100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting - inleiding jeugd (L.22694)

Rating
-
Sold
-
Pages
42
Uploaded on
03-06-2025
Written in
2024/2025

Samenvatting inleiding Jeugd voor het eerste jaar toegepaste psychologie, saxion Deventer. Tentamen gehaald met een 8.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
June 3, 2025
Number of pages
42
Written in
2024/2025
Type
Summary

Subjects

Content preview

Inleiding Jeugd – Samenvatting
Hoofdstuk 1: Inleiding adolescentie
1.2 Adolescentie: een beschrijving
Adolescentie
Wordt gebruikt voor de periode tussen de kinderjaren en de volwassenheid. Dit is een periode van
overgang waarin zich veel ontwikkelingen voordoen op verschillende terreinen.
Adolescentie leeftijdsaanduiding:
 10 – 13 jaar, vroege adolescentie
 14 – 18 jaar, midden adolescentie
 19 – 23 jaar, late adolescentie

Psychosociale ontwikkelingstheorie, Erikson (1968)
 Basisschoolleeftijd (6 – 12 jaar) -> Vlijt & Minderwaardigheid
 Adolescentie (12 – 18 jaar) -> Identiteit & Identiteitsverwarring
 Vroege volwassenheid (18 – 35 jaar) -> Intimiteit & Isolement

Emerging Adulthood, Arnett (2007)
1. Identiteitsexploratie (Age of Identity Exploration): Jongeren onderzoeken verschillende
mogelijkheden in hun leven, zoals carrièrekeuzes en relaties, om een beter begrip van hun
identiteit te ontwikkelen.
2. Instabiliteit (Age of Instability): Deze fase gaat vaak gepaard met veranderingen in
woonplaats, relaties en werk, wat leidt tot een gevoel van instabiliteit.
3. Zelffocus (Age of Self-focus): Jongeren richten zich in deze periode vaak op hun eigen
behoeftes en doelen, zonder de verantwoordelijkheid die vaak met volwassenheid gepaard
gaan.
4. Voelen van mogelijkheden (Age of Feeling-In-Between): Er is een gevoel van onbeperkte
mogelijkheden, waarbij jongeren geloven dat ze veel keuzes hebben in hun leven.
5. Een gevoel van volwassenheid (Age of Possibilities): Hoewel ze nog niet volledig volwassen
zijn , beginnen ze wel verantwoordelijkheden te nemen en volwassenheid te ervaren.

1.3 Puberteit en adolescentie
Puberteit: Heeft betrekking op het proces van geslachtsrijp worden, inclusief de hormonale
ontwikkeling die de geslachtsrijping en tal van andere rijpings- en ontwikkelingsprocessen aanstuurt.
Adolescentie: De fase waarin de jongeren de veranderingen gaan integreren die zicht ten gevolge van
rijping en ontwikkeling voordoen (persoonlijke, maatschappelijke en culturele ontwikkeling)
Begin van adolescentie
 Biologische domein: objectief waarneembare biologische verschijnselen.
 Fysiologische veranderingen: Veroorzaken de geslachtsrijpheid, lichamelijke verschijnselen
waaruit geslachtsrijpheid blijkt of de groeispurt.
Einde van adolescentie
 Het aangaan van meer vaste persoonlijke, intieme relaties en de zorg voor de volgende
relaties




1

,1.4 Een moeilijke leeftijd?
Storm and Stress: Een term die vaak wordt gebruikt om de turbulente en emotionele ervaringen van
adolescenten beschrijven, vooral in de context van hun ontwikkeling en de uitdagingen waarmee ze
te maken krijgen (identiteitsvorming & zelfontdekking).
Probleem of stoornis – Drie factoren (Steinberg, 2008)
1. Life – course persistent: Noodzaak onderscheid maken tussen eenmalige stemmingen of
gedragingen en een meer langdurend patroon.
2. Adolescence limited: De noodzaak om de diagnostische vraag te stellen of de problemen een
symptoom kunnen zijn van een (dreigende) stoornis.
3. Timing van het probleemgedrag, wanneer manifesteert het zich.

1.5 Een ontwikkelingspsychologisch uitgangspunt
Intra individuele veranderingen: Veranderingen binnen een persoon over het verloop van een tijd.
Interindividuele veranderingen: Verschillen die zich in het verloop van de ontwikkeling tussen
jongeren voordoen.
 Longitudinaal onderzoek: Een vergelijking van verschillende individuen met zichzelf op
verschillende momenten van de levensloop door ze te volgen over de tijd.
De karakteristieke fase van de adolescentie
 Het vormen van een eigen identiteit en het bereiken van autonomie ten opzichte van de
ouders.
 De manieren van omgaan met bepaalde innerlijke beleefde conflicten.
 Een bepaald niveau van cognitief functioneren.

Thema’s & Ontwikkelingstaken (Spanjaard en Slot, 2015)
 Positie ten opzichte van ouders: Minder afhankelijk worden van de ouders en het bepalen van
een eigen plaats binnen de veranderde relaties in het gezin en de familie.
 Onderwijs of werk: Kennis en vaardigheden opdoen om later een beroep te kunnen
uitoefenen en een keuze te maken ten aanzien van werk.
 Vrije tijd: Ondernemen van activiteiten in de vrije tijd en het zinvol doorbrengen van de tijd
waarin er geen verplichtingen zijn.
 Eigen woonsituatie: Zorgdragen voor eigen kamer en spullen, omgaan met je huisgenoten.
 Autoriteit en instanties: Accepteren dat er instanties en personen boven je gesteld zijn,
binnen geldende regels en codes opkomen voor eigen belang.
 Gezondheid en uiterlijk: Zorgen voor goede voeding en een goede lichamelijke conditie, ene
uiterlijk waar je je prettig bij voelt en het inschatten en vermijden van risico’s
 Sociale contacten en vriendschappen: Contacten leggen en onderhouden, oog hebben voor
wat contacten met anderen kunnen opleveren, je openstellen voor vriendschap, vertrouwen
geven en nemen, wederzijdse acceptatie.
 Sociale media en internet: Smartphone en computer gebruiken, informatie vinden en delen,
informatie en berichten wegen, onderscheid tussen de virtuele en de reële werkelijkheid
maken, gevaren onderkennen.
 Intimiteit en seksualiteit: Seksualiteit integreren in je persoonlijkheid, ontdekken wat
mogelijkheden, wensen en grenzen zijn in intieme en seksuele relaties bij jezelf en bij
anderen.


2

,  Bij cultuurverschillen: Normen van verschillende culturen kennen, inschatten welke
vaardigheden in welke culturele context passend zijn.

Continue ontwikkelproces: Als iemand zich op een goeie manier ontwikkeld in de kindertijd gaat dat
vaak ook zo door naar de adolescentie.
 Eerste omschrijving: Variabelen die op verschillende leeftijden weliswaar dezelfde functie
hebben, maar die zich wat betreft de vorm verschillend uiten, al naargelang de leeftijd
(opvliegende kleuter of opvliegende adolescent).
 Tweede omschrijving: Een voorspelbaar patroon van relaties tussen gebeurtenissen en
ervaringen in een eerdere levensfase en een bepaalde uitkomst later (vroegere ervaringen
van een persoon voorspellen het later functioneren).
Discontinu ontwikkelproces: Als iemand zich niet op een goeie manier ontwikkeld in de kindertijd
gaat dit ook zo door naar de adolescentie (treedt op als er sprake is van koerswijziging)
 Sociale ondersteuning en bepaalde persoonlijkheidskarakteristieken blijken individuen te
wapenen en te beschermen tegen ervaren moeilijkheden gedurende de ontwikkeling en hen
tegelijkertijd te helpen een nieuwe koers uit te zetten.

Ontwikkelingspsychopathologie: Richt zich op onderzoek naar de condities waaronder stoornissen in
de ontwikkeling optreden, in stand blijven of verdwijnen en naar de individuele verschillen in
aanpassing die daarbij voorkomen.
Dynamisch interactionisme (Transactionele modellen): Mensen geven hun eigen omgeving vorm,
maar worden ook door de omgeving vormgegeven.

Persoon – omgeving interactie (Caspi & Shiner, 2006)
 Passieve interactie: Het individu krijgt de omgeving die door biologische verwanten, namelijk
de ouders wordt aangeboden. Hierbij is er geen sprake van het beïnvloeden van de omgeving
door de persoon.
 Evocatieve interactie: Bepaalde kenmerken van de persoon hebben bepaalde reacties van de
omgeving tot gevolg. De omgeving verandert dus als gevolg van de reacties die de persoon
uitlokt.
 Actieve interactie: Het individu selecteert een omgeving. Individuen zoeken bijvoorbeeld
vrienden die bij hen passen, of een werkkring waarin zij zich thuis voelen. de omgeving
verandert dus als gevolg van bepaalde acties van de persoon.

Hoofdstuk 2: Theorieën over de adolescentie
2.1 Ontwikkeling
Ontwikkeling: Alle veranderingen in het menselijk gedrag die samenhangen met leeftijd.
Ontwikkelingspsychologen willen drie dingen doen
1. De veranderen die zich voordoen in de loop van de ontwikkeling beschrijven.
2. De veranderingen verklaren door aan te tonen welke gebeurtenissen aan de basis liggen van
een bepaald verloop van een ontwikkelingsproces.
3. De ontwikkeling optimaliseren door interventieprogramma’s (na dat alles in kaart is gebracht)



2.2 De rol van theorieën over de ontwikkeling: Ontwikkelingstaken als voorbeeld

3

, Alle theorieën over psychologische ontwikkeling richten zich op twee vragen
1. Wat is het eigenlijk dat zich ontwikkelt?
2. Op welke manier dragen het individu (nature) en de omgeving (nurture) bij tot de omgeving?
Verschillende invloeden op ontwikkelingstaken:
 Lichamelijke ontwikkeling
 Verwachtingen vanuit de omgeving
 De invloed van de persoon zelf
Verschillende invloeden op de ontwikkeling
 Leeftijd -> Biologische en omgevingsfactoren.
 Geschiedenis -> Historische gebeurtenissen (epidemieën, oorlogen of maatschappelijke
veranderingen).
 Individuele leeftijdsgebeurtenissen -> biologische en omgevingsgebeurtenissen (ernstige
ziekte, zwaar ongeval, echtscheiding of werkloosheid).
Drie soorten ontwikkelingstaken
1. Opgaven die gelden voor alle jongeren en voor alle tijden.
2. Opgaven die enkel gelden voor jongeren die leven in een bepaalde periode van de
geschiedenis.
3. Opgaven die enkel gelden voor een beperkt aantal jongeren die met grote persoonlijke
veranderingen in hun leven worden geconstateerd.

2.3 Vier theoretische benaderingen van de adolescentie
De psychoanalytische theorie – Sigmund Freud
Tijdens de adolescentie worden de emoties ontwikkeld, de ontwikkeling wordt gestuurd door
onbewuste strevingen of driften.
 Leren omgaan met onbewuste neigingen
 Vormgeven aan relaties

De cognitieve theorieën - Piaget
Tijden de adolescentie wordt het denken ontwikkeld, de overgang naar het formele denken zorgt
ervoor dat jongeren kunnen nadenken over hun eigen denken, neigen ze naar idealisme en is er
sprake van egocentrisme.
 Concreet operationeel denken (Kinderen): Denken op een concrete manier en leren logisch
redeneren.
 Formeel – operationeel denken (Adolescenten): Leren op een abstracte manier redeneren.

De contextuele theorieën
De rol die de sociale omgeving speelt in de psychologische ontwikkeling proberen zij in detail te
omschrijven.
 Context: De relaties van een persoon met een groep anderen die voor hem belangrijk zijn.
Ecologische theorie - Bronfenbrenner & Morris (2006)
De theorie beschrijft vijf niveaus in de interactie tussen individu en de omgeving, die elk op een
directe of minder directe manier invloed uitoefenen op de ontwikkeling van jongeren.
1. Microsysteem (kleinste cirkel): Het systeem dat de jongere het meest direct beïnvloedt (gezin,
fgroep van leeftijdsgenoten, school)


4
$12.05
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
femkekok2

Document also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
femkekok2 Saxion Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
1
Member since
6 months
Number of followers
0
Documents
7
Last sold
1 month ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their exams and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can immediately select a different document that better matches what you need.

Pay how you prefer, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card or EFT and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions