DE PSYCHOLOOG
IN DE
ORGANISATIE
[Ondertitel van document]
2024-2025
2de bachelor psychologie KUL
,1
, Blok 1: De arbeidsmarkt
1. De arbeidsmarkt
A. Arbeidsmarkt
à Als er veel aanbod is in vergelijking met de vraag, wordt de
prijs lager en omgekeerd
Verschuiving in vraag: Verschuiving in aanbod:
à Hier is er een s7jging in vraag à Bv daling in huisprijzen omdat aanbod groter wordt
B. Arbeidsmarkt
Arbeidsmarkt= het geheel van vraag naar en aanbod van arbeid
• Vraag naar werkgelegenheid (vraag komt van werkgevers)
• Aanbod van beroepsbevolking (mensen die moeten werken)
Func7e van vraag en aanbod
• Bij arbeidsmarkt heeB vraag en aanbod impact op het loon dat mensen verdienen
• Ruime arbeidsmarkt = veel aanbod, veel meer mensen die werk zoeken maar weinig vacatures
• Krappe arbeidsmarkt = veel vraag naar werkkracht, te weinig mensen om de vacature in te vullen
à Hierdoor s7jgen de lonen omdat de werkgevers erg opzoek zijn naar werknemers (‘war for talent’)
à Vandaag bevinden we ons in krappe arbeidsmarkt waardoor werkzoekende in sterke posi7e staan
Verschuiving in vraag
• Vraag naar arbeid s7jgt
• Door sterke economische groei (bv. post-covid herstel)
• Afgeremd (onzekere interna7onale context)
2
,Verschuiving in aanbod
• Aanbod daalt à minder mensen opzoek naar werk
• Redenen:
o Vergrijzing: grote groep mensen die de arbeidsmarkt verlaten of al verlaten
hebben (à grote vervangingsvraag)
o Ontgroening: minder jongeren (gezinnen worden kleiner), jogneren gaan massaal en langer
studeren à minder jongeren en op een later 7jds7p op de arbeidsmarkt
Implica7e
Demografische aMankelijkheidsra7o= hoeveel mensen hebben we beschikbaar als draagkracht en hoeveel
mensen moeten we ondersteunen
• Draagkracht = mensen die werken
• Draaglast = mensen die te jong of te oud zijn om te werken
• Bv 75% à 100 werkende mensen die 76 niet-werkende mensen ondersteunen
C. Mismatch
Kwan7ta7eve mismatch
• Vraag en aanbod klopt niet meer helemaal
• Spanningsindicator = geeB weer hoeveel mismatch er is op een arbeidsmarkt à hoeveel aanbod
(werklozen) is er en hoeveel vraag is er (vacatures)
o Bv. 2,70: 2,7 werklozen per vacature die er is à meer werkzoekenden dan vacatures
Kwalita7eve mismatch
• Gevraagde diploma’s, competen7es, werkaXtudes
• Niet veel mensen zijn opzoek naar werk, en degene die opzoek zijn naar werk hebben niet het juiste
profiel à je kan niet iedereen zomaar op een job zeZen
• Knelpuntberoepen = beroepen met een tekort aan arbeidskracht, waarbij vacatures lang blijven
openstaan
Oorzaken van knelpuntberoepen:
• Aanbodzijde:
o Kwan9ta9ef tekort: niet genoeg mensen voor die job
o Kwalita9ef tekort: niet genoeg mensen met de juiste ervaring of diploma voor die job
• Vraagzijde:
o Arbeidsvoorwaarden: bv. gevaarlijk werk, nachtwerk, shiBs,…
o Selec9egedrag: soms vragen werknemers ervaring die niet strikt noodzakelijk is voor die job
(bv. verschillende talen kunnen spreken terwijl dit niet noodzakelijk is)
• Omgeving:
o Conjunctuur: economische toestand (bv. economische groei)
o Demografie: bv. vergrijzing, bevolkingsgroei,…
o Beleid: bv. dienstecheques voor poetshulp
o Onderwijs
3
,2. Vraagzijde (werkgevers)
A. Sectoren en statuut
Sectoren
• Primair: aanleveren van grondstoffen en voedsel (akkerbouw en veeteelt)
• Secundair: verwerken van grondstoffen en voedsel (tex7el, auto industrie)
• TerDair: aanbieden van commerciële diensten, je koop geen tastbaar product maar een dienst
(dienstensector, bank)
• Quartair: aanbieden van niet-commerciële diensten, voor maatschappelijk belang (poli7e)
à Psycholoog is ter7air of quartair
Sectoren zijn georganiseerd in werkgeversorganisaDes (= organisa7es die onderhandelen in naam van werkgevers)
• Overkoepelde voor alle werkgevers (bv. VDAB)
• Specifieke voor 1 sector (bv. boerenbond)
Statuut
• Werknemer:
o Arbeidscontract met een werkgever
o Werkgever oefent gezag uit in ruil voor loon
o Arbeider en bediende-eenheidsstaZuut (= arbeiders en bedienden hebben min of meer dezelfde
recht wat betreB opzegtermijn, proeBijd,…)
• Ambtenaar:
o (Vast) arbeidscontract of benoeming bij een werkgever die tot de overheid behoort
• Zelfstandige:
o Zonder arbeidsovereenkomst
B. Cijfers werkgelegenheid
Werkgelegenheid uitgedrukt in het aantal vacatures:
à grote s7jging in aantal vacatures
door een herstelperiode van
economie en inhaalbeweging
Kenmerken van vacatures:
• Vaste circuits= vast contract, contracten van bepaalde duur
• Tijdelijke circuit= 7jdelijk contract, contracten met beperkte duur
• Dag-vol7jds= je werkt volledig aantal uren in de week
• Dag-deel7jds= je werkt de helB van de uren in de week
4
,C. Wat met psychologen?
à Sterke s7jging na Corona, hierna stabiel op zelfde niveau (= veel vacatures
voor psychologen) à na Corona was er een sterke vraag naar psychologen
en meer bewustwording voor psychologische hulp
à Bij psychologen zijn er veel die deel7jdwerken omdat er meer vrouwelijke psychologen zijn
à Meer 7jdelijke contracten door bv. zwangerschapsverlof
Numerieke flexibiliteit= mogelijkheid van een bedrijf om het aantal werknemers en hun werkuren aan te
passen aan de veranderende behoeBen van de organisa7e
• Interne numerieke flexibiliteit
o = Arbeids7jd of de inzet van bestaande werknemers aanpassen, zonder nieuwe mensen aan te
nemen of te ontslaan
• Externe numerieke flexibiliteit
o = Aanpassen van het personeelsbestand door nieuwe werknemers aan te nemen of 7jdelijke
contracten te beëindigen
Horizontale segregaDe
• Vrouwen en mannen zijn geconcentreerd in verschillende sectoren of beroepen
• Bepaalde beroepen worden als "typisch vrouwelijk" of "typisch mannelijk" gezien
VerDcale segregaDe
• Vrouwen en mannen hebben niet dezelfde kansen om door te groeien naar hogere posi7es binnen een
organisa7e of sector
5
,3. Aanbodzijde (beroepsbevolking)
A. Structuur
Beroepsbevolking= mensen waarvan we verwachten dat ze werken
• AcDef: mensen die ac7ef zijn op de arbeidsmarkt
o Werkend: ontvangen een loon en/of voordelen uit arbeid
o Werkloos: zoeken naar werk EN zijn beschikbaar voor werk
• Niet beroepsacDef: mensen die niet ac7ef zijn op de arbeidsmarkt
o Zoekend OF beschikbaar: ofwel zoeken ze maar zijn ze niet beschikbaar (bv. bijna afstuderen, reizen)
OFWEL zijn ze beschikbaar maar zoeken ze niet meer (ontmoedigd)
o Niet zoekend EN niet beschikbaar: bv. huisvrouw, mensen met vervroegd pensioen of chronische ziekte
B. In cijfers
• AcDviteitsgraad
o GeeB aan hoeveel mensen ac7ef zijn op de arbeidsmarkt in verhouding tot de totale bevolking
o We streven naar 80% in België
• Werkzaamheidsgraad
o GeeB aan hoeveel van de beroepsbevolking daadwerkelijk werkt
• Werkloosheidsgraad
o Meet het percentage van de beroepsbevolking dat werkloos is (= mensen die opzoek zijn naar werk)
Kwalita7eve indicatoren
• Numerieke ondertewerkstelling
o Treedt op wanneer iemand minder uren werkt dan gewenst en meer wil werken
• Horizontale ondertewerkstelling
o Treedt op wanneer iemand een job heeB onder zijn/haar opleidingsniveau of vaardigheden, maar
wel in dezelfde sector werkt
• VerDcale ondertewerkstelling
o Treedt op wanneer iemand minder verantwoordelijkheden of doorgroeimogelijkheden heeB dan
passend is bij zijn/haar kwalifica7es
6
, 4. Stakeholders
A. Algemeen
à Intermediairen: zorgen ervoor dat er een match is tussen de aanbodzijde en de vraagzijden,
zij bemiddelen tussen werkgevers en werknemers en matchen werkzoekenden aan vacatures
(bv VDAB: Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding)
à De overheid reguleert en drukken beslissingen door
à De maatschappij brengt bepaalde bezorgdheden binnen de arbeidsmarkt naar voren
7
IN DE
ORGANISATIE
[Ondertitel van document]
2024-2025
2de bachelor psychologie KUL
,1
, Blok 1: De arbeidsmarkt
1. De arbeidsmarkt
A. Arbeidsmarkt
à Als er veel aanbod is in vergelijking met de vraag, wordt de
prijs lager en omgekeerd
Verschuiving in vraag: Verschuiving in aanbod:
à Hier is er een s7jging in vraag à Bv daling in huisprijzen omdat aanbod groter wordt
B. Arbeidsmarkt
Arbeidsmarkt= het geheel van vraag naar en aanbod van arbeid
• Vraag naar werkgelegenheid (vraag komt van werkgevers)
• Aanbod van beroepsbevolking (mensen die moeten werken)
Func7e van vraag en aanbod
• Bij arbeidsmarkt heeB vraag en aanbod impact op het loon dat mensen verdienen
• Ruime arbeidsmarkt = veel aanbod, veel meer mensen die werk zoeken maar weinig vacatures
• Krappe arbeidsmarkt = veel vraag naar werkkracht, te weinig mensen om de vacature in te vullen
à Hierdoor s7jgen de lonen omdat de werkgevers erg opzoek zijn naar werknemers (‘war for talent’)
à Vandaag bevinden we ons in krappe arbeidsmarkt waardoor werkzoekende in sterke posi7e staan
Verschuiving in vraag
• Vraag naar arbeid s7jgt
• Door sterke economische groei (bv. post-covid herstel)
• Afgeremd (onzekere interna7onale context)
2
,Verschuiving in aanbod
• Aanbod daalt à minder mensen opzoek naar werk
• Redenen:
o Vergrijzing: grote groep mensen die de arbeidsmarkt verlaten of al verlaten
hebben (à grote vervangingsvraag)
o Ontgroening: minder jongeren (gezinnen worden kleiner), jogneren gaan massaal en langer
studeren à minder jongeren en op een later 7jds7p op de arbeidsmarkt
Implica7e
Demografische aMankelijkheidsra7o= hoeveel mensen hebben we beschikbaar als draagkracht en hoeveel
mensen moeten we ondersteunen
• Draagkracht = mensen die werken
• Draaglast = mensen die te jong of te oud zijn om te werken
• Bv 75% à 100 werkende mensen die 76 niet-werkende mensen ondersteunen
C. Mismatch
Kwan7ta7eve mismatch
• Vraag en aanbod klopt niet meer helemaal
• Spanningsindicator = geeB weer hoeveel mismatch er is op een arbeidsmarkt à hoeveel aanbod
(werklozen) is er en hoeveel vraag is er (vacatures)
o Bv. 2,70: 2,7 werklozen per vacature die er is à meer werkzoekenden dan vacatures
Kwalita7eve mismatch
• Gevraagde diploma’s, competen7es, werkaXtudes
• Niet veel mensen zijn opzoek naar werk, en degene die opzoek zijn naar werk hebben niet het juiste
profiel à je kan niet iedereen zomaar op een job zeZen
• Knelpuntberoepen = beroepen met een tekort aan arbeidskracht, waarbij vacatures lang blijven
openstaan
Oorzaken van knelpuntberoepen:
• Aanbodzijde:
o Kwan9ta9ef tekort: niet genoeg mensen voor die job
o Kwalita9ef tekort: niet genoeg mensen met de juiste ervaring of diploma voor die job
• Vraagzijde:
o Arbeidsvoorwaarden: bv. gevaarlijk werk, nachtwerk, shiBs,…
o Selec9egedrag: soms vragen werknemers ervaring die niet strikt noodzakelijk is voor die job
(bv. verschillende talen kunnen spreken terwijl dit niet noodzakelijk is)
• Omgeving:
o Conjunctuur: economische toestand (bv. economische groei)
o Demografie: bv. vergrijzing, bevolkingsgroei,…
o Beleid: bv. dienstecheques voor poetshulp
o Onderwijs
3
,2. Vraagzijde (werkgevers)
A. Sectoren en statuut
Sectoren
• Primair: aanleveren van grondstoffen en voedsel (akkerbouw en veeteelt)
• Secundair: verwerken van grondstoffen en voedsel (tex7el, auto industrie)
• TerDair: aanbieden van commerciële diensten, je koop geen tastbaar product maar een dienst
(dienstensector, bank)
• Quartair: aanbieden van niet-commerciële diensten, voor maatschappelijk belang (poli7e)
à Psycholoog is ter7air of quartair
Sectoren zijn georganiseerd in werkgeversorganisaDes (= organisa7es die onderhandelen in naam van werkgevers)
• Overkoepelde voor alle werkgevers (bv. VDAB)
• Specifieke voor 1 sector (bv. boerenbond)
Statuut
• Werknemer:
o Arbeidscontract met een werkgever
o Werkgever oefent gezag uit in ruil voor loon
o Arbeider en bediende-eenheidsstaZuut (= arbeiders en bedienden hebben min of meer dezelfde
recht wat betreB opzegtermijn, proeBijd,…)
• Ambtenaar:
o (Vast) arbeidscontract of benoeming bij een werkgever die tot de overheid behoort
• Zelfstandige:
o Zonder arbeidsovereenkomst
B. Cijfers werkgelegenheid
Werkgelegenheid uitgedrukt in het aantal vacatures:
à grote s7jging in aantal vacatures
door een herstelperiode van
economie en inhaalbeweging
Kenmerken van vacatures:
• Vaste circuits= vast contract, contracten van bepaalde duur
• Tijdelijke circuit= 7jdelijk contract, contracten met beperkte duur
• Dag-vol7jds= je werkt volledig aantal uren in de week
• Dag-deel7jds= je werkt de helB van de uren in de week
4
,C. Wat met psychologen?
à Sterke s7jging na Corona, hierna stabiel op zelfde niveau (= veel vacatures
voor psychologen) à na Corona was er een sterke vraag naar psychologen
en meer bewustwording voor psychologische hulp
à Bij psychologen zijn er veel die deel7jdwerken omdat er meer vrouwelijke psychologen zijn
à Meer 7jdelijke contracten door bv. zwangerschapsverlof
Numerieke flexibiliteit= mogelijkheid van een bedrijf om het aantal werknemers en hun werkuren aan te
passen aan de veranderende behoeBen van de organisa7e
• Interne numerieke flexibiliteit
o = Arbeids7jd of de inzet van bestaande werknemers aanpassen, zonder nieuwe mensen aan te
nemen of te ontslaan
• Externe numerieke flexibiliteit
o = Aanpassen van het personeelsbestand door nieuwe werknemers aan te nemen of 7jdelijke
contracten te beëindigen
Horizontale segregaDe
• Vrouwen en mannen zijn geconcentreerd in verschillende sectoren of beroepen
• Bepaalde beroepen worden als "typisch vrouwelijk" of "typisch mannelijk" gezien
VerDcale segregaDe
• Vrouwen en mannen hebben niet dezelfde kansen om door te groeien naar hogere posi7es binnen een
organisa7e of sector
5
,3. Aanbodzijde (beroepsbevolking)
A. Structuur
Beroepsbevolking= mensen waarvan we verwachten dat ze werken
• AcDef: mensen die ac7ef zijn op de arbeidsmarkt
o Werkend: ontvangen een loon en/of voordelen uit arbeid
o Werkloos: zoeken naar werk EN zijn beschikbaar voor werk
• Niet beroepsacDef: mensen die niet ac7ef zijn op de arbeidsmarkt
o Zoekend OF beschikbaar: ofwel zoeken ze maar zijn ze niet beschikbaar (bv. bijna afstuderen, reizen)
OFWEL zijn ze beschikbaar maar zoeken ze niet meer (ontmoedigd)
o Niet zoekend EN niet beschikbaar: bv. huisvrouw, mensen met vervroegd pensioen of chronische ziekte
B. In cijfers
• AcDviteitsgraad
o GeeB aan hoeveel mensen ac7ef zijn op de arbeidsmarkt in verhouding tot de totale bevolking
o We streven naar 80% in België
• Werkzaamheidsgraad
o GeeB aan hoeveel van de beroepsbevolking daadwerkelijk werkt
• Werkloosheidsgraad
o Meet het percentage van de beroepsbevolking dat werkloos is (= mensen die opzoek zijn naar werk)
Kwalita7eve indicatoren
• Numerieke ondertewerkstelling
o Treedt op wanneer iemand minder uren werkt dan gewenst en meer wil werken
• Horizontale ondertewerkstelling
o Treedt op wanneer iemand een job heeB onder zijn/haar opleidingsniveau of vaardigheden, maar
wel in dezelfde sector werkt
• VerDcale ondertewerkstelling
o Treedt op wanneer iemand minder verantwoordelijkheden of doorgroeimogelijkheden heeB dan
passend is bij zijn/haar kwalifica7es
6
, 4. Stakeholders
A. Algemeen
à Intermediairen: zorgen ervoor dat er een match is tussen de aanbodzijde en de vraagzijden,
zij bemiddelen tussen werkgevers en werknemers en matchen werkzoekenden aan vacatures
(bv VDAB: Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding)
à De overheid reguleert en drukken beslissingen door
à De maatschappij brengt bepaalde bezorgdheden binnen de arbeidsmarkt naar voren
7