CONTROLEVRAGEN BIJ DEEL 1 & 2
1. Het handboek beschrijft het strafrecht aan de hand van vijf componenten, maar bij nader inzien vormt
de vijfde component, procedureregels, niet echt een onderdeel van het materieel strafrecht. Waarom is
dat zo? (Pagina 29 samen lezen met pagina 31 bovenaan)
5 componenten: strafbare gedragingen, daderschap, straffen, voorwaarden om straf op te leggen
& uit te voeren & procedureregels. Procedureregels = formele regels over hoe bevoegde instanties
over misdrijf, straf & dader oordelen. Deze behoren dus tot formele strafrecht i.p.v. materieel
strafrecht
2. Wat bedoelt het handboek met het recht om te straffen dat voorbehouden is aan de organen van de
staat?
Enkel overheidsorganen kunnen strafbaarstellingen in leven roepen en zijn gemachtigd om
strafvordering uit te oefenen. Burgers hebben in essentie geen bevoegdheden om te bepalen of bep.
gedraging al dan niet strafbaar is/moet bestraft worden. ENKEL wetgevende organen die hiertoe
gemachtigd zijn dr wet mogen straffen opstellen.
3. Wat bedoelt het handboek met niemand kan zich buiten de strafwet stellen? Wat houdt dit in voor het
maken van afspraken en het geven van toestemming? (Pagina 29)
Burger kan niet beslissen dat strafwet niet van toepassing is op hen. Slachtoffer kan geen
toestemming geven voor strafbaar feit tenzij wet iets anders zegt. Bv. geen toestemming kunnen
geven om je te laten vermoorden door een kannibaal. De strafwet is bindend voor iedereen. Je kan
je er niet aan onttrekken
4. Waarom zijn klacht misdrijf afgeschaft? (Pagina 30)
Vroeger was een klacht van een slachtoffer nodig om een misdrijf te kunnen vervolgen. Nu kunnen ze nog
steeds een klacht indienen maar is (meestal) niet langer nodig om te kunnen vervolgen. Het strafrecht is
publiek recht & geen privaat recht. Strafrecht word gemaakt en toegepast namens de gemeenschap &
organen van de staat.
5. Wat bedoelt het handboek met het strafuitvoeringsrecht bevindt zich niet naast maar in het materiaal een
formeel strafrecht? (Pagina 31)
Geheel aan rechtsregeles die betrekking hebben op voorwaarden, modaliteiten & procedures m.b.t.
uitvoering v. straf. Het is geen losstaand afzonderlijk deel. Het vormt een brug tss theorie van de
straf (materieel) & de praktijk van de uitvoering (procedurele aspect, formeel).
6. Wat bedoelt handboek met de afleiding tussen materieel en formeel strafrecht is niet altijd helder? (Pagina 31)
Ze zijn met elkaar verknocht (verbonden) & hebben elkaar nodig. M. heeft F. nodig om toepassing &
afdwinging te krijgen.
7. Wat bedoelt het handboek met nationaal materieels strafrecht met internationale achtergrond? (Pagina 33)
Soms gedragingen zo ernstig dat ze overal strafbaar & gelijkaardig bestraft zouden moeten zijn.
Internationale organisaties, instellingen & samenwerkingsverbanden spelen !! rol & zetten soms
aan/verplichten om op gelijkaardige manier misdrijf & bestraffing vast te leggen, mr blijft dus wel
nationaal materieel strafrecht.
8. Wat zijn complementaire wetten? (Pagina 35
Wetten die aangelegenheden regelen die tot algemeen strafrecht behoren maat niet in boek 1 v. strafwetboek
zijn opgenomen. Nationale wetten die aanvulling vormen op of uitvoering geven aan internationale
verplichtingen of Europese regelgeving.
9. Bespreek de idee van een straf uitvoeringswetboek. (Pagina 35)
Boek waarin alle regels m.b.t. uitvoering van straffen zullen zijn vervat.
10. Wat is het bijzonder strafrecht? Kan het gezien worden als lijst zoals handboek zegt? Wrm wel wrm niet?
(Pagina 36)
Bijzonder strafrecht omvat alle regels buiten algemene Strafwetboek die specifieke gedragingen strafbaar
stellen met bijbehorende straffen. Kan als "lijst" worden gezien dr veelheid aan afzonderlijke, verspreide
wetsbepalingen die elk strafbaar feit & sanctie definiëren. Mr meer dan passieve opsomming; dient
specifieke beleidsdoelen & algemene beginselen v. Strafwetboek zijn er in principe ook op v. toepassing.
1
, 11. Het lijkt erop, schrijft het handboek dat al een nieuwe strafbare gedragingen voor een groot deel te vinden
zijn niet in het strafwetboek maar in de nieuwe bijzondere strafwetten. Leg uit en nuanceer. (Pagina 36)
Veel nieuwe specifieke strafbare feiten worden opgenomen in bijzondere strafwetten (bv. milieu, drugs,
verkeer) i.p.v. algemene Strafwetboek. Dit komt door specialisatie en complexiteit van nieuwe
maatschappelijke problemen. Kan ook vorm aannemen van decreten, ordonnanties of provinciale of
gemeentelijke reglementen of verordeningen.
12. Het handboek bespreekt artikel 77 Sw dat de regels bepaald voor de toepassing van boek één op boek
twee en op de bijzonder wetten, maar merkt terzelfder tijd op dat de toepassing van beginselen en
bepalingen uit complementaire witter niet in artikel 77 wordt geregeld. Leg uit. (Pagina 37)
Toepassing v. beginselen uit complementaire wetten wordt niet dr artikel 77 geregeld, omdat:
- Complementaire wetten zijn zelf vaak bijzondere wetten, wrop artikel 77 juist wél van toepassing is.
- De verhouding tss nationale wetten (zoals complementaire wetten) en internationale/EU-regels
wordt geregeld dr hogere, algemene rechtsbeginselen, niet dr artikel 77 Sw. Dit artikel regelt
enkel de interne verhouding binnen het nationale strafrecht.
13. Het handboek merkt op dat het nieuwe strafwetboek niet expliciet vanuit een bepaalde straf theorie
vorm is gegeven. Leg uit. (Pagina 72)
Strafwetboek is in grote mate dadergericht met veel opties tot individualisering bij de
bestraffing & grote aandacht vr resocialisatie en herstel. Het heeft veel kenmerken van het
sociaal verweer. Mr ook veel daadgerichte lijnen die direct aanknopen bij klassiek strafrecht bv.
tempering v. bestraffing & elementen die voldoende zware bestraffing moeten garanderen.
14. Handboek merkt op dat het legaliteitsbeginsel stelt dat de vastlegging van wat verboden is niet kan
gebeuren door vorst of overheid maar moet gebeuren door instrument dat de gemeenschap
vertegenwoordigt. Leg uit (Pagina 77)
Moet gebeuren door de wet Legaliteitsbeginsel zorgt voor rechtsbescherming & rechtszekerheid & is
fundamenteel beginsel v. strafrecht, steunend op principes v. rechtsstaat & democratie
15. Wat is het beginsel Lex certa? (Pagina 79)
Beginsel Lex certa vereist dat strafbepalingen voldoende precies & duidelijk zijn. Dit garandeert dat
burgers met voldoende zekerheid kunnen weten welke gedragingen strafbaar zijn en welke straffen
daarop staan, wat essentieel is voor rechtszekerheid en bescherming tegen willekeur.
16. Wat wordt bedoeld met een wet in materiële zin? (Pagina 79)
Wet verwijst nr beslissingen v. wetgevende organen (ook decreet etc. zijn). Uitvoerende macht bezit
algemene bevoegdheid om uitvoering te geven aan wetten mr maakt geen strafwetten (verboden dr
legaliteitsbeginsel). Krachtens de wet ipv dr/bij de wet want wetgever legt soms enkel essentiële
elementen vast in wet en delegeert de precisering aan uitvoerende macht (UM).
17. Het handboek merkt op dat het legaliteitsbeginsel er zich tegen verzet dat de uitvoerende macht
strafwetten maakt. (Pagina 79). Maar toch nuanceert het handboek vervolgens deze uitspraak. Leg uit
Probleem vr scheiding der machten. UM mag zelf geen strafbepalingen maken. Basis moet altijd
gemaakt worden dr wetgevend orgaan, ze kunnen wel UM bevoegdheid geven om die wetten nader
uit te werken en te preciseren, zolang kern strafbaarstelling in wet zelf is vastgelegd. Dit is praktische
noodzaak in complexe regelgeving.
18. Algemene beginselen door de gemeenschap v. volkeren erkend kunnen een uitzondering creëren op
het legaliteitsbeginsel. (Pagina 80). Leg uit
Uitzondering op vereiste dat er op moment dat misdrijf gepleegd word wet is wrin misdrijf &
drop toepasselijke straf worden omschreven. Bep. gedragingen zijn zo ernstig dat kwalificatie
erv. als misdrijf algemeen word erkend zonder dat het vast ligt in concrete wet mr afgeleid uit
zogenaamde algemene rechtsbeginselen die dr volkerengemeenschap erkend zijn. Dit zijn
elementen wruit blijkt dat internationale gemeenschap gedragingen als misdrijf heeft erkend.
19. Internationale verdragen zijn geen formele bron van het strafrecht. (Pagina 81) leg uit
Hoewel internationale verdragen met directe werking voorrang hebben op nationaal recht en invloed
uitoefenen, creëren ze op zichzelf geen strafbaarstellingen of straffen. Hiervoor is altijd omzetting in
concrete nationale wetgeving nodig, conform legaliteitsbeginsel. Ze beïnvloeden nationale strafwet, mr
zijn geen directe formele bron.
2
, 20. Bespreek de impact van de negatieve en positieve verplichtingen die voortvloeien uit het EVRM. (Pagina 81-82)
EVRM bevat geen bepalingen die gedragingen strafbaar stellen of straffen bepalen mr wel bepalingen die
vrijheid v. nationale wetgever beperkt om strafbaarstellingen & straffen in te voeren. Dat kan dr nationale
strafwetgever te verbieden (negatieve verplichting, schildfunctie) of te dwingen (positieve verplichting,
zwaardfunctie) strafbaarstellingen & straffen in te voeren.
21. Negatieve: geen strafbaarstellingen strijdig met recht op eerlijk proces, positief: inbreuken op mensenrechten
aanpakkenVergelijk de legaliteitscontrole door het Belgisch grondwettelijk Hof met de legaliteitscontrole
die kan gemaakt worden door hoven en rechtbanken. (Pagina 83-84)
Grondwettelijk hof heeft de bevoegdheid om bij arrest uitspraak te doen op beroepen tot gehele of
gedeeltelijke vernietiging van wetsbepaling wegens schendingen van de regels, ook bij beroepen
tegen strafwetten o.b.v. schending van legaliteitsbeginsel. Zie vb. p. 84
Hoven & rechtbanken:
- Strafbepalingen uitgevaardigd bij algemene, provinciale of gemeentelijke besluiten &
verordeningen: mag rechter enkel toepassen in zoverre die met wetten overeenstemmen. Ze
moeten zelf legaliteitscontrole doorvoeren.
- Formele wetten: rechter mag zich niet uitspreken over legaliteit van wetten, decreten of
ordonnanties. Ze moeten hierover wel prejudiciële vragen stellen aan grondwettelijk hof, dat
hierover bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak doet. Deze is bindend voor rechtscollege
dat vraag stelde & elk ander rechtscollege dat in zelfde zaak uitspraak doet.
- Internationale normen: rechtbanken kunnen de veringbaarheid van de wet met direct werkende
bepalingen uit internationale verdragen toetsten & mogen zij geen toepassing maken v.
Belgische wetten die daarmee strijdig zijn. Toetsingen aan verdragsbepalingen met directe
werking kunnen ze in beginsel zelf doen -. Wnr het gaat om toetsing van grondrechten die ook
dr grondwet worden gewaarborgd is grondwettelijk hof bevoegd. Vr toetsing aan rechtstreeks
toepasselijke regels v. recht v. EU kan rechter eveneens vua prejudiciële vraag bij Europees hof
van justitie terecht.
22. Vereist wordt dat wetsbepaling die gedragingen bestraft, bij toepassing in werking is getreden en niet is
opgegeven of vernietigd. Leg uit. (P. 87 & 88) & vnf wnr wordt ieder geacht de wet te kennen? (Pagina 88)
Wetsbepaling moet op moment van de gedraging in werking zijn getreden en mag niet opgeheven
of vernietigd zijn. Dit garandeert rechtszekerheid.
- Inwerkingtreding en Kennis: Wetten treden in werking na bekendmaking, waarna iedereen
geacht wordt de wet te kennen. Termijnen zijn:
o Belgisch Staatsblad: 10e dag.
o Provinciale/Gemeentelijke website: 5e dag.
- Niet Opgeheven: Strafwetten verdwijnen bij expliciete (door wetgever) of impliciete (door
onverenigbare nieuwe wet) opheffing. Onbruik heft een wet niet op.
- Niet Vernietigd: Wetten kunnen dr Grondwettelijk Hof worden vernietigd (o.a. bij schending v.
fundamentele rechten). Veroordeling o.b.v. vernietigde wet kan via beroep tot intrekking
ongedaan worden gemaakt.
23. Wat gebeurt er met uitvoeringsbesluiten als strafbepaling wordt opgegeven? Geef voorbeelden. (Pagina 89)
Als strafbepaling wordt opgeheven, vervallen bijbehorende uitvoeringsbesluiten meestal ook, omdat ze
hun basis verliezen. Maar: wnr oude wet impliciet wordt opgeheven dr nieuwe wet die de
misdrijfomschrijvingen grotendeels overneemt, blijven uitvoeringsbesluiten in principe bestaan. Dit zorgt
vr continuïteit & voorkomt juridisch vacuüm.
Voorbeelden:
- Verval: Een wet over "bromfietsen op voetpaden" en bijbehorend KB worden volledig geschrapt; het KB
vervalt dan.
- Behoud: nieuwe verkeerswet vervangt oude, maar regels over snelheidsovertredingen en handhaving
ervan blijven hetzelfde; de oude uitvoeringsbesluiten over snelheidscontroles blijven dan geldig.
24. Wrm zijn vernietigingsarresten v. grondwettelijk Hof belangrijk vr reeds veroordeelde persoon? (Pagina 90)
Als persoon definitief is veroordeeld o.b.v. strafbepaling die later dr Grondwettelijk Hof wordt
vernietigd, kan veroordeelde (of belanghebbende partij) beroep tot intrekking instellen. Dit dient
om definitieve veroordeling ongedaan te maken, omdat wettelijke basis vr strafbaarstelling achteraf
als ongrondwettig is bevonden. Dit garandeert dat een persoon niet gestraft blijft voor een feit dat
achteraf als onterecht strafbaar is verklaard.
3
, 25. Artikel 2 Sw verbiedt het bestraffen op basis van een wet die niet bestond ten tijde van het handelen of
nalaten. We spreken van het verbod op retroactiviteit. Toch ziet er een nuance in artikel 2 op dat verbod.
Bespreek de nuance. (Pagina 91 en 95)
De mildere strafwet (lex mitior) is altijd v. toepassing, zelfs als deze pas na misdrijf in werking trad. Dit
betekent:
- Verzachtende nieuwe wet: Wordt met terugwerkende kracht toegepast.
- Verzwarende nieuwe wet: Wordt niet met terugwerkende kracht toegepast.
26. Het handboek illustreert het verbod op retroactieve werking aan de hand van vier situaties die eigenlijk op
zich een verandering aan de strafwet vormen. Bespreek deze vier gevallen en geeft telkens een voorbeeld.
(Pagina 91 tot 93)
1. Nieuwe Misdrijfomschrijving Invoeren (criminalisering): wnr een voorheen niet-strafbare gedraging
dr nieuwe wet strafbaar wordt gesteld (criminalisering).
- Verbod op retroactiviteit: nieuwe wet kan niet toegepast worden op feiten die gepleegd werden vóór
de inwerkingtreding ervan.
- Vb.: Wordt " opzettelijk verspreiden v. nepnieuws met kwaadwillige intentie" nieuw misdrijf, dan kun
je niet vervolgd worden voor verspreiding van vóór die wetswijziging.
2. Bestaande Misdrijfomschrijving Uitbreiden: reikwijdte v. al bestaand strafbaar feit verruimd, wrdr
meer gedragingen eronder vallen.
- Verbod op retroactiviteit: uitbreiding kan niet toegepast worden op feiten die gepleegd werden vóór
de uitbreiding, indien die gedragingen onder de oude, smallere omschrijving niet strafbaar waren.
- Vb.: Als "diefstal" wordt uitgebreid tot " diefstal v. digitale goederen", kan iemand die digitale
goederen stal vóór uitbreiding, niet o.b.v. nieuwe, bredere definitie veroordeeld worden als dat
volgens oude niet strafbaar was.
3. Strafverzwaring Invoeren: gebeurt wnr nieuwe wet zwaardere straf voorziet vr gedraging die al
strafbaar was.
- Verbod op retroactiviteit: De zwaardere straf kan niet worden toegepast op feiten die gepleegd
werden toen de mildere straf nog van kracht was.
- Vb: Als straf vr fraude wordt verhoogd v. max. 3 nr 5j., kan iemand die fraude pleegde toen straf nog 3
jaar was, niet tot 5 jaar veroordeeld worden.
4. Verzwaring van Strafuitvoering Invoeren: Dit houdt in dat nieuwe wet nadeligere regels invoert voor
hoe straffen worden uitgevoerd, bv. strengere voorwaarden voor voorwaardelijke invrijheidstelling.
- Verbod op retroactiviteit: De nadeligere regels kunnen niet worden toegepast op feiten die gepleegd
werden onder het regime van de gunstigere regels voor strafuitvoering.
- Vb.: Als voorwaarden vr ET strenger worden, kan iemand die veroordeeld is vr misdrijf van vóór deze
wijziging nog steeds aanspraak maken op oudere, mildere voorwaarden die op moment v. plegen
van het feit golden.
27. Het handboek bespreekt (Pagina 93) een Europees arrest del Rio Prada dat er voor gezorgd heeft dat het
verbod op retroactiviteit in België strenger moet worden toegepast. Leg uit
Del Rio Prada-arrest heeft reikwijdte v. verbod op retroactiviteit verbreed. Het geldt niet enkel vr
strafbaarstelling & strafmaat, mr ook vr wijzigingen in strafuitvoeringsregels die leiden tot
onvoorzienbare en nadelige verlenging v. detentie → heeft geleid tot strengere toepassing v. non-
retroactiviteitsbeginsel in België op vlak v. strafuitvoering.
28. Meer gunstige strafbepalingen kunnen wel retroactief worden toegepast. Het handboek onderscheidt twee
situaties waarin er sprake is van een gunstige bepaling. Leg uit. (Pagina 94)
Decriminalisering: wnr nieuwe wet gedraging die voorheen strafbaar was, nu niet langer strafbaar
stelt.
- Impact: Als gedraging wordt gedecriminaliseerd, kunnen eerdere feiten die onder de oude wet
strafbaar waren, niet langer worden vervolgd of bestraft. Als iemand reeds veroordeeld is, vervalt
de straf.
- Vb.: Als land wet aanneemt die bezit v. kleine hoeveelheden cannabis legaliseert, kunnen mensen die
hiervr in verleden zijn veroordeeld, hun straf zien vervallen of kwijtgescholden krijgen. Nieuwe
gevallen van bezit vallen dan niet meer onder het strafrecht.
4
1. Het handboek beschrijft het strafrecht aan de hand van vijf componenten, maar bij nader inzien vormt
de vijfde component, procedureregels, niet echt een onderdeel van het materieel strafrecht. Waarom is
dat zo? (Pagina 29 samen lezen met pagina 31 bovenaan)
5 componenten: strafbare gedragingen, daderschap, straffen, voorwaarden om straf op te leggen
& uit te voeren & procedureregels. Procedureregels = formele regels over hoe bevoegde instanties
over misdrijf, straf & dader oordelen. Deze behoren dus tot formele strafrecht i.p.v. materieel
strafrecht
2. Wat bedoelt het handboek met het recht om te straffen dat voorbehouden is aan de organen van de
staat?
Enkel overheidsorganen kunnen strafbaarstellingen in leven roepen en zijn gemachtigd om
strafvordering uit te oefenen. Burgers hebben in essentie geen bevoegdheden om te bepalen of bep.
gedraging al dan niet strafbaar is/moet bestraft worden. ENKEL wetgevende organen die hiertoe
gemachtigd zijn dr wet mogen straffen opstellen.
3. Wat bedoelt het handboek met niemand kan zich buiten de strafwet stellen? Wat houdt dit in voor het
maken van afspraken en het geven van toestemming? (Pagina 29)
Burger kan niet beslissen dat strafwet niet van toepassing is op hen. Slachtoffer kan geen
toestemming geven voor strafbaar feit tenzij wet iets anders zegt. Bv. geen toestemming kunnen
geven om je te laten vermoorden door een kannibaal. De strafwet is bindend voor iedereen. Je kan
je er niet aan onttrekken
4. Waarom zijn klacht misdrijf afgeschaft? (Pagina 30)
Vroeger was een klacht van een slachtoffer nodig om een misdrijf te kunnen vervolgen. Nu kunnen ze nog
steeds een klacht indienen maar is (meestal) niet langer nodig om te kunnen vervolgen. Het strafrecht is
publiek recht & geen privaat recht. Strafrecht word gemaakt en toegepast namens de gemeenschap &
organen van de staat.
5. Wat bedoelt het handboek met het strafuitvoeringsrecht bevindt zich niet naast maar in het materiaal een
formeel strafrecht? (Pagina 31)
Geheel aan rechtsregeles die betrekking hebben op voorwaarden, modaliteiten & procedures m.b.t.
uitvoering v. straf. Het is geen losstaand afzonderlijk deel. Het vormt een brug tss theorie van de
straf (materieel) & de praktijk van de uitvoering (procedurele aspect, formeel).
6. Wat bedoelt handboek met de afleiding tussen materieel en formeel strafrecht is niet altijd helder? (Pagina 31)
Ze zijn met elkaar verknocht (verbonden) & hebben elkaar nodig. M. heeft F. nodig om toepassing &
afdwinging te krijgen.
7. Wat bedoelt het handboek met nationaal materieels strafrecht met internationale achtergrond? (Pagina 33)
Soms gedragingen zo ernstig dat ze overal strafbaar & gelijkaardig bestraft zouden moeten zijn.
Internationale organisaties, instellingen & samenwerkingsverbanden spelen !! rol & zetten soms
aan/verplichten om op gelijkaardige manier misdrijf & bestraffing vast te leggen, mr blijft dus wel
nationaal materieel strafrecht.
8. Wat zijn complementaire wetten? (Pagina 35
Wetten die aangelegenheden regelen die tot algemeen strafrecht behoren maat niet in boek 1 v. strafwetboek
zijn opgenomen. Nationale wetten die aanvulling vormen op of uitvoering geven aan internationale
verplichtingen of Europese regelgeving.
9. Bespreek de idee van een straf uitvoeringswetboek. (Pagina 35)
Boek waarin alle regels m.b.t. uitvoering van straffen zullen zijn vervat.
10. Wat is het bijzonder strafrecht? Kan het gezien worden als lijst zoals handboek zegt? Wrm wel wrm niet?
(Pagina 36)
Bijzonder strafrecht omvat alle regels buiten algemene Strafwetboek die specifieke gedragingen strafbaar
stellen met bijbehorende straffen. Kan als "lijst" worden gezien dr veelheid aan afzonderlijke, verspreide
wetsbepalingen die elk strafbaar feit & sanctie definiëren. Mr meer dan passieve opsomming; dient
specifieke beleidsdoelen & algemene beginselen v. Strafwetboek zijn er in principe ook op v. toepassing.
1
, 11. Het lijkt erop, schrijft het handboek dat al een nieuwe strafbare gedragingen voor een groot deel te vinden
zijn niet in het strafwetboek maar in de nieuwe bijzondere strafwetten. Leg uit en nuanceer. (Pagina 36)
Veel nieuwe specifieke strafbare feiten worden opgenomen in bijzondere strafwetten (bv. milieu, drugs,
verkeer) i.p.v. algemene Strafwetboek. Dit komt door specialisatie en complexiteit van nieuwe
maatschappelijke problemen. Kan ook vorm aannemen van decreten, ordonnanties of provinciale of
gemeentelijke reglementen of verordeningen.
12. Het handboek bespreekt artikel 77 Sw dat de regels bepaald voor de toepassing van boek één op boek
twee en op de bijzonder wetten, maar merkt terzelfder tijd op dat de toepassing van beginselen en
bepalingen uit complementaire witter niet in artikel 77 wordt geregeld. Leg uit. (Pagina 37)
Toepassing v. beginselen uit complementaire wetten wordt niet dr artikel 77 geregeld, omdat:
- Complementaire wetten zijn zelf vaak bijzondere wetten, wrop artikel 77 juist wél van toepassing is.
- De verhouding tss nationale wetten (zoals complementaire wetten) en internationale/EU-regels
wordt geregeld dr hogere, algemene rechtsbeginselen, niet dr artikel 77 Sw. Dit artikel regelt
enkel de interne verhouding binnen het nationale strafrecht.
13. Het handboek merkt op dat het nieuwe strafwetboek niet expliciet vanuit een bepaalde straf theorie
vorm is gegeven. Leg uit. (Pagina 72)
Strafwetboek is in grote mate dadergericht met veel opties tot individualisering bij de
bestraffing & grote aandacht vr resocialisatie en herstel. Het heeft veel kenmerken van het
sociaal verweer. Mr ook veel daadgerichte lijnen die direct aanknopen bij klassiek strafrecht bv.
tempering v. bestraffing & elementen die voldoende zware bestraffing moeten garanderen.
14. Handboek merkt op dat het legaliteitsbeginsel stelt dat de vastlegging van wat verboden is niet kan
gebeuren door vorst of overheid maar moet gebeuren door instrument dat de gemeenschap
vertegenwoordigt. Leg uit (Pagina 77)
Moet gebeuren door de wet Legaliteitsbeginsel zorgt voor rechtsbescherming & rechtszekerheid & is
fundamenteel beginsel v. strafrecht, steunend op principes v. rechtsstaat & democratie
15. Wat is het beginsel Lex certa? (Pagina 79)
Beginsel Lex certa vereist dat strafbepalingen voldoende precies & duidelijk zijn. Dit garandeert dat
burgers met voldoende zekerheid kunnen weten welke gedragingen strafbaar zijn en welke straffen
daarop staan, wat essentieel is voor rechtszekerheid en bescherming tegen willekeur.
16. Wat wordt bedoeld met een wet in materiële zin? (Pagina 79)
Wet verwijst nr beslissingen v. wetgevende organen (ook decreet etc. zijn). Uitvoerende macht bezit
algemene bevoegdheid om uitvoering te geven aan wetten mr maakt geen strafwetten (verboden dr
legaliteitsbeginsel). Krachtens de wet ipv dr/bij de wet want wetgever legt soms enkel essentiële
elementen vast in wet en delegeert de precisering aan uitvoerende macht (UM).
17. Het handboek merkt op dat het legaliteitsbeginsel er zich tegen verzet dat de uitvoerende macht
strafwetten maakt. (Pagina 79). Maar toch nuanceert het handboek vervolgens deze uitspraak. Leg uit
Probleem vr scheiding der machten. UM mag zelf geen strafbepalingen maken. Basis moet altijd
gemaakt worden dr wetgevend orgaan, ze kunnen wel UM bevoegdheid geven om die wetten nader
uit te werken en te preciseren, zolang kern strafbaarstelling in wet zelf is vastgelegd. Dit is praktische
noodzaak in complexe regelgeving.
18. Algemene beginselen door de gemeenschap v. volkeren erkend kunnen een uitzondering creëren op
het legaliteitsbeginsel. (Pagina 80). Leg uit
Uitzondering op vereiste dat er op moment dat misdrijf gepleegd word wet is wrin misdrijf &
drop toepasselijke straf worden omschreven. Bep. gedragingen zijn zo ernstig dat kwalificatie
erv. als misdrijf algemeen word erkend zonder dat het vast ligt in concrete wet mr afgeleid uit
zogenaamde algemene rechtsbeginselen die dr volkerengemeenschap erkend zijn. Dit zijn
elementen wruit blijkt dat internationale gemeenschap gedragingen als misdrijf heeft erkend.
19. Internationale verdragen zijn geen formele bron van het strafrecht. (Pagina 81) leg uit
Hoewel internationale verdragen met directe werking voorrang hebben op nationaal recht en invloed
uitoefenen, creëren ze op zichzelf geen strafbaarstellingen of straffen. Hiervoor is altijd omzetting in
concrete nationale wetgeving nodig, conform legaliteitsbeginsel. Ze beïnvloeden nationale strafwet, mr
zijn geen directe formele bron.
2
, 20. Bespreek de impact van de negatieve en positieve verplichtingen die voortvloeien uit het EVRM. (Pagina 81-82)
EVRM bevat geen bepalingen die gedragingen strafbaar stellen of straffen bepalen mr wel bepalingen die
vrijheid v. nationale wetgever beperkt om strafbaarstellingen & straffen in te voeren. Dat kan dr nationale
strafwetgever te verbieden (negatieve verplichting, schildfunctie) of te dwingen (positieve verplichting,
zwaardfunctie) strafbaarstellingen & straffen in te voeren.
21. Negatieve: geen strafbaarstellingen strijdig met recht op eerlijk proces, positief: inbreuken op mensenrechten
aanpakkenVergelijk de legaliteitscontrole door het Belgisch grondwettelijk Hof met de legaliteitscontrole
die kan gemaakt worden door hoven en rechtbanken. (Pagina 83-84)
Grondwettelijk hof heeft de bevoegdheid om bij arrest uitspraak te doen op beroepen tot gehele of
gedeeltelijke vernietiging van wetsbepaling wegens schendingen van de regels, ook bij beroepen
tegen strafwetten o.b.v. schending van legaliteitsbeginsel. Zie vb. p. 84
Hoven & rechtbanken:
- Strafbepalingen uitgevaardigd bij algemene, provinciale of gemeentelijke besluiten &
verordeningen: mag rechter enkel toepassen in zoverre die met wetten overeenstemmen. Ze
moeten zelf legaliteitscontrole doorvoeren.
- Formele wetten: rechter mag zich niet uitspreken over legaliteit van wetten, decreten of
ordonnanties. Ze moeten hierover wel prejudiciële vragen stellen aan grondwettelijk hof, dat
hierover bij wijze van prejudiciële beslissing uitspraak doet. Deze is bindend voor rechtscollege
dat vraag stelde & elk ander rechtscollege dat in zelfde zaak uitspraak doet.
- Internationale normen: rechtbanken kunnen de veringbaarheid van de wet met direct werkende
bepalingen uit internationale verdragen toetsten & mogen zij geen toepassing maken v.
Belgische wetten die daarmee strijdig zijn. Toetsingen aan verdragsbepalingen met directe
werking kunnen ze in beginsel zelf doen -. Wnr het gaat om toetsing van grondrechten die ook
dr grondwet worden gewaarborgd is grondwettelijk hof bevoegd. Vr toetsing aan rechtstreeks
toepasselijke regels v. recht v. EU kan rechter eveneens vua prejudiciële vraag bij Europees hof
van justitie terecht.
22. Vereist wordt dat wetsbepaling die gedragingen bestraft, bij toepassing in werking is getreden en niet is
opgegeven of vernietigd. Leg uit. (P. 87 & 88) & vnf wnr wordt ieder geacht de wet te kennen? (Pagina 88)
Wetsbepaling moet op moment van de gedraging in werking zijn getreden en mag niet opgeheven
of vernietigd zijn. Dit garandeert rechtszekerheid.
- Inwerkingtreding en Kennis: Wetten treden in werking na bekendmaking, waarna iedereen
geacht wordt de wet te kennen. Termijnen zijn:
o Belgisch Staatsblad: 10e dag.
o Provinciale/Gemeentelijke website: 5e dag.
- Niet Opgeheven: Strafwetten verdwijnen bij expliciete (door wetgever) of impliciete (door
onverenigbare nieuwe wet) opheffing. Onbruik heft een wet niet op.
- Niet Vernietigd: Wetten kunnen dr Grondwettelijk Hof worden vernietigd (o.a. bij schending v.
fundamentele rechten). Veroordeling o.b.v. vernietigde wet kan via beroep tot intrekking
ongedaan worden gemaakt.
23. Wat gebeurt er met uitvoeringsbesluiten als strafbepaling wordt opgegeven? Geef voorbeelden. (Pagina 89)
Als strafbepaling wordt opgeheven, vervallen bijbehorende uitvoeringsbesluiten meestal ook, omdat ze
hun basis verliezen. Maar: wnr oude wet impliciet wordt opgeheven dr nieuwe wet die de
misdrijfomschrijvingen grotendeels overneemt, blijven uitvoeringsbesluiten in principe bestaan. Dit zorgt
vr continuïteit & voorkomt juridisch vacuüm.
Voorbeelden:
- Verval: Een wet over "bromfietsen op voetpaden" en bijbehorend KB worden volledig geschrapt; het KB
vervalt dan.
- Behoud: nieuwe verkeerswet vervangt oude, maar regels over snelheidsovertredingen en handhaving
ervan blijven hetzelfde; de oude uitvoeringsbesluiten over snelheidscontroles blijven dan geldig.
24. Wrm zijn vernietigingsarresten v. grondwettelijk Hof belangrijk vr reeds veroordeelde persoon? (Pagina 90)
Als persoon definitief is veroordeeld o.b.v. strafbepaling die later dr Grondwettelijk Hof wordt
vernietigd, kan veroordeelde (of belanghebbende partij) beroep tot intrekking instellen. Dit dient
om definitieve veroordeling ongedaan te maken, omdat wettelijke basis vr strafbaarstelling achteraf
als ongrondwettig is bevonden. Dit garandeert dat een persoon niet gestraft blijft voor een feit dat
achteraf als onterecht strafbaar is verklaard.
3
, 25. Artikel 2 Sw verbiedt het bestraffen op basis van een wet die niet bestond ten tijde van het handelen of
nalaten. We spreken van het verbod op retroactiviteit. Toch ziet er een nuance in artikel 2 op dat verbod.
Bespreek de nuance. (Pagina 91 en 95)
De mildere strafwet (lex mitior) is altijd v. toepassing, zelfs als deze pas na misdrijf in werking trad. Dit
betekent:
- Verzachtende nieuwe wet: Wordt met terugwerkende kracht toegepast.
- Verzwarende nieuwe wet: Wordt niet met terugwerkende kracht toegepast.
26. Het handboek illustreert het verbod op retroactieve werking aan de hand van vier situaties die eigenlijk op
zich een verandering aan de strafwet vormen. Bespreek deze vier gevallen en geeft telkens een voorbeeld.
(Pagina 91 tot 93)
1. Nieuwe Misdrijfomschrijving Invoeren (criminalisering): wnr een voorheen niet-strafbare gedraging
dr nieuwe wet strafbaar wordt gesteld (criminalisering).
- Verbod op retroactiviteit: nieuwe wet kan niet toegepast worden op feiten die gepleegd werden vóór
de inwerkingtreding ervan.
- Vb.: Wordt " opzettelijk verspreiden v. nepnieuws met kwaadwillige intentie" nieuw misdrijf, dan kun
je niet vervolgd worden voor verspreiding van vóór die wetswijziging.
2. Bestaande Misdrijfomschrijving Uitbreiden: reikwijdte v. al bestaand strafbaar feit verruimd, wrdr
meer gedragingen eronder vallen.
- Verbod op retroactiviteit: uitbreiding kan niet toegepast worden op feiten die gepleegd werden vóór
de uitbreiding, indien die gedragingen onder de oude, smallere omschrijving niet strafbaar waren.
- Vb.: Als "diefstal" wordt uitgebreid tot " diefstal v. digitale goederen", kan iemand die digitale
goederen stal vóór uitbreiding, niet o.b.v. nieuwe, bredere definitie veroordeeld worden als dat
volgens oude niet strafbaar was.
3. Strafverzwaring Invoeren: gebeurt wnr nieuwe wet zwaardere straf voorziet vr gedraging die al
strafbaar was.
- Verbod op retroactiviteit: De zwaardere straf kan niet worden toegepast op feiten die gepleegd
werden toen de mildere straf nog van kracht was.
- Vb: Als straf vr fraude wordt verhoogd v. max. 3 nr 5j., kan iemand die fraude pleegde toen straf nog 3
jaar was, niet tot 5 jaar veroordeeld worden.
4. Verzwaring van Strafuitvoering Invoeren: Dit houdt in dat nieuwe wet nadeligere regels invoert voor
hoe straffen worden uitgevoerd, bv. strengere voorwaarden voor voorwaardelijke invrijheidstelling.
- Verbod op retroactiviteit: De nadeligere regels kunnen niet worden toegepast op feiten die gepleegd
werden onder het regime van de gunstigere regels voor strafuitvoering.
- Vb.: Als voorwaarden vr ET strenger worden, kan iemand die veroordeeld is vr misdrijf van vóór deze
wijziging nog steeds aanspraak maken op oudere, mildere voorwaarden die op moment v. plegen
van het feit golden.
27. Het handboek bespreekt (Pagina 93) een Europees arrest del Rio Prada dat er voor gezorgd heeft dat het
verbod op retroactiviteit in België strenger moet worden toegepast. Leg uit
Del Rio Prada-arrest heeft reikwijdte v. verbod op retroactiviteit verbreed. Het geldt niet enkel vr
strafbaarstelling & strafmaat, mr ook vr wijzigingen in strafuitvoeringsregels die leiden tot
onvoorzienbare en nadelige verlenging v. detentie → heeft geleid tot strengere toepassing v. non-
retroactiviteitsbeginsel in België op vlak v. strafuitvoering.
28. Meer gunstige strafbepalingen kunnen wel retroactief worden toegepast. Het handboek onderscheidt twee
situaties waarin er sprake is van een gunstige bepaling. Leg uit. (Pagina 94)
Decriminalisering: wnr nieuwe wet gedraging die voorheen strafbaar was, nu niet langer strafbaar
stelt.
- Impact: Als gedraging wordt gedecriminaliseerd, kunnen eerdere feiten die onder de oude wet
strafbaar waren, niet langer worden vervolgd of bestraft. Als iemand reeds veroordeeld is, vervalt
de straf.
- Vb.: Als land wet aanneemt die bezit v. kleine hoeveelheden cannabis legaliseert, kunnen mensen die
hiervr in verleden zijn veroordeeld, hun straf zien vervallen of kwijtgescholden krijgen. Nieuwe
gevallen van bezit vallen dan niet meer onder het strafrecht.
4