1.
Een onderzoeker wil weten of de volgorde waarin condities worden
aangeboden invloed heeft op reactietijd. Welke methode is het meest
geschikt om volgorde-effecten tegen te gaan?
A. Randomisatie
B. Counterbalancing
C. Manipulatiecheck
D. Blindering
2.
Wat is het belangrijkste voordeel van een within-subjects design t.o.v. een
between-subjects design?
A. Minder assumpties nodig
B. Hogere interne validiteit
C. Geen interacties mogelijk
D. Minder deelnemers nodig voor gelijke power
3.
Wat is een kenmerk van een pre-experimenteel design?
A. Volledige randomisatie en controlegroep
B. Alleen manipulatie, geen randomisatie of controlegroep
C. Alleen controlegroep, geen manipulatie
D. Gebruik van gematchte groepen
4.
Wanneer is ANCOVA vooral geschikt om te gebruiken?
A. Als de afhankelijke variabele categorisch is
B. Als je groepsverschillen wil controleren voor een continue variabele
C. Als er alleen twee condities zijn
D. Als de steekproef heel groot is
5.
Wat is een aanname van herhaalde-metingen ANOVA die bij gewone
ANOVA niet voorkomt?
A. Normaliteit
B. Homoscedasticiteit
C. Onafhankelijke meetmomenten
D. Sphericiteit
, 6.
Een onderzoek toont een significante interactie tussen tijdstip en conditie.
Wat betekent dit?
A. De gemiddelde scores verschillen tussen condities
B. De verandering over tijd verschilt per conditie
C. Alle condities laten een gelijke trend over tijd zien
D. Er is geen hoofdeffect
7.
Wat geeft Cohen’s d weer?
A. De kans op een Type II fout
B. De betrouwbaarheid van een meting
C. De sterkte van het verschil tussen twee gemiddelden
D. De kans dat een verschil significant is
8.
Een onderzoeker manipuleert stressniveau (laag, middel, hoog) en meet
concentratie. Welk type toets is geschikt?
A. Onafhankelijke t-toets
B. Regressieanalyse
C. One-way ANOVA
D. Chi-kwadraat
9.
Wat is het voordeel van een mixed design?
A. Je hoeft geen steekproefgrootte te bepalen
B. Je kunt zowel within- als between-subjects factoren tegelijk
onderzoeken
C. Het vereist minder variabelen
D. Het vermijdt volgorde-effecten volledig
10.
Wat is een manipulatiecheck?
A. Een test om na te gaan of de afhankelijke variabele correct gemeten is
B. Een controle of deelnemers zijn gemotiveerd
C. Een toetsing of de manipulatie effect heeft gehad op het bedoelde
construct
D. Een controle op ethisch verantwoord gedrag
11.
Wat is een voordeel van multilevel analyse t.o.v. RM-ANOVA?
A. Minder data nodig