ZSO anatomie
16-9-2019
Inleiding
Met de romp bedoelen we de thorax (borstholte) en het abdomen (buikholte) zonder
de extremiteiten (armen en benen) en het hoofd/hals gebied.
Bij het abdomen hoort ook de pelvis, (bekkenholte), die eigenlijk één geheel vormt met de buikholte
maar ook wel apart behandeld wordt.
Op de rompwand zijn anatomische structuren te zien zoals spieren, en botten/botpunten, zoals
de m.(musculus=spier) erector spinae (lange rugspier), clavicula (sleutelbeen), de arcus
costalis (ribbenboog) of de angulus inferior van de scapula (onderste punt van het schouderblad) .
Deze dienen als herkenningspunten.
Onder het oppervlak van de rompwand bevinden zich organen, zoals het hart of de lever, waarvan
we in de normale situatie de plaats kunnen bepalen met behulp van herkenningspunten. Met deze
kennis kunnen we bij een patiënt vaststellen of er afwijkingen zijn .
Voorzijde: anterior of ventraal
Achterzijde: posterior of dorsaal
Zijkant: lateraal
binnenkant : mediaal
Richting hoofd = naar boven: craniaal
Richting de staart=naar onder: caudaal
De rompwand bestaat uit:
- Een geraamte, dit wordt onderverdeeld in :
de wervelkolom, het sternum (borstbeen), de costae (ribben) en de pelvis (het bekken)
- Weke delen, dit is het geheel van spieren, fascies, ligamenten, bloedvaten en zenuwen.
De rompwand omhult de organen en structuren van de thorax, het abdomen en
de bekkenholte die, zoals gezegd, één geheel vormt met het abdomen.
De thorax en het abdomen worden van elkaar gescheiden door het diaphragma (middenrif)
We zullen achtereenvolgens behandelen:
- De herkenningspunten op de thorax met de projectie van de daarin gelegen organen
- De herkenningspunten van het abdomen en de projectie van de daarin gelegen organen.
Het diaphragma is een koepelvormige spier, waarvan de onderrand aanhecht aan de ribbenboog en
de wervelkolom (thv de twaalfde thoracale wervel, T12) en waarvan de bovenkant een peesblad is.
Het hoogste punt bevindt zich ongeveer ter hoogte van de achtste thoracale wervel, T8 en het
middelste gedeelte ter hoogte van het sternum .
Deze grens is belangrijk omdat het weergeeft dat organen in de bovenbuik zoals lever, maag en milt
zich gedeeltelijk achter de ribben bevinden.
, Thorax
De benige thorax bestaat uit 12 paar ribben (de onderste twee zijn zogenaamde zwevende ribben
omdat ze niet aan de voorzijde met het sternum zijn verbonden), deze zijn met gewrichtjes
verbonden met de wervelkolom aan de dorsale zijde en met het sternum aan de ventrale zijde.
De voorzijde van de ribben bestaat gedeeltelijk uit kraakbeen. Met het voortschrijden der jaren wordt
het kraakbeen vervangen door bot.
Het sternum bestaat uit het:
1. Manubrium
2. Corpus
3. Processus xiphoideus
Bestudeer de aanhechting van de ribben en de relatie met de wervels.
Het manubrio-sternale gewricht staat onder een hoek en wordt wel de angulus Ludovici genoemd,
hier vind je de aanhechting van de 2e rib. Dit kun je bij lichamelijk onderzoek (LO) goed voelen als een
ribbel. Vanaf de 2e intercostale ruimte kan je dan naar caudaal de ribben goed tellen.
Bestudeer de onderstaande structuren als projectie op de thorax.
1. De clavicula (sleutelbeen)
2. Het sternum met drie gedeelten; manubrium, corpus en processus xiphoideus.
3. De ribben en hun ligging tov de tepel
4. Het jugulum (jugular notch)
16-9-2019
Inleiding
Met de romp bedoelen we de thorax (borstholte) en het abdomen (buikholte) zonder
de extremiteiten (armen en benen) en het hoofd/hals gebied.
Bij het abdomen hoort ook de pelvis, (bekkenholte), die eigenlijk één geheel vormt met de buikholte
maar ook wel apart behandeld wordt.
Op de rompwand zijn anatomische structuren te zien zoals spieren, en botten/botpunten, zoals
de m.(musculus=spier) erector spinae (lange rugspier), clavicula (sleutelbeen), de arcus
costalis (ribbenboog) of de angulus inferior van de scapula (onderste punt van het schouderblad) .
Deze dienen als herkenningspunten.
Onder het oppervlak van de rompwand bevinden zich organen, zoals het hart of de lever, waarvan
we in de normale situatie de plaats kunnen bepalen met behulp van herkenningspunten. Met deze
kennis kunnen we bij een patiënt vaststellen of er afwijkingen zijn .
Voorzijde: anterior of ventraal
Achterzijde: posterior of dorsaal
Zijkant: lateraal
binnenkant : mediaal
Richting hoofd = naar boven: craniaal
Richting de staart=naar onder: caudaal
De rompwand bestaat uit:
- Een geraamte, dit wordt onderverdeeld in :
de wervelkolom, het sternum (borstbeen), de costae (ribben) en de pelvis (het bekken)
- Weke delen, dit is het geheel van spieren, fascies, ligamenten, bloedvaten en zenuwen.
De rompwand omhult de organen en structuren van de thorax, het abdomen en
de bekkenholte die, zoals gezegd, één geheel vormt met het abdomen.
De thorax en het abdomen worden van elkaar gescheiden door het diaphragma (middenrif)
We zullen achtereenvolgens behandelen:
- De herkenningspunten op de thorax met de projectie van de daarin gelegen organen
- De herkenningspunten van het abdomen en de projectie van de daarin gelegen organen.
Het diaphragma is een koepelvormige spier, waarvan de onderrand aanhecht aan de ribbenboog en
de wervelkolom (thv de twaalfde thoracale wervel, T12) en waarvan de bovenkant een peesblad is.
Het hoogste punt bevindt zich ongeveer ter hoogte van de achtste thoracale wervel, T8 en het
middelste gedeelte ter hoogte van het sternum .
Deze grens is belangrijk omdat het weergeeft dat organen in de bovenbuik zoals lever, maag en milt
zich gedeeltelijk achter de ribben bevinden.
, Thorax
De benige thorax bestaat uit 12 paar ribben (de onderste twee zijn zogenaamde zwevende ribben
omdat ze niet aan de voorzijde met het sternum zijn verbonden), deze zijn met gewrichtjes
verbonden met de wervelkolom aan de dorsale zijde en met het sternum aan de ventrale zijde.
De voorzijde van de ribben bestaat gedeeltelijk uit kraakbeen. Met het voortschrijden der jaren wordt
het kraakbeen vervangen door bot.
Het sternum bestaat uit het:
1. Manubrium
2. Corpus
3. Processus xiphoideus
Bestudeer de aanhechting van de ribben en de relatie met de wervels.
Het manubrio-sternale gewricht staat onder een hoek en wordt wel de angulus Ludovici genoemd,
hier vind je de aanhechting van de 2e rib. Dit kun je bij lichamelijk onderzoek (LO) goed voelen als een
ribbel. Vanaf de 2e intercostale ruimte kan je dan naar caudaal de ribben goed tellen.
Bestudeer de onderstaande structuren als projectie op de thorax.
1. De clavicula (sleutelbeen)
2. Het sternum met drie gedeelten; manubrium, corpus en processus xiphoideus.
3. De ribben en hun ligging tov de tepel
4. Het jugulum (jugular notch)
