DE LAT HOOG VOOR IEDEREEN
Doelgericht werken
- Hoe kunnen we de doelen op een efficiënte en effectieve manier bereiken bij alle
leerlingen?
o Efficiënt : zonder tijdsverlies, zonder omwegen, recht op het doel af
o Effectief : daadwerkelijk, doeltreffend, het doel bereikend
o Alle leerlingen : we zullen onze aanpak moeten afstemmen op de
beginsituatie van de leerlingen en rekening houden met de verschillen
tussen leerlingen
DEEL 1 : DOELGERICHT WERKEN
INLEIDING
Doelgericht werken houdt 2 dingen in:
Doelen moeten helder zijn zodat je een duidelijk beeld hebt over wat er in de les
geleerd moet worden
Essentieel dat alle elementen van het didactisch model op een doordachte manier
worden ingevuld zodat de doelen op de meest efficiënte manier en effectieve
manier bereikt worden
1. HET DIDACTISCH MODEL
Om leerresultaten te bekomen onderwijsleersituatie creëren
o Via doelstellingen drukken we verwachtte leerresultaten uit
o Keuze van de doelstellingen is afhankelijk van de beginsituatie
o Je selecteert de leerinhoud die je opneemt in je doelstellingen
o Je kiest geschikte leerstof om de leerinhouden aan te brengen
o Je kiest passende didactische werkvormen en leermiddelen (rekening
houden met de didactische principes)
o Om na te gaan of en in welke mate de leerlingen de doelstellingen
effectief bereikt hebben, ga je doelgericht evalueren
2. DOELSTELLINGEN: LEREN, GEEN VRIJBLIJVENDE AANGELEGENHEID!
Lesdoelen kan je onderverdelen in cognitieve, dynamisch-affectieve en psychomotorische
doelen
2.1 BEGRIP OMSCHRIJVING
Taxonomie taxis = ordening, nomos = wet
Wetmatige ordening en, een structurering die gebaseerd is op een theoretische
basis
een methode om zaken in te delen met als doel ideeën en materiaal universeel te
kunnen delen
Bekende = taxonomie van Bloom
2.2 TAXONOMIE VAN BLOOM: ALGEMEEN
1
, Bloom heeft 3 taxonomieën : één voor cognitieve doelen, één voor dynamisch-
affectieve doelen en één voor psychomotorische doelen
o Wij gebruiken enkel de taxonomie van de cognitieve doelen : meest
uitgewerkte en meest gebruikte
Elk doel heeft telkens een bepaald gedragsniveau (wat doet de leerling met de
inhoud) en een bepaald inhoudsniveau
Doel = Niet enkel eenvoudige doelen nastreven, maar ook de complexere
doelen
Taxonomie van Bloom
o lesdoelen geordend volgens niveau
o inzicht in de opbouw van de doelen
o eenzijdigheid in doelen opmerken
2.3 INHOUDSNIVEAU IN DE TAXONOMIE VAN BLOOM
4 soorten inhoudelijke kennis
o Feitelijke kennis
De basiselementen die je moet kennen om problemen op te
lossen of kennis te maken met een bepaalde ‘discipline)
Vb. doelen , hoek
o Conceptuele kennis
De relaties tussen de basiselementen die de leerling moet weten
om zo de samenhang en verbanden te zien binnen een grotere
structuur
Vb. het didactisch model, stomphoekige driehoek
o Procedurele kennis
Hoe je iets doet, manieren van onderzoeken en criteria voor
vaardigheden, algoritmes, technieken en methoden
Vb. stomphoekige driehoek tekenen, differentiëren
o Metacognitieve kennis
Kennis over kennis/leren in het algemeen, zelfkennis en
zelfbewustzijn over de eigen kennis, kennis van strategieën om
met kennis aan de slag te gaan (bv. schema’s maken)
Vb. reflectie over les, aanpak bij leren, eigen aanpak m.b.t.
nauwkeurigheid
2.4 GEDRAGSNIVEAUS BINNEN DE TAXONOMIE VAN BLOOM
6 processen of denkniveaus onderscheiden
o Ze beschrijven wat een leerling met de inhoud doet
o De cognitieve complexiteit neemt toe (de plaats)
De eerste 3 niveaus
o Lage denkvaardigheden
Laatste 3 niveaus
o Hoge denkvaardigheden
2
,Herinneren
- Herinneren is het kunnen ophalen van adequate informatie uit het lange termijn
geheugen of het kunnen herkennen van informatie
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij leerlingen:
Herkennen (identificeren) Ophalen (oproepen)
Aangeven Beschrijven
Selecteren Navertellen
Kiezen Observeren
Onderscheiden Opzeggen
…. …
- Voorbeeld
o De studenten kunnen de zes denkniveaus van de taxonomie van Bloom
opsommen.
o De schelde aanduiden op een kaart.
Begrijpen
- Houdt in dat je eerder verworven kennis uit je langetermijngeheugen ophaalt en
er betekenis aan geeft. Dit cognitief proces volgt op herinneren: om de te
onthouden kennis te begrijpen, moeten we een brug slaan tussen voorkennis en
nieuwe kennis.
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij de leerlingen:
Vormen van begrijpen: zeven Handelingswerkwoorden
denkvaardigheden
Interpreteren Verhelderen, parafraseren,
representeren, vertalen
Uitleggen Oorzaak-gevolgmodel construeren
Samenvatten Abstraheren
Classificeren Categoriseren, onderverdelen
Toelichten Illustreren, voorbeeld geven
Vergelijken Contrasteren, mapping, bij elkaar
passen
3
, afleiden Concluderen, extrapoleren,
interpoleren, voorspellen
- Voorbeeld
o De studenten kunnen een gegeven doelstelling aan het passende
denkniveau van de taxonomie van Bloom verbinden.
o Driehoeken indelen volgens hoek
Toepassen
- Is de vaardigheid om kennis en inzichten in nieuwe situaties te gebruiken om zo
een probleem op te lossen, taak of oefeningen aan te pakken:
o De leerling past een bepaalde procedure toe op een bekende taak
(uitvoeren)
o De leerling leert een procedure selecteren om een nieuwe taak uit te
voeren (implementeren)
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij de leerling:
Uitvoeren (gebruikmaken van Implementeren (gebruikmaken van
vaardigheden en algoritmes) technieken en methodes)
Beheersen Aanpakken
Herhalen Hanteren
Oplossen Bewerken
Uitwerken Plannen
… …
- Voorbeeld:
o De studenten kunnen beargumenteren waarom de kennis van de
taxonomie van Bloom het doelgericht lesgeven kan bevorderen.
o Een stomphoekige driehoek gaan tekenen
Analyseren
- De vaardigheid om informatie op te delen in onderdelen zodat je onderliggende
relaties, verbanden en patronen kan zien
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij de leerling:
Denkvaardigheden Handelingswerkwoord Andere mogelijke
werkwoorden
Differentiëren Onderscheiden, Onderscheid maken:
selecteren, Relevantie
focussen Belangrijkheid
Verschillen
Besluiten, uitkiezen,
uitlichten, uitzoeken,
weerhouden
Benadrukken
Organiseren Ontleden, Opsplitsen in
(onderzoeken) deelaspecten
afbakenen, Bepalen van hoofdlijnen
samenhang zien, Patronen ontdekken
integreren, Informatie verwerken
4
Doelgericht werken
- Hoe kunnen we de doelen op een efficiënte en effectieve manier bereiken bij alle
leerlingen?
o Efficiënt : zonder tijdsverlies, zonder omwegen, recht op het doel af
o Effectief : daadwerkelijk, doeltreffend, het doel bereikend
o Alle leerlingen : we zullen onze aanpak moeten afstemmen op de
beginsituatie van de leerlingen en rekening houden met de verschillen
tussen leerlingen
DEEL 1 : DOELGERICHT WERKEN
INLEIDING
Doelgericht werken houdt 2 dingen in:
Doelen moeten helder zijn zodat je een duidelijk beeld hebt over wat er in de les
geleerd moet worden
Essentieel dat alle elementen van het didactisch model op een doordachte manier
worden ingevuld zodat de doelen op de meest efficiënte manier en effectieve
manier bereikt worden
1. HET DIDACTISCH MODEL
Om leerresultaten te bekomen onderwijsleersituatie creëren
o Via doelstellingen drukken we verwachtte leerresultaten uit
o Keuze van de doelstellingen is afhankelijk van de beginsituatie
o Je selecteert de leerinhoud die je opneemt in je doelstellingen
o Je kiest geschikte leerstof om de leerinhouden aan te brengen
o Je kiest passende didactische werkvormen en leermiddelen (rekening
houden met de didactische principes)
o Om na te gaan of en in welke mate de leerlingen de doelstellingen
effectief bereikt hebben, ga je doelgericht evalueren
2. DOELSTELLINGEN: LEREN, GEEN VRIJBLIJVENDE AANGELEGENHEID!
Lesdoelen kan je onderverdelen in cognitieve, dynamisch-affectieve en psychomotorische
doelen
2.1 BEGRIP OMSCHRIJVING
Taxonomie taxis = ordening, nomos = wet
Wetmatige ordening en, een structurering die gebaseerd is op een theoretische
basis
een methode om zaken in te delen met als doel ideeën en materiaal universeel te
kunnen delen
Bekende = taxonomie van Bloom
2.2 TAXONOMIE VAN BLOOM: ALGEMEEN
1
, Bloom heeft 3 taxonomieën : één voor cognitieve doelen, één voor dynamisch-
affectieve doelen en één voor psychomotorische doelen
o Wij gebruiken enkel de taxonomie van de cognitieve doelen : meest
uitgewerkte en meest gebruikte
Elk doel heeft telkens een bepaald gedragsniveau (wat doet de leerling met de
inhoud) en een bepaald inhoudsniveau
Doel = Niet enkel eenvoudige doelen nastreven, maar ook de complexere
doelen
Taxonomie van Bloom
o lesdoelen geordend volgens niveau
o inzicht in de opbouw van de doelen
o eenzijdigheid in doelen opmerken
2.3 INHOUDSNIVEAU IN DE TAXONOMIE VAN BLOOM
4 soorten inhoudelijke kennis
o Feitelijke kennis
De basiselementen die je moet kennen om problemen op te
lossen of kennis te maken met een bepaalde ‘discipline)
Vb. doelen , hoek
o Conceptuele kennis
De relaties tussen de basiselementen die de leerling moet weten
om zo de samenhang en verbanden te zien binnen een grotere
structuur
Vb. het didactisch model, stomphoekige driehoek
o Procedurele kennis
Hoe je iets doet, manieren van onderzoeken en criteria voor
vaardigheden, algoritmes, technieken en methoden
Vb. stomphoekige driehoek tekenen, differentiëren
o Metacognitieve kennis
Kennis over kennis/leren in het algemeen, zelfkennis en
zelfbewustzijn over de eigen kennis, kennis van strategieën om
met kennis aan de slag te gaan (bv. schema’s maken)
Vb. reflectie over les, aanpak bij leren, eigen aanpak m.b.t.
nauwkeurigheid
2.4 GEDRAGSNIVEAUS BINNEN DE TAXONOMIE VAN BLOOM
6 processen of denkniveaus onderscheiden
o Ze beschrijven wat een leerling met de inhoud doet
o De cognitieve complexiteit neemt toe (de plaats)
De eerste 3 niveaus
o Lage denkvaardigheden
Laatste 3 niveaus
o Hoge denkvaardigheden
2
,Herinneren
- Herinneren is het kunnen ophalen van adequate informatie uit het lange termijn
geheugen of het kunnen herkennen van informatie
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij leerlingen:
Herkennen (identificeren) Ophalen (oproepen)
Aangeven Beschrijven
Selecteren Navertellen
Kiezen Observeren
Onderscheiden Opzeggen
…. …
- Voorbeeld
o De studenten kunnen de zes denkniveaus van de taxonomie van Bloom
opsommen.
o De schelde aanduiden op een kaart.
Begrijpen
- Houdt in dat je eerder verworven kennis uit je langetermijngeheugen ophaalt en
er betekenis aan geeft. Dit cognitief proces volgt op herinneren: om de te
onthouden kennis te begrijpen, moeten we een brug slaan tussen voorkennis en
nieuwe kennis.
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij de leerlingen:
Vormen van begrijpen: zeven Handelingswerkwoorden
denkvaardigheden
Interpreteren Verhelderen, parafraseren,
representeren, vertalen
Uitleggen Oorzaak-gevolgmodel construeren
Samenvatten Abstraheren
Classificeren Categoriseren, onderverdelen
Toelichten Illustreren, voorbeeld geven
Vergelijken Contrasteren, mapping, bij elkaar
passen
3
, afleiden Concluderen, extrapoleren,
interpoleren, voorspellen
- Voorbeeld
o De studenten kunnen een gegeven doelstelling aan het passende
denkniveau van de taxonomie van Bloom verbinden.
o Driehoeken indelen volgens hoek
Toepassen
- Is de vaardigheid om kennis en inzichten in nieuwe situaties te gebruiken om zo
een probleem op te lossen, taak of oefeningen aan te pakken:
o De leerling past een bepaalde procedure toe op een bekende taak
(uitvoeren)
o De leerling leert een procedure selecteren om een nieuwe taak uit te
voeren (implementeren)
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij de leerling:
Uitvoeren (gebruikmaken van Implementeren (gebruikmaken van
vaardigheden en algoritmes) technieken en methodes)
Beheersen Aanpakken
Herhalen Hanteren
Oplossen Bewerken
Uitwerken Plannen
… …
- Voorbeeld:
o De studenten kunnen beargumenteren waarom de kennis van de
taxonomie van Bloom het doelgericht lesgeven kan bevorderen.
o Een stomphoekige driehoek gaan tekenen
Analyseren
- De vaardigheid om informatie op te delen in onderdelen zodat je onderliggende
relaties, verbanden en patronen kan zien
- Mogelijks waarneembaar gedrag bij de leerling:
Denkvaardigheden Handelingswerkwoord Andere mogelijke
werkwoorden
Differentiëren Onderscheiden, Onderscheid maken:
selecteren, Relevantie
focussen Belangrijkheid
Verschillen
Besluiten, uitkiezen,
uitlichten, uitzoeken,
weerhouden
Benadrukken
Organiseren Ontleden, Opsplitsen in
(onderzoeken) deelaspecten
afbakenen, Bepalen van hoofdlijnen
samenhang zien, Patronen ontdekken
integreren, Informatie verwerken
4