100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting tentamen de complexe en diverse pedagogische praktijk (ESSB-E1050)

Rating
-
Sold
-
Pages
35
Uploaded on
23-06-2025
Written in
2024/2025

Dit is een volledige samenvatting van deel 1 voor het tentamen van het vak de complexe en diverse pedagogische praktijk van de studie pedagogische wetenschappen aan de Erasmus universiteit.

Institution
Module











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Module

Document information

Uploaded on
June 23, 2025
Number of pages
35
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

PROFESSIONALITEIT

Professionaliteit volgens de literatuur:

- Een pedagoog maakt deel uit van een georganiseerde beroepsgroep.
- De beroepsgroep bepaalt grotendeels zelf wat het werk inhoudt en hoe dat wordt
uitgevoerd.
- Er is relatieve zelfstandigheid, maar binnen wettelijke en professionele kaders.
- Het werk vraagt om professioneel handelen in onvoorspelbare situaties.
- Professionalisering zorgt voor erkenning van de beroepsgroep en haar expertise.

Professionalisering heeft 3 componenten:

1. Positioneel (beroepsniveau)
o Versterken van de positie van het beroep.
o Kenmerken:
▪ Eigen deskundigheidsgebied (competentieprofiel)
▪ Beroepsvereniging (zoals NVO)
▪ Beroepscode en tuchtrecht
▪ Controle op wie het beroep mag uitoefenen (registratie).
2. Inhoudelijk (individueel niveau)
o Ontwikkeling van professioneel handelen.
▪ Via opleidingen, bij- en nascholing (zoals NVO-registerpunten).
▪ Leren in de praktijk: reflectie, intervisie, supervisie.
3. Autonomie (tussen persoon en beroep)
o Zelfstandig beslissingen nemen binnen professionele kaders (afwegingskader)
o Rekening houden met eigen grenzen en die van de omgeving.
o Handelen afstemmen op het perspectief van de cliënt - cliëntperspectief
o Samenwerken met andere professionals (ketensamenwerking).

Competentieprofiel:

Taakgebieden in beroepsgroepen:

1. Cliëntgebonden taken: Taken die direct voortkomen uit het werken met jeugdigen,
opvoeders en andere cliënten.
o Vier kerntaken:
▪ Monitoren, screenen en vaccineren
▪ Signaleren, analyseren en toeleiden naar hulp
▪ Ondersteuning en dienstverlening
▪ Integrale zorg organiseren op lokaal niveau
o Interculturele uitdagingen & competenties:
▪ Referentiekader in kaart brengen: inzicht in eigen en andermans
culturele achtergrond.

, ▪Communicatie: duidelijke taal, checken of boodschap begrepen is, non-
verbale signalen begrijpen, werken met tolken (interculturele
communicatie competentie)
▪ Vertrouwensrelatie opbouwen: open houding, respect, huisbezoeken,
betrokkenheid tonen.
▪ Effectiviteit van interventies: kritisch beoordelen op bruikbaarheid en
cultuursensitiviteit.
▪ Bereik en toeleiding: gebruik maken van sleutelfiguren, rekening houden
met praktische belemmeringen.
▪ Kennisniveau: voorlichting (psycho-educatie) geven en wantrouwen
begrijpen.
▪ Opvoed- en opgroeivraagstukken in twee culturen: omgaan met
acculturatie, tweetaligheid, minderheidsstress.
▪ Veiligheid en signaleren: risico’s inschatten met kennis van culturele en
medische factoren.
2. Organisatiegebonden taken: Taken binnen de eigen organisatie, zoals samenwerking
en beleid.
o Interculturele uitdagingen:
▪ Samenwerken in divers team: iedereen heeft een eigen referentiekader
en communicatiestijl.
▪ Samenwerking met zelforganisaties: gelijkwaardigheid en goede
organisatorische afstemming zijn belangrijk.
3. Professiegebonden taken: Taken gericht op professionele ontwikkeling en profilering
van het vak.
o Interculturele aandachtspunten:
▪ Kritisch reflecteren: bewust zijn van je eigen culturele bril.
▪ Profileren: culturele diversiteit erkennen als essentieel onderdeel van
het vak.
▪ Deskundigheid bevorderen: blijvend ontwikkelen, ook in omgang met
culturele verschillen.
▪ Onderzoek: methoden evalueren in multiculturele context, met
aandacht voor o.a. sekse, religie en sociaaleconomische status.

Interculturele competenties: geïntegreerd geheel waarvan kennis-, houding- en
vaardigheidsaspecten deel uitmaken.

- Generieke competenties (voor iedereen in zorg en welzijn):
o Inzicht in eigen en andermans referentiekader
o Effectieve communicatie in interculturele situaties
o Vertrouwensrelatie opbouwen
o Samenwerken met mensen uit andere culturen
- Vakspecifieke competenties (gericht op doelgroep en context):
o Kennis van specifieke cliëntgroepen en hun situatie
o Informatie en advies geven dat aansluit op andere normen en kennisniveaus
o Ondersteunen bij opvoedingsvragen in twee culturen

, o Signaleren van cultuurgebonden risico’s zonder te snel te oordelen
o Interventies afstemmen op culturele context
o Moeilijk bereikbare groepen actief betrekken via bijeenkomsten en ontmoetingen

Interculturele communicatiecompetentie: vaardigheid om culturele verschillen te erkennen,
respecteren, tolereren en integreren in effectieve en gepaste communicatie. Bestaat uit drie
concepten:

1. Interculturele sensitiviteit (affectief): De bereidheid om culturele verschillen te
begrijpen en waarderen.
2. Interculturele behendigheid (gedragsmatig): Vaardigheden om effectief om te gaan
met interculturele interacties.
3. Intercultureel bewustzijn (cognitief): Het begrip van culturele conventies die ons
gedrag beïnvloeden.

Intercultureel bewustzijn:

- Belang: Het is essentieel voor interculturele communicatie, vooral door interculturele
trainingen. Dit bewustzijn wordt getraind in drie vormen: cognitief (begrip van culturele
verschillen), cultureel (kennis van culturele aspecten) en zelfbewustzijn (inzicht in eigen
vooroordelen).
- Levels:
1. Oppervlakkig bewustzijn: Kennis gebaseerd op stereotypen.
2. Bewustzijn van significante culturele verschillen: Via interacties, mogelijk via
cultuurconflict of intellectuele analyse.
3. Empathisch bewustzijn: Voelen wat een andere cultuur van binnenuit ervaart
(transspectie: tijdelijk geloven wat anderen geloven door hun overtuigingen,
aannames, perspectieven, gevoelens en consequenties te leren).

Benaderingen van leren:

- Cultuur-generiek: Globale culturele invloeden begrijpen (bijv. BaFa BaFa en culturele
assimilaties).
- Cultuur-specifiek: Specifieke cultuurkennis verwerven (bijv. roleplay, area studies).

Twee soorten leren:

1. Experimenteel leren: Via interactie en oefening.
2. Didactisch leren: Traditionele academische methoden.

Twee categorieën van culturele componenten:

1. Basis feitelijke informatie: Feiten over een cultuur (bijv. geschiedenis, geografie). ‘Wat’
aspect van cultuur.
2. Diep gestructureerde informatie: Culturele waarden die de diepere structuren van een
cultuur vormen. ‘Waarom’ concept van cultuur.

Modellen voor het onderzoeken van culturele waarden:

, - Parsons’ Model: Definieert culturele waardepatronen door 5 dilemma’s (bijv.
affectiviteit vs. affectieve neutraliteit). Complex maar systematisch model.
- Kluckhohn & Strodbeck’s Model: Onderzoekt hoe gemeenschappen 5 universele
problemen oplossen (3 manieren). Precies en heuristiek model.
- Condon & Yousef’s Model: Bestudeert zes interactiegebieden (bijv. zelf, familie,
gemeenschap), met 4/5 problemen met 3 oplossingen. Uitgebreid maar complex model.
- Hall’s Model: Verduidelijkt communicatie tussen hoge- en lage-contextculturen.
Simpel, precies en elegant model, maar oversimplificeert.
- Hofstede’s Model: Bestudeert werkgerelateerde culturele waarden op 4 consistente
dimensies (bijv. individualisme/collectivisme). Empirisch valide, maar alleen
werkgerelateerd, vooral voor mannen en oversimplificeert.
- Schwartz’s Model: Identificeert 10 categorieën van universele waarden in menselijk
gedrag, die worden opgedeeld in 2 dimensies.

Alle modellen zijn incompleet en hebben bias. Wel een goed concept gefragmenteerd over de
componenten van culturele waarden.

Het vaststellen van intercultureel bewustzijn:

1. Methoden voor basis feitelijke informatie over cultuur:
o Saville-Troile’s Questions: 20 categorieën met open vragen die begrip van een
cultuur toetsen.
o Kitao’s Test of American Culture: 100 meerkeuzevragen over 49 thema’s uit de
Amerikaanse cultuur.
o Kohl’s Fifty Questions: 50 open vragen om te beoordelen of iemand verder is
dan de beginfase van interculturele aanpassing.
o Harris and Moran’s Pre-deployment Area Questionnaire: 90 ja/nee-vragen
over cultuuraspecten, bedoeld voor mensen die voor werk naar een andere
cultuur gaan.
o Zwaktes van deze methoden:
▪ Er zijn veel vragen nodig vanwege de complexiteit van cultuur.
▪ Cultuur verandert snel, wat de actualiteit van de inhoud beïnvloedt (lage
contentvaliditeit).
2. Metingen van waarden (meer psychologisch dan cultureel):
o Allport, Vernon & Lindzey’s Study of Values
o Rokeach’s Value Survey
- Beide zijn betrouwbaar en valide, maar cultureel gezien beperkt inzetbaar.
3. Methoden voor intercultureel bewustzijn:
- Kluckhohn & Strodbeck’s culturele waardeoriëntaties: bruikbaar als vragenlijst, maar
erg tijdrovend voor deelnemers én onderzoekers.
- Gilgen & Cho: vereenvoudigde 5-puntsschaal met stellingen die culturele
waardeoriëntaties weergeven.
- Chen: 15 items gebaseerd op Kluckhohn en Condon & Yousef, ook op een 5-
puntsschaal.
o Sterkte: nauwkeurig en gebruiksvriendelijk
o Zwaktes: weinig empirisch getest, dus validiteit moet nog bevestigd worden.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
liekepost1 Erasmus Universiteit Rotterdam
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
20
Member since
6 months
Number of followers
0
Documents
33
Last sold
1 week ago

4.3

3 reviews

5
1
4
2
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these revision notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No problem! You can straightaway pick a different document that better suits what you're after.

Pay as you like, start learning straight away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and smashed it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions