HC8 INTERPRETEREN ACTOREN
WAAROVER GAAT HET INTERPRETEREN VAN ACTOREN
1.OVER HET LEVEN NA DE BOUW – RUTH SOENEN
• Park spoor noord = heel levendig park geworden
o Oude WDT loods aanwezig hebben sportgebouw ervan gemaakt voor zeer veel
diverse sporten
o Iedereen kan er binnen wanneer die wilt
o Bij de inkom zit er een conciërge, die weet wie er allemaal binnenkomt
o Ook zijn er publieke toiletten die intensief gebruikt worden
o blijkt dat er veen fouten in ontwerp zitten
o Kleedkamers kunnen van grootte veranderen, maar deuren tussenin gaan niet
o goed op slot.
Ploegen bleven weg vanwege onveilig gevoel
Ontwerp was dus eigenlijk te flexibel, waardoor minder flexibel werd
2. HOE MENSEN ERGENS SAMEN ZIJN
• Boek over verkavelingen, zegt dat er een probleem mee is. Om dit probleem te begrijpen moeten
we eerst begrijpen hoe er in de context geleefd wordt.
• Maatschappelijke Sprawl = Verspreid wonen kost de maatschappij veel
• “De suburbane wijk wordt als architecturaal monotoon, ecologisch niet-verantwoord, sociaal te
conformistisch en banaal omschreven. Hoe echter dag in dag uit geleefd wordt in deze wijken,
vormt nog al te vaak EEN BLINDE VLEK.”
• Hij ging een participerende observatie doen om zo de bewoners beter te begrijpen.
o Hij kon zo 4 bewonersprofielen onderscheiden:
o 1. Observatoren
Ze zijn het spiedende oog, ze zien alles en rapporteren alles. Ze willen
controleren hoe alles en iedereen leeft.
• Vooral oudere mannen die vinden dat het vroeger beter was.
• Trekt bvb foto’s van sluikafval of losliggende tegels en meldt het.
o 2. Idealisten
Organiseren evenementen, doen mee aan initiatieven. Ze zijn vaak actief in
verenigingen zoals Chiro of de fanfare. Profileren zich als vrijwilligers en helpen
anderen vaak. Ze klagen niet vaak.
• -> Oudere mensen die vaak al heel lang ergens wonen.
• -> Organiseert bvb eetdag ten voordele van kom op tegen kanker.
o 3. Positief-in-de-wereld mensen
Zijn heel positief ingesteld, doen niet echt mee aan het sociale leven in de wijk.
Hebben een positieve of geen mening over de wijk.
• -> Vaak jonge gezinnen
• -> Ze wonen wel in de wijk maar gaan bvb winkelen in een ander dorp.
o 4. Zij-die-niet-doen-maar-zijn
Ze dragen betekenisvol bij aan de wijk. Ze organiseren zelf niets maar doen wel mee
met de activiteiten van de wijk. Kan eender wie zijn.
o een goede wijk heeft deze 4 soorten mensen
1
, HC8 INTERPRETEREN ACTOREN
3. HOE ZOUDEN WE GRAAG WONEN – ELS DE VOS
• Boek over hoe we woningen gebruiken, het effect van de tv, komst van wasmachines en hoe we
woningen anders zijn gaan ontwerpen hierdoor.
o Veel roddelblaadjes bekeken
o Bijvoorbeeld de televisie: voor de jaren 50 had je amper een televisie in een woning, deze
stond in de leefruimte die ook als enigste ruimte verward is, heel sociaal gebeuren
o Alleen de leefruimte werd verwarmd en was de belangrijkste plek in de woning. Het brengt
mensen samen.
Nadien veranderde de indeling weer door de komst van centrale verwarming
mensen gingen verspreider leven doorheen het huis
o Wassen was eerst iets collectief, samen. Wasruimte nam veel plek in beslag
Sociale aspect viel weg na komst wasmachine, ruimte veel kleiner
CONCLUSIE
• 1. Over het leven na de bouw relaties tussen groepen
o ruimtelijke ingrepen maken relaties tussen groepen (on)mogelijk
• 2. Hoe mensen ergens samen zijn relaties tussen groepen en veranderingen
o relaties tussen groepen maken (ruimtelijke) veranderingen (on)mogelijk
• 3. Hoe zouden we graag wonen? relaties tussen mens en technologie
o technologische veranderingen maken relaties tussen groepen (on)mogelijk
WAAROM MOETEN WE ACTOREN INTERPRETEREN?
• Wederom hiërarchie van kennis: FEITEN -> CONCEPTEN -> PRINCIPES
• Gaan vooral over ruimtegebruiker praten, niet zozeer het ruimtegebruik zelf
• Ruimte maakt relatiesferen (on)mogelijk + relatiesferen maken ruimte(gebruik) onmogelijk
o De ruimte van de sporthal psN laat verschillende sociale sferen door.
o Hangjongeren zorgen ervoor dat je ergens niet graag voorbij loopt
o Greenwich NYC laat veel meer ruimtegebruik door, meer types gebruikers dan een monotone
woonwijk
o Valt er iets aan te doen met architectuur? Redelijk moeilijk waarschijnlijk
HOE KUNNEN ONTWERPERS ACTOREN OBSERVATIES CATEGORISEREN?
SOORTEN RELATIESFEREN
• Hoe kan je een ontwerp maken waar al deze sferen een plek kunnen krijgen?
• 1. Publieke relatiesfeer
o Relaties tussen vreemden
o Bv. Plein, straat, park
• 2. Parochiale relatiesfeer
o Relatie tussen bekenden zoals buren, collega’s
o Bv. een speeltuin van een woonwijk, een buurtcafé, een wijkcentrum, een bedrijfskantine,
een festival, enz.
• 3. Private relatiesfeer
o Relatie tussen familieleden en vrienden
o Bv. Woning
2
WAAROVER GAAT HET INTERPRETEREN VAN ACTOREN
1.OVER HET LEVEN NA DE BOUW – RUTH SOENEN
• Park spoor noord = heel levendig park geworden
o Oude WDT loods aanwezig hebben sportgebouw ervan gemaakt voor zeer veel
diverse sporten
o Iedereen kan er binnen wanneer die wilt
o Bij de inkom zit er een conciërge, die weet wie er allemaal binnenkomt
o Ook zijn er publieke toiletten die intensief gebruikt worden
o blijkt dat er veen fouten in ontwerp zitten
o Kleedkamers kunnen van grootte veranderen, maar deuren tussenin gaan niet
o goed op slot.
Ploegen bleven weg vanwege onveilig gevoel
Ontwerp was dus eigenlijk te flexibel, waardoor minder flexibel werd
2. HOE MENSEN ERGENS SAMEN ZIJN
• Boek over verkavelingen, zegt dat er een probleem mee is. Om dit probleem te begrijpen moeten
we eerst begrijpen hoe er in de context geleefd wordt.
• Maatschappelijke Sprawl = Verspreid wonen kost de maatschappij veel
• “De suburbane wijk wordt als architecturaal monotoon, ecologisch niet-verantwoord, sociaal te
conformistisch en banaal omschreven. Hoe echter dag in dag uit geleefd wordt in deze wijken,
vormt nog al te vaak EEN BLINDE VLEK.”
• Hij ging een participerende observatie doen om zo de bewoners beter te begrijpen.
o Hij kon zo 4 bewonersprofielen onderscheiden:
o 1. Observatoren
Ze zijn het spiedende oog, ze zien alles en rapporteren alles. Ze willen
controleren hoe alles en iedereen leeft.
• Vooral oudere mannen die vinden dat het vroeger beter was.
• Trekt bvb foto’s van sluikafval of losliggende tegels en meldt het.
o 2. Idealisten
Organiseren evenementen, doen mee aan initiatieven. Ze zijn vaak actief in
verenigingen zoals Chiro of de fanfare. Profileren zich als vrijwilligers en helpen
anderen vaak. Ze klagen niet vaak.
• -> Oudere mensen die vaak al heel lang ergens wonen.
• -> Organiseert bvb eetdag ten voordele van kom op tegen kanker.
o 3. Positief-in-de-wereld mensen
Zijn heel positief ingesteld, doen niet echt mee aan het sociale leven in de wijk.
Hebben een positieve of geen mening over de wijk.
• -> Vaak jonge gezinnen
• -> Ze wonen wel in de wijk maar gaan bvb winkelen in een ander dorp.
o 4. Zij-die-niet-doen-maar-zijn
Ze dragen betekenisvol bij aan de wijk. Ze organiseren zelf niets maar doen wel mee
met de activiteiten van de wijk. Kan eender wie zijn.
o een goede wijk heeft deze 4 soorten mensen
1
, HC8 INTERPRETEREN ACTOREN
3. HOE ZOUDEN WE GRAAG WONEN – ELS DE VOS
• Boek over hoe we woningen gebruiken, het effect van de tv, komst van wasmachines en hoe we
woningen anders zijn gaan ontwerpen hierdoor.
o Veel roddelblaadjes bekeken
o Bijvoorbeeld de televisie: voor de jaren 50 had je amper een televisie in een woning, deze
stond in de leefruimte die ook als enigste ruimte verward is, heel sociaal gebeuren
o Alleen de leefruimte werd verwarmd en was de belangrijkste plek in de woning. Het brengt
mensen samen.
Nadien veranderde de indeling weer door de komst van centrale verwarming
mensen gingen verspreider leven doorheen het huis
o Wassen was eerst iets collectief, samen. Wasruimte nam veel plek in beslag
Sociale aspect viel weg na komst wasmachine, ruimte veel kleiner
CONCLUSIE
• 1. Over het leven na de bouw relaties tussen groepen
o ruimtelijke ingrepen maken relaties tussen groepen (on)mogelijk
• 2. Hoe mensen ergens samen zijn relaties tussen groepen en veranderingen
o relaties tussen groepen maken (ruimtelijke) veranderingen (on)mogelijk
• 3. Hoe zouden we graag wonen? relaties tussen mens en technologie
o technologische veranderingen maken relaties tussen groepen (on)mogelijk
WAAROM MOETEN WE ACTOREN INTERPRETEREN?
• Wederom hiërarchie van kennis: FEITEN -> CONCEPTEN -> PRINCIPES
• Gaan vooral over ruimtegebruiker praten, niet zozeer het ruimtegebruik zelf
• Ruimte maakt relatiesferen (on)mogelijk + relatiesferen maken ruimte(gebruik) onmogelijk
o De ruimte van de sporthal psN laat verschillende sociale sferen door.
o Hangjongeren zorgen ervoor dat je ergens niet graag voorbij loopt
o Greenwich NYC laat veel meer ruimtegebruik door, meer types gebruikers dan een monotone
woonwijk
o Valt er iets aan te doen met architectuur? Redelijk moeilijk waarschijnlijk
HOE KUNNEN ONTWERPERS ACTOREN OBSERVATIES CATEGORISEREN?
SOORTEN RELATIESFEREN
• Hoe kan je een ontwerp maken waar al deze sferen een plek kunnen krijgen?
• 1. Publieke relatiesfeer
o Relaties tussen vreemden
o Bv. Plein, straat, park
• 2. Parochiale relatiesfeer
o Relatie tussen bekenden zoals buren, collega’s
o Bv. een speeltuin van een woonwijk, een buurtcafé, een wijkcentrum, een bedrijfskantine,
een festival, enz.
• 3. Private relatiesfeer
o Relatie tussen familieleden en vrienden
o Bv. Woning
2