INLEIDING
1. Inleiding het beenderstelsel
Het beenderstelsel bestaat uit:
Bot
Kraakbeen
Gewrichten
Banden
Ander bindweefsel
, Het beenderstelsel heeft vijf functies:
I. Ondersteuning
Het raamwerk voor de aanhechting van zachte weefsels (bv. de
spieren)
II. Opslag van mineralen en
vetten
Ca2+, PO43- , energie
III. Vorming van bloedcellen in het
rode beenmerg
IV. Bescherming van de weke
delen en organen
V. Hefboomwerking
Hierdoor kan de richting en de
grootte en de richting van
krachten die de spieren
uitoefenen wijzigen
2. Indeling van de beenderen aan de hand van de vorm
+ structuren
2.1 Indeling aan de hand van hun vorm
2.1.1 Macroscopische kenmerken
4 soorten botten:
I. Lange botten: lengte is groter dan de breedte bv. het dijbeen (femur)
II. Korte botten: lengte is ongeveer gelijk aan de breedte bv. de
handwortelbeentjes
III. Platte botten: zijn dun en breed bv. de ribben (ossa costae)
IV. Onregelmatige botten: ingewikkelde vorm bv. de ruggenwervels