteursrecht en
octrooi
1

, - Extra-patrimoniale rechten (behandelen wij hier NIET)
› Rechten die niet in geld kunnen worden uitgedrukt
› Familiale rechten: bv. het recht om een gezin te stichten, het
recht om te adopteren, het recht om een kind te hebben, het
recht om te trouwen, het recht om te scheiden
› Persoonlijkheidsrechten: bv. het recht op dat uw naam correct
vermeld wordt in uw geboorteakte, een akte van levenloos kind,
het recht om documenten te kunnen opvragen bij de burgerlijke
stand (die met u te maken hebben!), het recht op afbeelding
(kunt u niet in geld uitdrukken, tenzij u bv. een bekende persoon
of sporter bent dan kan dat wel enigszins uitdrukbaar zijn in geld)
 De term “goederenrecht” is correcter: goed (lichamelijk en onlichamelijk) 
zaak (lichamelijk).
- We spreken hier over goederenrecht i.p.v. zakenrecht omdat een zaak
iets tastbaar, iets lichamelijk is, u kan dat vastpakken (bv. een laptop,
auto, gsm, huis), maar u kan ook zakelijke rechten vestigen op niet-
tastbare of onlichamelijke goederen (bv. een cliënteel, bitcoin,
aandelen, schuldvorderingen, effectenportefeuille, handelszaak)
- Een zaak verwijst enkel naar het tastbare, terwijl een goed verwijst naar
zowel het tastbare als het niet-tastbare en dat is dus correcter
 Verbintenissen verbonden aan de hoedanigheid van de eigenaar van het goed
(overdraagbaar) vs. verbintenissen verbonden aan de persoon van de
schuldenaar (in regel niet overdraagbaar).

Louter formele benadering: zakelijke rechten worden erkend door de wetgever.

Twee groepen van zakelijke rechten:
 Eigenlijke zakelijke rechten of zakelijke hoofdrechten (recht van eigendom,
mede-eigendom, vruchtgebruik, erfpacht, opstal, recht van gebruik, recht van
bewoning, rechten van de aangelanden van waterlopen en
erfdienstbaarheden)  dit zijn er 8
- Onderworpen aan numerus clausus-beginsel
- Binnen deze 8 zijn er bij sommige veel spelregels en bij andere weinig
› Bv. bij erfpacht of bij opstal is er maar 1 spelregel, terwijl er bij
mede-eigendom heel veel spelregels zijn
 Accessoire zakelijke rechten of zakelijke zekerheidsrechten (hypotheek en
pand)  dit zijn er 2:
- Hypotheek voor onroerende goederen

2

, - Pand voor roerende goederen
- Onderworpen aan numerus clausus-beginsel

Numerus clausus-beginsel. De partijen moeten bij het vestigen van een zakelijk recht
dus steeds de wezenlijke bestanddelen ervan respecteren.
 ALLE zakelijke rechten zijn onderworpen aan het numerus clausus-beginsel
 De enige zakelijke rechten die er bestaan zijn diegene die de wetgever heeft
neergeschreven in het wetboek, voor de rest bestaan er geen zakelijke rechten
 Zelf kan u geen nieuw soort zakelijk recht tot stand brengen  onmogelijk
 Deze spelregels moet u ten alle tijden volgen
 Zolang u binnen het kader van de spelregels blijft mag u alles doen wat u wil


2. ALGEMENE KENMERKEN VAN ZAKELIJKE RECHTEN (4)
4 kenmerken die alle zakelijke rechten typeren
1) Het volgrecht (ook sommige vorderingsrechten. Bv. huur – art. 1743 BW).
 Het maakt niet uit in wiens handen het voorwerp zich bevindt, u kan het
voorwerp volgen in eender wiens handen
 Bv. stel ik heb een vruchtgebruik op de auto van Jan en Jan verkoopt zijn auto
aan Bart, die hem op zijn beurt verkoopt aan Sam, die hem op zijn beurt
verhuurt aan Koen  dat maakt in se niet uit. Als ik een vruchtgebruik heb op
die auto behoud ik mijn vruchtgebruik op die auto, ongeacht in wiens handen
die auto zich gaat bevinden
 UITZONDERING: onder welbepaalde omstandigheden ook van toepassing bij
huurrecht  = het volgrecht van een verhuurder (art. 1743)

2) Het recht van voorrang:
 Doorbreking van de regel van de pondspondsgewijze verdeling onder
schuldeisers.
 Zakelijk recht voorrang op vorderingsrecht.
 Zakelijke rechten onderling: anterioriteitsregel.
 U zal vóór de andere schuldeisers uitbetaald worden
 Bv. stel Jan gaat failliet, hij heeft 1 miljoen euro schulden opgebouwd en hij
heeft meerdere schuldeisers (de schulden aan al zijn schuldeisers in totaal is
dus 1 miljoen)  die schulden worden in een piramide gegoten en de curator
(= degenen die Jan’s vermogen gaat bekijken en beheren) gaat kijken welke
schulden er nog allemaal zijn en wat er nog allemaal ten gelden kan worden
gemaakt

3

, - Dus stel Jan heeft 1 miljoen euro schulden en heeft nog €200.000 aan
geld dat verdeeld kan worden  stel hij moet de fiscus nog €120.000,
een naakte eigenaar van een auto in vruchtgebruik moet hij nog
€60.000 en de overige €800.000 zijn schulden van de rest  de curator
gaat een piramide opstellen van alle schuldeisers en hoe hoger iemand
in de piramide staat, hoe sneller die betaalt zal worden  wil ook
zeggen dat als u vanboven in de piramide staat en er nog geld aanwezig
is (hier: nog €200.000 euro) dan gaat u zien dat u min of meer uw
centen gaat zien, als u onderaan staat dan gaat u niks meer krijgen
- De fiscus en de eigenaar van de auto in vruchtgebruik krijgen hun geld
en al de rest (van de overige €800.000) zijn gewoon schuldeisers en die
krijgen elk een gelijk deel
 Hoe hoger u staat in de piramide, hoe sneller u betaalt zal worden en hoe
meer kans u heeft dat u al uw geld zal terugkrijgen
 Alle andere schuldeisers die geen recht van voorrang hebben gaan heel
eenvoudig gewoon pondpondsgewijs een vergoeding krijgen  d.w.z. het
resterende bedrag wordt gedeeld door het aantal schuldeisers en dit is het
enige dat ze krijgen

3) Het specialiteitsbeginsel. Individualisatie is steeds vereist.
 Het goed moet altijd in uw vermogen aanwezig zijn

4) Zakelijke subrogatie.
 Enkel titularis van het zakelijk recht.
 Oorspronkelijk object van het zakelijk recht gaat (juridisch of materieel)
verloren.
 Oorspronkelijke object van het zakelijk recht wordt vervangen door een ander
object dat de waarde ervan vertegenwoordigt.
 U kan het voorwerp vervangen
 Er is een zakelijk recht gevestigd op een goed  dat goed gaat juridisch (bv.
door een verkoop) of materieel (bv. door een brand) verloren en er komt een
ander voorwerp voor in de plaats (bv. een geldsom)
- Zowel de geldsom als het appartement is altijd in het vermogen
gebleven
 Bv. stel ik heb een vruchtgebruik op het appartement van Jan en dat
appartement brandt af  je kan natuurlijk niet veel meer doen met dat
appartement maar er wordt een verzekeringspremie in de plaats uitgekeerd 
mijn vruchtgebruik gaat zich uitstrekken naar die verzekeringspremie

4
$17.70
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
nelld Katholieke Universiteit Leuven
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
16
Member since
3 year
Number of followers
7
Documents
5
Last sold
1 month ago

5.0

1 reviews

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions